Van Houten's
Reclame Berichten.
Biiiteiilaudsch Overzicht.
Korte Berichten.
Uit Stad en Provincie.
en bovendien van de toekenning van een
toeslag naar de grootte van het gezin de
tweede wil het minimum op f600 stellen.
De heer Ketelaar (V. D.) bespreekt de
moeilijkheid, welke het tweede gedeelte der
motie-Arts brengt. De minima zijn treurig
veronachtzaamd van 1878 tot 1901, terwijl de
goedkeuring van Ged. Staten op de salaris-
verordeningen weinig uitricht. De houding
van de Regeering noemt spr. teleurstellend
voor de kansen op verbetering. De onder
wijzers gevoelen dit ook. Spr. behandelt hun op
treden op de Haagsche meeting, dat zeer rede
lijk was. Spr. beveelt de motie-Ter Laan aan,
dat rond 2 millioen zal kosten en slechts
eenvoudige wetswijziging noodig maakt.
Het beroep van den min. op de bepaling,
dat elke tien jaar herziening van de salaris
verordeningen voorschrijft, gaat niet op voor
het uitstellen van wetswijziging. Evenmin
's ministers bezwaar, dat het geld den onder
wijzers misschien niet ten goede zou komen.
Spr. vreest van den kindertoeslag uit de
motie-Arts een onvoldoend voorbereide revo
lutie in de salarisregeling. Hij beschouwt de
gewijzigde motie als een handigheidje om aan
de rechterzijde een overwinning te bezorgen.
De minister moet van de wijziging geweten
hebben.
Het denkbeeld van den heer de Kanter
(verhooging van het maxima) helpt voor het
oogenblik niet.
De heer Verhey (U. L.) is ook voor de
motie-Ter Laan. Voor verschillende minimum
regeling voor verschillende gemeenten is het
nu geen tijd. De drang der onderwijzers is
billijk. De door den heer Arts gewenschte
regeling ontraadt spr.
De heer Roessingh (U. L.) bestrijdt den
minister en den beer De Kanter en wijst op
de noodzakelijkheid van salarisverbetering door
verhooging van de minima.
Hij bespreekt de motie-Arts, waarbij hij wel
wat voelt voor den kindertoeslag, doch deze
ondoeltreffend acht voor het helpen van mi
nimumlijders. Spr. is vóór de motie-Ter Laan.
De heer Roodhuyzen (U. L.) wijst op
de genegenheid van den min. voor de gewij
zigde motie-Arts, welke hij veroordeelt als
onzuiver. Spr. valt de houding van den mi
nister ten aanzien van de onderwijzers aan
en verdedigt de motie-Ter Laan als praktisch
en niet te kostbaar.
Na regeling van werkzaamheden is bet
woord aan den heer Oosterbaan (A. R.),
die het niet bezoeken van de Haagscbe meeting
door minister Heemskerk verdedigt. De mo
ties gaan te ver, daar de regeering slecbts
3 ton beschikbaar heeft. Hij wil eerst de
gehuwden helpen. Hij erkent, dat de sala
rissen te laag zijn, doch men moet thans
rekening houden met hetgeen de regeering
beschikbaar heeft. Als de Reg. iets meer
geeft zal spr. voor het tweede deel der motie-
Arts stemmen. Hij i.4 tegen de motie-Ter
Laan.
De heer Tydeman (V. L.) is tegen beide
moties, omdat ze te beperkt, zijn in de wijze,
waarop ze verbetering willen brengen. Op
deze wijze worden te besteden gelden niet op
de meest economische manier aangewend.
Spr. acht de motie-Ter Laan onvoldoende.
Hij wil de eischen voor de onderwijzers ver
zwaren, doch hon goed bezoldigen. Spr.
geeft toe, meer te vragen dan de moties vergen,
doch het onderwijs zal met spr.'s plan moer
gebaat zijn.
De lieer De Visser (C.-H.) gaat met de
moties niet mede. Deze geven geen leiddraad
aan de regeering en ook voeren ze tot on
billijkheid tegenover ander onderwijspersoneel.
Ook zouden lichtvaardiglijk verwachtingen
worden opgewekt door aanneming van de
moties, die de verantwoordelijkheid der re
geering voor het besteden van 's lands gelden
overbrengen op de Kamer.
De heer Van W ij n b e r g e n (R. K.) ver
dedigt het tweede deel der motie-Arts, waar
door de onderwijzers, die het 't meest noodig
hebben, geholpen worden.
De heer Bos (V. D.) neemt de Haagsche
meeting in bescherming, wat daar gesproken
werd, was juist en waar.
De minister van binnenlandsche
zaken (de heer Heemskerk) ziet de zaak
van den kleinen kant. De salarieering is
slechts definitief op te lossen bij de hervorming
van ons volksonderwijs.
Zitting van Donderdag 28 Maart.
De moties-Arts en -Ter Laan ter verhooging
van de wettelijke minima der onderwijzers
salarissen zijn aan de orde.
De heer Smeenge (U. Ij.) acht de eerste
motie onvoldoende en zal stemmen voor die
van den heer Ter Laan. Spr. wil een voor
schrift, dat verhooging in elk geval den onder
wijzers zal ten goede komen. Hij is niet
bezorgd voor de hooge kosten.
De heer De Klerk (U. D,) acht aanneming
van de motie-Ter Laan dringend noodig. Spr.
bestrijdt den heer Tydeman, die de motie te
eenvoudig vond, en den heer Oosterbaan, die
genoegen nam met de 3 ton, waarvan het niet
zeker of de reg. ze voor dit doel beschikbaar
stelt. De zaak is urgent, want men kan de
verhooging niet aan de gemeenteraden over
laten.
Spr, is tegen den door den heer Arts ge-
wenschten kindertoeslag.
De heer T r e u b (V. D.) bestrijdt de inciden-
teele wijziging, door den heer Arts in zijn motie
aangebracht: de invoeging van een kinder
toeslag. Het gaat niet aan zich hierbij te
beroepen op liet precedent der postambtenaren.
^Aan het publiek kan het^^
[oordeel worden gelaten, of r
inderdaad is
1 Kg. ƒ1.50
%K<J./0.42|
- 0.80
Spr. ziet hierin een nutteloos propaganda
middel tegen het nieuw-malthusianisme.
Dan gaat spr. na op welk standpunt men
zich behoort te plaatsen bij het salariëeren.
Spr. zoekt verband tusschen loon an praestatie
de minister doet dit ook, maar bovendien
let hij bij het loon op de behoefte. Daarbij
komt men in strijd met de wet van vraag en
aanbod, die niet uitgeschakeld kan worden in
de belooning van ambtenaren, wil de staat
zich zelf niet benadeelen.
Spr. betoogt, dat de motie-Arts de actie der
ambtenaren wil breken, door de onderwijzers
te splitsen in categorieën met verschillende
belangen. Op die wijze ontkomt de staat aan
de verplichting, om door goede loonen het
hoofd te bieden aan de concurrentie van par
ticuliere werkgevers.
De motie-Arts kan geen goede werkkrachten
trekken door Tiet vooruitzicht van een kinder
toeslag. Trouwen is niet het hoofddoel van
een jong onderwijzer, maar gelegenheid tot
ontwikkeling. Bij loon naar behoefte, zou men
moeten letten op het vermogen van een onder
wijzer. De motie is niet voldoende voorbereid
voor een principiëele beslissing.
Spr. zal stemmen vóór de motie-Ter Laan.
De heer Lieftinck (U.-L.) is het met
deze rede eens en vraagt, of de kindertoeslag
bij overlijden van kinderen verminderd wordt.
Spr. bestrijdt den heer Tydeman, die het
aanvangssalaris voldoende achtte.
In alle opzichten is f 500 te weinig. Spr.
verwacht een gunstigen invloed op het onder
wijs, als de motie-Arts verworpen, de motie-
Ter Laan aangenomen wordt.
De heer D e M e e s t e r (U. L.) wijst op
den sinds 1907 verbeterden financieelen toe
stand, die toelaat om de onderwijzerssalarissen
te verbeteren, nu de regeering zooveel be
schikbaar stelt voor andere belangen. Spr.
is tegen de motie-Arts, voor de motie-Ter
Laan, al betreurt spr. dat de regeering vrij
blijft den daarin geuiten wensch niet te ver-
liooren.
De heer Do Geer (C.-H.) wijst op de na-
deelen van kindertoeslag, daar ouders met
veel kinderen daardoor minder gezochte werk
krachten worden. Ook voor ambtenaren heeft
deze regeling bezwaar, door het vernederend
karakter van een „nooddrufttoeslag."
De heer Arts (R.-K.) verdedigt zijn ge
wijzigde motie tegen de verschillende aanvallen.
Spr. houdt vol, dat het eerste deel van zijn
motie slechts f229,000 zou kosten en zegt,
dat gezinsloon niets nieuws is.
Spr. dringt tenslotte aan op een toezegging
van den minister, dat zoo spoedig mogelijk
een onderzoek zal worden ingesteld naar het
aantal kinderen van gehuwde onderwijzers,
opdat nog dit jaar een wetswijziging als in
het tweede deel zijner motie beoogd, zal
kunnen tot stand komen.
Do heer Ter Laan (S.D.A.P.) repliceert.
De toevoeging aan de motie-Arts heeft het
debat op een verkeerden weg geleid en noo-
deloos gerekt.
Spr. verdedigt uitvoerig zijn motie tegen
de daartegen ingebrachte bedenkingen, en
bestrijdt de „fokpremie" van den beer Arts,
waardoor een goede salariëering wordt tegen
gehouden en alleen de schijn gered.
In den loop van den dag van Dinsdag heeft
men waarschijnlijk de eerste sporen van het
verblijf der gezochte schavuiten gevonden.
Een rondreizende photograaf heeft in de
nabijheid van de Parijsche voorstad Becon-les-
Bruyères een in een overjas gewikkelde ka
rabijn gevonden, waarvan de bandieten zich
naar allo waarschijnlijkhetd ontdaan hebben,
want zooals bekend is badden zij een kara
bijn bij zich, waarmede te Chantiliy verschei
dene malen geschoten is, en het is vastgesteld,
dat de gevonden karabijn bij een in Februari
te Parijs beganen diefstal aan een wapenhan
delaar ontroofd is met nog 8 andere karabijnen,
een aantal jachtgeweren, 19 revolvers en een
som van 1600 frank. Men leidt uit deze vondst
vooreerst af, dat de bandieten niet, zooals men
totnogtoe heeft aangenomen, te Asnières in
den trein gestapt zijn, toen zij hnn automobiel
daar verlieten, doch te voet in den omtrek
een toevlucht zochten en zich den eersten dag
daar verborgen hebben gehouden. Inderdaad
luiden ook de verklaringen der getuigen, die
de bandieten de omheining van den spoorweg
zagen overklimmen. tegenstrijdig met betrek
king tot het punt, of zij werkelijk den lang
zaam wegri]denden trein naar Parijs bestegen
hebben, dan wel aan de andere zijde van den
trein verdwenen zijn. Dat het laatste het
geval schijnt te zijn, bevestigt bovendien een
tweede aanknoopingspunt.
Een Parijsche voerman die om 4 uur in
den morgen met zijn wagen den Matin naai
de Noordwestelijke voofsteden van Parijs bracht,
was eergisterenmorgen omstreeks dezen tijd
te Courbevoie twee verdachte personen tegen
gekomen, van wie er één om een nummer
van den Matin vroeg. Deze werd gegeven en
met een frank betaald. De voerman deed bij
de Parijsche prefectuur van politie verslag van
de ontmoeting en toen men hem daar een aan
tal photographieën voorlegde, verklaarde hij
in die van den beruchten en van het deel
nemen aan den moordaanslag in de reu Or-
dener verdachten Carouy een der mannen te
herkennen, die hem dien mqrgen om den Matin
gevraagd had.
Men vermoedt nu met eenigen grond van
waarschijnlijkheid, dat de bandieten, hetzij al
len, hetzij eenigen van hen, zich in de onmid-
delijke nabijheid van Asnières verborgen heb
ben gehouden.
De politie heeft verder aan de menschen,
die te Chantiliy de misdadigers bij den over
val van het^bijkantoor van de Société Géné
rale gezien hebben en de kogels om zich heen
hoorden fluiten, een aantal photographieën
voorgelegd. Ook het meerendeel van deze
personen geloofde zeker uit de photographieën
de drie verdachten Bonnot, Carouy en Garnier
te herkennen, die allen in den moordaanslag
in de ruo Ordener betrokken moeten zijn
geweest.
Eindelijk heeft ook Bertillon, de directeur
van den anthropometrischen dienst bij de
prefectuur van politie, onder de vingeraf
drukken op den geroofden automobiel dien
van Garnier gevonden. De vraag rijst nu
nog, wie de drie andere schavuiten zijn, die
aan de laatste overvallen deel hebben genomen.
Het openbaar ministerie heeft het geheele
onderzoek naar de door de bende in den
laatsten tijd gepleegde roofaanvallen, naar
er gemeld is, in een hand gelegd, nl. in dien
van den rechter van instructie Gilbert. Deze
beeft, behalve het onderzoek naar de ver
schillende gevallen zelve, ook dat wegens
verleenden bijstand op grond van de Dinsdag
genoemde artikels van het strafwetboek tot
zijn taak. De verschillende gevallen zijn
Diefstal van een automobiel te Billancourt,
de aanslag op den kassierslooper Gaby in de
rue Ord^rer in Montmarte, diefstal van een
automobiel te Saint-Mandé, het doodschieten
van een politieagent in de rue du Havre,
twee inbraken in de winkels van bandelaars
in wapenen in de rue Lafayette en op den
boulevard Haussman, een inbraak in het post
kantoor van Pavillon-sous-Bois, en diefstal van
een militaire kas en van een spaarkasboek.
Verder moet door een zekere, als anarchist
bekend staanden, Godorowsky aan de gezochte
misdadigers Garnier en Bonnot huisvesiing
verleend zijn.
In het geheel worden totnogtoe 13 personen
van het deelnemen aan deze verschillende mis
daden verdacht 9 daarvan bevinden zich in
hechtenis. De 4 hoofddaders, afgezien van de
nieuwe medeschuldigen aan de jongste over
vallen, zijn voortvluchtig.
Omtrent de nieuwe veiligheidsmaatregelen
kan gemeld worden dat de prefectuur van
politie te Parijs alle politieagenten sedert eer
gisteren ook voor den dienst overdag met
revolvers heeft toegerust. De afgevaardigde
Adigard heeft tot den onderstaatssecretaris
voor post en telegrafie de vraag gericht, hoe
hij daeht over de noodzakelijkheid om de amb
tenaren van het openbaar ministerie, de com
missariaten van politie en de posten der gen
darmerie in geheel Frankrijk telefonisch met
elkaar te verbinden. In de gebrekkige tele
fonische uitrusting der commissariaten van
politie, die te Parijs slechts met elkaar ver
bonden zijn, niet met het publieke telefoonnet,
ziet men een hoofdreden, waarom de achter
volging der moordenaars in het laatste geval,
dat zich heeft voorgedaan, te laat is begonnen
en zonder resultaat bleef.
Berlijn, 27 Maart. Door het binnenstroomen
van water op een gedeelte van den onder-
grondschen spoarweg, dat tusschen de stations
Alexander-plein en Spittelmarkt in aanleg is,
is het verkeer op het gedeelte Leipziger
PleinSpittelmarkt vermoedelijk voor vier
weken gestoord.
Vanochtend na vier uur bezweek de water-
keering, die de nieuwe tunnel van den onder-
grondschen spoorweg tusschen de Spittelmarkt
en het Alexander-plein tegen het water van
de Spree beschermt. Vernielend drong het
water in de schacht. Langzamerhand werd
ook do tunnel van het oude traject over
stroomd, zoodat het verkeer m het hartje van
de stad tusschen Spittelmarkt en Leipziger
Plein gestaakt moest worden.
Toen het water in de tunnel binnendrong,
waren er 80 man aan het werk, die alles
deden, om het verder stroomen van het water
te beletten. Ongelukken zijn daarbij niet
voorgekomen, maar evenmin hebben de maat
regelen kunnen verhinderen, dat het water
langzaam en gestadig verder drong. Het
verkeer met de binnenstad is er geheel door
ontwricht. De materieele schade en de ver
traging, die de voltooiing van de zeer noodige
nieuwe lijn hierdoor lijden zal, zijn nog on
berekenbaar.
De hoop, dat morgen het verkeer op de
ondergrondsche spoor weer zou kunnen worden
hersteld, zal niet vervuld kunnen worden.
Het water was tot hedenavond 70 cM. ge
stegen en had de perrons overstroomd. Van
nacht zullen 6 centrifugaalpompen opgesteld
worden. Hedenavond is er ook kortsluiting
geweest van de electrische geleiding, zoodat
de pompen door locomobielen gedreven moeten
worden.
De hervatting van de exploitatie zal zoo
eerst over eenige dagen mogelijk zijn.
Hedenavond is het gelukt het water, dat
in de schacht van den ondergrondschen spoor
weg doorgedrongen is, de verdere binnenstroo-
miug te beletten. Vele stoompompen van
de brandweer zijn aan het werk om de tunnel
leeg te zuigen. Daar er naar schatting on
geveer 100,000 kub. meter water binnenge
drongen is, kan hiermede nog wel eenigen tijd
gemoeid zijn.
Londen, 28 Maart. Vijfhonderd man van
het West-Yorkshire-regiment, te Lichfield in
garnizoen, zijn gezonden uaar de Littleton-mijn
te Huntingdon in Staffordshire, waarin eenige
duizenden stakers, ondanks de vertoogen van
hun eigen vertegenwoordiger, met allerlei in
de mijnschacht hebben geworpen, om te be
letten, dat tachtig man, die waren neerge
laten om herstellingswerk uit te voeren, weer
boven kwamen. Zij staken ook twee loodsen
in brand. De politie sloeg er met den stok
op in, maar was niet bij machte de ongere
geldheden te stuiten.
Naar het heet, staan er te Aldershot 10,000
man troepen gereed om naar de kolenmijnen
te worden gezonden.
In de op Dinsdag 2 April des voormiddags
te 10 ure te houden openbare vergadering van
den gemeeteraad alhier, komen de volgende
punten in behandeling
Ingekomen stukken voorstel tot wijziging
van artikel 3 van het huishoudelijk reglement
van de Commissie tot wering van schoolver
zuim wijziging verordening op de heffing van
loon voor liet keuren van vee, vleesch en
visch voorstel tot wijziging van de instructie
van de keurmeestersverzoek van de wed.
J. Wiskerke tot het verplaatsen van de voor
hare woning staande paal van de electrische
centrale wijziging begrooting over 1911aan
vraag ontheffing belastingen kohier hoofde-
lijken omslag.
Gisterenmiddag om 4 uur had de begrafenis
plaats van den 24-jarigen luitenant T. Baak.
Kransen dekten de kist. Een vijftal rijtuigen
volgden den lijkwagen. Op het graf werd
door den kaptein gesproken. De vader van
den overledene, een gepensioneerd kolonel,
dankte diep bewogen voor de laatste eer zijn
zoon aangedaan Vele belangstellenden waren
er bij tegenwoordig.
Op verzoek vermelden wij, dat op Dinsdag
9 April a. s. de jaarvergadering van den ring
Zeeuwsch-Vlaanderen der Geref. Jongel.Ver-
eenigingen, des middags in de Geref. kerk
alhier zal gehouden worden.
Woensdag werd alhier door den notaris
Le Nobel, krachtens art. 1223 in verband met
art. 1255 B. W. in het openbaar verkocht een
woonhuis en erf, gelegen in de Donze-Visser
straat no. 10, groot 83 centiaren.
Hiervan werden koopers de heeren J. Loof
en Joz. Pladdet voor ƒ1210.
Hoek. Alhier werd ten gemeentehuize door
Burgemeester en Wethouders aanbesteed: de
levering franco op den wal aan het kanaal
van Ter Neuzen van 408000 stuks straatklin-
klinkers in 3 gelijke perceelen, elk van 136000
stuks.
Voor deze besteding werden ingeleverd 3
biljetten alle voor de 3 perceelen.
Ingeschreven werd P. Platteeuw te Ter Neu
zen voor f 16,60 en f 16,30, N. V. „de Hoop,"
directeur G. J. F. van der Peijl te Ter Neuzen
voor f 18,40, f 17,65, f 17,15, f 16,65, f 16,40,
f 16,35 eri f 15,85, J. Maljers te Ter Neuzen
voor f 16,84 en f i6,46, alles per 1000 stuks.
Gegund aan de N. V. „de Hoop" voor het
monster van f 16,40.
Axel. Door de Chr. Werkl. Vereen. „Bidt
en Werkt" alhier, is aan de Kamer van Arbeid
voor het Landbouwbedrijf te Axel het volgende
schrijven gericht
Axel, 25 Maart 1912.
Het Nederl. Werkl. Verbond „Patrimonium",
afd. Axel, goedgekeurd bij K. B. van 27 Juni
1910, Stsbl. No. 147, komt langs dezen tot
Uwe Kamer, met het beleefde verzoek de
volgende punten in Uwe Vergadering te be
handelen en de noodige stappen te doen tot
verkrijging van hetgeen daarin vervat isen
ter bestemder plaatse aan te dringen op wat
wijziging behoeft
De auto-bandieten te Parijs.
De ondergrondsche spoor te Berlijn.
De staking in Engeland.
TER NEUZEN, 29 Maart 1912.