Zaterdag
Hoe het land de strijd verloor
t
Stad C9
Gerard Stevers plakt
bladgoud op Den Haag
ZATERDAG 1 FEBRUARI 2003 HAAGSCHE COURANT HL
Politiek C10
Bij Paul Rosenmöller
overheerst de opluchting
door
De watersnoodramp in 1953 werd veroorzaakt door een
combinatie van springtij en stormvloed. Tegen deze
buitengewoon hoge waterstanden waren de meeste
dijken niet bestand. Bij de ramp hebben 1835 mensen
het leven verloren, van wie 873 in Zeeland.
Duinen
Dijkdoorbraak
Zeekering /binnendijk
Ondergelopen land
Drassig land
Stad die gedeeltelijk
overspoeld is geweest
Slachtoffers in
getroffen gemeenten
KRIMPENER-
Nieuwerkerk a/d IJssel
+2 WAARD
a
Krimpen *4
Molenaarsgraat 11
f .fs=a-'
I—SP-' ALB LASS ER WAARD
1 1 ccci «HONDE p
O Barendrecht d,£ht sliedrecht
Stormvloed
Een gedeelte van
het water van de
stormvloed komt
1 februari 1953 j
in het zuiden van
de Noordzee te
recht, opgestuwd
door de noord- r
westerwind.
Hellevoetstós" Zuidland j~vW
ïdereede T 6 f 121
j O E RE E i GOtiesr
Stellendam TT t2
V t61 h
Middelharnis
t=- i 117 Ticnseme
y,-.. Dordrecht
--'•St,Gravendeel
t37 O;
irecht
t1
:HOEKSCtdE WAARD
Ellemeet 11
Paul de Schipper
Het begint met een windveld aan de
oostkust van de Verenigde Staten,
op 26 januari 1953. Bij IJsland
vormt zich een nieuw lagedrukgebied.
Dat begint steeds sneller rond te tollen
en buigt op vrijdag 30 januari dreigend
zuidoostwaarts af. Een gigantische zuil
vochtige lucht omringd door een massie
ve muur van wind groeit uit tot een
orkaanachtige noordwesterstorm die in
Schotland miljoenen bomen ontwortelt.
In Zeeland is het die week rustig weer.
Op zaterdagmorgen draait de wind van
zuidwest naar noordwest en begint aan
te wakkeren. Dat weekeinde is het spring
tij. Het lichtschip Goeree meet zaterdag
31 januari om 12.00 uur windkracht 11
Op dat tijdstip blaast de vijfjarige Piet
Geluk op Schouwen-Duiveland papieren
zakken op. Lachend kijkt het jochie hoe
de storm ze als ballonnen wegblaast.
Op de Noordzee jaagt het stormveld van
1000 kilometer naar de achilleshiel van
laag Nederland, een waterberg voor zich
uit stuwend. De kwetsbare archipel van
eilanden in de zuidwestelijke delta, staat
aan de vooravond van een ramp die
deze regio totaal zal vernielen en veran
deren. En die voor altijd deel zal worden
van onze nationale herinnering.
Zuid-West-Nederland waant zich veilig.
Watersnoden en dijkbreuken door
natuurgeweld zijn uit de mensenheuge
nis verdwenen.
Die zaterdag is een dag van de gewone
rituelen: de kinderen in een teil water,
verwarmd op het kolenfomuis. Het
waait, ach, er zijn erger winden over
Nederland gewaaid. Om kwart voor zes
zaterdagmiddag laat het KNMI een
waarschuwingstelegram voor 'gevaarlijk
hoog water' uitgaan: alleen bestemd
voor abonnees. Die zijn er in het Deltage
bied niet veel. In Zeeland maar één: het
waterschap Walcheren. In Brabant:
burgemeester Cor van der Hooft van
Willemstad. In Den Haag, bij de hoofddi
rectie van Rijkswaterstaat, blijven er vier
telegrammen op de bureaus liggen. Het
is immers zaterdag.
Het is vroeg donker die avond. De bevol
king ontspant, geniet van de verdiende
rust. Regen- en sneeuwvlagen zwiepen
over de dijken het land binnen. Geen
weer om buiten te zijn. Om tien uur
wordt in Vlissingen een windstoot van
120 km per uur gemeten.
In zaal Nolet in Yerseke treden de Zin
gende Zusjes op. In De Korenbeurs in
Kortgene vieren de autoriteiten de
opening van het nieuwe gemeentehuis.
Sommige gasten toasten op het hoge
water. Kunnen ze lekker langer feesten.
Ze hoeven de laatste boot niet te halen,
want die vaart toch niet. In Breskens
rukt de Urker haringvloot ongedurig aan
de meertouwen. In het Zeeuws-Vlaamse
gehucht Nummer Een ligt de 83-jarige
Adriaan Blondeel in zijn bed te woelen.
Hij kent het water en stuurt Johannes,
zijn zoon, naar de dijk. De Brabantse
Commissaris van de Koningin Jan de
Quay keert terug van een visite aan de
burgemeester van Tilburg. Terugrijdend
naar Den Bosch ziet hij wat afgewaaide
takken op de weg liggen.
Om half elf is het eb in Zuid-West-Neder
land - zou het eb moeten zijn. Terwijl er
nog geen druppel zout water over de
dijkkruinen is gespoeld, zijn het deze
uren waarin nonchalance, besluiteloos
heid en spontane daadkracht het ver
schil tussen leven en dood bepalen voor
de uren die komen.
Vloedplanken
Neem de Yersekser mosselvisser Jaap van
Oost. Na een bezoek aan de Zingende
Zusjes gaat hij, macht der gewoonte,
nog even naar de kaai. Hij verwacht eb,
maar het is hoog water. "En het was
openbaar storm. Ik dacht Jaap, jong dat
komt niet klaar", vertelt hij jaren later.
Jaap gaat even langs de wethouder. Die
vindt dat er niets aan de hand is. Met
een paar andere vissers besluit Jaap toch
de vloedplanken in de dijkopening bij
de haven te plaatsen, uitgelachen door
andere dorpelingen.
In een café aan de Ring in Ouwerkerk op
Schouwen-Duiveland worden rond die
^éógemc-ien
OVERFLAKKEE +2 -
Nieuwë:Tonge Den BommMf
t 84 f 8
D U1V E L A N D - M
SCHOUWEN Dreischor O
_Serooskerke Kerkwerve 32
115 t 3
56 Numansdorp
Burgh
t10
f f A
N - B E V L A N D
f, Kortgene f49
Êtewsjsse
Oosterland -x 1
.-St Phïhpsfëod
v- ïneuwenuiiK i *0/ t10
Óüwefkerk c 191 A
1 n vQ
TTTTTirr- - -Klundert
Werkingen 0ude OottgensplMt 5 Willemstad 12 t17
1 14 Tongc 12
11' 1306 v k Hel!nine"> Zevenbergen
windrichting
wind loodrecht op
Nederlandse kust
Deltawerken
Met de bouw van de Deltawerken werd in 1954
begonnen om het zuid-westen van Nederland
voortaan te beschermen tegen stormvloeden.
Stormvloedkering
Hollandse IJssel
WALCHEREN
Middelburg O
Vlissingen
Terneuzen
Fijnaart 176
De meeste dijken braken door aan de zuidelijke kusten.
Deels omdat de noordelijke dijken hoger waren gemaakt in
verband met de golfoploop bij noord westerstormen. Dat de
zware en langdurige noordwesterstorm, die zondag 31 januari
op de Noordzeekust beukte, ook aan de zuidkant het
waterpeil enorm deed toenemen, was niet voorzien.
7950 7955 7960
bouwtijd
Stormvloedkering Hollandse IJssel
Volkerakdam
Haringvlietdam MIMI
Zandkreekdam llllll
Veerse Gatdam
Grevelingendam
Brouwersdam
Stormvloedkering Oosterschelde
St. Philipsdam I I I
Oesterdam I I I
Markiezaatskade
Bathse Spuikanaal en Spuisluis I II II I I II I I II fT
Grevelingendam
Markiezaatskade
Bathse Spuikanaal
en Spuisluis
7965 1970 7975 1980 7985 7990 7995 2000
Maeslantkerlng
De herinnering aan 1 februari 1953 is nog levend. Geen
wonder, velen leven nog en vertellen de verhalen. Maar de
watersnoodramp zal zich ook zijn volgende halve eeuw in
het nationaal bewustzijn handhaven. Daarvoor waren de
gevolgen groot genoeg. Op deze en de volgende pagina's de
verhalen van toen, en van wat er nog steeds rest.
tijd de biljartballen opgeborgen. In het
kilometers van zee gelegen Nieuwerkerk
is de toneelvereniging nog niet lerug
van een uitvoering in Brouwershaven.
Dat komt omdat bij Zonnemaire de tram
verstrikt is geraakt in kapot gewaaide
telefoondraden. Er moet een bus uit
Zierikzee komen. Dijkvvachten op de
dijk bij Hoofdplaat zien rond twee uur
's nachts 'gezwel' in het water. Ze waar
schuwen wachtmeester Spuessen van de
Rijkspolitie. Om 02.20 is de sirene van
Hoofdplaat vaag hoorbaar, boven het
gehuil van de storm.
Zo begint 1 februari, de dag dat God
even niet thuis is. Hoe verder land-
beurt in enkele seconden, met donde
rend geraas. 'Waarbij de grond dreunde
als bij een bominslag', schrijft Rijkswater
staat later. Een metershoge muur van
water bulldozert Tholen binnen, over
een breedte van 1800 meter en neemt
een rij arbeidershuisjes onder aan de
dijk van Stavenisse mee. De meeste
bewoners worden nooit meer gevonden.
Tussen Rilland en Bath klampt op dat
moment burgemeester Jozef Goffau zich
vast aan een boom. Hij is op weg naar
het bedreigde Bath, maar de dijk bij
Bath is al doorgebroken. Het water komt
met zo'n enorme kracht opzetten dat de
burgemeester moet loslaten. Hij wordt
komt uit zijn bed en staat tot zijn knieën
in het water. Hij alarmeert de gezinnen
in de buurt en brengt vluchtend over
een binnendijk tien mensen in veilig
heid. Achter zijn rug verdrinkt de red
dende hond. Later schrijft de gemeente
secretaris van Hoofdplaat in zijn verslag:
'Op zulke momenten was de zee voller
dan de dijk hoog was.'
Op Goeree proberen inwoners van het al
overstroomde Stellendam om Melissant
te bereiken. In Sirjansland vluchten de
mensen in de kerk. Een reumatisch oud
vrouwtje trekt zich omhoog langs de
leuning van de preekstoel en blijft daar
hoog en droog zitten. In Nieuw-Vosse-
meer wil de negentienjarige Adriana van
Eekelen nog haar nieuwe fiets uit de
schuur halen. Het wordt haar dood.
Brandweerman Jan Huuskes uit Halst
eren grijpt met dekens en al een kind uit
de kinderwagen terwijl een enorme
vloed over de weg rolt. De kinderwagen
spoelt weg, de moeder ook. Jan grijpt
een boom, schiet onder water en moet
het kind loslaten. Hij ziet twee mannen
langs drijven op een rietschol. Even later
zijn ze verzwolgen.
één nacht worden duizenden dakloos en
straatarm, ze verliezen vaders, moeders,
kinderen, verloofden.
Zondag is de dag van de grote stilte.
Grote delen van Zuidwest-Nederland
zijn zee geworden. In de polders kruipen
overlevenden bij elkaar op zolders van
halfingestorte huizen en boerderijen.
Anderen liggen in de luwte van een stuk
dijk en sterven daar van kou en ontbe
ring. Mensen slaan los van hun kapot
gebeukte huizen, drijven rond op wrak
hout en dakspanten. Lijken uit losge
woelde en opengegane kisten van het
kerkhof van Moerdijk spoelen aan bij
Zevenbergen. Er zijn geen rampenplan
nen, geen waarschuwingssystemen. Het
enige verweer tegen de ramp is initiatief
en improvisatie.
Commando's
Een van de voortvarendste mensen is
burgemeester Cor van der Hooft van
Willemstad. Hij heeft eerder die nacht al
om militaire bijstand gevraagd bij de
garnizoenscommandant in Bergen op
Zoom en stuit daarbij op de defensie-
bureaucratie. Voor militaire inzet moet
Zondagmiddag verkent een Beechcraft
van de vliegbasis Gilze-Rijen het rampge
bied. De vlieger probeert de totale ver
woesting te beschrijven: 'Mensen staan
op ingestorte huizen. Dijken en wegen
op talloze plaatsen doorgebroken. Bij
Oude Tonge zitten mensen op de daken,
uitgeput. Toestand zeer ernstig, grote
nood. Hulp onmiddellijk gewenst.'
De marineluchtvaartdienst gooit rubber
boten. Ze drijven doelloos rond, want
niemand kan erbij. De Belgische helikop
terpiloot Detremerie maakt als eerste
contact met mensen in het rampgebied.
Hij landt zondagavond op de kade bij
Oude Tonge.
Het ANP meldt zondagavond 138 slacht
offers en 'veel vermisten'. Mosselvissers
uit Yerseke wagen zich, met gevaar voor
eigen leven, door het stroomgat bij
Ouwerkerk en beginnen, rondvarend
over Schouwen-Duiveland, mensen van
de daken te halen. De Urker vissersvloot
schiet vanuit Breskens te hulp en zorgt
voor de radiocommunicatie. In
West-Duitsland gelegerde Amerikaanse
soldaten gaan het rampgebied binnen
met auto's die kunnen varen: de
inwaarts, hoe groter de opstuwing. In de
zeegaten van de delta begint de Noord
zee als een reusachtige melkkoker over
te koken.
Rond drie uur 's nachts breken oostelijk
van Zierikzee de eerste dijken. Een paar
kilometer verder, achter de dijken van
het eiland Tholen, slaapt Stavenisse. Het
dorp, waar men zich op dat moment
druk maakt over Jannetje van achttien
die met een kerel van veertig vrijt, zal
over een paar dagen in heel de wereld de
voorpagina's halen.
De onverwoestbaar geachte dijk bij
Stavenisse begint om half vier te trillen.
Het water spuit uit de konijnenholen.
Dan duwt het water het gevaarte van
klei en zand eenvoudig opzij. Dat ge-
meegesleurd en verdrinkt. In Kruiningen
alarmeert klokgelui de bewoners. De
straten zijn dan nog droog. Slaperige
bewoners praten met elkaar, roken een
sigaretje. Ja, verderop is een dijk gebro
ken, de veerboot ligt al in de polder,
maar Kruiningen is nog droog. Dan
begint het water in de sloten te stijgen.
Plotseling ruist het water sissend door
kieren en spleten. Kort daarop storten de
eerste huizen in.
Begeleid door de nerveus luidende
kerkklokken overspoelt bij Hoofdplaat
de uit 1828 daterende dijk die vervol
gens met volle hoogte in de kaai zakt.
Verderop bij het gehucht Nummer Een,
bij Erail Temmerman, slaat op dat mo
ment de hond aan. Emil schrikt wakker,
Het zijn beelden die nooit meer uit de
herinnering verdwijnen.
Vergeten
Om vier uur 's nachts komt het laatste
telefoontje uit de verdronken stad Zierik
zee. Het is agent De Leeuw die Rijkswa
terstaat in Middelburg waarschuwt:
"Zierikzee is onder water gelopen.''
Daarna zijn alle verbindingen met
Schouwen-Duiveland verbroken. In de
geschiedenis van de Ramp staat Schou
wen-Duiveland te boek als het vergeten
eiland.
Het is niet de nacht van één ramp, het is
de nacht van duizend rampen. Dorpen
slapen, mensen slapen. Veel bejaarden
verdrinken eenzaam in hun bedstee. In
de Minister van Oorlog toestemming
geven. En dat lukt niet in het weekein
de. Van der Hooft belt een vriendje bij
de commando's in Roosendaal. Die
belooft dat er diezelfde nacht nog com
mando's op weg gaan naar Willemstad.
Om half tien zondagmorgen worden alle
Nederlandse militairen van weekend
verlof teruggeroepen. Bij het eerste
ochtendlicht zijn dan, na een barre
tocht, acht, druipnatte commando's al
wadend Willemstad binnengestrompeld
Wat de buitenwereld weet? Niet veel.
Het ANP-nieuws om acht uur op zondag
morgen. Geen televisie, geen sms, geen
internet. Die zondag komen autoriteiten
en hulpverleners niet verder dan de
randen van het rampgebied.
DUKW's. Uit de hele wereld arriveren
hulpgoederen. Dorpen en steden wor
den ontruimd, maar in Zierikzee moet
prins Bernhard er persoonlijk aan te pas
komen om de bevolking over te halen te
evacueren.
Op maandag 2 februari is er nog nauwe
lijks overzicht. De kranten proberen de
chaos te inventariseren met opsommin
gen. Biesbosch: noodtoestand. Elle-
woutsdijk: dijk gebroken. Goeree: ver
scheidene dorpen totaal geïsoleerd.
Hontenisse: minstens zes mensen omge
komen. Fijnaart: ontzettend getroffen.
Heijningen: toestand hopeloos.
Over Schouwen-Duiveland geen woord.
Het eiland lijkt van de aardbodem ver
dwenen. Feitelijk is dat ook zo. Het
weerbericht meldt: 'afnemende wind'.
In Klundert geldt de noodtoestand en
wordt een avondklok ingesteld. 'Nie
mand mag de gemeente bevaren zonder
toestemming', verordonneert de burge
meester. Al vanaf zondag trekt een nooit
geziene vluchtelingenstroom door
West-Brabant hogerop, richting Breda
naar het opvangcentrum in de KMA en
richting Ahoyhallen in Rotterdam. Het
lijkt een exodus in oorlogstijd. Paarden,
varkens, kudden koeien worden over de
weg Zevenbergen-Breda oostwaarts
gedreven. Daartussen lopen mensen met
verweesde blik. Beddengoed en kleding
op hun schouders - beelden die we nu
kennen uit hongerend Afrika. Vrachtwa
gens en militaire voertuigen op weg naar
het rampgebied worstelen zich door de
mensenstroom.
Een week na de Ramp wordt er in Zierik
zee gepreekt voor de hulpverleners en
militairen die hier hun 'operatie Noach'
uitvoeren. Dominee Van Roon beklimt
de kansel: "We hebben de Sabbath
verguisd, teveel vertrouwd op de dijken
en te weinig op God. Het zal op aarde
niet beter worden."
Op Schouwen-Duiveland groeien de
mossels in de zomer van 1953 op de
tarwe-akkers en in de boomgaarden
staan fuiken. Het laatste sluitgat in
Ouwerkerk gaat op 6 november 1953
dicht. Journalist Piet Bakker schrijft:
'Een vliegtuig gooit een magnesium
fakkel. De hoorn van de Zwarte Zee, die
eerlijke sleepschuit, schalt door de nacht
en tweeduizend geesten van verdronke
nen bidden 'Erbarm u onzer'. In de
caissons van Ouwerkerk is nu het sobere
museum de Watersnood 1953 geves
tigd.'
Wrake Gods
Na de Ramp wordt niet het zoeken naar
de oorzaak het belangrijkst. Er is geen
Nazorgplan, geen traumateam. Er zijn
geen rondreizende rampengeleerden die
naar de menselijke fout speuren. De
ambulante geestelijke gezondheidszorg
gaat niet verder dan een fles vieux en
troostende woorden van de ouderling
die zich beroept op 'de wrake Gods'.
De balans van de Ramp is 1836 doden.
Het motto: met treuren, aanpakken.
Toch is een rampverslag als van de
gemeente Fijnaart en Heijningen veelzeg
gend: 'De binnendijken braken omdat
het dijktalud door landbouwers was
omgeploegd. Of omdat zich mesthopen
in de dijk bevonden.' Kabinet aftreden?
Parlementaire enquête? Met zoveel leed
hoor je niet naar schuld te vragen
Samenstelling Jacquelien Nienhuis Vormgeving Sander Fase
:1