Kerk en School. Gemengd Nieuws. werd het diploma uitgereikt. Met zijn F. Die- leman, M. de Putter, D. Dekker, A. Dees, J. Dieleman, P. Dieleman, J. Dieleman en J. de Putter. Den heer Lefeber werd door de leerlingen een pendule en den heer Zonnevijlle een bureau stoel aangeboden. Zaamslag. Op 12 Maart 1.1. vergaderde alhier de gemeenteraad. Alle leden waren tegen woordig. Eenige ingekomen stukken werden voor kennisgeving aangenomen. Voorlezing gescliieddde van de ontwerp verordening regelende de samenstelling en inrichting der plaatselijke schoolcommissie, welke verordening luidt Art. 1. De plaatselijke schoolcommissie in de gemeente Zaamslag bestaat uit ten minste drie mannelijke leden. Art. 2. De leden der commissie worden benoemd door den gemeenteraad. De benoeming geschiedt op eene aanbeveling van twee personen van B. en W. Art B. De leden kunnen ten allen tijde hun ontslag nemen, met schriftelijke kennisgeving aan B. en W. Art. 4. Te beginnen met 1913 treedt telken jare een lid af volgens een daartoe bij 't lot op te maken. De aftredenden zijn herkiesbaar. Wie tusschentijds benoemd wordt treedt af op het tijdstip waarop zijn voorganger had moeten aftreden. De periodieke benoemingen geschieden tel ken jare voor en met 1 April. Art. 5. De Commissie wijst uit haar midden een Voorzitter en een Secretaris aan. Art. 6. Vooral met het oog op het onderwijs in nuttige handwerken kunnen aan de Com missie hoogstens drie vrouwelijke leden worden toegevoegd. Ook op haar zijn de artt. 2 en 3 van toe passing. Art. 7. De Commissie vergadert zoo dikwijls zij dit noodig oordeelt. De vergaderingen worden gehouden ten Raadhuize in een lokaal aan te wijzen door den Burgemeester. Zonder hoofdelijke stemming werd de ver ordening overeenkomstig concept vastgesteld. Tot leden der Commissie van Toezicht werden benoemd de heeren J. Stolk, C. A. Wisse en W. de Klerk. De begrooting dienst 1911 werd gewijzigd in ontvang op f288,037o en uitgaaf (vermeer dering) f 1860,OB1/* en vermindering f 1572, en de begrooting 1912 in ontvang en uitgaaf op f3900. De Voorzitter deelt mede, dat het kohier Hoofdelijken Omslag bedraagt f 8707,30 en dat noodig is f 8500 geraamd bedrag 5 pCt. voor oninbare posten f 8925 en dat dus noodig is de aanslagen van het jaar 1912 te verhoogen met 2ys pCt., waartoe wordt be sloten en het kohier wordt vastgesteld in totaal op f 8924,90. Daarna werd de vergadering gesloten. De Zeeuwsche koerier schrijft hieromtrent Een scheepsongeval, dat zeer noodlottige ge volgen had kunnen hebben doch bijzonder goed is afgeloopen, gebeurde Donderdagnamiddag op het kanaal ter hoogte van Driekwart. Van de richting Sas van Gent kwam gevaren de sleepboot Nelly, kapitein van Ooijen, sleepende de ledige stoomboot Ragna, komende van Gent. Dit sleepen van ledige booten wordt op het kanaal gedaan omdat die hooge gevaarten dan moeilijk te besturen zijn en niet zelden uit het roer geraken. Dit laatste nu gebeurde ook met de Ragna. Op een gegeven oogen- blik sloeg de stoomer geheel uit zijn roer en en spande de Nellij alle krachten in om dezen weer in den goeden koers te brengen. Tegen de kracht van het logge, groote lichaam bleek echter de kleine sleepboot niet opgewassen en verre van de Ragna terug te trekken, gebeurde juist het tegendeel. De groote boot trok de Nellij omver. Dat bracht natuurlijk een geweldige consternatie teweeg. De be manning van de sleepboot, bestaande uit ka pitein, machinist en dekknecht, lag te water. Een wonder mag het heeten dat de machi nist, die anders geregeld beneden is, nu toe vallig op dek stond. De sleepboot verdween in de diepte terwijl door het zuigen van de boot ook de kapitein naar onder getrokken werd, maar spoedig weer boven kwam. Aan boord van de Ragna klonk het „booten-los" en, gauw uitgezet als de reddingsbooten waren, slaagde men gelukkig er spoedig in de drenke- liugen op te pikken en behouden aan dek te brengen. Intusschen, zooals we zeiden en zooals men begrijpt, heerschte er op de Ragna een verbouwereerdheid van belang en was juist op het kritieke moment aller aandacht voor de drenkelingen. Het uit de koers ge raakte eigen schip werd geheel vergeten en zoo liep de Ragna, haast zonder men het zelf wist, omhoog. Tamelijk gauw echter kon deze weer vlot komen. Het omtrekken van de Nellij moet met bui tengewone kracht geschied z\jn wat o. a. hier uit af te leideu valt dat èn de mast èn de schoorsteen zijn gebroken. Waarschijnlijk is dus de sleepboot beneden in het water geheel omgeslingerd, en zijn mast en schoorsteen door aanraking met den kanaalbodem afgeknakt. De machine van de sleepboot stond op 17 atmospheeren, zoodat aanvankelijk ook nog voor een ontploffing gevreesd werd. Dit is echter niet geschied. Gelukkig mag het genoemd worden dat op de sleepboot geen vrouw en kinderen waren, zooals dikwijls het geval is. Heden bevinden zich experts ter plaatse van het ongeval. De boot zit juist midden in het kanaal 54 meter van den eenen en 55 meter van den anderen kant en niet hinderlijk voor de scheepvaart. Als een bewijs dat er altijd personen zijn, die van een dergelijken toestand partij trek ken moge bet volgende dienen De kapitein van de Nellij luid, aan boord van de Ragna gekomen, daar eenige kleedingstukken enz. te drogen gelegd op een warme plaats nabij de machinekamer. Toen hij later die kleeding stukken weer had aangetrokken, miste hij zijn portemonnnie met een inhoud van twintig frank Het onderzoek naar den dader bleef voor zoover we weten zonder gevolg. Axel. De Biddag bracht ons dit jaar o. a. ook eene zanguitvoering van de drie Chr. zang verenigingen te Axel, Axel-Spui en Axel- Steenovens. Deze zanguitvoering, gehouden in de „Vergaderzaal", werd geleid door den Eere-voorzitter, den WelEerw. Heer Ds. J. B. Th. Hugenholtz, die de vergadering opende met gebed en een kort openingswoord. Nu werden door de zangverenigingen ge zamenlijk of afzonderlijk, enkele nummersten gehoor gebracht, o. a. het bekende „Engelen lied" en ,,'k Heb geloofd en daarom zing ik." Thans was het woord aan den feestredenaar Ds. J. Lammertsma, Z.Eerw. herinnerde er aan hoe door hem reeds tweemaal op een zanguitvoering een woord gesproken was over den zang. Ter afwisseling had Z Eerw. daarom nu een onderworp van meer algemeene strek king genomen, n. m. „Het wezen en de vormen van het schoone." Bij de schepping zien we een opklimming in het geschapeneeerst komt de onbezielde schepping, daarna het dier, en ten slotte de mensch. Tusschen mensch en dier bestaat groot onderscheid. De mensch is geschapen naar het beeld van God en is daarom kunste naar. Het dier is dit niet en leeft geheel uit de natuur. De kunst is de poging van den mensch om uit de schepping het schoone te halen dat God er in gelegd heeft. Hierbij komt allereerst in aanmerking de gave van den zang. Wat is schoon? of juister nog. Wat is het wezen van het schoone 't Is opmerkelijk, dat allen het schoone vereenzelvigen met het vol maakte. De oude Grieken zochten het schoone alleen in de zichtbare dingen. Alleen het Woord ven God heeft ons de kennis van de geestelijke dingen. Dit leert ons ook dat de schoonheid Gods onveranderlijk is, daarentegen die der schepselen veranderlijk. Bij God vinden we een onverliesbaren blijvenden luister. Bij de schepselen daarentegen een verliesbare schoonheid. Het wezen van het schoone bestaat uit 3 bestanddeelen. De heerlijkheid Gods moet er in afgeschaduwd wezen. We moeten er een geestelijke en stoffelijke zelfstandigheid in vinden. En de heerlijkheid Gods moet in die zelfstandigheid doorstralen. Wanneer dit har monisch verbonden is, kunnen we spreken van het schoone. Dan bestaat er overeen stemming tusschen ideaal en werkelijkheid. Dit is ook van toepassing op den zang. Op zich zelf is zingen nog niet schoon. Er moet harmonie wezen tusschen de verschillende klanken en alle klanken moeten harmoniëeren met den grondtoon. Dit moet uitkomen door den vorm waarin het zich voordoet. Daarom is er geen schoonheid zonder vorm. We onderscheiden 4 verschillende vormen van het schoone. In de eerste plaats het verhevene, dat boven den sfeer onzer gedachten staat en dus onze gedachten overweldigt. Zoo worden wij over weldigd door de gedachte aan God. Ook de zee of het hooge gebergte maakt op ons een overweldigenden indruk. In de tweede plaats het bevallige. Er is wel schoonheid zonder bevalligheid, doch wil de schoonheid aangenaam wezen, dan moet zij bevallig zijn. Deze bevalligheid wordt niet gegeven, doch moet aangekweekt worden. In het bevallige daalt het schoone tot ons af. De derde en vierde vorm, het komische en het tragische, vormen te zamen het drama, dat wil zeggen een wereld van tegenstellingen. Deze tegenstellingen vinden we nergens zoo groot als in den Bijbel. Aan 't kruis worden de tegenstellingen verzoend, doch ze blijven bestaan. Het komische wordt vertolkt door den lach. De lach van den mensch is de vertolking zijner beschaving. Het tragische beziet de zaken van uit het standpunt van de wet des Heeren, niet van den grappigen, maar van den ernstigen kant. Zal nu de zaug ter eere van God wezen, dan is de eerste eisch dat ze verheven is, dat ze in haar liederen die eer van God laat uit komen. Voorts moet gerekend worden met het bevallige, dat verkregen wordt langs den weg der oefening. Zelfs het komische behoeft niet gemist te worden. Een mensch die niet lacht, ontbreekt iets. Die zet iets menschelijks op zij. Doch wat bovenal in het lied in een gevallen wereld moet gevonden worden is het tragische. Het Christelijke lied moet getuigen van een verkregen, maar verloren Paradijs, doch ook van een herwonnen Paradijs, dat ons eenmaal wacht. Was de laatste toon van ons lied een toon van schuld en feilende, dan moeten we zeggen „Bergen valt op ons en heuvelen, bedekt ons." Maar in een Chr. lied is de laatste toon een toon van verzoening. Het eindigt met de woorden van onze geloofsbelijdenis „Ik geloof in God en in Christus die verzoening bracht." Daarom Christen-zangers, blijft het lied zingen ter eere van Hem, die stierf aan het kruis en daardoor verzoening bracht. Hij is het wezen van het schoone, de volle vertolking van de heerlijkheid Gods in het schepsel. Na deze schoone rede, lieten zich weer afwisselend de zangvereenigingen hooren. Hierna werd de genoeglijke avond met dank zegging door ds. Hugenholtz beëindigd. Bij Kon. Besluit is benoemd tot notaris te Purmerend, de heer Th. Cli. Daey Ouwens, thans notaris te Hulst. Kloosterzande. Zaterdagmiddag heeft het waterschap „Walsoorden" aanbesteedhet maken van een steenslagweg over den Kruis- dorpschen dijk over eene lengte van 850 M. en liet onderhoud er van tot 1 Mei 1913. Laagste inschrijver was Jac. van Drongfelen te Hoek voor f3069. Hontenisse. Het bestuur van den kruispolder heeft aanbesteed het maken en herstellen van steenglooiïngwerken Van de 15 inschrijvers was de heer A. Tho- lens te Ter Neuzen, de laagste. Voor f31,290 werd dit werk hem gegund. Biervliet. Vrijdag j. 1. vergaderde de gemeen teraad, en die besloot tot een andere wijze van heffing van den hoofdelijken omslag -als tot hiertoe gevolgd. Als belastbare opbrengst in deze landbou wende gemeente werd in overeenstemming met IJzendijke's ontwerp f 15 per geniet tot basis genomen voor pachters, en f 40 voor eigenaar gebruikers van gronden, terwijl rekening ge houden wordt met al of niet belastbaarheid. Vlissingen. Het depót van discipline en het militair hospitaal alhier worden opgeheven. Gereformeerde Kerken. Drietal te Scharendijke J. Boeijenga te Arnemuiden; F. J. van den Ende te West- kapelle en D. J. van Katwijk, cand. te Rot terdam. Beroepen te Leiden (vac. D. J. Douma) F. C. Meijster te Zegwaartte Bussum Dr. T. Hoekstra te 's Hertogenbosch. Bedanktvoor Loppersum doof1 O. Boersma te Ezinge. Ned. Hervormde Kerk. Beroepente Maartensdijk (U.) J. A. van Boven te Barneveld. Bedanktvoor Leerdam (toez.) door F. Kijftenbelt te Ter Aa; voor Wisserkerke door C. Waardenburg te Bruinissevoor Harder wijk door D. Th. Keek te Zuilichem c- a. De Chr. Jongelingsvereeniging „Onze hulpe zij in den naam des Heeren" vergadert a. s. Donderdagavond om 8 uur in de consistorie kamer der Geref. Kerk in de Nieuwstraat alhier. Een 71-jarige vee verloskundige te Kou dekerk, die door een auto werd aangereden, is aan de bekomen wonden ovdrleden. In een aan den Nieuwendijk te Amster dam gevestigd parapluie- en bontmagazijn heb ben ongenoode gasten door middel van open sluiting een bezoek gebracht. Een vijftal bonten kragen waren medegenomen, voorts eenige an dere artikelen en uit de cassaeen bedrag van ruim f 10. Minder om de totale waarde van het ontvreemde dan wel om de groote brutali teit, die uit de daad spreekt, trekt deze open- sluting de aandacht. Den geheelen nacht wordt op den Nieuwendijk door de politie en de verschillende bewakingsdiensten gesurveilleerd; 't is bovendien een der stadsgedeelten, waar dag en nacht door geregeld vrij wat menschen passeeren. Vermoedelijk zal Annie Pascal naar Arnhem worden overgebracht en ter beschikking van den officier van justitie worden gesteld. Ge bleken is dat deze juffrouw in het vorig jaar in de omstreken van Oosterbeek en Heelsum zich voor juffrouw Helder heeft uitgegeven. Ze vervoegde zich ten huize van den kun stenaar Bunninghoff, waar zij aan mevrouw meedeelde de echtgenooote van een beeld houwer te zijn, die er met een model van door was gegaan, haar met een zesjarig zoontje achterlatend. Ze wilde nu te Schaesbergen een pension voor zenuwlijders oprichten, waar voor ze hulp vroeg van kunstvrienden en kunstenaars. Enkele dames gaven geld, waar voor ze eenige dagen later kwam bedanken. Op aangifte van den heer Bunninghoff werd een portret door de Amsterdamsche politie aan die te Oosterbeek gezonden. Allen die haar geld hadden gegeven hebben haar als de oplichtster heikend. Een 140-tal arbeiders te Delft zal gedu rende zes weken zonder werk komen, omdat tengevolge der mijnwerkersstaking, de flesschen- fabriek, die slechts een kleine voorraad kolen heeft, een reparatie aan de ovens zal doen. Te Paterswolde is met groot geraas een woning ingestort. De bewoner een 81-jarige grijsaard, lag ziek te bed, doch kwam er goed af. Zaterdagnacht is een agent van politie tweede klasse in Delfshaven in een twee me ter diepen kelder van een in aanbouw zijnd huis fevallen, Toen hij om twee uur nog niet op ijn post was teruggekeerd, ging men zoeken en vond hem om ruim vier uur met het hoofd naar beneden in den kelder liggen. De dood kon slechts geconstateerd worden. Men ver moedt dat hij door de duisternis misleid is. Hij laat vier kinderen na. De politie te Gouda heeft proces-verbaal opgemaakt tegen Jacob den Hollander, markt venter, die de vorige week op de markt aldaar zijn kunsten vertoonde, wegens op de markt al daar onbevoegd uitoefenen der geneeskunde. Deze koopman was bezig een boer, die een eeltknobbel op de hand had, daarvan te ont lasten, toen de politie hem juist bezig zag. Waarschijnlijk heeft de pseudo.dokter daar bij gebruik gemaakt van een scherp voorwerp. Tenminste de boer-patiënt toonde op het politiebureau een handwond, waarvoor het noodzakelijk was zich onder geneeskundige behandeling te stellen. De vorige week deed de huishoudster Th. v. d. S. bij de politie te Barneveld aan gifte, dat zij door een 10-tal, haar bij name bekende, personen was aangerand, mishandeld en met den dood bedreigd. Na een streng verhoor heeft zij nu echter bekend, dat zij het geheele verhaal verzonnen had, zoodat thans, wegens het doen van een valsche aan gifte, tegen haar zelf een klacht is ingediend. De Ministef van Financiën maakt in de „Staatsct." bekend, dat ten behoeve van 's Rijks schatkist, uit Meppel van een onbekende is ontvaugen f 3000 aan bankbiljetten, ter vol doening van te weinig betaalde bedrijfsbelas ting. Iemand uit Broek nabij Dokkum, onder gaat H/s jaar gevangenisstraf voor het feit dat een dorpsgenoot gestoken werd met een mes. Thans wordt, zoo schrijft de „Berg. Ct." algemeen beweerd, dat hij aan die daad on schuldig is. Naar men verneemt,, wordt thans een nieuw onderzoek ingesteld. Nabij de zalmvisscherij te Schiedam is het lijk van een zalmvisscher opgevischt, die Donderdag daar bij zijn werkzaamheden zou zijn verdronken. Te Rome houden de royalistische betoogingen in verband met den mislukten aanslag aan. Schoolkinderen en metselaars (de dader was metselaar) hebben voor het paleis betoogd. Een ernstig blad ais de „Temps" komt met het bakerpraatje, dat de moordpoging door een geheimzinnige organisatie is voorbereid, „die wel eens van Turkschen oorsprong zou kunnen zijn." Hoe men in tijden van beroering al niet uit alles politieke munt weet te slaan Een later bericht meldt De koning deed den metselaars weten dat hij gaarne een deputatie van hen wilde ont vangen, waarop vier arbeiders in werkmans- kleeren het paleis binnentraden. De koning schudde allen de hand. Een metselaar zei dat geen van allen den dader kende, terwijl een ander de voeten des konings wilde kussen, maar Victor Emanuel hief hem snel op. De bedrijver vau den aanslag is aan een geneeskundig onderzoek onderworpen, waarvan het resultaat volkomen toerekeningsvatbaar heid is. Dalba heeft daarbij herhaaldelijk ver klaard anarchist te zijn en geen berouw over zijn daad te gevoelen. De „Tribuna" meldt nog, dat Dalba zich eenige dagen met vrienden in het schijfschie ten geoefend had. Toen dezer dagen een koopman uit Archa'n- een dorp op Nova Zembla bezocht om daar den gewonen vooraad gedroogde visch in te slaan, vond hij de straten totaal verlaten en de huizen ledig. In enkele lagen nog eenige onbegraven lijken, maar 't kerkhof was vol, een bewijs, dat de laatste overlevenden tot het einde toe hunnen plicht hadden gedaan jegens degenen, die hun in den dood waren voorgegaan. Het dorp was negen maanden verstoken ge weest van toevoer van levensmiddelen, daar de schepen, die proviand moesten overbrengen, in het jjs waren blijven steken, zoodat de on gelukkige dorpsbewoners alle van den honger waren omgekomen. Een Oostenrijker, koopman, die in Enge land zaken had gedaan, was met de postboot naar Ostende overgestoken en had onder weg kennis gemaakt met vier Engelsche heeren. Te Brussel dineerden zij samen en een der vreemdelingen gaf den Oostenrijker den raad, het geld dat hij bij zich droeg, aan een hunner in bewaring te geven men kent dien truc. De sul deed het met het gewone gevolg. Die voorzichtigheidsmaatregel heeft hem de kleinigheid van 9500 fr. gekost. Te Jekaterinoslaw viel in April van het vorig jaar een man van moord beschuldigd, bij zijn verhoor plotseling bewusteloos neer het bleek onmogelijk hem weer tot bewustzijn te brengen, doch door kunstmatige voeding hield men hem in 't leven tot hij gisteren, na een slaap van elf maanden weer ontwaakte. De eerste woorden die hij uitte hadden betrek king op de mishandelingen waaraan hij in zijn voorloopige hechtenis had blootgestaan. Een artieste van een music-hall te Parijs had een jongen man, die behoort tot een def tige familie aldaar, een morfine-inspuiting toe gediend. Ze gaf een aanzienlijke hoeveelheid. Weldra toonde de jonge man teekenen van onrustbarende verbijstering. Eerst lachte hij lang achterecfc, daarna werd het ijlen en ten Scheepsongeval nabij Driekwart. Annie Pascal. De aanslag te Rome. De geheele bevolking uitgestorven.

Krantenbank Zeeland

Luctor et Emergo | 1912 | | pagina 2