flntirmlutionair voor nieuws- en üdoertentieblad Zeeland. FEUILLETON. In den Levensstrijd. Uit de Pers. No. 931. Zaterdag 13 Juli 1912. 10' Jaargang. ABONNEMENT: Per drie maanden binnen Ter Neuzen Franco per post: voor Nederland 1,10. Men abonneert zich bij alle Boekhandelaars, Postdirec teuren en Brievengaarders. Dit blad verschijnt Dinsdar en Vrijdagavond uitgezonderd op Feestdagen, bij den Uitgever D. H. LITTOOIJ Az. te TER NEUZEN. ADVERTENTIËN; Van 1—4 regels ƒ0,40 Voor eiken regel meer ƒ0,10. Bij directe opgaaf van drïemaal plaatsing derzelfde adver tentie wordt de prijs slechts tweemaal berekend. Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend. INGEZONDEN STUKKEN TE RICHTEN AAN DE REDACTIE; ABONNEMENTEN EN ADVERTENTIES TE BEZORGEN BIJ DEN UITGEVER. V Een tweede rekening. Neuzen's Raad heeft in zijne vergadering van 3 Juli 1.1. met even groote snelheid het besluit van 28 Dec. ingetrokken, als het des tijds genomen werd. En gelijk toen is het ook nu geschied de gemeentcnaren mochten er van te voren niets van weten, wat er gebeuren zou. In hun overmoed hebben de lieeren van de meerderheid liet nu evenmin als toen noodig ge oordeeld, hun rekening van te voren publiek te maken, opdat ieder zou kunnen nagaan, of deze met kennis van zaken was opgemaakt. Dat we thans aan dit besluit niet veel woorden besteden zullen, zal ieder billijken, die met ons van oordeel is, dat napleite'n nu weinig zin hebben zou. We hopen later dit onderwerp wel eens breeder te behandelen, 't Is thans veel te mooi weer, om zich warm te mak^n over eene zaak, waaraan op 't oogenblik toch niets valt te veranderen. Er zal binnen enkele maanden wel eene gelegenheid komen om bet onderwerp opnieuw ter sprake te brengen. Allicht is bet publiek dan meer geneigd, kennis te nemen van hetgeen we te zeggen hebben, dan in deze schoone zomersche dagen. Slechts enkele woorden dus. Heel duidelijk was de uiteenzetting niet van de plannen, die nu weer zijn aangenomen. Hebben we 'tgoed begrepen, dan zal er in dq, te stichten school ruimte zijn voor zes klassen: drie voor 'tM. U. L. O.'en drie voor de II. B. S. De eerste drie zullen staan onder een hoofd der school, de laatste drie onder een directeur. De eerste inrichting zal aan- sluiteu bij de le van de drie klassen der H. B. S. Niet duidelijk is gebleken, wie, behalve liet hoofd, aan de drie eerste klassen les zullen gevende leeraars der H. B. S. of gewone onderwijzers met akten. Misschien is het den lieeren zelf ook nog niet duidelijk, hoe dit geregeld moet worden. Zoolang w| hieromtrent niets meer weten, kunnen we er dus ook niets van zeggen, om niet de kans te beloopen, den bal mis te slaan. Men heeft thans ook een begrooting van kosten gegeven. Of de heeren zelf ook eenig geloof slaan aan die begrooting, is er niet bij gezegd. Zonder eenige vrees, dat we door de uit komst zullen gelogenstraft worden, durven wij zelfs met de gebrekkige inlichtingen Eindelijk is Steven blij als de Bijbel wordt geopend en grootvader voorgaat in het lezen uit Gods Woord, waarna hij in 't gebed aller behoeften den Heere opdraagt. HOOFDSTUK VI. „De Vrouw Maria" Is een heldere Februari-dag. 't Vriest dat liet kraakt. Langs den straatweg, die op korten afstand achter Ilarmsma's huisje naar de stad leidt, wemelt liet van mensclien, ouden en jongen,' die zieli naar een ijsbaan spoeden, die thans de liefhebbers noodigt, de schaatsen onder te binden. Lui, slenterend als altijd, komt Bram San- «lerse aan 't Is een stevige, gezonde knaap maar zijn kracht, hem van God geschonken, ligt daar als een dood, renteloos kapitaal. Bram wil niet deugen; werk zoekt hij niet zijn moeder tobt en zwoegt, zelf leidt hij een lui leventje. Juist komt Steven van huis om naar zijn werk te gaan. Hij heeft haast, om op tijd op die gegeven werden nu reeds zeggen, dat de rekening voor de gemeente heel anders zal uitkomen, dan in de vergadering van 3 Juli is voorgespiegeld. Om met den eersten post te beginnen men beeft 7 °/0 gerekend van een stichtingskapitaal van f 4(3000, terwijl er, zooals bekend is, (50000 voor is geleend. Dat maakt al een nadeelig verschil van ƒ980 per jaar. Het salaris van de leeraren, enz. is berekeud op 1G5Q0. Als men daar eens ƒ21000 voor gerekend had, was men zeker dichter bij de waarheid gekomen. Dat verschilt ƒ4500 jaar lijks. Voorts rekent men op eene besparing dooi de reorganisatie van school B van ƒ3000 per jaar. Als men in acht neemt, waarop trouwens ook reeds werd gezinspeeld, dat hier te rekenen valt met bestaande toestanden en verkregen rechten, kan men gerust zeggen, dat dit! bespa ring minstens een paar duizend gulden te hoog is gerekend. Van de schoolgelden zullen we thans maar niet spreken, daar 't eerst over vier jaar zou kunnen blijken, wie gelijk heeft. Doch aangezien f980, f4500 en f2000 samen I 7480 maakt, twijfelen wij er geen oogenblik aan, of in plaats van f4000 jaarlijks te kort te komen, zal er ieder jaar minstens een elf duizend gulden uit de zakken dei- belastingbetalers geklopt moeten worden, om de school in stand te houden. Wie er belang in stelt, beware dit nummer van ons blad als bij 't beleeft kan bij dan later nagaan, of we te veel gezegd hebben en ons desnoods beschaamd maken. Dat de heer Drost ietwat gevoelig was over de opmerking van den heer De Jager omtrent gemaakte reiskosten, kunnen we goed be grijpen. Wie er, gelijk hij, zorgvuldig voor waakt anderen niet te kwetsen in hun af wezigheid, heeft er recht op, met alle voor zichtigheid behandeld te worden, 't Best is, er niet te veel van te zeggen de beer De Jager zal trouwens door de bestraffing van den lieer Drost, zich wel niet laten weer houden, op te komen voor de belangen der gemeente, op de wijze zooals hij zelf dit oorbaar vindt. Hians heet het, dat Ter Neuzen niet iets groots, maar iets moois zal doen. We zullen zien. of 't waar is. Een opmerking die we dienaangaande wilden maken, zullen we maar tot later bewaren. den winkel te zijn. Hij ziet Bram wel, maar houdt zich, of hij hem niet opmerkt. „He Steefje, wat 'n haast," lijmt Bram hem tegemoet. Nu kan de aangesprokene moeilijk een weder woord weigeren. t Is al zoo laat. 'k Heb nog maar een kwartiertje. Heb jij al werk „Laat Nou, wat zou het Mijn een zorg hoor! Jij lijkt wel dwaas je loopt voor je baas als een kievit! 'k Wou liever. Of ik ai werk heb? Als ik wil, kan ik morgen al aan den slag, maar 'k lap 't 'm niet. Ik zeg er niets ,van tegen mijn grootje, 'k ga eerst nog een dag of wat heerlijk schaatSenrijen. Kom, ga mee vent, wat kan jou je baas schelen „Nee," zegt Steven, „ik ga door. Bonjour." „Zotis Brams beleefde afscheidsgroet. Steven voelt in zijn hart een grooten wrevel tegen Bram opkomen. Ja, grootvader heeft wel gelijk. Bram is de ,-ware broeder niet. Schaatsenrijden gaan in plaats van te werken En bovendien Steven zou er toch geen lust in hebben. Want thuis beleeft men thans moei lijke dagen. Vader is al acht dagen over tijd en nog geen enkel bericht. En elke dag brengt nieuwe teleurstelling. Zelfs grootvader, die anders zoo den moed er kan inhouden, loopt in zich zelf gekeerd door het huis en heeft geen oor voor Ems vroolijkst gesnap. Steven spoedt zich verder. In het Amsterdamsche R.K. dagblad De Tijd van Woensdag 1.1. leest met het volgend ingezohden stuk liet is van te weinig bekendheid, waaraan het Ministerie-Heemskerk de verwerping van liet pantserschip en de Bakkerswet te wijten heeft en eerlijk gezegd, wij waren ook eenigs- zins verrasty toen wij de ware oorzaken daarvan leerden kennen. In die verrassing wenschen wij onze lezers te doen deelen en wellicht is hunne verrassing nog grooter dan de onze. Dat zij zelf oordeelen, door het lezen en overwegen van onderstaand stukje, dat wij vonden in het blaadje van den zoo jammerlijk afgedoolden Ilulsterschen Notaris van Dalsum. Het draagt als opschrift: „Toeval of straf?" „In de kwestie Kroondomein was de stelling onzer brochure Kroondomein, dat onze Ko ningin ol de regeering namens Haar, geen wetsvoorstel zal kunnen doen om liet pacht- contract rechtvaardiger te regelen zoolang de rechtstoestand zoo zeer afwijkt van een rechts toestand als heerscht bij het Kroondomein, in het bizonder bij het Kroondomein Rentambt Hulst. Minister de Meester beweerde als Minister en in de Tweede Kamer, dat alle wegens die brochure gemaakte opmerkingen door hem waren weerlegd. Maar kort daarop begonnen voor het ministerie de Meester de moeilijk heden, die voor resultaat hadden, dat 'dit ministerie haar ontslag indiende. Gp het rekest om gratie aan de Koningin in de zaak van het Ambtsrapport van burge meester van Waesberghe was ons rekest ge grond op het woord van Koningin Agamem non Het oordeel van het volk is machtig in mijn oog. 'De huidige Minister van Justitie deed de Koningin op dit rekest beslissen, dat Zij geen waarde hecht aan het oordeel van het volk. Maar ziet, er gebeurt wat wij toen dadelijk hadden verwacht. Het ministerie Heemskerk kwam, evenals vroeger het ministerie de Meester, kort daarop in moeilijkheden. Eerst werd verworpen het pantserschip van minister Wentholt met gevolg, dat deze mi nister zijn ontslag indiende. En nu deze week wordt verworpen de Bak kerswet van minister Talma, en daarmede de eerste sociale wet van het ministerie. Of mi- Neen, t zou hem thans niet goed afgaan, het schaatsenrijden, wat liefhebber hij er anders ook van heeten mag. Wat heeft Greet te tobben, want 't uitblijven van vader brengt vele zorgen mee. Arm, maar eerlijk zijn ze steeds geweest, de Harmsma's. Hoe zuinig is Greet niet te werk gegaan. En met het geringe weekgeld van Steven erbij, kon ze juist toe; berekenen hoe lang't nog zou duren, dat vader kwam, alle onnoodige uitgaven ver mijdend, En bij dien angst, dien alleen het visscherskind ten volle kan gevoelen, voegt zich de zorg voor het dagelijksch brood. Zie, hoe naastig ziel» de handen reppen, dit moet versteld en dat nagezien. Moet ze niet zorgen, dat Steven (och, ze is maar een goed jaar ouder, maar wat voelt ze zich als een moeder voor hem), knap voor den dag kan blijven komen. Wat het blonde kopje zich buigt over het werkwat diepe rimpels ploegden^ zorg en kommer reeds in haar voor hoofd 't is, als drukt te zwaar een last op den tengere schouders. Maar om den mond teekenen zich de lijnen van wilskracht en volharding. Reeds vroeg heeft ze een plaats gehad in de leerschool des lijdens. Naast de vroeg-wegstervende moeder, groeide de kleine huisbezorgster, vér van kinderblijdschap, vèr van meisjesvreugde, hoezeer 'tliefhebbend ouderhart ze haar gunden. En in de koestering van het levend geloof nister Talma nu aftreedt of niet: de verwer ping is eene groote moeilijkheid voor het ministerie. Is het een toeval of straf, dat die moeilijk heden, voor beide ministers juist begonnen nadat in het eerste geval de minister had ver klaard, dat de Koningin geen voorbeeld wenscht te geven' inzake het pachtcontraot als een rechtscontract, en in het tweede geval de mi nister van Justitie de Koningin had laten ver klaren, dat zij geen waarde hecht aan het oordeel des volks? Wij constateeren alleen het feit, en dat de beide beslissingen door ons zijn uitgelokt." ij achten ons gelukkig te mogen consta- tegren, dat „de politiek" niet de minste schuld heeft aan de verwerping van het pantserschip en de bakkerswet. Had Minister Wentholt dit vroeger geweten, dan zoude hij zijue portefeuille niet ter be- schikkiqg gesteld hebben en had hij hoogstens boos mogen zijn op zijn ambtgenoot den Mi nister van Justitie, die hem de zondebok deed zijn voor hetgeen hij tegen van Dalsum mis dreef. Of het van Dalsum ernst is met zijne vraag Toeval of straf? Daaraan mogen wij niet twijfelen; trouwens wie heeft liet recht aan de woorden te twijfelen van een ernstig man. De geschiedenis heeft hem al meer gelijk gegeven De heer van Styrum werd in 1909 te Haar lem niet herkozen, omdat zijn klerk benoemd was tot deurwaarder te Zaandam en niet de broeder van Van Dalsum. Die het niet ge- looven wil, vrage bij den uitgever van „De Volkswil" een exemplaar van het nummer, waarin dit zonder blikken en blozen door haar Stichter is neergeschreven. Een der stelregelen, bij de oprichting van zijn blaadje gepubliceerd, luidde „Van een kikker plukt men geen veeren." Waar nu de veeren wel geplukt worden, mogen onze lezers uitvinden. En nu de vraag waarom het Ministerie nu dient op te passen. De Tweede Kamer heeft zonder hoofdelijke stemming het wetsontwerp aangenomen, waarbij een beduidend renteloos voorschot wordt toegekend aan de Zeeuwsch- Vlaamsche Tramwegmaatschappij, die een uitgebreid tramnet voor Zeeuwsch-Vlaanderen heeft ontworpen, waardoor ook de zoo lang verbeide verbinding tusschen de 2 gedeelten van Zeeuwsch-Vlaanderen tot stand zal komen. Van Dalsum was tegen dit renteloos voor schot, omdat hij meende, dat de Belgen er het meeste voordeel uit zouden trekken vroe- barer dierbare moeder kiemde en botte de plant van jonge godsvrucht, die haar sterk maakte in den harden kamp. Neen, 't was geen gewoonte alleen, die haar 's avonds de knieën deed buigen; 't was haar behoefte des harten. Daar, wist ze, was te vinden sterkte om staande te blijven. In haar karakter was iets van den taaien moed des zeemans, die storm en gevaar trotseert, golven en zeeën het hoofd biedt en het oog blijft gericht houden op de haven der begeerte. Bid en werk stond haar als in de ziel gegrift. Maar hoe werd nu die moed, die volharding op de proef gesteld. Wat vragen deed Em," vragen naar Vader, die ze niet kon beant woorden en haar daarom zoo pijnden in 't hart. Hoe moest ze grootvader opmonteren, als hij zuchtend neerzat in den hoek hij de kachel', telkens weer achteloos de pijp liet uitgaan en op Ems gepraat nauwelijks acht gaf. Hoe treurig, die laatste dagen. En als dan Steven kwam, hoe moest ze ook hèm dan weer trachten gerust te stellen met redenee ringen, die ze zelf alle aannemelijkheid ontzei. Nooit nog had haar plicht haar zoo zwaar geschenen als nuzelis het stille genoegen, dat ze tenders smaken kon, wanneer alles in huis haar zin voor ordp en netheid prees, was haar thans vreemd. Was het ook niet, om den moed te laten zinken, om den strijd maar op te geven? (Wordt vervolgd.) Inzending van advertentiSn vóór uren op den dag der uitgave. Advertentiën voor dit blad worden aangenomen tot 's namiddags I UUR op den dag der uitgave. 7) DOOR ZELANDIA. Dat het Ministerie nu oppasse

Krantenbank Zeeland

Luctor et Emergo | 1912 | | pagina 1