Interland zonder Wilhelmus
watersnoodramp 1953
de Gelderlander zaterdag 1 februari 2003
Schaatsen en voetballen
gingen gewoon door
Het profvoetbal dankt Nederland
aan elf mannen die op donderdag
middag 12 maart 1953 in Parijs de
Watersnoodwedstrijd speelden. Uit
schot! Zo voelde Kees Rijvers zich.
En zo benoemt hij het vijftig jaar la
ter.
Het elftal dat de histori
sche watersnoodwed
strijd in Parijs speelde.
Staande van links naar
rechts: Gerrit Vreken
(Nantes); Rinus Schaap
(Racing Club de Paris);
Frans de Munck (1. FC
Köln); Cor van der Hart
(Lille); Joop de Kubber
(Bordeaux); Arie de Vroet
(Rouen). Gehurkt: Bram
Appel (Stade de Reims);
Kees Rijvers (Saint-Etien-
ne); Jan van Geen (Nan
tes); Theo Timmermans
(Nimes); Bertus de Har
der (Bordeaux). Foto: ANP
- T: •-•Y.v
HENRI VAN DER STEEN
Eigenlijk is het 'een lolletje' voor
de jongens die de nu betaamde
Watersnoodwedstrijd gaan spe
len. Wel een bijzondere vriend
schappelijke wedstrijd: elf Neder
landse, in het buitenland spelende profs
tegen het nationale elftal van Frankrijk.
Maar het is geen interland, zelfs het Wil
helmus mag niet worden gezongen.
'Wien Neerlands bloed' is het alternatief.
Zelfs oranje shirtjes zijn verboden Kees
Rijvers, iets te zwaar, maar glimmend
van gezondheid: „Wij waren het uit
schot." Zo denkt tenminste de leiding
van de KNVB, voorzitter Karei Lotsy voor
op, over de voetballers die in het buiten
land zijn gaan spelen voor geld. Bah! De
serteurs worden ze genoemd, verraders.
Pers en publiek denken er het hunne
van. Al jaren worden de liefhebbers ge
trakteerd op matig clubvoetbal en rond
uit tranen verwekkend interlandvoetbal.
Oranje verliest praktisch alles in deze
tijd, zonder de topspelers die in Duits
land, Italië en Frankrijk voetballen. Het
is zo erg dat de KNVB besluit niet mee te
doen aan de kwalificatiewedstrijden
voor de WK's van 1950 en 1954; het Ne
derlands elftal is eenvoudigweg te zwak.
Dan is het ineens 1 februari 1953. De
watersnoodramp. Nederland in droefe
nis. Al op 4 februari worden her en der
wedstrijden gespeeld ten bate van de
slachtoffers van de ramp. Frankrijk biedt
de KNVB een interland aan, maar de
bond weigert, doodsbang dat het 10-0
wordt tegen de sterke Fransen, die net
nog van toplanden als West-Duitsland
en Oostenrijk hebben gewonnen.
Theo Timmermans van Nimes be
denkt dan het plan om met Nederlandse
profs tegen Frankrijk te spelen. Prins
Bernard wordt ingeschakeld, die het idee
van harte steunt, waarna de KNVB moei
lijk nog kan dwarsliggen. Lotsy kan het
overigens niet opbrengen naar Parijs te
komen, Abe Lenstra wel. Die kijkt zijn
ogen uit. Hij niet alleen.
Kees Rijvers: „Het hele belang van de
wedstrijd drong eigenlijk pas geleidelijk,
en dan vooral pas lang na de wedstrijd,
tot ons door. We zouden op de wedstrijd
dag om 11.00 uur een bespreking heb
ben. Bram Appel had als aanvoerder een
speech voorbereid, die ik vooraf te lezen
kreeg. Hij had van alle spelers een analy
se gemaakt: sterke kanten, waar ze op
moesten letten. Keihard. Maar die be
spreking werd steeds maar uitgesteld om
dat het hotel vol zat met journalisten,
vrienden en supporters. We wisten niet
wat we meemaakten. In het stadion ook.
Het was bomvol."
Bram Appel, de aanvoerder van het elftal van Nederlandse profvoetballers, schudt
de Franse aanvoerder René Marche- de hand.
Naar schatting 8.000 Nederlandse voet
balliefhebbers zijn naar Parijs gereisd
voor deze merkwaardige wedstrijd. Tien
in Frankrijk spelende profs plus keeper
Frans de Munck (van 1. FC Köln) tegen
het grote Frankrijk. Ten behoeve van het
Rampenfonds.
Rijvers: „Van die catastrofe wist je ei
genlijk niks. Ik heb pas vorige week voor
het eerst televisiebeelden gezien." De
wedstrijd in het Pare des Princes is in
drukwekkend. De profs leveren het be
wijs dat het wel wat anders is hooguit
twee keer in de week te trainen of twee
keer per dag. En dan doet de beste, Faas
Wilkes, niet eens mee. Hij krijgt van Tori
no geen toestemming.
De Watersnoodwedstrijd in Parijs
krijgt een extra dimensie omdat het ech
te Nederlands elftal vijf dagen eerder
ook een wedstrijd speelt ten behoeve
van het Rampenfonds. Een heuse inter
land, thuis in dë Kuip, tegen Denemar
ken. Dat moet wat kunnen worden, want
de Denen doen ook al jaren niks anders
dan verliezen. De Kuip zit helemaal vol,
met 65.000 liefhebbers voor deze Offer
wedstrijd, zoals de interland wordt ge
noemd. Nederland verliest evenwel weer
op treurige wijze.
Dan de profjongens. Frankrijk-Neder
land is een wedstrijd die door de KNVB
wordt geboycot, maar die in Sportkro
niek wel wordt nabesproken. Herman
Kuiphof is lyrisch over het spel van het
uitschot, dat een 'diepe indruk' heeft ge
maakt in binnen- en buitenland. „Het
peil van dit beroepsvoetbal is VOOR
TREFFELIJK. De ontmoeting tegen
Frankrijk leverde VELE MOMENTEN
MET MAGNIFIEK VOETBAL op."
Kees Rijvers: „Aanvankelijk waren de
Fransen veel beter, bij rust had het 5-0
kunnen staan, als Frans de Munck niet
zo geweldig had gekeept. Oioioi, De
Munck. We hadden maar één verdedi
ger, Cor van der Hart. Het was een sa
mengeraapt elftal. Vreeken en De Vroet
werden-back gezet, maar dat waren geen
backs. In de rust kwamen we tot de ont
dekking dat het pas 1-0 was. En wij moes
ten beter kunnen. Bram Appel kreeg
commentaar. 'Bram, sodemieter op uit
die achterhoede, naar voren!' Na rust
zijn we toen gaan aanvallen."
Hij zet een videoband aan, met de be
roemde beelden van de wedstrijd.
Rijvers attendeert op het Franse
doelpunt, na een fout van Bertus de Har
der. „Een truc mislukte, Frankrijk scoor
de. Tegenwoordig zou De Harder met
een zijn gewisseld."
'De Goddelijke Kale' maakt het meer
dan goed, hij wordt de beste man van
het veld in die tweede helft. Kuiphof
wijdt in zijn verslag nog een honende ali
nea aan de tijd dat Rat Verlegh voorzitter
is van de Keuze Commissie. Die had het,
vier jaar eerder, aangedurfd te stellen dat
De Harder te oud was voor Oranje. De
Harder was toen 29.
De Harder maakt de 1-1, Appel kort
voor tijd de 1-2. Twee keer is Rijvers de
aangever. Rijvers wordt geroemd door
Kuiphof. 'Neem Keesje Rijvers. Vroeger
ging hij een straatje om als er fors geduel
leerd moest worden en wie nam het
hem eigenlijk kwalijk? Een mugje moet
geen hamerslagen opzoeken, nietwaar?'
Ze zijn allemaal sterk vooruit gegaan in
het buitenland, concludeert Kuiphof, ze
zijn vooral een stuk harder geworden,
'storten zich onverwijld in tackles.' I-Iet
Vrije Volk schrijft: 'Wat jammer, wat heel
jammer, dat het Nederlandse publiek,
dat zondag in, zondag uit naar wedstrij
den moet kijken waaraan reuk noch
smaak zit, dit sublieme spel van onze
profs onthouden is.'
Rijvers en consorten als de steen des
aanstoots. Nog even. De Watersnood-
wedstrijd verandert het denken over be
roepsvoetbal definitief. Een half jaar la
ter start een wilde profcompetitie, ander
halfjaar is het officiële beroepsvoetbal in
Nederland een feit.
Je kunt je anno de 21ste eeuw nauwe
lijks nog voorstellen dat Kees Rijvers en
zijn makkers er rond '40 en '50 vele jaren
over doen weg te komen. Rijvers: „Ik
kreeg al meteen na de oorlog een aanbie
ding van Lille. En daarna elk jaar, van an
dere Franse clubs. Bij de bond waar
schuwden ze ons. Het zijn bandieten in
het buitenland, je wordt opgelicht. En
dat geloofde je nog ook. Toen ik uiteinde
lijk wel de beslissing nam te gaan, wil
den ze nog niet meewerken aan de over
schrijving, die moest ik op het bondsbu-
reau gaan opeisen, waar ze weer op me
inpraatten. Wat ik deed was heel erg on
dankbaar, vonden ze."
Rijvers, zoon van een Bredase schoen
maker en van beroep elektricien, gaat bij
St. Etienne voetballen, maar niet alleen
voor het geld. „Ik kon van mijn hobby
mijn beroep maken en er werd daar op
een veel hoger niveau gespeeld. En ik
ging goed verdienen, hoewel ik pas na
een halfjaar een tweedehands Cheveau-
tje (Citroen 2CV, red.) kocht."
Hij woont intussen alweer jaren in
Frankrijk, op het lie d'Oleron, voor de
kust bij Bordeaux. Tot voor enkele jaren
speelde Rijvers (bijna 77) er nog regelma
tig op het strand met de plaatselijke
jeugd, vier tegen vier. „Dat lukt niet
meer, sinds ik vier omleggingen heb ge
had en een maaghemia. Daarom ben ik
ook twaalf kilo te zwaar. Fietsen gaat
nog, voetballen nu niet meer."
Voetballen kijken nog wel, maar Rij
vers taalt niet meer naar voetbal op tele
visie. Zelfs als bondscoach maakte hij er
geen gewoonte van de televisie aan te
zetten voor voetballen. „Ik vind het een
ramp. Je ziet ook alleen de bal-acties, je
kunt het spel niet goed volgen. En het
gaat alleen nog om balbezit. Ze zeggen
dat het spel sneller is geworden. Nou, de
druk op de defensies is groter geworden,
daarom moeten ze sneller afspelen te
genwoordig. Ik kan er niet meer tegen.
Alleen Schalke heb ik wel steeds gevolgd,
nuFIertha, vanwege Huub natuurlijk."
Natuurlijk heeft hij zijn favorieten. „Ri-
valdo, Henry, hoe heet-ie, Zidane, die
vind ik fantastisch om te zien, zoals ze
overeind blijven tegen agressieve tegen
stander. Van Nistelrooij vind ik ook heel
erg meevallen. Wat die heeft gepresteerd
na zijn blessure. Hij blijft maar door
gaan, heel knap. Scoren en laten scoren.
Ronaldo? Als hij fit is. Maar vergelijk
hem niet met Pelé of Cruijff, zeg. Van
mijn generatie worden altijd Faas Wilkes
en Abe Lenstra genoemd, maar volgens
mij was Kick Smit de beste. Die had een
aanbieding van het grote Arsenal, maar
mocht niet. Dramatisch. Smit was er een
uit het rijtje met Di Stefano en Pelé."
Beter dan Wilkes? Lenstra? „Die waren
gefixeerd op specialismen. Maar ik weet
niet of Faas minder was dan Ronaldo.
Faas had niet alleen een dribbel, hij had
een schot en hij kon afwerken. Abe had
een superieure techniek, maar als we te
gen de Engelsen of Schotten moesten,
deed hij liever niet mee. Abe was vooral
fenomenaal als vrij sterker waren."
En de grote kleine man zelf? Kees Rij
vers'was een magnifieke binnenspelen
een van de beste voetballers die Neder
land heeft gehad. Technisch bekwaam,
gezegend met inzicht en vooral geze
gend met een prachtige wedstrijdmenta
liteit. Rijvers was een knokker, een wer
ker - ondanks zijn van God gekregen ta
lent en balgevoel. Een lastig heerschap
vaak, maar een echte sportjongen. Ook
als trainer bleek hij een man die stond
voor sportief, aanvallend, technisch voet
bal. Rijvers was een sieraad voor de Ne
derlandse voetballerij. Rijvers speelde 33
interlands, als speler van NAC en'Fey-
enoord, het hadden er 88 kunnen zijn.
Vooral als de KNVB hem vanwege zijn
profstatus niet zeven jaar lang over het
hoofd had gezien.
Het contrast was schrij
nend. Terwijl in Zee
land de noodklok
ken onophoudelijk luid
den, werd in het Noorse
Hamar de rood-wit-blau-
we driekleur gehesen en
zongen Nederlandse
schaatssupporters uit vol
le borst het Wilhelmus.
Daar in het hoge noorden
ging Kees Broekman op
de schouders en vierde de
kleine oranje-kolonie de
eerste Europese titel bij
het allroundschaatsen.
Onwetend van de ramp
die zich in eigen land vol
trok, hadden de schaat
sers zondags nóg ge
klaagd over de straffe
wind en de sneeuwvlok
ken die op het ijs bleven
kleven, waardoor de baan
stroef wérd-
Maar niet alleen in Noor
wegen kwamen Neder
landse sporters in actie.
Geloof het of niet, maar
terwijl de Zeeuwen in pa
niek naar de daken van
hun huizen gevlucht wa
ren om aan het kolkende
water te ontsnappen,
werd er in de andere pro
vincies gewoon gevoet
bald. Het feit dat de
KNVB er het zwijgen toe
deed en op die rampzon
dag niet overging tot een
algehele afgelasting lever
de verontwaardigde com
mentaren in de b an ten
op. Zo schreef een verslag
gever in De Gelderlander.
„In deze hadden we stel
lig een meer passende, we
zouden haast zeggen een
meer 'sportieve' houding
van onze hoogste voetbal
instanties verwacht."
Overigens waren er die
zondag wel clubs die niet
doof bleken voor de wa
tersnood. Zo schonk Vites
se 1.000 gulden en werd
er onder de toeschouwers
die op de competitiewed
strijd van de Arnhemmers
waren afgekomen nog
eens 2.000 gulden ingeza
meld. „Goddank had de
medaille dus ook nog een
gunstige keerzijde", con
stateerde de verslaggever
van De Gelderlander.
:rende soldaten in Rilland-;
In open vrachtwagens werden de overlevenden weggebracht.
In Nijmegen werden bergen Kleding ingezameld.