Van Houten's [De beste voor den prijs! Reclamc Berichten. Stel iets goeds^ niet uit. lit de Tweede Kamer. Biimenlandsch Nieuws. Korte Berichten. Uit Stad en Provincie. in 50 jaar aflossen, dan kost de overname jaarlijks aan de gemeente 21.000 gulden. Daar staat natuurlijk tegenover, dat de te behalen winst op de exploitatie met andere woorden, wat de gemeente verdient aan de straatverlichting en de levering aan particu lieren in mindering komt van deze 21.000 gulden. Zooals we zeiden we vertrouwen onze re kening maar half en zullen daarom gaarne plaatsruimte afstaan aan ieder, die ons beter kan inlichten. Toch komt het ons nu reeds voor, dat het gelukkig is, dat B. en W. drie jaar den tiic hebben voor hun onderzoek. En als we ons niet geheel vergissen zal de Raad met het oog op de ervaring, opgedaan met dat andere „groote", gaarne die drie jaren gebruiken om rijpelijk te overwegen, alvorens een nieuwen sprong in 't duisfer te doen. Groote dingen hebben gewoonlijk ook een groote financiëele zijde ook al ziet men ze niet op een mistigen Decemberdag. V Afgestemd. Onlangs spraken we het vermoeden uit, dat minister Talma van zijn Bakkerswet niet veel pleizier zou beleven en er niet veel lof voor zou inoogsten indien ze al wet zou worden Immers, de Tweede Kamer zou het ontwerp waarschijnlijk aannemen, doch 't stond zeer te vreezen, dat de Eerste Kamer haar zou verwerpen. Dit is niet eens noodig geweest in de Tweede Kamer zelfs was er geen meer derheid voor te vinden en met 49 tegen 42 stemmen werd het ontwerp verworpen. Van de linkerzijde stemden alleen de soci alisten voorvan de rechterzijde 12 Chr. Historischen tegen met 2 anti-revolutionairen en 5 Roomsch-Katholieken. Enkele andere anti-revolutionairen, waaronder ook dr. Kuyper, waren met opzet afwezig, om niet genoodzaakt te zijn tegen het wetsontwerp van een be vriend minister te moeten stemmen. We zijn met onze sociale wetgeving niet bijster voorspoedig. Wat niet te verwonderen is. „'t Zal me benieuwen, of ze daar nu niets aan doen, 'tis een schande, dat de regeering alles maar laat loopen" is de Nederlander allicht geneigd te zeggen. „Denkt ge, dat ik me zal laten dwingen, zelfs in mijn eigen huis?" is echter even eens een echt Nederlandsche uitdrukking. Wie aan sociale wetgeving wil doen, moet beide gevoelens mqt elkaar in overeenstemming brengen. En daar zit juist de moeilijkheid. Wat minister Talma terdege ondervindt. Alarm. II. Prof. Bavinck schreef in 1905 „De liberalen verloren hun bezinning als ze dachten aan de officieele erkenning van bijzondere inrichtingen van onderwijs." Zoo is het nog. En men doet wel, bij de vier argumenten van „Het Schoolblad", dit in 't oog te houden. Het eerste argument luidt „Verdwijning van art. 194 beteekent achter uitgang van ons volksonderwijs." Bewijs Totaal overbodig geacht, 't Is zoo, en daar mee uit Strijdt dat niet met de practijk Gaat de bloei van 't "bijzonder onderwijs gepaard met achteruitgang van ons volksonderwijs? Was daar niet een schoolopziener, die verklaarde, dat 't onderwijs daar 't best was, waar naast een openbare school een bijzondere bestond Wat deuken de heeren toch wel. Wat hebben ze een vreemde voorstelling van bijzonder onderwijs. We durven het haast niet zeggen, maar zijn ze hierin nu niet een klein beetje achterlijk In de bijzondere school (dat- is voor hen 't zelfde als de christelijke), wordt naar hun voorstelling niets gedaan, dan bidden, psalmen zingen, uit den bijbel vertellen, der kinderen hoofd vol pompen met dogma's (zoo luidt het immers?) en... ja, dan leeren ze ook nog zoowat lezen, schrijven enz., die stumperds Weten de vrienden niet beter, of houden ze zich maar zoo Achteruitgang van ons volksonderwijs. Van onsja, maar niet van het volksou- derwijs. 2e argumentSnelle toename van standen scholen." Welzoo. We wisten niet, dat sinds het bij zonder onderwijs meer vrijheid van beweging erlangde, de standenscholen daardoor waren toegenomen. Ons dunkt, dat men de standen scholen nu juist eens, aan de zijde van het openbaar onderwjjs moest zoeken. Men ga den toestand in de grootere steden maar eens na. Intusschen, evenals bij het eerste argu ment ontbreekt ook hier bewijs. 3e argument„dé secte(n)school in zijn haar toch uiterste consequenties." Ge begrijpt dien pakkenden naam immers goed Sectenschool Buiten de partij van de alleen zaligmakende openbare school, die het monopolie van ver draagzaamheid bezit, woekeren hier en daar van die secten, ziet ge. En nu zal, zoowaar, in ons vaderland, iedere secte haar school kunnen krijgen. Gereformeerden, Lutherschen, en dergelijke „secten" zullen hun eigen scholen kunnen hebben. De vrijheid zal zoover gaan, dat waarlijk ieder burger gelijke rechten zal bezitten! Is 't niet om er van te schrikken, en dat nog wel in 't klassieke land der vrij- v-: .:Él§ Koop dus nog heden bij Uw winkelier een bus 1 Kg. 1.50 fa -0.80 VqKg. f 0.42£ Yw„ -0.18.JJ heid En dan nog liefst de sectenschool in haar uiterste apnsequenties. Voor de ver beelding van iVt Schoolblad rijzen tallooze scholen en schooltjes voor alle mogelijke secten misschien wel schooltjes met vijf 'tot tien leerlingen Arm vaderland. De openbare moet in stand gehouden. Is het niet de school, die voorwerp is van de aanhoudende zorg der regeering Laat ieder Nederlander het zich toch goed inprenten, het moet. En om dat vooral diep in te scherpen moet „het Nederlandsche volk doordrongen worden"van de waarheid (en dit is het 4e argument), „dat de openbare school een zegen geweest is voor de economisch zwakken en minver mogenden." Als men zoo iets leest, herinnert men zich onmiddellijk de uitspraak van Prof. Bavinck, hierboven geciteerd, dat de liberalen op zekere momenten hun bezinning verliezen. Men moet maar durven 1 Langen tijd is de toestand zóó geweest, dat het oprichten van bijzondere scholen uiterst bezwaarlijk ging. De voorstanders van het bijzonder onderwijs mochten eerst meebetalen voor de instandhouding der openbare school, en dan bovendien hun eigen school, bijna ge heel, bekostigen. Zoo stond dus de openbare school in de meest bevoorrechte positiezoo tierde de meest oneerlijke concurrentie. En dan waagt men nog te verklaren, dat de open bare school een zegen is geweest voor de economisch zwakken en minvermogenden. Maar dan nóg is de uitspraak onwaar. Is de bijzondere school de school van de economisch sterken Gaan daar bij voorkeur de kinderen der rijken? We wisten het niet. De duizenden, de millioenen, uitgegeven door de voorstanders der bijzondere school, zijn die gekomen uit de zakken der vermogenden en veelbezittenden Of waren het de offers van vele armeren, van enkele rijken Het laatste argument is er een vóór de bijzondere school. Geen der vier is steekhoudend. 't Is loos alarm. En getuigt enkel van verlies van vertrouwen in eigen zaak Vergadering van Woensdag 5 Juni. De bakkerswet verworpen. Nog steeds is de algemeene beraadslaging over de ontwerpen tot regeling van de ziekte verzekering aan de orde nog steeds ook is de heer D u y s (S. D. A. P.) aan het woord voor repliek. Hij noemt de verzekeringsont- werpen van minister Talma een normaliseering van de ellende. Tegen de inotie-de Kanter- Roodhuyzen heeft spr. het bezwaar, dat bij aanneming het geheele ontwerp van de agenda zal raken. Daartoe is de tijd nu nog niet ge komen. De Kamer moet eerst alle mogelijke pogingen doen, om het ontwerp te verbeteren. Spr. voelt er voor, eerst de Ziektewet te be handelen. Nu kibbelen de spr. en de heer Snoeck II e n k e m a n s (C. H.) er een oogenblik over, aan wien het toch wel het meest te danken is, dat de minister in zijn gewijzigd ontwerp de uitkeering van 50 pet. op 70 pet. van het loon heeft gebracht. Daarna komt de heer D u y s tot zijne pe roratie. Volgende spreker is de heer Van ld sin ga c. h.), die de indeeling van Ziektewet bij arbeidscontract, zooals de minister die heeft geconstrueerd, bestrijdt. Daarna richt spr. zijn pijlen op de arbeidsraden, instellingen naar hij zegt berustend op klasse-in deeling en ldasse-tegenstelling. De beraadslaging over de Ziekteverzekering wordt verdaagd tot morgen 11 uur, wanneer de heer Van Idsinga zijn rede zal voortzetten. Na de pauze komt aan de orde de stemming over de Bakkerswet, waarbij de heeren Loeff (r. kBos (v. d.), Borgesius (u. 1.) en D e G e e r (c. h.) hun stem tegen, en de heer Nolens (r. k.) zijn sténPwoor toelichten. De wet wordt met 49 tegen 42 stemmen verworpen. Vervolgens voordrachten voor Rekenkamer en Hoogen Raad. Vergadering van Donderdag 6 Juni. Voortzetting van de algemeene beraadslaging over de ontwerpen tot regeling van de ar beidersziekteverzekering. Tweede gedeelte van de rede van den heer V a n I d s i n g a (C. II.), die gisteren zijn rede heeft onderbroken. Spr.'s antirevolutionair beginsel weerhoudt hem, de arbeidsraden te aanvaarden. Hij zet 'dit nader uiteen. Spr. wil in deze dagen van „stuivertje spelen" van alle ^begrippen niet verklaren dat zijn leer is „d e" anti-revolutionaire leer, maar vast staat toch wel, dat het voorstel van minister Talma omtrent de arbeidsraden zijn grondslag vindt in de doctrine der kathedersocialisten, 't Stel sel aan den minister zegt spr. verder is het historisch materialisme en action. Men kan er ^liet meer van verwachten, dan succes bij de stembus. Kent de minister geen ander corporatief verband tusschen de burgers, dan de klasse- indeeling Meent hij een corporatief verband te kunnen scheppen door aan bepaalde groepen een stembriefje te geven Meent hij anders te handelen, dan de Fransche revolu tionairen deden Spr. vindt de handelwijze van den minister eenvoudig opportunisme, dat bovendien inconstitutioneel is. De heer Nolens (R. K.) is tegen de motie De Kanter-Roodhuyzen. Men kan niet wets ontwerpen bij motie amendeeren. Spr. wil de Radenwet vóór de Ziektewet behandelen, niet omgekeerd. Hij verdedigt vervolgens het verzekeringsontwerp als de toepassing van ethische beginselen op feitelijke economische verhoudingen. Hij zet dit nader uiteen. Spr. verdedigt ook jle beperking van de verzekering tot arbeiders. De heer Roodhuyzen (U. L.) verdedigt nader de motie. Een amendement, om de par ticuliere kassen tot regel te maken, is bij den opzet van het ontwerp vrijwel onmogelijk. Daarom is een principieele uitspraak van de Kamer in dezen vorm noodig. Spr. her innert eraan, dat bij de collectenwet even eens een deegelijke motie is ingediend, en aan genomen. Om eene onzuivere stemming te voorkomen trekt spr. de motie evenwel voor- loopig in. De heer De Visser (C. H.) zet uiteen, dat als men in de besturen der ziekenkassen de meerderheid aan de arbeiders geeft, de samenwerking met de werkgevers wordt ver lamd. Hierop komt de minister van Land bouw, N. en H. (de heer Talma)-voor de tweede maal aan het woord. De heer Patijn heeft, meent hij, bij het vraagpuntendebat geenszins als zijn verlangen doen uitkomen, dat de openbare kassen slechts aanvulling zouden zijn. En toen de minister zijn ont werp had gewijzigd is in de commissie van voorbereiding ook geen bezwaar gemaakt. Als de heer Roodhuyzen hier nu met een motie komt, waarvan de strekking is de par ticuliere kassen tot regel te maken, wil dat zeggen, dat het ontwerp terug moet worden genomen, en dat alle werk te vergeefsch is geweest. Vervolgens verdedigt de minister de raden van arbeid tegenover den aanval van den heer van Idsinga. De minister bespreekt hierop de uitschake ling van de ziektebehandeling uit het ontwerp. Ook in Engeland is gebroken met het stel sel, dat uitkeering van ziekengeld en ziekte behandeling in één hand moeten zijn. In overleg met den minister van binnen- landsche zaken deelt spr. mede, dat onderzocht zal worden, in hoeverre met moreelen en financiëelen steun van den staat het groote volksbelang, dat met behoorlijke ziektebehan deling gemoeid is, kan worden bevorderd. Spr. ontkent verder, dat zijn ontwerp ver meerdering van administratieven omslag zal opleveren. Integendeel de administratie van de Rijksverzekeringsbank zal worden verlicht. De Minister ontkent vervolgens, dat door het overbrengen van de kleine ongevallen naai de Ziekteverzekering de controle op die kleine ongevallen zal worden verzwakt, en de risico overdracht benadeeld. Vele wenschen worden door de ontwerpen niet bevredigd, maar die wenschen waren zoo tegenstrijdig mogelijk. De Minister is echter tot alle concessies bereid, mits niet in strijd wordt gekomen met hetgeen hij acht in 's lands belang. Naar aanleiding van een bewering van den lieer Roodhuyzen, dat de afstemming van de Bakkerswet een afstraffing was van de rech terzijde voor 's ministers koppigheid doet de minister in zijn peroratie Jeen beroep op de rechterzijde, om niet het vertrouwen te onder mijnen, door het volk in de rechterzijde gesteld, en op de samenwerking der linkerzijde, om te komen tot gemeen overleg in 's lands belang. De Tweede Kamer heeft op de voordracht ter benoeming van een raadsheer in den Hoogen Raad geplaatst 1. Mr. H. Hesse, raadsheer in het Hof te Amsterdam. 2. Jhr. Mr. Rh. Feith, raadsheer in het Hof te 's-Gravenhage. 3. Mr. II. C. Dresselhuys, secretaris-generaal aan het departement van justitie. De Tweede Kamer heeft op de voordracht tot benoeming van een lid van de Reken kamer geplaatst 1. de heer 14. Zuyderhoff, referendaris, chef van de afdeeling comptabiliteit aan het de partement van koloniën 2. Mr. L. A. Bijbau, secretaris van Delft. 3. Mr. J. B. Breukelman, referendaris bij den Raad van State. De Bakkerswet verworpen. De Tweede Kamer heeft in hare vergade ring van Woensdagmiddag het ontwerp-Bak- kerswet met 49 tegen 42 stemmen afgestemd. Tegen stemden alle (4) vrije liberalen en alle (9) vrijzinnig-democraten, 18 Unie-liberalen, 10 cliristelijk-historischen, 6 katholieken (de heeren Loeff, Van der Berch van Heemstede, De Stuers, Duynstee, Van Vuuren en De Ram) en 2 antirevolutionairen (de heeren Van de Velde en Van Lvnden). r stemden 17 katholieken (de heer Aalberse werd tweemaal opgeroepen), 15 anti revolutionairen, alle zeven sociaal-democraten, één Unie-liberaal (de heer de Klerk) en 2 christelijk-historischen (de heeren Van Veen en Van Lennep). Afwezig waren vier antirevolutionairen (de heeren Kuyper, Van Asch van Wijck, Verloren en Blum), drie katholieken (de heeren O. van Nispen, Van Wichen, Arts) en tw'ee Unie liberalen (de heeren Dolk en De Meester). Onmiddellijk na de stemming had in hpt voor de ministers bestemde vertrek in liet gebouw der Tweedq Kamer een bijeenkomst plaats van verschillende ministers, o. a. van minister Heemskerk en minister Talma. Vacantiekaarten. Gedurende de maanden Juli, Augustus en September zullen de S. S., de H. IJ. S., de N, C. S. en de N. B. D. S. weer de bekende vacantiekaarten uitgeven. De prijzen zijn 1ste klasse f4, 2de klasse f3 en 3de klasse f2. Naar het „Vad." verneemt, zijn reeds zeer binnenkort de voorstellen der regeering tot herziening van de Grondwet te verwachten. Het O. M. eischte vrijspraak tegen Ds. Ewoldt van Oosterzee, wegens gebrek aan wettelijke bewijsmiddelen. Brussel, 5 Juni. Het hoofdbestuur van de socialistische partij heeft besloten een oproe ping tot de bevolking te richten, om haar tot kalmte te vermauen en tegen 30 Juni een congres bijeen te roepen, ter beraadslaging over de indiening van een wetsontwerp tot herziening van de grondwet, als de Kamer weer bijeenkomt. De burgemeester heeft alle samenscholingen en het rondtrekken van betoogingen verboden. Trots het verbod van den burgemeester is een troep van driehonderd betoogers ver scheiden straten doorgeloopen. De betoogers hielden de rijtuigen tegen. De politie voerde met blanke sabel een charge op hen uit. Ver scheiden betoogers werden gewond en enkelen opgebracht. Nadat de betoogers verstrooid waren, vorm den zij verschillende kleinere troepen. Op een van deze troepen voerde de politie nog een charge uit, waarbij er weer gewond wer den. Toen de gendarmes te paard aankwamen, werden zij met gefluit begroet. De charges duren voort. De door B. en W. opgemaakte voordracht voor een hoofd van school A alhier bestaat uit de heeren1. C. P. Kohier te Nieuwe Tonge2. J. G. Bosschaert te St. Laurens 3. J. J. van Doeselaar te Arnemuiden, allen hoofden van scholen. Bij den voerman L. B. van Kerkvoorde al hier, werd een levende vaars geboren, dat een wonderkalf was doordat het een kop als van een Duitsche doghond had. Het bovenste kaakbeen is 5 c. M. korter dan het onderste, terwijl aan beide zijden van het onderste kaak been de neusgaten aanwezig zijn. De land bouwers hebben zooiets nog nooit aangetroffen. Een 20 man uit de kazerne alhier met een sergeant aan 't hoofd moesten Woensdag een sfuk geschut te Ellewoutsdijk gaan plaatsen. Men vertrok per Prov. boot. De boot kon echter wegens het ongunstige weer niet te Borssele aanleggen. Men voer door naar Vlissingen. Des namiddags werd van uit Vlissingen getracht te Borsele aan te leggen, wat echter ook mislukte. Bij Kon. besluit is aan den heer II. J. Vooren als onderwijzer bij de rijksnormaal lessen te Axel een pensioen toegekend van f 215 's jaars. J. Pladdet Jr. wonende te Hoek doet zich voor, volgens de Rotterdammer, als bij de Chr Geref. Kerk beroepbaar gesteld oefenaar. Hij trachtte om bij de Geref. gemeente te Rotter dam een predikdienst te vervullen. Hij pro- Rona Cacao if WBiMk Z. Hooge Raad. Rekenkamer. De onlusten in België. TER NEUZEN, 7 Juni 1912.

Krantenbank Zeeland

Luctor et Emergo | 1912 | | pagina 2