fD H. De Ramp verwoord O» CD 3 wetenschap Op 16 maart gaat de Westerschelde-tunnel open. Dan verdwijnt het laatste stukje Zeeuws isolement. Helaas. De verbindingen worden te goed. NIEK VAN SAS OP PAGINA 2 cultuur Hoe moet je iets zoeken wat overal al is? Als een vis het water zoekt, springt hij ten einde raad op de kant, kijkt achterom, denkt: Ach...! en stikt. DOORNROOSJES PRINS OP PAGINA 3 boeken Eenmaal per week sopt ze de wc en de badkamer, dagelijks stofzuigt ze de huiskamer en poetst ze het aanrecht. Soms denkt ze: „Heb ik hiervoor nu psychologie gestudeerd?" NELLEKE VERMEER OP PAGIfilA 4 muziek 'Ik vind dat ik voorbij ben', zegt Conny Stuart. Het is typerend voor de ironie, maar ook voor de wat wrange scherpte waarmee ze uit de hoek kon komen. HERMAN VEENHOF OP PAGINA 5 Nedi X eindredactie: willem bouwman en hugo de bruijne; vormgeving: rien van den berg <|NED-R;anDS fotoarch'-r (cpc) De herdenking van vijftig jaar watersnood 1953 gaat gepaard met veel nieuwe boeken en enkele heruitgaven. Een overzicht. DOOR WILLEM BOUWMAN Lét boek over de watersnood is De ramp van Kees Slager, voor het eerst ver schenen in 1992, aan de vooravond van het veertigste herdenkingsjaar. De nieuwe editie is gecorrigeerd en aangevuld; een minpunt zijn de foto's, die in de nieuwe druk bedui dend minder goed zijn afgedrukt. Slagers voornaamste bron zijn de gesprekken met 250 ooggetuigen van de ramp; daarnaast door zocht hij archieven, politierapporten, de weer berichten van het KNMI en alle relevante lite ratuur die over het onderwerp verschenen is. Het boek bestaat uit twee delen. In het eerste deel beschrijft Slager van uur tot uur en van dag tot dag het verloop van de watersnood, vanuit een voortdurend wisselend perspectief, vanuit Strijen, Ouddorp, Sirjansland en tien tallen andere plaatsen waar het leven door de ramp werd omgekeerd. Hij registreert de fees telijkheden op zaterdagavond 31 januari in Kortgene, Noord-Beveland, waar juist een nieuw raadhuis geopend was. De burgemees ter maakte van de gelegenheid gebruik de mi nister van verkeer en waterstaat Algera (Sla ger schrijft Algra, een andere ARP'er) een brief te sturen met het verzoek om de aanleg van een dam of brug naar Walcheren of Zuid-Be veland, „dit in verband met het feit dat het ei land Noord-Beveland heden gedurende ver schillende uren onbereikbaar was tengevolge van de hoge waterstand". De minister zou eer der en anders van de noodzaak worden over tuigd dan de burgemeester lief was. Achteraf Het tweede deel is thematisch en belicht de evacuatie, de achterblijvers, de dijken en het dijkherstel, het geloof, de schadevergoedin gen, de schuldvraag, de verwerking en nog meer aspecten van de ramp. Geleidelijk gaat de lezer begrijpen dat de ramp vele vaders had: de dijken waren slecht onderhouden, ge meentebesturen en polderbesturen werkten langs elkaar heen, veel burgemeesters en dijk graven reageerden traag, de huizen in het rampgebied waren zwakker dan elders in het land, de hulpverlening kwam langzaam op gang. Echt onderzoek is nooit gedaan. De Ka mer vond een parlementair onderzoek niet nodig en zou de regering 'op een passend mo ment' vragen om verantwoording. Dat mo ment is nooit gekomen. Kees Slager heeft het verzuim goeddeels ver holpen. Goeddeels, want sommige plaatsen krijgen weinig of geen aandacht in het boek, zoals Dussen en Dinteloord, waar zes en zeven doden vielen. Mogelijk gebeurde er te weinig of waren er geen ooggetuigen meer. Verder is Slager sterk in het oordeel achteraf: De rege ring reageerde sloom, het kabinet werd 's zon dagsavonds pas bijeengeroepen; burgemees ters aarzelden met maatregelen omdat ze de ernst van de situatie niet doorzagen. Maar zij wisten niet wat er aan de hand was en hadden geen herinnering aan een ramp van zo'n for maat. Kees Slager weet wat er gebeurde, soms iets te goed, maar storend is dat nauwelijks, want hij heeft het relaas van honderden oog getuigen - wie niet beter weet zou denken dat iedere overlevende het hart op de tong heeft liggen - verweven in een meeslepend boek, dat de lezer zichzelf en zijn bezwaren verge ten doet. Boze afloop In Hier was eens Capelle heeft Slager de blik gericht op Capelle, een dorpje bij Zierikzee, dat bijna geheel door het water werd vernield en nooit meer is herbouwd. Slager schetst de geschiedenis van het dorp sinds de vroegste tijden tot de nacht waarin Capelle ophield te bestaan. Door de boze afloop oogt het dorpse leven van voor de ramp als een paradijselijk bestaan, doordrenkt met de tragiek van de na derende ondergang..De mensen waren ver draagzaam. Tussen kerkdijken en niet-kerke- lijken lag geen kloof, in de oorlog waren er geen NSB'ers en bij de verkiezingen trokken alle kiezers, van links tot rechts, op een boe renwagen naar het stembureau in Nieuwer- kerk. Schrijnend is het verhaal over het jonge tje Van der Straten, dat in de rampnacht ver dronk, nog geen dag oud. Hier was eens Capel le bevat vele foto's van Capelle en de mensen die er woonden. Het wekt gevoelens van grote weemoed en is tot het einde onweerstaan baar. Een typisch herdenkingsboek is Februariramp 1953 50jaar geleden 50 jaar verder van Rinus Antonisse, redacteur bij de Provinciale Zeeuw se Courant. Antonisse publiceerde veel over Zeeland en de strijd tegen het water. Hij heeft zijn kennis luchtig, toegankelijk en ook wat oppervlakkig uitgestald in dit jubileumboek, dat voor driekwart is gevuld met foto's, vaak in kleur. De rest van het boek beschrijft de ge schiedenis van de Zeeuwse delta, de ramp van 1953 en de Deltawerken. Van hetzelfde soort is Hoog water. 50 jaar na de watersnoodramp van journalist en bioloog Inez Flameling, een kijk- en leesboek, met veel foto's en veel inter views over heel veel onderwerpen. Tekst en beelden zijn geordend aan de hand van vier vragen: Hoe veilig voelen we ons? Wat is vei ligheid ons waard? Hoe veilig zijn we echt? Zijn we veilig in de toekomst?, maar voor een overzicht zorgen ze niet. Hoog water biedt stukjes proza over van alles wat, zonder dui delijke samenhang, alsof het om gestolde tele visie gaat. En net als bij televisie blijf je kijken als je niet uitkijkt. Als extra krijgt de koper een cd-rom met beelden en geluiden van de ramp en een plattegrond van het rampgebied. Betonnen bakken Naast het boek van Kees Slager over Capelle verschenen er boeken over de ramp in Oolt- gensplaat, in Wolphaartsdijk en Oud-Sabbin- ge, en in Ouwerkerk, berucht om 'het gat van Ouwerkerk', de nauwelijks te dichten en hon derden meters lange breuk in de dijk nabij het dorp. Uiteindelijk werd het gat gedicht met caissons, betonnen bakken die werden afge zonken en gevuld met zand. Over die caissons gaat het boek van Cor Heijkoop met de weidse titel Phoenix-caissons. Drijvende kolossen voor vrede en veiligheid. Het gebruik van Phoenix-caissons bij het dijkherstel in Zee land, 1945-1953. De caissons waren een vondst uit de Tweede Wereldoorlog. De geal lieerden gebruikten ze bij de invasie in Nor- mandië voor het aanleggen van kunstmatige havens aan de Franse kust. Later waren ze van nut bij het herstel van de kapot gebombar deerde dijken op Walcheren. En in de herfst van 1953 bleken ze zelfs bestand tegen sterke stromingen die sinds de februariramp de pol ders bij Ouwerkerk wegvraten. Heijkoop be schrijft de geschiedenis van het caissonge- bruik met een scherp oog voor het technische detail. Schema's, situatieschetsen en grondige documentatie maken het boek tot een klein standaardwerk. Ooltgensplaat en de ramp van '53 van histori cusjan Bruijns dateert al van 1994, maar is op nieuw in de handel. De vele foto's van foto graaf L. Holleman, tevens goud- en zilversmid, vullen driekwart van het boek; de tekst is het verhaal van overlevenden, ingeleid met een korte geschiedenis van Ooltgensplaat, een dorp op Goeree-Overflakkee, waar twee men sen verdronken. Dorp in het water. Wol phaartsdijk en Oud-Sabbinge tijdens de wa tersnoodramp van februari 1953 is een foto boek met uitgebreide toelichtingen van Ar- jaan Katsman. In Woolphaartsdijk, Zuid-Beveland, verdronken twaalf mensen. Ook dit boek is al wat ouder (1996), maar is opnieuw door de uitgever uitgestald. De februariramp liet sporen na in de literaT tuur. Meteen in 1953 verscheen De kleine ark van Jan de Hartog, waarin Jan en Adinda, de pleegkinderen van dominee Grijpma, de ramp ternauwernood overleven. De opbrengst van De kleine ark, honderdduizend gulden, was bestemd voor het Rampenfonds, dat de gift weigerde met de woorden: 'niet meer nodig'. Nu verscheen de zevende druk, met tekenin gen van J.F. Doeve en een nawoord van Wim Hazeu. De dichter Ad Zuiderent beleefde de ramp als kleine jongen in Zuid-Holland. Hij verzamelde 250 persoonlijke verhalen, gedichten, kinder boeken en literaire getuigenissen van schrij vers en dichters over de watersnood. Een deel daarvan is opgenomen in Na de watersnood. Schrijvers en dichters en de ramp van 1953. Volgens Zuiderent speelt het trauma van de watersnood pas een rol in de literatuur vanaf de jaren negentig. Een voorbeeld daarvan is Overal waar ik keek was water, de herinnerin gen aan de watersnoodramp in Oosterland van Maartje Stuut-Deurloo. Tijdens de ramp was ze een peuter, die groot werd in een gezin waarin praten over de ramp verboden was, omdat het zo vreselijk was geweest. Maartje Stuut heeft daaronder geleden. Om het ver driet te verwerken vroeg ze haar zeven broers en zussen te vertellen wat er was gebeurd en hoe ze het hadden beleefd. Zes van de zeven werkten mee - Rinus weigerde - en maakten het mogelijk dat Maartje Stuut een prachtig, want sober, indringend en gevoelvol boek kon schrijven over een ramp die veel langer bleek te duren dan de februaridagen van 1953. Boeken over de Ramp De ramp. Een reconstructie van de watersnood van 1953 Kees Slager. Uitg. Atlas Am sterdam, 2002; 557 blz., €29,95 Hier was eens Capelle Kees Slager. Uitg. Den Boer De Ruiter i.s.m. Stichting oog getuigen van de 20ste eeuw Zeeland, 2002; 128 blz., €9,95 isbn 90-74576-37-0 Februariramp 1953 50 jaar geleden 50 jaar verder Rinus Antonisse. Uitg. Uniepers Abcoude, 2002; 160 blz., €24,90 Hoog water. 50 jaar na de watersnoodramp Inez Flameling. Uitg. Kosmos- Z&K Uitgevers Utrecht; Veen Magazines Amsterdam, Minis terie van V&W Den Haag, 2002; 184 blz., €15,- Phoenix-caissons. Drijvende kolossen voor vrede en vei ligheid. Het gebruik van Phoenix-caissons bij het dijkherstel in Zeeland, 1945- 1953 Cor Heijkoop. Uitg. Stichting Caissons Ouwerkerk/Museum Watersnood 1953 Ouwerkerk, 2002; 1j34 blz., €11,95; isbn 90-807535-1-3 Ooltgensplaat en de ramp van *53 Jan Bruijns. Uitg. De Koperen Tuin Goes, 1994; 120 blz., €8,- isbn 90-72138-36-8 Dorp in het water. Wol phaartsdijk en Oud-Sabbin ge tijdens de watersnood ramp van februari 1953 Arjaan Katsman. Uitg. De Koperen Tuin Goes, 1996; 40 blz., €5,-; isbn 90-72138-59-7 De kleine ark Jan de Hartog. Uitg. Signature Utrecht, 2003; 264 blz., €18,95; isbn 90-5672-045-7 Na de watersnood. Schrij vers en dichters en de ramp van 1953 Ad Zuiderent (samenstelling en inleiding). Uitg. Querido Am sterdam, 2003; 352 blz., 17,95 Overal waar ik keek was water. Herinne ringen aan de watersnood ramp van 1 februari 1953 Maartje Stuut-Deurloo. Uitg. Boekhandel De Vries Zierikzee, 2002; 116 blz., €11,50; isbn 90-8070-923-8

Krantenbank Zeeland

Watersnood documentatie 1953 - kranten | 2003 | | pagina 1