Antirevolutionair Dieuws* en Advertentieblad «oor Attiaiiu* b FEUILLETON. In den Levensstrijd. Uit de Pers. Biimenlandsch Nieuws. No. 935. Zaterdag 27 Juli 1912. 10e Jaargang. ABONNEMENT: Per drie maanden binnen. Ter Neuzen ƒ1,—. Franco per post: voor Nederland ƒ1,107 Men abonneert zich bij alle Boekhandelaars, Postdirec teuren en Brievengaarders. Dit blad verschijnt Dinsdag- en Vrijdagavond, uitgezonderd op Feestdagen, bij den Uitgever D. H. L1TT00IJ Az. te TER NEUZEN. ADVERTENTIEN: Van 1—4 regels ƒ0,40. Voor eiken regel meer ƒ0,10. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde adver tentie wordt de prijs slechts tweemaal berekend. Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend. V Armenwet. Het „Staatsblad" nr. 201 bevat een Kon. Besluit van 16 Juli houdende bepaling, dat de Armenwet in werking treedt op 1 September. Het „Stbl." nr. 264 bevat een Kon. Besluit van den 18den dezer, waarbij wordt vastgesteld de indeeling, waarnaar door de besturen van de instellingen van weldadigheid ingevolge artikel 13 van de Armenwet worden verstrekt de opgaven van het aantal bedeelden en ver pleegden en van de uitgaven voor onderstand van allerlei aardnadere voorschriften voor de in artikel 16, eerste lid, van de Armenwet bedoelde geldenaangewezen, ingevolge artikel 23' eerste lid, van de Armenwet, fondsen, waarin de beschikbare gelden der burgerlijke en gemengde instellingen van weldadigheid kunnen worden belegd, alsmede bepaald, op welke wijze door zoodanige instellingen fondsen die niet te haren name staan in bewaring moeten worden gegevenvastgesteld nadere voorschriften voor de uitvoering van artikel 48 van de Armenwet, voor de' verkiezing van bestuursleden en plaatsvervangende bestuurs leden van een armenraad overeenkomstig artikel 49 van genoemde wet en voor de voor bereiding van de eerste vergadering van een armenraad overeenkomstig artikel 56, tweede lid, der wet, alsmede welke bevoegdheden bij het huishoudelijk reglement van een armenraad aan het bestuur en welke aan het dagelijksch bestuur moeten of kunnen worden overge dragen. Het „Stbl." nr. 265 bevat een Kon. Besluit van den 18den dezer, waarbij, tot uitvoering^ van art. 82 van de Armenwet, met ingang van den dag, op welken de Armenwet in werking zal treden, het volgende wordt vast gesteld Artikel 1. Er wordt ingesteld eene alge- meene armencommissie. Deze commissie is gevestigd te 's Graven- liage en bestaat uit zeven leden, die door Ons worden benoemd en ontslagen. Artikel 2. De commissie dient aan autori teiten en op verzoek aan instellingen van weldadigheid van raad omtrent aangelegen heden van het armbestuur. Zij houdt zich zooveel mogelijk op de hoogte van de werking van de Armenwet. Artikel 3. De commissie is bevoegd bij autoriteiten inlichtingen in te winnen .aan gaande het armbestuur. Grootvader schijnt allen levenslust te hebben verloren. Steven zit zwijgend in een hoek. Er. in dien hoek is 't donker, want de lamp brandt o, zoö zuinig. Emmy ligt reeds te bed. Want in bed is 't warm, en in de kamer koud Ja, wel koud, nu geen vroolijk vlammend vuur zijn warmte verspreidt. Aan de tafel zit Greet. t Wat rimpels in dat jonge voorhoofd En om den mond zoo'n droeve trek, er ingegroefd door 't vroeggedragen leed. Ijverig gaat de naald door de verkleumde vingers, want be halve dat ze de kleeren der huisgenooten in orde moet houden, tracht ze ook door naai werk voor anderen den harden nood te lenigen. Ja waarlijk, de harde nood Want sedert slag op slag het gezin trof, was ook de armoe, die reeds lang om den hoek gegluurd had, de woning binnengeslopen, 't Zui nig bespaard geld was allengskens weggeteerd de hoop op nieuwe inkomsten was sedert dien hangen avond, waarop de zee zulk een droeve Zij kan, indien dit voor hare werkzaam heden noodig is aan een of meer harer leden met of zonder den secretaris, kennismaking van toestanden ter plaatse opdragen. Met betrekking tot eene kerkelijke of eene particuliere instelling van weldadigheid is zij tot die kennismaking slechts bevoegd indien een door die instelling tot haar gericht ver zoek om raad daartoe aanleiding geeft Artikel 4. De commissie vergadert zoo dik wijls haar voorzitter dit noodig acht of drie harer leden den wensch daartoe hebben te kennen gegeven. Artikel 5. Wij behouden ons voor zoo noodig, nadere instruction voor de commissie alsmede eene instructie voor haren secretaris vast te stellen. V Men schrijft aan de Rotterdammer: „Het Volk" lanceert via „De Klok" (het vrij- socialistisch orgaan van het oud-Kamerlid G. L. van der Zwaag) het volgende bericht „In Drente, Groningen, waar de fabrieks aardappel z'n intocht heeft gedaan, worden als 't aardappelkrabben begint, de openbare en christelijke scholen gesloten moeten gesloten worden, omdat de kinderen dan allen naar 't veld gaan. Dan liggen ze tot den netaiin den modder en drek" enz. We merken bij dit partijdig bericht op, dat voorzooveel Drente aangaat, alleen Openbare Scholen bekend zijn, waar de herfstvacantie (in den volksmond „aardappelvacantie"), vooral op aandrang van den Ned. Bond van Onder wijzers (meerendeels socialistisch), werd inge voerd. Op de Christelijke Scholen wordt alsdan school gehouden. En opk, als gewoon lijk, zonder buitengewoon schoolverzuim. Het schoolverzuim is op de Chr. School veel ge ringer dan op de Openbare. Despotisme. Meermalen werd door ons gewezen op het despotisme, in sociaal-demokratische kringen oppermachtig, en dat zich uitte ook in het vakvereenigingswezen, door intimidatie van werkwilligen, posten van onderkruipers en dergelijke belemmering van de vrijheid van arbeid. Ook werd herhaaldelijk door ons in het licht gesteld, dat de algemeenheid eener staking nog geenszins bewijst, dat zij door „d e" arbeiders wordt gewild, daar vele ar beiders slechts uit vrees aan dergelijke be wegingen meedoen. Temeer geldt dat, als de organisatie zoodanig is, dat de leiders een bijna tijding had overgebracht, voor goed vervlogen. Stevens verdiensten, nu tot twee gulden per week geklommen, moesten in aller be hoeften voorzien. Moésten maar konden niet. Wel was het huisje eigendom van groot vader en dreigde dus geen gevaar van op straat te worden gezet, maar hoé overleggend huismoedertje Greet mocht zijn, twee gulden per week was toch al te schamele inkomst voor ?t gezin. En daarom, Greet zal zien ze te vermeerderen. Reeds is ze naar ,t dorp ge weest en heeft hier en daar wat naaiwerk op- geloopen, maar ach, hoe poover wordt dat be taald. Hoe menig steekje moet gelegd voor weinige stuivers. Evenwel, 't is Greet niet te veel en ijverig naait ze voort. Morgen is 't Saterdag, en dan zal zehaar werk afhebben en haar loon ontvangen. Wat weelde, dan zal er tenminste voor den Zondag stooksel kunnen gekocht en grootvader zal zijn onsje tabak hebben „Kom Steven," zegt ze, „ga naar bed. Je moet er morgen zoo vroeg weer uit." „En jij dan," antwoordt Steven, „je bent altijd nog eerder op dan ik. En je wordt zoo bleek van dat opzitten. Toe Gree, ga zelf ook 1" 't Is waar, wat Steven zegt. Ze wordt er bleek van. En ze voelt 't ook. Maar, 't kan immers niet anders. Wat helpt klagen, wat onbeperkte macht gepieten. Al te dikwijls dreigen dan de arbeiders en hun g e z i n- n e n de dupe te worden niet zoozeer van de patroons, als wel van de fanatici, die hen gebruiken voor politieke doel einden. In de laatste Review of Reviews vinden wij een merkwaardig artikel over de Londensche transportwerkorsstaking, waarin mei heldere kleuren het gevaar voor de ar beiders zelve van zoodanige tyrannieke leiding wordt geschilderd. -■„Ik vervloek u in den naam van de vrouwen der arbeiders, want gij en de uwen hebt onzen ondergang veroorzaakt, gij en T i 11 e 11 (de leider der staking) doet mijn kind verhongeren Kunt gij niet zien, dat het kind stervende is Wie vroeg u de dokwerkers in den strijd te voeren? Wien kan het wat schelen, wat er van ons wordt nu uw sta king is mislukt? Wie zal de kinderen voeden Moge God u vervloeken voor uw misdadig werk 1" Deze vreeselijke woorden slingerde een arbeidersvrouw op een bijeenkomst van dok werkers den leiders in het aangezicht. Een ontzettende aanklacht tegen hen, die, de traditie van goede vakvereenigingen met voeten trap pende, zonder behoorlijke voorbereiding en zonder de leden te raadplegen, de staking hadden gedecreteerd. Ellende kon den zij brengen, ellende genezen konden zij niet. Het is een eigenaardig verschijnsel, dat despotisme dreigt van elk, die gezag uitoefent en zich niet aan liooger autoriteit verantwoor delijk acht. Dat gaat zonder uitzondering door. Hoe „democratischer" een staatsinrichting de revolutie bewees het hoe autocratischer dikwijls de leiders. „Hoe „democratischer" een staatspartij, hoe onbeperkter het gezag van de weinigen, die de teugels houden. En hoe „zelfbewuster" een vakorganisatie van het „proletariaat", hoe meer het recht der leden, onafhankelijk en na bedaarde overweging te beslissen, dreigt vertrapt te zullen worden. Een stakingscomité, almachtiger in zijn kring dan welke vorst ook in den staat, „gelast" neerleggen van het werk en het werk ligt stil. liet „beveelt" hervatting van den arbeid enhet blijkt veelal, dat duizfmden zijn broodeloos gemaakt en „hervatting" voor lien onmogelijk is. „Indien dat trade unionism is maak er een eind aan," zoo adviseert de schrijver in de Review. „Het land heeft de vakver eenigingen dan niet noodig en moet ze zonder pardon vermorzelen, zelfs ten koste van een burgeroorlog." Mannen als Ben T i 11 e 11 en Tom Mann zijn geen goede arbeiders baat jammeren Grootvader slaakt een diepe zucht. „Is grootvader niet wél vraagt ze bezorgd. Grootvader is zoo stil tegenwoordig, zoo in zichzelf gekeerd. „Och, mijn kind, dat zal wel gaan; maar o, dat ik jonger was en sterker 1" „Nee grootvader, nee," komt Greet zóó moet u niet praten. Kom, hou maar moed. Ik zal mijn best doen en Steven ook, niet waar en „En we zullen arm blijven, héél arm, dat is zéker," valt Steven in. „Nee Greet, 't kan niet| 't kan nietOch, waarom moeten we nu toch zóó 'n verdriet hebben 1" En in Stevens ooghoeken dringt zich een lang teruggehouden traan. „Kom," brengt Greet in 't midden, „groot vader wil misschien ook wel gaan rusten. Ik zal 't eten klaarzetten en dan zal grootvader het avondgebed doen, niet waar Ze voegt de daad bij 't woord. Wat kan ze antwoorden Zeker zullen ze arm blijven, armer worden. Ze voelt het komen. En toch moet ze er tegen óp kampen. Ze heeft gebeden, als moeder haar leerde I Gebeden met drang om uitkomst en redding. Maar tegelijk zal ze werken. Wat zeeman zet zich in het midden van den storm neer, met de handen saam gevouwen, werke loos in 't gevaar Neen, met liooger nood voor leiders „zij zijn eerder de vampieren die de vakvereeniging het levensbloed uitzuigen en den werkenden stand van dit land doen dood bloeden." Gelukkig behoeft dat niet het geval te zijn. De schrijver zelf erkent het groote nut van gezonde trade unions. Zelfs noemt hij het een plicht der arbeiders zich aaneen te sluiten. Maar eerste vereischte is, dat op w a a r 1 ij k democratische wijze de trade union wordt geregeerd en dat de macht der agitators wordt geknot. Wij zouden daarbij willen voegen als ver eischte gebondenheid aan de Goddelijke zede- wet. Evenzeer als wij een hoerscher in den staat zouden wantrouwen, die zich niet aan hooger gezag gebonden achtte1, zoo wantrouwen wij leiders in de arbeiderswereld, die met goede trouw spotten en voor recht houden wat tot vermeend voordeel is der arbeidersklasse, ook al schendt men daarmede beloften en al maakt men duizenden broodeloo^. The People bevat een spotprent, die den revolutionairen leider T i 11 e 11 vertoont, ge moedelijk een biertje drinkende en een goede sigaar rookende, en zittende op een door zwoe gende arbeiders getorst schild, genaamd „la bour unrest". Naast hem liggen bundels papieren met „speches" en zakken met geld van de trade unions. De plaat spreekt voor zichzelf. Zij moge wat eenzijdig zijn duide lijker dan welk artikel ook wijst zij op het gevaar dat de arbeiders dikwijls dreigt van hun eigen 1 ij d e r s. De moraal Niet, zooals Het Volk wel zou willen dat wij zeiden staakt nooit. Ook nietwordt geen lid van anarchistische, maar vau socialistische organisaties. Juist in de laatste toch heerscht dwingelandij en is politiek het groote motief. Maar organiseert u, ar beiders, in vereenigingen, wier leiders met God en Zijn Woord rekenen, en geeft nooit aan welken „arbeidersvriend" ook de beslissing in handen over de levensbelangen van uw eigen gezin. B1 ij f t dragen uw eigen individueele verant w oordel ij k- heid." (De Nederlander). Ter gelegenheid van het feit, dat de minister van binnenlandsche zaken, mr. Th. Heemskerk eenige dagen geleden zijn 60sten verjaardag vierde, boden zijn ambtgenooten hem gisteren avond te Scheveningen een maaltijd aan. De raad der gemeente Wormerveer heeft een verordening vastgesteld, waarbij de ver- oogen kampen om de zege, om 't leven Dat. leeft ook in Greets hart. En dat niet iu de eerste plaat.s omdat ze is eèn zeemansdochtet1, maar dat vindt zijn oorzaak in haar échte, kinderlijke godsvrucht. Grootvader zelf is er door beschaamd. „Dan zal grootvader het avondgebed doen, niet waar Dat klinkt zoo gewoonmaar hij voelt het als een terechtwijzing, als een beschaming, toch ook als een opbeuring. Spoedig staat het eenvoudig maal gereed. Zwijgend wordt het genuttigd. Na het eten volgt het lezen van een hoofd stuk uit Gods Woord. Voor van avond kiest grootvader Psalm 73. Hoe passend bij hun toestand schijnt dit ook Steven toe. En als grootvader de verzen leest „Want ik was nijdig op de dwazen, ziende de goddeloozen vrede want er zijn geen banden tot hun dood toe en hun kracht is frisch zij zijn niet in dé moeitS" als andere menschen en worden met andere menschen nietgeplaagd," dan dwalen Stevens gedachten naar het huis van den rijken oom Barends. „Zie, dezen zijn goddeloos, nochtans hebben zij rust in de wereld, zij vermenigvuldigen het vermogen." Ja, zoo is :t. (Wordt vervolgd.) Jt Inzending van advertentiën vóór uren op den dag der uitgave. Advertentiën voor dit blad worden aangenomen tot 's namiddags I UUR op den dag der uitgave. (9 door ZELANDIA.

Krantenbank Zeeland

Luctor et Emergo | 1912 | | pagina 1