geweest en toen hij thuis kwam, zag hij daar, nadat licht was gemaakt, terstond omstandig heden, die hem minder aangenaam voorkwam. De, toen hij wegging, gesloten achterdeur, stond open en ook bleek de linnenkast te zijn open gebroken. In een schuifje in die kast was het hebben en houden geborgen, en bij onder zoek bleek dat een portemonnaie die daarin lag, zoowel als een busje met contanten, ge zamenlijk zoowat een bedrag van ongeveer f30 bedragende, van den inhoud was ontdaan. Bij de politie werd van den diefstal aangifte gedaan, en deze stelde een onderzoek in, maar tot hiertoe zonder eenig resultaat. De heer A. A. Nederhand, onderwijzer aan de Chr, school in de Jozinastraat alhier, is benoemd aan de Chr. school te Koudekerke. Met 1 Mei wordt de heer F. C. A. Grote, agent der Rijksverzekeringsbank alhier, ver plaatst naar Rotterdam. Op dien datum wordt uit Rotterdam naar hier overgeplaatst de heer W. Dekker in gelijke functie. Er worden ernstige stappen gedaan door de Algem. Ned. Schippersvoreeniging, om te komen tot het bevaarbaar maken van het kenaal van Ter Neuzen naar Hulst, voor binnen schepen. Zaterdag kwamen alhier 6 heeren uit Nancy (blijkbaar studeerende Polen) die hier wilden duelleeren. de gemeentepolitie kreeg daarvan de lucht en belette dit door hun op grond der wapenwet de vuurwapens af te ne men en hen weer over de grens te zetten. Driewegen. De vereeniging tot bevordering der geitenfokkerij „Weest welkom" hield j.l. Zaterdag hare eerste jaarvergadering. De voorzitter gaf een verslag van de vergadering der Prov. Ver. te Goes. De secretatis deelde mede, dat de vereeniging thans 44 leden telt met 39 geiten. De Penningmeester gaf eene rekening met een saldo van ruim f26. Dat was alles mooi. Jammer, dat de bokken teleurstelling geven en dat daardoor vele leden het reglement overtraden. Alweer zal een nieuwe bok worden aangevraagd. Met groote meerderheid werden de aftre dende Bestuursleden J. C. Jansen, P. Dieleman en L. de Putter herkozen. Hoek. In den nacht van 16 op 17 Febr. is door dieven een bezoek gebracht aan de schuur van den landbouwer C. D. onder de gemeente. Toen de landbouwer door liet aanslaan van zijn hond wakker werd, opstond en het erf nazocht, zijn de dieven met achterlating van 2 pakken tarwe, die ze reeds tot aan den dijk hadden gedragen, gevlucht. Ze hadden die tarwe uit de schuur ontvreemd. Verder werd niets gemist. De politie stelt een onderzoek in naar de ongewenschte bezoekers. Zaamslag. Zaterdagavond j. 1. toen een per soon alhier in de kom van het dorp een winkel binnen ging, liet hij zijn fiets onbeheerd tegen dat winkelhuis staan. Toen hij bij zijn rijwiel terugkeerde stonden beide banden zonder lucht. Bij onderzoek bleek dat met een scherp voorwerp beide banden op vele plaatsen waren doorstoken, zoodat het rijwiel totaal onbruikbaar was. De persoon of personen die deze heldendaad ver richtten zijn tot dusver onbekend. Zaamslag. In de Vrijdag alhier gehouden raadszitting werd aan den heer T. Rozemond te Middelburg, aannemer van den bouw der nieuwe school, een maand uitstel van opleve ring toegestaan, onder voorwaarde dat hij dan zal betalen een maand huur voor het lokaal, dat thans als school gezigd wordt. Het kohier van liet schoolgeld werd vast gesteld op f 141 en dat der hondenbelasting op f 204.50. Naar aanleiding van een schrijven van kerk voogden der Ned. Herv. kerk werd alsnog be sloten op de scheiding tusschen het terrein der kerk en der gemeente een hek te plaatsen, geheel gelijkvormig aan dat nu reeds geplaatst voor afscheiding van den tuin der kerk met den openbaren weg. De bijdrage ad f 100, door het kerkbestuur aangeboden, werd door aanneming van een voorstel van den heer Scheele, niet aanvaard. Deze betoogde dat, als de gemeente hier verplichting had, zij deze ook geheel behoorde na te komen en het een minderwaardig standpunt is, om particulieren, tegenover wie men verplichting heeft, daarin te laten meebetalen. Commissies werden benoemd voor het be ramen van plannen voor rioleering aan het Zaamslagsche Veer, verder eene voor uitbrei dingsplannen van de haven aan den Marga- rethapolder, terwijl ook werd aangenomen een voorstel van Burg. en Wetli. tot het instellen eener Commissie van Toezicht op het Lager onderwijs. LEZING van den WelEd. Heer A. van Helden Axel. Onder de vereenigingen die onder en voor onze militairen werken, is de Nationale Christen-Onderofficicren-Vereeniging zeker niet de minste. Van deze vereen, bestaat in Zee land ééne afdeeling, n.m. te Middelburg, die de geheele provincie als haar arbeidsveld be schouwt, en in verschillende plaatsen, waar onder ook Axel, een correspondent heeft aan gesteld om hare belangen te behartigen. Daar het spreekwoord terecht zegtonbe kend maakt onbemind" werd besloten om in Axel eene openbare vergadering te houden, ten einde daarin eene uiteenzetting te geven van de beginselen en den arbeid van genoemde vereeniging. Deze vergadering had plaats op Vrijdag 16 Febr. j. 1. en werd geleid door den Ed.Achtb. Heer J. Iluizinga, den burgemeester dezer gemeente. Na gebed en het lezen van spreuken 2, word door den heer Iluizinga in het kort uiteen gezet wat de reden was van het houden dezer vergadering, waarna het woord werd verleend aan den WelEd. Heer A. van Helden, adjud.- onderoffi. bij de jagers te 's Gravenhage en Voorzitter der Vereeniging, die spreken zou over „Doel en arbeid der N. C. O. O. V." Spr. begon met een historische herinnering. In de eerste eeuwen onzer jaartelling werd door het heidendom veel jammer en ellende gebracht over de opkomende Chr. gemeenten. En waar het heidendom nog de wereldmacht vertegenwoordigde, was het gevolg daarvan dat over het algemeen de Christenen een afkeer kregen van de wereld en zich uit het openbare leven terugtrokken. Dit was in zeker opzicht goed. Ook Paulus waarschuwde zeer tegen vermenging met de wereld en hare dienaren (1 Cor. 5). Zoo ont stond er onder de Christenen een zucht om zich af te scheiden van de wereld, waardoor het kluizenaars- en kloosterwezen ontstond. En van de kloosters kunnen we althans er kennen dat ze veel nut afwierpen. In de kloosters toch legde men zich toe op het over schrijven van gewijde en ongewijde geschriften. Daar onderwees men de kinderen en werd het landbouwbedrijf uitgeoefend. Daar be oefende men de kunsten en zorgde men voor verpleging van zieken. Ook moeten w.p niet vergeten dat het kloosterleven in ovIJéen- stemming was met de zeden en begrippen van dien tijd. Doch bij allen zegen die we aan de kloosters verschuldigd zijn, kan niet ontkend worden dat het kloosterleven toch in strijd is met onze beginselen. Het rust niet opschriftuur- lijken grondslag, maar op menschelijke inzet tingen. Door de voorstanders van het kloosterwezen werd vergeten de eisch van Christus, dat wij moeten zijn „Het zout der aarde." De zegen die ons door de kloosters geschonken is, hebben we dan ook niet verkregen om, maar ondanks het zondige dat in dien toestand was. Evenals het verkoopen van Jozef door zijne broeders, ook al werd hierdoor Gods raad volvoerd, toch een zondige daad bleef, zoo is ook het kloosterleven, al is door de klooster lingen onbewust Gods wil volbracht, toch eene zondige instelling. God eisclit geen lijdelijke Christenen, maar actieve, werkzame strijders, om Zijne inzet tingen alom te verkondigen en op alle ter reinen des levens op te komen voor de eere Gods. Christus zelf zegt het ons: „Ik ben niet gekomen om den vrede te brengen, maar het zwaard." Jaren terug was er ook in ons land een tijd, dat de Christenen zich weinig bemoeiden niet het openbare leven. Toen leefden zij met een boekskeu in een hoeksken. En hierin lag ook wel wat goeds. Want het verborgen leven met God wordt daardoor bevorderd. Doch er zat veel meer verkeerds in. Men leefde alleen voor zich zelf en bekommerde zich niet om de wereld die onder den vloek lag. Die behoorde, naar men meende, aan satan. Het gevolg daarvan was dat de Christenen overal terrein verloren en terug gedrongen werden, en het ongeloof overal meester was. Maar de wereld is niet geschapen om in zonde onder te gaan. Alles is geschapen om Christus te dienen. En de Christenen zijn geroepen om te strijden en te ijveren voor de eere Gods. Onder die terreinen waarop wij moeten strijden behoort dat van leger en vloot. Hier voor is nooit veel door ons volk gedaan. Bijna iedereen wordt beheerscht door een tegenzin tegen leger en vloot. Dit is zelfs zoo sterk dat er een spreekwoord in omloop is„Een jong soldaat een oude bedelaar." Dit is natuurlijk niet prettig voor hen die in dienst zijn of in dienst denken te gaan. Ook zij die in dienst moeten gaan krijgen daardoor van te voren al een antipathie tégen het leger. Dit was vroeger begrijpelijk, toen het leger uit huurlingen bestond, wier'loon voornamelijk bestond uit roof en buit. Zij behoorden na tuurlijk niet tot de fijngevoeiigsten. Doch op de vraag of hun invloed nu nog geldend moet beschouwd worden, moeten we neen ant woorden. ThaDS worden leger en vloot gevormd door mannen uit het volk. En dit is reeds eene goede verbetering. De grootste antipathie tegen het leger be staat echter ouder de Christenen. Dit komt doordat men niet overtuigd is van de nood zakelijkheid van een leger en niet gelooft aan de verdedigbaarheid van ons land. Ons volk wordt dan ook gewoonlijk voorgesteld als niet erg militairistisch. Toch is deze toestand niet goed. De Christe nen hebben ook een roeping voor en in het leger. Gelukkig moet echter erkend dat in de laatste jaren teekenen van meeleven merk baar zijn. Ook onder de Christenen die in het leger zijn, komt meer actie. Zoo ontstonden achter eenvolgens de Nat. Christen Officieren-vereen, in 1900 en de Nat. Chr. onder officieren-vereen, in 1902. En tegenover de meening van sommigen die denken dat in het leger niemand de knie kan buigen, staat het getuigenis van kapt. Fansy, die eens uitgesproken heeft, dat niet tegenstaande het driest optreden vau het ongeloof toch uit dit Nazareth iets goeds kan komen en dat de Heere ook in het leger zijn 7000 heeft die de knie voor Baal niet gebogen hebben. Het doel der N. C. O. O. V. is dan ook het leger te veroveren voor de Chr. beginselen. Dit is een moeilijke taak, doch zij zal niet rusten voor dit doel bereikt is. De strijd is echter zeer ongelijk. Het kleine hoopje van 200 staat tegenover een machtigen tegenstander. En door dien tegenstander worden verschillende bezwaren opgeworpen voor den arbeid der N. C. O. O. V. Er wordt door hen beweerd dat de Christe nen zoo onverdraagzaam zijn. Dit is echter voor ons een bewijs dat we op den goeden weg zijn. Want we mogen geen verdrag sluiten met de vijanden Gods. Een ander bezwaar voor den arbeid der N. C. O. O. V. is, dat de kazerne altijd een vlottende bevolking heeft, wat een groote hinderpaal is voor bearbeiding der militairen. Het is dan ook een reuzentaak voor de N. C. O. O. V. om deze allen te bereiken en zoo haar doel na te jagen. 'tls echter een geluk dat dit niét de taak is van de N. C. O. O. V. alleen, 'tls een volksbelang en daarom doet de vereen, een beroep op het gansche volk. Spr. wekte dan ook zeer op tot steun voor dezen arbeid. Allereerst tot geestelijken steun, door middel van het gebed. Dit is de eerste en beste steun. Doch daarna is ook noodig persoonlijke steun door geldelijke bijdragen, 't zij als buitengewoon lid, als donateur of als abonné voor het orgaan. Ook is noodig mede werking bij de samenstelling van het orgaan, en daarnaast steun van de kerk, van de pers en van vereenigingen. Inzonderheid riep spr. de medewerking op van de Jongelingsvereen., die toch ook zooveel belang bij deze zaak hebben daar ook uit hun midden jongelingen worden opgeroepen om te dienen. Nu werd door den WelEd. Heer J. A. Baljeu, secret, der afdeeling Middelburg, een woord tot de aanwezigen gericht. Deze vergeleek den eersten spr. en zich zelve bij Jozef, die uitging om zijne broeders te zoeken. Dit deden zij ook. En evenals Jozef gingen ook zij uit in een veelvervigen rok. Ze zouden echter wel zorgen, dat ze niet als Jozef door die broeders aan vreemde kooplieden werden verkocht. Zij waren er dan op uit om broeders te zoeken en te leeren kennen. De broeders in het leger kenden ze wel, maar die daarbuiten nog niet. Voor een deel lag dit misschien hieraan, dat de Christenen in het leger niet als goede Christenen beschouwd worden, zoo dat zelfs een predikant kon betwijfelen of ze wel lid der Geref. kerk konden zijn. Mocht de schuld hiervan voor een deel aan hen zelve liggen, dan beloofden ze echter beterschap. Deze spr. gaf daarop een overzicht van en eene beschouwing over de propagandageschrif ten der N. C. O. O. V., welke in de navolgende pauze te koop werden aangeboden. Na de pauze werd door den Heer van Helden stilgestaan bij de middelen die de N. C. O. O. V. gebruikt om haar doel te bereiken. In de eerste plaats werkt zij, door de Christen-jongelingen bij hun indiensttreding op het hart te drukken, toch beslist van den aanvang af voor hunne beginselen uit te komen. Wanneer ze eerst niet durven en met de wereldsche jongelingen meedoen, om later te beginnen met bidden in de kazerne, geeft dit juist aanleiding tot plagerijen en bespotting, waaraan iemand, die van 't begin af voor zijn beginsel uitkomt, lang niet in die mate is blootgesteld. Vroeger werd door de meerderen wel ge handeld, alsof er geen Reglement van Tucht bestond dat de godsdienst aanprees als de bron der deugd, doch thans beginnen ook zij in te zien, dat de Christen jongelingen over het algemeen de beste soldaten zijn. De tijd is dan ook voorbij, dat een bidder met allerlei projectielen gegooid werd. Officieel wordt thans tijd gegeven voor hen die bidden willen, om dit rustig te doen. Jammer is echter dat de meeste tegen werking in dat opzicht juist komt van de jon gelingen uit Chr. gezinnen. Wanneer het voor komt, zooals spr. het eens heeft medegemaakt, dat van 130 jongelieden, waaronder er minstens 113 waren uit Chr. gezinnen, er slechts 13 deelnemen aan het gebed, dan vragen de autoriteiten spottend, waarvoor dan al die drukte noodig is. Ook ziet men weinig Chr. jongelingen in de kazerne in den Bijbel lezen. Dit moet en dit kan anders worden, en deze officiëele gelegenheid tot gebed is reeds een groote zegen voor de Christen-jpngelingen. Dan werkt de N. C. O. O. V. door lectuur- verspreiding. Spr. wees er echter op hoe noodig het is om de jongens die in dienst gaan, reeds vóór dien tijd voor te bereiden. Vandaar de actie op de lotingsdagen. Spr. wekte de ouders op om vóór den diensttijd eerst met hun zonen te spreken en vooral te bidden en dan hunne namen op te geven aan de kerkeraden en de besturen der afd. van de N. C. O. O. V. in de garnizoensplaatsen. Ook de kerken moeten hierbij toezien op hare leden die overgaan in militairen dienst, hetgeen helaas nog zoo weinig gebeurt. Ein delijk moeten ook de Jongelingsvereenigingen hunne leden die in dienst gaan, opgeven aan de zustervereen. in de garnizoensplaatsen en dan verband met hen houden. Ten slotte stond spr. stil bij de Militaire tehuizen waaraan de N. C. O. V. haar ontstaan dankt. De arbeid dezer vereen, is dan ook een aanvulling van den arbeid der Tehuizen en concentreert zich in die Tehuizen. Spr. eindigde met een oproep tot de aan wezigen om leger en vloot te gedenken in het gebed en den arbeid der Chr. militaire vereen, te steunen met woord en daad. Door den heer Huizinga werd nu nog een slotwoord gesproken waarop deze vergadering door den heer van Helden met gebed gesloten werd. De opkomst was zeer verblijdend. Jammer dat terwijl de vrije toegang voor mannen en vrouwen was opengesteld, het publiek geheel bestond uit leden van het sterke geslacht. Men schrijft ons uit Axel Eenige dagen geleden had er alhier eene vergadering plaats van enkele timmermans- en metselaarsknechten teneinde te spreken over het verkrijgen van een hooger loon. Onder deze waren er die reeds 6 a 7 jaren winter en zomer bij hunne bazen gewerkt hadden, doch die nu op deze vergadering, zonder eerst met hunne patroons te raadplegen of met dezen te spreken over een hooger loon, medewerkten om de besluiten te nemen. Op de vergadering werd besloten om het uurloon vast te stellen op 16 cent en om, indien dit door de patroons geweigerd werd, het werk neer te leggen. De patroons waren van oordeel dat deze handelwijze der knechten niet was, zooals het behoorde daar deze gelegenheid genoeg hadden om op andere wijze om verhooging te vragen, en dat de knechten dus door zulk [een gedrag niet in de rechte verhouding stonden tegen over hunne patroons waarom ze besloten niet op dien eisch in te gaan. Dit had ten gevolge dat de knechten op den dag nadat ze hun eisch gesteld hadden het werk neerlegden. Bij deze „staking" zijn 4 patroons en 6 arbeiders betrokken. Axel. Het concours-hippique en de land bouwtentoonstelling alhier, zullen plaats hebben op 28 en 29 Juni a.s. Met het oog op het invoerrecht van 1 Mark per 100 kilogram aardappelen, dat met ingang van 15 Februari in Duitschland wordt geheven, werden in het begin dezer week hier aanzienlijke hoeveelheden aardappelen tegen goede prijzen voor Duitsche rekening opgekocht. Deze aardappelen worden van Axel per spoor rechtstreeks naar Duitschland ver zonden. Kijkuit. Alhier werd door de maatschappij „Voorwaarts" aanbesteed de levering van 79000 Kg. superphosphaat, 73100 Kg. kunst mest, 18000 Kg. zwavelzure ammoniak en 34300 Kg. chiiisalpeter, De leveringen werden gegund als volgt De superphosphaat aan den heer P. J. Scheele te Ter Neuzen voor f2,28, de kunstmest en de zwavelzure ammoniak aan den heer Jos. I'ersijn te Wachtebeke respectievelijk voor f 7,739 en f 17,26 en de chiiisalpeter aan den heer D. J. Oggel te Axel voor f 11,18. De hooge Raad verwierp het cassatiebe roep van A. A. L Ch. V.. gemeente secretaris van Philippine door het Hof te 's-Gravenhage met vernietiging van het vonnis der rechtbank te Middelburg veroordeeld tot f 100 boete of 14 dagen hechtenis, wegens wederspannigheid. Koewacht. In de laatste dagen is hier meer vraag gekomen naar allerlei soort van vlas en de verkoop gaat tamelijk vlug tegen matige prijzen. Het laat zich aanzien, dat dit jaar hier wel J/s minder vlas zal verbouwd worden dan gewoonlijk. De hooge prijzen, dien men voor de beetwortelen betaalt, alsmede de lage vlasmarkten gedurende de maand Januari zijn oorzaak, dat vele lahdbouwers besloten hebben hun vlasbouw aanmerkelijk in te krimpen en meer bieten te zaaien. Goed gezwingeld vlas geldt 40 a 45 stuivers per steen, zoogenaamd zwart vlas wordt met 50 a 55 stuivers be taald. Breskens Door de directie der stoomtram- maatschappij Breskens—Maldeghem is Vrijdag alhier aanbesteed het maken van de aardebaan, leveren ballast en leggen der sporen en wissels, met verdere werken voor de lijn Oostburg Cadzand, lang 7060 M. Minste inschrijvers J. M. II. van de Sande en W. Woittez te Breskens voor ƒ49,584. Zondagavond is door brand vernield de Iandbouwersschuur toebehoorend aan den heer H. G. Ilammacher te Groede, en staande aan de duinen bij het Badhuis gemeente Cadzand, in gebruik bij den badbaas A. C. Hoofd aldaar. Verbrand zijn een paard, een rijtuig, een fiets, ongeveer 50 kippen eu een partij hoói. De oorzaak is onbekend, assurantie dekt de schade. In de Zaterdag gehouden openbare zit. ting van den raad van IJzendijke staakten nog maals de stemmen over het voorstel van B- en W. om de belastbare opbrengst per ge- met te stellen op f 20 voor pachters. Het voorstel is daarmee verworpen en de belast bare opbrengst gehouden op f 15. Voor den eigenaar-gebruiker werd de belasting vastgesteld op f 45, wat vroeger f 30 was. De lieer Galon was bij deze zitting afwezig. De Suikerfabriek te Sluis. Omtrent den uitslag van de Woensdag in de Beurs te Oostburg gehouden vergadering betreffende de stichting van een suikerfabriek te Sluis meldt men ons nog het volgende Het aantal aandeelen bedraagt ruim 1800 en van verschillende zijden werd het nemen van meerdere aandeelen toegezegd. Ieder aandeel is groot f 500. Daarop |moet, wanneer men begint te bouwen f 100 gestort worden. Thans zal aan de aandeelhouders zoo spoe dig mogelijk gelegenheid gegeven worden de statuten d. i. het register der coöperatieve vereeniging, te teekenen en daarna gaat men aan den arbeid. Aan het hoofd der zaak staat thans nog een voorloopig bestuur, waarvan de heer G. A. Vorsterman van Oye te Aardenburg, voor zitter, de heer L. G. James, notaris te Sluis, secretaris-penningmeester is. Overigens hebben zitting in dat bestuur een lid uit iedere ge meente, waar een voldoend aantal aandeelen

Krantenbank Zeeland

Luctor et Emergo | 1912 | | pagina 2