Bladgoud
op de stad
Stiekem eventjes naar Maxima kijken
Zaterdag IC9
ZATERDAG 1 FEBRUARI 2003 HAAGSCHE COURANT HL
Gerard Stevers: 'Ik ben nog (ang niet klaar met Den Haag.' foto Frank Jansen
Projectontwikkelaar Gerard
Stevers wordt getaxeerd op een
vermogen van een half miljard
euro, alleen al in Den Haag bezit
hij duizend panden. En niet op de
minste locaties. Het Lange
Voorhout, het Noordeinde, het
Nassauplein, de Denneweg en
natuurlijk het winkelcentrum
Haagsche Bluf: een misleidende
naam, want Stevers bluft zelden.
door
Casper Postmaa
Je' moet wel erg wereldvreemd zijn om
projectontwikkelaar Gerard Stevers
(1954) niet te herkennen als een Hage
nees. Want daarvoor is hij te zeer de op
telsom van alle Haagse typetjes die de af
gelopen jaren door de media zijn gepro
duceerd. Nonchalant gekleed - vale spij
kerbroek, gifgroen shirt - niet bang om
eet) grote plat-Haagse bek op te zetten en
tussen zijn vingers smeult altijd een siga
ret.
Vroeger zeiden ze, Gerard is een bluffer-
tje. Hij grijnst. Weer een Marlboro, nog
een koffie en zegt dan: "Dat dachten er
vroeger wel meer."
Tegenwoordig wordt zijn Geste Groep se
rieus genomen, de cijfers geven daar ook
aanleiding toe. Alleen al in Den Haag be
zit hij meer dan duizend panden en zijn
vermogen wordt geschat op tussen de
één en anderhalf miljard gulden. Hij her
haalt de bedragen met een glimlach.
"Dat zeggen ze", antwoordt hij, "maar fk
zeg er helemaal niets over."
Wel wil hij uitleggen hoe hij zijn handel
heeft opgezet. "Mijn eerste pandje stond
aan het Spui, nummer 281. Dat heb ik
twintig jaar geleden opgeknapt met subsi
die. Daar had ik een auto van kunnen ko
pen. Heb ik niet gedaan, ik kocht van het
geld nog een huisje, toen dat klaar was,
stond ik weer voor dezelfde vraag. Inves
teren of toch maar een nieuwe auto.
Weet je wanneer ik een auto heb ge
kocht? Vijftien jaar later."
Sinds de aftrap aan het Spui is Stevers als
een stofzuiger door Den Haag gegaan.
Geen plek in de binnenstad, of hij heeft
er bezittingen. Zeker als het om de betere
locaties gaat, zoals Noordeinde, Nassau
plein of Lange Voorhout. Een van zijn
laatste aanwinsten is restaurant Bali in
Scheveningen. Amper aangekocht, staat
het al in de steigers. Stevers komt woor
den tekort om de staat van het pand aan
te geven: "Erbarmelijk Volledig naar z'n
klote geholpen. En smerig! Ik heb een slo
per gebeld en gezegd: je mag alles meene
men wat je mooi vindt. Ik wil niets meer
terugzien. Ik geloof dat we alleen al vijf
honderd kilo saté in de container hebben
gegooid."
"Toen het restaurant slecht liep hebben
ze het wit geverfd, alsof dat zou helpen.
Er is een potsierlijk, wanstaltig gebouw
van gemaakt. Wij gaan het helemaal res
taureren, weer echte ouwe leien op het
dak, de gevel wordt gereinigd en op
nieuw gevoegd en een mooie serre erach
ter. Op de begane grond en in de kelder
denken we aan een restaurant in kasteel
achtige sfeer, boven maken we vijf hotel
appartementen. Ook het parkeren voor
de deur verdwijnt. Als je nou op zo'n fan
tastische plek in Scheveningen zit, dan of
fer je het terras toch niet op voor vier
auto's."
Regels
Zelfs is niet uitgesloten, dat de kasteels
feer van het nieuwe etablissement kracht
wordt bijgezet door vlammende toort
sen, of gaslampen tegen de buitengevel.
Als het tenminste van de brandweer mag.
Een gevoelig punt. "Ik heb niets tegen de
brandweer of bouw- en woningtoezicht,
alleen vind ik het vervelend als ze elkaar
tegenwerken en ik daar de dupe van
word", legt Stevers uit. "Ik heb altijd ge
leerd dat één plus één twee is, maar als je
in Den Haag wilt bouwen kan het wel
eens vijf worden door al die tegengestel
de regelgeving. Als je eens wist met hoe
veel ambtenaren ik moet praten voordat
er iets kan gebeuren."
Een van de plannen waarover Stevers he
vig met het gemeentelijk apparaat botste
is het gebouw dat nu al de Baljurk is ge
doopt. Het zal verrijzen op de hoek van
de Kettingstraat en het Achterom, zijn bij
naam heeft het te danken aan de door
zichtige metalen voile die over de gevel
hangt. De decoratie leunt op een pilaar
die scherp als als een stiletto in de straat
steekt. De welstandscommissie wil niets
van deze frivoliteit weten, dus moet de ge
meenteraad volgende week oordelen
over de modieuze toevoeging. Stevers
kan haarfijn uitleggen waarom de raad
het met hèm eens moet zijn. "Zö", hij
wijst op het ontwerp, "is het inderdaad
een prachtige baljurk met een naaldhak
eronder, als je dat ding weghaalt hangt er
een vaatdoek."
Wel een monumentale dweil. Niet alleen
vanwege de omvang, ook door het geko
zen materiaal. Stevers denkt aan titani
um, of 18-karaats bladgoud. "Tuurlijk is
het allemaal duur, maar wat heb je aan
een simpel coatinkje. Dan is dat ding bin
nen vijf jaar gitzwart. Doe het dan met
een goed. Let op, het gaat er straks fantas
tisch uitzien. Aangelicht door spots en la
serstralen."
Ironie
De ironie is natuurlijk dat de man die
tien jaar geleden nog voor een bluffertje
werd versleten pas voor vol werd aange
zien toen hij een winkelcentrum had ge
bouwd dat hij de Haagsche Bluf noemde.
Een mengeling van moderne architec
tuur en kopieèn van historische pandjes.
Hij kreeg er prijzen en loftuitingen voor,
maar tot nu toe niet genoeg klanten:
"Het gaat steeds beter. Ik had niet voor
zien dat ik me zo kapot moest vechten
voor een beetje naamsbekendheid. De
media hebben het goed opgepikt. Niet al
leen hier, eigenlijk overal. Er komen zelfs
filmploegen uit Japan. Op diverse plek
ken willen ze de formule nabootsen, al
leen Hagenaars kunnen het moeilijk vin
den. Maar ik heb er alle vertrouwen en de
huurders ook. Er is één winkel vertrok
ken, Godiva, maar dat bedrijf heeft alle
winkels in Nederland gesloten."
Dat hij daaruit lering heeft getrokken
blijkt uit zijn volgende project, een win
kelcentrum voor kinderen dat nu al de
'Drie Koekjes' is gedoopt. "Omdat het
een plek is die uit de loop ligt, heb ik
voor een naam gekozen die lijkt op de
Drie Hoekjes. Weet tenminste heel Den
Haag waar het is", vertelt Stevers.
"Omdat het een wat afgelegen locatie is,
ontkom je niet aan een thema. Je moet
iets hebben waarvoor mensen echt naar
je toe komen. Schoenen of kleding, dat
schiet niet op, daar ligt de hele binnen
stad vol mee. Als ik dan toch mag kiezen,
hebben kinderen altijd mijn voorkeur.
Dat is de toekomst en bovendien heb ik
er zelf drie. Dus weet ik dat winkels op ou
ders zijn afgestemd en niet op kinderen.
Die lopen zich te vervelen. Het was toch
een crime als je met je moeder naar de
stad moest om overal te passen."
In de 'Drie Koekjes', dat waarschijnlijk zo
mer 2004 zal openen, is het kind koning.
Het warenhuis krijgt een sprookjesachti
ge aankleding in de sfeer van Disney. Op
de twee verdiepingen is plaats voor
twaalf winkels, die de hele wereld van
het kind omvatten. "Dus dingen die je al
voor de geboorte koopt, tot spullen die ze
op school nodig hebben", legt Stevers
uit, "alles wordt zo opgesteld dat vooral
kinderen het goed kunnen zien."
Kopen en spelen zullen hand in hand
gaan. Snoep is daarbij het leidende the
ma, met als middelpunt een glijbaan die
als koekjesmachine is verpakt. Hij ver
trekt op de eerste verdieping en daalt via
de begane grond af naar de kelder. "Je
gaat een oven in en komt er beneden op
de lopende band weer uit. Ik denk ook
aan bijzondere effecten met de lucht van
gebakken koekjes en rook. Dit soort din
gen is mijn kracht. Altijd iets onver
wachts doen."
Discotheek
Die manier van denken vindt ook zijn
weerslag op een andere plek in de Ketting
straat waar nu nog discotheek de 'Jetlag
Lounge' draait. Niet voor lang meer,
want Stevers heeft tot ongenoegen van
de Haagse Stadspartij per 1 juni de huur
opgezegd. Er kan straks nog wel worden
gedanst maar dan vooral door dertigplus
sers. Stevers haakt daarmee aan bij de ge
schiedenis van het gebouw, want in het
verre verleden werd de functie van bios
coop gecombineerd met die van een caba
ret-dancing, onder de naam Florida.
Stevers vindt niet dat hij de jongeren het
centrum uitjaagt. "Het is mijn bedoeling
om die buurt te upgraden door middel
van horeca voor het hele gezin. Je kunt
daar dus straks ook overdag een hapje
eten. Ja en wat die discotheek betreft. Ie
dereen roept maar dat hij moet blijven
terwijl die zaal niet meer dan driehon
derd vierkante meter groot is. Als je wilt
zien hoe jongeren zich tegenwoordig ver
pozen, kom je al gauw in megadiscothe-
ken terecht. Twee- tot drieduizend man
is niks. Dus welke toegevoegde waarde
heeft de Jetlag Lounge voor de jeugd? Ga
je vervolgens kijken waar dertigplussers
een dansje kunnen maken, dan blijkt dat
Den Haag niets te bieden heeft. Dus wie
wordt er nou eigenlijk tekort gedaan."
Als het aan hem ligt, schuiven oudere
jongeren volgend jaar over de dansvloer
op muziek van Louis Prima, Elvis, Beat
les, Stones en Beach Boys. Jaren vijftig en
zestig dus. "Maar als iemand The Ket
chup Song wil horen, moet dat ook kun
nen", vindt Stevers, die de voormalige dis
co/bioscoop modern wil restaureren:
"Die prachtige voorgevel wordt opge
knapt, de pantserdeuren verdwijnen en
aan de achterkant zetten we glas-in-lood
ramen zodat het licht door het gebouw
stroomt. Pas toen we het gekocht had
den, ontdekten we dat het niet eens een
monument was. Dat wil ik rechtzetten,
want als dat pand ooit in andere handen
komt mag het niet opnieuw verloede
ren."
Stevers denkt niet dat het snel zo ver
komt. Hij verkoopt zelden of nooit iets.
ook dat eerste pandje aan het Spui heeft
hij behouden en bovendien denkt hij
niet aan stoppen. Er zijn nog te veel ambi
ties en te veel plannen: "Ik ben nog lang
niet klaar met Den Haag."
In ijltempo schetst hij zijn ideeën voor
de toekomst, de meeste wil hij dicht bij
huis uitvoeren. "Je moet werken waar je
roots liggen. Als ik in Amsterdam zou wil
len bouwen, ben ik oud voordat ik einde
lijk weet hoe die stad in elkaar zit, In Den
Haag ken ik elk pand en elke straal."
Een project dat hij binnen enkele jaren
gaat aanpakken, is een wooncomplex
waar ouderen en jongeren naast elkaar le
ven. "Ik wil de ouderen weer terug in de
stad hebben. Waarom bergen we die men
sen na hun pensioen in een bos op? De
stad is toch veel leuker. Ik denk aan een
concentratie van minimaal 120 wonin
gen op loopafstand van de binnenstad,
zeventig procent ouderen, de rest jonge
ren en beneden gewoon restaurants zo
dat er volop contact met de buitenwerelc
is."
Totaalvisie
Later zal hij ook zijn totaalvisie op he
wonen neerzetten, belooft hij. Een com
plete wijk waar de bouwers van Ypen
burg en Leidschenveen nog van zulle:
opkijken. "Ben je er geweest? Heb je di
boompjes gezien, dat is toch geen groen
Wat is er in godsnaam voor kinderen i:
zo'n wijk te beleven. Het is allemaal z
knullig gedaan. En puur commercieel. Zc
veel mogelijk grond gebruiken om te bot
wen, waardoor er geen ruimte voor vooi
zieningen over is. Ik wil het allemaal i
een keer goed doen. Dus een perfect
combinatie van wonen en recreëren. Me
groene speelplaatsen voor kinderen, ee:
zwembad en tennisbanen."
Hij steekt nog een sigaret op, maakt eei
gebaar naar het raam van waaruit je in d
verte de stad kunt zien liggen: "Ik bom
met mijn gevoel en met mijn hart. I
weet wat mensen willen, omdat ik tusse;
het volk sta. Ik ben elektricien gewees'
heb geleerd met mijn handen te werker
Ondanks alle interviews in kranten en o
televisie, kan ik nog steeds door de sta
lopen zonder dat ze me herkenner
Want mensen kunnen zich niet voorste:
len dat ik er zó uitzie."
Maxima en Alexander: met z'n tweeën zelden op straat, foto Reuters
Een jaar geleden stond Nederland op
zijn kop. Op 2 februari vorig jaar was
het eindelijk zover. Maxima zei 'ja' en
Carel Kraayenhof speelde Adios
Nonino. Nederland pinkte een
traantje weg. Daarna verdwenen ze
uit beeld. Hoe gaat het eigenlijk met
het jonge paar?
door
Christl Visser
Willem-Alexander en Maxima doen wel eens
inkopen op het Noordeinde. Maar niet sa
men. Dat zou te veel opvallen, weet de buurt.
Voor de rest merkt Den Haag niet veel van de
aanwezigheid van het koninklijk paar. Ze wo
nen er, zolang hel nog duurt, maar zijn nage
noeg onzichtbaar. Na het huwelijk werd het
vrij plotseling stil rond de prins en zijn prin
ses. Wat doen ze toch, vroegen mensen zich
af.
Precies een jaar geleden stond Nederland op
•zijn kop. Wie er niet bij kon zijn, installeerde
zich 's ochtends voor de televisie. Kopje kof
fie, koekje, voorpret. Hoe zou ze eruit zien?
Om even voor tienen was het zover. Maxima
en Willem-Alexander verlieten het konink
lijk paleis op de Dam, stapten in de - gehuur
de - Rolls Royce en reden naar de Beurs van
Berlage, waar burgemeester Job Cohen hen
zou trouwen. In de Nieuwe Kerk stond bando-
neanist Carel Kraayenhof al klaar. Hij ging
Adios Nonino spelen, de tango die heel Ne
derland nu kent.
Het was een stralende dag, warm bijna. De ko
ninklijke gasten die in bont kwamen, zaten
te puffen. Tijdens de rijtour scheen de zon op
de gouden koets. Er werd een klein meelbom-
metje gegooid, maar daar bleef het bij. Het
protest had niets om het lijf. Amsterdam
feestte liever met het bruidspaar mee. De vijf
kussen op het balkon werden met gejuich be
groet.
Na een late lunch ging het paar op huwelijks
reis. De eerste foto kwam uit St.Moritz. Daar
na verdwenen ze vijf weken uit beeld. Na de
wittebroodsweken namen ze hun intrek in
het huis van de prins, vlak naast het werkver-
blijf van zijn moeder aan het Noordeinde in
Den Haag. Daar wonen ze nog steeds. Maar
opvallen doen ze niet.
Discretie
Ze horen er op een rustige manier bij. De om
geving omringt hen met discretie. "Dat is
toch de Haagse manier om met het konink
lijk huis om te gaan", zegt de bedrijfsleidster
van een van de winkels waar Maxima wel
eens iets koopt. "Als ze hier is, zie je de ande
re klanten wel stiekem eventjes kijken, maar
iedereen laat haar gewoon winkelen."
En zo moet het ook, vindt ze. "In de Hoog
straat en aan het Noordeinde horen we toch
een beetje bij elkaar. Ik heb een winkel en zij
hebben een paleis, maar voor mijn gevoel
zijn het toch een beetje de buren."
Zo heel vaak wagen de buren zich overigens
niet op straat. Soms komt Willem-Alexander
voorbij, soms Maxima. Met zijn tweetjes zijn
ze zelden. Apart zijn ze minder herkenbaar.
Een jonge vent in een spijkerbroek, een blon
de vrouw in een dikke winterjas: daar zijn er
zoveel van. Wie niet goed kijkt, ziet de recher
cheurs die hen volgen over het hoofd. Be
drijfsleider Van Kempen van interieurzaak
Warnars, schuin tegenover het onderkomen
van de prins: "Eerlijk gezegd merk ik meer
van de formatie dan van het jonge paar.
Sinds de verkiezingen is het een komen en
gaan bij het paleis."
De hoop dat hun aanwezigheid in Den Haag
de hofstad extra glans zou geven, is niet uitge
komen. De prins en prinses hechten niet aan
veel uiterlijk vertoon, ze geven geen daveren
de partijen, ze zijn, zoals veel jonggetrouw
den, bezig met hun eigen besognes. Hun
nieuwe huis. Hun werk. Hun toekomst.
De verbouwing van villa Eikenhorst in Wasse
naar - het vroegere onderkomen van prinses
Christina - vordert. Het paar hoopt er voor
de zomer zijn intrek te nemen. Of dat lukt. is
nog de vraag. Er moet nog veel gebeuren,
meldt de Rijksvoorlichtingsdienst.
Niet alleen moet de villa aan de eisen van de
tijd en aan de smaak van Willem-Alexander
en Maxima worden aangepast, ook de beveili
ging stelt zo haar eisen. Toen Christina en
haar ex Jorge Guillermo er woonden, kon
worden volstaan met een paar camera's en
een dubbele heg. Voor de bewaking van de
troonopvolger en zijn vrouw is meer nodig.
Vloerbedekking
Maar Alexander en Maxima hebben meer
aan hun hoofd dan vloerbedekking kiezen
en meubeltjes kopen. Sinds hun huwelijk
zijn ze veel op pad geweest. Eerst een offici
eel bezoek aan Ghana, toen naar de Neder
landse Antillen en Aruba, een reis die voortij
dig werd afgebroken vanwege de moord op
Pirn Fortuyn. In augustus vervolgden ze hun
kennismakingstoernee, daarvoor waren ze al
weer naar de Baltische Staten geweest. Voor
zijn werk - het watermanagement - waren ze
ook op de VN-top voor duurzame ontwikke
ling in Johannesburg.
Maxima vervolgde ondertussen het voor
haar uitgezette inburgeringstraject. Ze wilde
na haar huwelijk bewust een poosje buiten
de schijnwerpers blijven om de Nederlandse
samenleving op een rustige manier beter te le
ren kennen. Want de bezoeken die ze tijdens
haar verloving aan de provinciehoofdsteden
bracht, maakten haar wel reuze populair,
maar droegen niet zozeer bij aan verdieping
van kennis. Dankzij het programma dat
Maxima het afgelopen jaar volgde lukte dat
wel.
De prinses dook in het Nederlandse onder
wijs- en jeugdbeleid, woonde in dat verband
een congres bij van de Vereniging van Neder
landse Gemeenten, volgde zittingen van de
Raad van State en studeerde op de ins en outs
van het Nederlandse staatsrecht.
Om haar te helpen werd in september Pien
Zaaijer, voorheen hoofd van de afdeling be
stuur en wetgeving van het ministerie van
Binnenlandse Zaken, als Maxima's persoon
lijk adviseur aangesteld. Zij zal de prinses ook
bijstaan als ze dit jaar meer naar buiten
treedt.
Publieke taken
In de komende maanden zal er, zo wordt ver
wacht, geleidelijk aan meer zicht komen op
Maxima's publieke taken.
Recent werd bijvoorbeeld al bekend dat ze be
trokken wordt bij de Prins-Clausleerstoel
voor ontwikkelingssamenwerking. De Uni
versiteit van Utrecht en het Institute of So
cial Studies in Den Haag benoemen om de
beurt een wetenschapper die de leerstoel zal
bekleden. Maxima wordt voorzitter van het
comité - de 'board of trustees' - dat de benoe
mingen voorbereidt.
Ook het Oranjefonds heeft haar aandacht
Het fonds - een fusie tussen het fonds dat het
prinselijk paar op hun trouwdag cadeau
kreeg van de bevolking en het Juliana Wel-
zijnsfonds - heeft als doelstelling 'het bevor
deren van cohesie in de samenleving'
De veronderstelling dat de prinses 'dus' ac
tief wordt op het gevoelige terrein van de in
tegratie, is echter te voorbaardig, weet de
Rijksvoorlichtingsdienst. "Zover is het nog
niet."
Als moderne jonge vrouw met een goede op
leiding zal Maxima beslist iets willen doen
wat betekenis heeft. Hoewel haar staatsrech
telijke positie beperkingen met zich mee
brengt, kan anno 2003 moeilijk verwacht
worden dat zij zich tevreden stelt met een
plek in de schaduw.