Antirevolutionair
voor
nieuws- en Advertentieblad
Zeeland.
Het einde der staking.
FEUILLETON.
De Russische veldtocht van 1812.
No. 911.
Woensdag 1 Mei 1912.
9e Jaargang.
ABONNEMENT:
Per drie maanden binnen. Ter Neuzen ƒ1,Franco
per post: voor Nederland ƒ1,10.
Men abonneert zich bij alle Boekhandelaars, Postdirec
teuren en Brievengaarders.
Dit blad verschijnt Dinsdag- en Vrijdagavond,
uitgezonderd op feestdagen,
bij den Uitgever D. H. L1TT001J Az. te TER NEUZEN.
Inzending van advertentlën vóór uren op den dag der uitgave.
ADVERTENTIËN:
Van 14 regels ƒ0,40. Voor eiken regel meer ƒ0,10.
Bij directe opgaat van driemaal plaatsing derzetfde adver
tentie wordt de prijs slechts tweemaal berekend.
Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend.
INGEZONDEN STUKKEN TE RICHTEN AAN DE REDACTIE; ABONNEMENTEN EN ADVERTENTIES TE BEZORGEN BIJ DEN UITGEVER.
Van het Bestuur der Bootwerkers-vereeni-
ging „Recht en Plicht" ontvingen wij het
volgend schrijven, dat wij, als gericht tegen
ons artikel in het vorig nummer, opnemen
aan den voorkant van ons blad.
Redactie „Luctor et Emergo."
Naar aanleiding van het artikeltje „Soci-
alistenbluf' verzoeken wij u eenige plaats
ruimte.
Het lust jjns niet om alle verdachtma
kingen uit dat artikel recht te zetten, eerstens
omdat partijhaat er te veel in op de voor
grond treedt, tweedens daar dan ons verweer
te veel ruimte zou vergen en dan waar
schijnlijk geen ruimte voor plaatsing zou
gevonden worden. Wij willen ons dus be
palen tot den inhoud van het in „Het Volk"
gepubliceerde einde der staking. Het andere
zullen wij buiten beschouwing laten, waar
de schrijver zich niet schijnt te kunnen
houdén aan hetgeen Heykoop gedurende
de leiding der strijd altijd betracht heeft,
n. m. de belangen der bootwerkers boven
partijbelang.
De staking welke door de organisatie ge
proclameerd werd is'door de Vereeuiging
in de Woensdag 24 April gehouden verg.
organisatorisch opgeheven nadat de voor
stellen der bemiddelingscommissie gehoord
waren. Wel scheen voor buitenstaanders
de strijd geheel en al verloren maar is het
niet meer gebeurd dat boeren die door
zoogenaamde werkwilligen bewerkt waren
eenvoudig niet aan begonnen werd op de
plaats van aankomst. Dit was hier ook nog
wel mogelijk geweest maar de voorwaarden
schenen ons zoo dat wij toch niet meer
zouden verkrijgen, temeer daar de arbeiders
meermalen zwakke oogenblikken hadden
getoond.
Daar wij echter niet tegenwoordig waren
bij de onderhandeling moesten wij ingaan
op hetgeen ons daaromtrent medegedeeld
werd door een der leden der commissie.
Nadat deze ons de voorwaarden schriftelijk
ter hand gesteld had en wij Opmerkten dat
de voorwaarden niet al te voordeelig waren
deelde deze ons mede dat hij den indruk
had gekregen dat na een paar weken alle
behalve de vijf ontslagenen weer op hun
oude plaatsen terug zouden zijn. In dezen
zin hebben wij de verg. de besluiten mede-
11)
De geheele horizon was een zee van vlam
men, nog aangewakkerd door een hevigen
storm, die eenige dagen aanhield. Tot 21
September vond de brand nog voedsel, doch
eindelijk was het groote offer van Vaderlands
liefde, waarvan de Nieuwe Geschiedenis geen
tweede voorbeeld oplevert, volbracht. Meer
dan drievierden der stad was door het vuur
vernield en niets was overgebleven als muren,
asch en de koperen bedekking der gebouwen.
Het eerste legerkorps, dat te Moskou ko
mende reeds tweederden der sterkte had ver
lóren, bleef aldaar gedurende den geheelen tijd
dat wij Moskou in bezit hielden. De officieren
en soldaten waren over het algemeen vrij goed
gehuisd. De staf der genie had twee huizen
met stallen een ervan werd bewoond door
den generaal en het andere door de officieren.
Met den kapitein Lagrange bewoonde ik eene
kamer en over het algemeen waren wij tevreden
na al het ongemak wat wij reeds hadden uit
gedeeld en het einde der staking ook bekend
gemaakt in „Het Volk".
Noemt de schrijver zulks socialistenbluf,
dan willen wij er op wijzen dat wij slechts
het oordeel van toch niet het eerste het
beste lid der bemiddelingscommissie hebben
gegeven, het oordeel van iemand die wij
toch wel voor zulke zaken berekend mogen
achten.
Nu enkel nog dit. Dat Heykoop's verblijf
te veel was in Ter Neuzen was niets vreemds
voor ons, maar dat diegenen voor wie hij
hier mede gestreden had, zijn vertrek toe
juichten hoorden wij voor het eerst. Allen
betuigden hem bij zijn vertrek warme be
langstelling en riepen hem een spoedig
wederziens toe. Zij toch schrijven het ver
loop der strijd niet toe aan hem maar aan
verraad uit eigen gelederen, en zeer jammer
voor u schrijver is het dat gij waarschijn
lijk een dier verraders onder uw volgelingen
telt.
Dankend voor de plaatsing.
Het Bestuur der Bootwerkersvereeniging
„Recht en Plicht".
Naar aanleiding van bovenstaand schrijven
veroorloven wij ons de volgende opmerkingen.
De schrijvers vergissen zich totaal, wanneer
zij meenen, dat partijhaat in ons artikel op
den voorgrond trad integendeel wij hebben
reeds onderscheidene malen gelegenheid gehad
om te toonen, dat de belangen der arbeiders
onze warme sympathie hebben.
Juist om opnieuw van die belangstelling
blijk te geven, hebben wij aangetoond in ons
vorig nummer, dat de inmenging van den heer
Ileijkoop voor de bootwerkers schade in plaats
van voordeel had aangebracht. Wij gelooven
niet, dat er onder de ingezetenen van Ter Neu
zen velen zullen gevonden worden, die dit
niet met ons eens zijn.
Met partijbelang heeft dit niets te maken
wie zijn oogen open wil doen, kan die schade
dagelijks evenals wij met leedwezen consta-
teeren.
Over de door een lid der Commissie „schrif
telijk ter hand gestelde voorwaarden" hebben
wij de vorige maal niet willen spreken, omdat
de firma absoluut weigerde in voorwaarden
te treden. Nu kan iemand simpele mededeelingen
van de firma, hoe zij in het vervolg tegenover de
ontslagenen denkt te handelen op papier stellen
en tot bedongen voorwaarden opblazen, maar een
mensch met een nuchter verstand denkt daar
van toch het zijnete meer nog, waar uit
het geheele verloop der zaak blijkt, dat de
firma geen enkele barer rechten heeft prijs
gegeven en dat zij volhardde bij haar eenmaal
gestaan. Dagelijks was een der officieren
belast met den dienst der levensmiddelen.
Deze officier ging met een paar kleine wagens
met bedienden en een wacht van een paar
sappeurs naar het midden der stad en kocht
van de soldaten de eetwaren, welke zij hadden
geplunderd. Op deze wijze kregen wij wijn,
suiker, koffie, thee en een menigte andere
zaken bij elkaar. Yleesch en brood werden
dagelijks uitgedeeld, zoodat wij met de groenten,
die in menigte in de moestuinen werden ge
vonden, gelegenheid hadden een vrij goeden
maaltijd te bereiden.
In de nabijheid van het Kremlin hielden de
soldaten der garde eene markt van geplun
derde zaken. De schoonste zaken kon men
voor bijna niets koopen. Zoo kocht een officier
een stuk rood fluweel voor 2 franken. Ik
kocht een heerlijke getrokken bus voor 5
franken en een zwarte bonten muts met lange
pelsooren (waaraan ik wellicht later het behoud
van mijn leven te danken heb gehad) voor
één frank. Daarentegen moest men tot 100
franken geven voor een paar nieuwe laarzen,
en het verstellen van een broek met 10 franken
betalen.
Allengs regelde zich de toestand van zaken
eenigszins zooals wij vernamen waren groote
magazijnen van granen, brandewijn en lakens
in handen der Franschen gevallen. Doch de
genomen besluit ook ten opzichte van het
ontslagen vijftal.
Wij gaan hierop voorloopig niet verder in
alleen zeggen wij, dat wij ons vorig artikel al
vorens het te plaatsen aan een lid dier Commis
sie ter lezing aanboden en van dat lid de ver
zekering kregen, dat het volkomen juist was.
Trouwens, niemand minder dan de heer
Heijkoop zelf erkent in De Baanbrekerdat
alles verhindert helaas niet, dat de voor
naamste eisch terugname der vijf ontslagenen
en erkenning der organisatie niet is inge
willigd.
En wat onze bewering aangaat, dat het
voor Heijkoop tijd werd, om onze stad te
verlaten, hij schrijft zelf, dat de staking werd
opgeheven, „wijl anders de zaak verloopen zou
zijn, wat de organisatie zou gekost hebben."
Hij schijnt het dus ook op dit punt met
ons eens te zijn.
Het Volk schreefde 5 ontslagenen komen
niet terug, maar hunne organisatie wordt
door de firma erkend. De heer Heijkoop zegt
evenwel, dat deze eisch niet is ingewilligd.
Wij gelooven, dat dit laatste meer waar is,
dan de bewering van Het Volk.
Een en ander gaf ons naar onze meening
het recht, om de voorstelling van Het Volk
„de staking is organisatorisch en regelmatig
opgeheven op voorwaarden, geformuleerd door
een bemiddelingscomité met burgemeester
Huizinga aan het hoofd", te betitelen met
Socialisten-bluf.
Dat bemiddelings-comité had zoowat nie
mendal van voorwaarden te formuleeren.
Wij herhalen: de oorzaak daarvan is alléén
dat de werklieden te kwader uur den
socialist uit Rotterdam te hulp geroepen
hadden.
Hebben zij hulp van anderen noodig, er
zijn in Ter Neuzen invloedrijke mannen ge
noeg, die het met den werkman wel meenen
en gaarne hunne hulp voor billijke verzoeken
zullen verleenen.
Doch mannen als den heer Heykoop late
men in Rotterdam. Iemand die, gelijk hij,
schrijft„den cargadoors is respect ingeboe
zemd en die zullen hetniet licht weer tot strijd
laten komen"; „de firma Little en Johnston"
heeft een zeer gevoelige klap ontvangen" enz.
bederft de zaak hier voor den werkman.
En juist omdat wij van harte hopen, dat
het den werkman in Ter Neuzen wel ga en
wij het ten zeerste betreuren, dat door de
geschiedenis der laatste weken zoovelen broo
deloos zijn geworden, herhalen wij onzen raad
laat voortaan den socialist thuis.
juiste maatregelen voor een winter-campagne
werden niet genomen. Men had moeten zor
gen dat de soldaten een goede winterkleeding
ontvingen, hetgeen bij een goede administratie
had kunnen geschieden, doch wel nooit heeft
er een slechtere administratie bestaan dan die
der Franschen. De lakens bleven in de maga
zijnen en aan de officieren en soldaten wer
den geene uitdeelingen gedaan. Het grootste
bezwaar leverde de aanschaffing op van de
noodige fourage voor de paarden. Wat inde-
stad was overgebleven, was schielijk opge
bruikt en toen moesten de omliggende dorpen
in de behoefte voorzien. In het begin van
October werden de fourageurs reeds op 4 a
G uur afstand, onder bescherming van een
regiment Infanterie, afgezonden en slechts
met de grootste moeite verkreeg men de
hoogst noodzakelijke voeding voor de paarden.
Dit was dan ook de reden waarom die arme
dieren, waarop ons geheele welzijn berustte,
langzamerhand in krachten afnamen, waardoor
de ongelukken van den terugtocht als het
ware werden voorbereid.
IV.
Laat ik u nu bekend maken met mijne werk
zaamheden gedurende mijn verblijf te Moskou,
die ik om niet te wijdloopig te worden slechts
kortelings zal opgeven.
=ttf
De
Gent.
wereldtentoonstelling te
De voorbereidingen tot deze, in 1913 te
houden tentoonstelling schieten op. Verschil
lende dagbladschrijvers, medewerkers aan Bel
gische en vreemde bladen, hebben er al een
kijkje mogen nemen en schrijven opgetogen
over het daar aanschouwde.
De tentoonstelling zal uit drie deelen be
staan Liet middelste, het voornaamste, is het
verst gevorderd. Daar staan zoowaar al een
heele „white-city" klaar
Een „white-city", want wat hier allereerst
opvalt, is inderdaad wel het soliede, het dege
lijke in de gebouwen, de rustig-stijlvolle har
monie in het ensemble. Ge zult hier niet, als
in de meeste exposities, den indruk krijgen
van -een kermismaar wel degelijk die van
een wonderstad in steen, met blijvende be
stemming.
Men vraagt zich echter af, hoe al die
mooie, hagelblanke paleizen na dézen nu nóg
een winter zullen doormaken. Het moet nog
langer dan een jaar duren voor de expositie
geopend zal worden en nu reeds staan heele
hallen gereed om de goederen te ontvangen
Zoo goed als klaar is schier de heele Bel
gische afdeeling, en de Franschen, die 32 000
vierkante meter plaats besteld hebben, zou
den binnen een paar maanden al gerust kun
nen afkomen, zoowel als de Engelschen, die
zich 15.000 vierk. meter hebben doen voor
behouden.
Het geheim van deze ongehoorde snelheid
wordt niet officieel bekend gemaakt. Hoe
zou 't anders nog een geheim geweest zijn
Maar het zal hem wel vooral hierin zitten
dat het comité voor een schijntje al het
grove bouwmateriaal van de Brusselsche ten
toonstelling heeft kunnen overnemen, zoodat
het geraamte van de hallen eigenlijk maar
weer in elkaar te zetten was.
Te Gent, dat heel de wereld dóór voor zijn
bloemenkweekerijen beroemd is, kan het na
tuurlijk niet anders, of voor de groote attrac
tie van de tentoonstelling moet dat vak zor
gen. Speciaal voor de bloemententoonstellin
gen wordt in het stedelijk park dgt bij de
expositie ingelijfd zal worden een paleis
opgetrokken, uit steen en bestemd dus om te
blijven, wat een unicum zal zijn. Het zal een
oppervlakte beslaan van niet minder dan
30.000 vierkante meter, waarvan 13.000 vierk.
M. alleen door de groote hal ingenomen zullen
worden.
In dit paleis zullen heel den duur van de
expositie reuzententoonstellingen van bloemen
en planten worden gehouden. Reeds in Januari
zal er in een grooten, kunstmatig verwarmden
De rivier de Moskwa maakt in de stad
Moskou groote krommingen. Ten einde de
militaire gemeenschap te vergemakkelijken,
werden er eenige schraag- en vlotbruggen over
de rivier geslagen. Over den bouw van een
dier bruggen had ik de directie.
In Moskou bestaan eenige kloosters, die
eene vrij groote oppervlakte grond bevatten
en die vroeger tegen de invallen der Tartaren
met hooge muren ombouwd en van afstand
tot afstand van torens voorzien waren. Hetzij
dat de Keizer werkelijk voornemens is ge
weest om den winter te Moskou te blijven,
hetzij dat hij zulks aan de Russen wilde doen
gelooven, moesten deze kloosters voor verde
diging worden ingericht. Een dezer, gelegen
in de voorstad, welke door het 1ste leger
korps betrokken was, Nieuwjongvrouwen-
klooster genaamd, viel mij ten deel. Voorde
poorten werden aarden fièchen opgeworpen
en afgepalissadeerd de steenen torens werden
voor bewapening met lichte stukken geschut
ingericht, enz. Buiten het klooster op een
afstand van 30 a 40 pas stond een groote
kerk, waarvan het bovenste gedeelte hoven
de 50 voet hooge muren van het klooster
uitstak. Ik kreeg den last dit gebouw te doen
springen dit werk van militair vandulismus
was mij zeer leerzaam.
(Wordt vervolgd).
Advertentiën voor dit blad worden
aangenomen tot 's namiddags I UUR op
den dag der uitgave.
(verhaald door een ooggetuige,
wijlen den Kolonel der Genie A. KOOL.)