I Meer wegen leidden naar de vernietigingskampen Een vrolijke dissonant ISBN Verse Ramsj '4,905/3,5° <(c Vol ■■•uit Vrijdag 31 januari 2003 ADVERTENTIE [2] LITERATUUR De reis van Sint Brandaan (vert W. Wilmink) 7,15 2,90 Het hart op de tong Romantische verhalen 22,25 6,90 Herman Gorter De dat gaat open gouden roos 17,15 3,50 Karei Appel Ode aan het rood (gedichten) 16,74 5,90 Kathryn Harrison Een bezoek van het genootschap voor de rechten van voeten 12,50 3,90 Redmond O'Hanlon Congo 13,57 6,90 Dingen die niet overgaan Bloemlezing Ned. gedichten 1945-1985) 22,50/5,90 Martin Winckler De ziekte van Sacks 11,35 3-9° Wij hebben zes ridders voorbij zien gaan (Balladen) 22,25 5.9° Jackie Dewaele Vrouwen zonder kleren 12,30 5,- Louis Couperus De boeken der kleine zielen 18,90 6,90 NON FICTIE Benno Barnard Het gat in de wereld 11,34 /5,- D. Snowdon Gezegende ouderdom 22,64 6,90 H. Teule (red) Oosterse christenen binnen de wereld van de islam 39,95 12,50 G. Breeuwsma Psychologie de linkerhand 18,90 5,90 J. Secke Gigelo Mijn leven tussen de lakens 14,80 5,- C.U. Ariëns Kappers Reiziger in breinen Herinneringen van een hersenonderzoeker 20,42 7,90 Michael Paternetti De hersenen van Einstein 18,11 7,9° Martens Slavin van de kerk 14,80/ 5,- P. Tonnard Schone schijn. Wegwijzer plastische chirurgie 14,80/ 5,— B. Valman Het zieke kind. Symtomen, eerste hulp en thuisverzorging 30,956,90 K.F. Treebus Vormwljzer. Gids bij vormgeven en produceren drukwerk 4°-/'7.5° KOKEN Deh-Ta Hsiung/ De Chinese keuken 32.5° 9,5° Pierre Wind Wind in de eetfabriek 13,90 3,9° Floriade taste 18.04 6,90 Indiase menuwijzer '5.-/5,9° Aziatische menuwijzer '5.-/5,9° R. Leenaers Wijn en spijs 18,90/5,9° Les essences d'Alain Sushi De geraffineerde keuken uit Japan 16,50/5,9° KINDERBOEKEN Mecka Lind en Lars Rudebjer Kuk zoekt een man 12,25 3.5° Kuk heeft de hik 12^5 3,50 Babette Cole Het beestachtige verjaardagsboek (pop-up) 19,75 5>9° B.A. Runnersstrom Arhuaco 12,25 2,9° Sneeuwwitje en andere sprankelende sprookjes (pop-up) 19,75/6.9° KUNST Naer natueren ghelike Vlaamse miniaturen voor Van Eyck 12,25 5.- Ciano Siewert 14,80 7,90 J. van Ackere Van Bach tot de Jong 12,25 7.9° J. P. Glerum Het veillngboekje 13,90 5,— GESCHIEDENIS Geschiedenis van Indonesië 45,- 19,50 J. Mitchell Het geheim van Joe Gould 18,11 6,90 H. Rottier Onder dak. 5000 jaar wonen in de Lage Landen 49,50 9,50 W.H. Salzmann Herstel, wederopbouw en Europese samenwerking 31,72/6,90 World Press Photo 1999 13.57/5.- World Press Photo 2000 13.57 5>— Josef Ibn Zabara Reis met de duivel 15,75/5,9° D. Dwork Kinderen met een gele ster 3150 9,90 C. ArpsGrootouders in alle soorten en maten 15,75/5.9° P. Martinez Montavez Islam in Europa 61,75/19.5° Duitsland en de democratie 1871-1990 19,95/6,90 D. Palmer Atlas van de prehistorie 36,50/17.90 Boekhandel Steven Sterk Servetstraat 3 (onder de Dom) 3512 JG Utrecht tel 030 2340 580 fax 2304 095 e-mall: ramsj@planet.nl Telefonisch bestellen met creditcard? Boeken (net verschenen en ramsj) binnen één week in huisl Wilt u op de hoogte blijven van de nieuwe aanbiedingen? Bel 030 2340 580, fax of e-mail voor een gratis abonnement op de Ramsjkrantl VRIJWEL geen gebeurtenis heeft zo'n allesoverheersend stempel gedrukt op de ge schiedenis van de Tweede Wereldoorlog als de massale moord op de Europese joden. We zijn inmiddels een halve eeuw verder, maar telkens weer proberen historici raadsels aan dit fenomeen te ontfutselen. Een onhoudbare stroom publicaties over de holocaust rolt al decennialang van de persen. En het einde daarvan is nog niet in zicht. Dat is weieens anders geweest. Tij dens de naoorlogse jaren kwam het ho- locaustonderzoek slechts schoorvoe tend op gang. Voor compassie met het lot van de joden was jarenlang geen plaats. Alle aandacht ging uit naar de economische en politieke wederop bouw van het aangeslagen Europa. In 1950 lag de eerste studie naar de joden moord in de Nederlandse boekhandels, Kroniek der jodenvervolging 1940-1945 van Abel Herzberg, die zelf een verblijf in het concentratiekamp Bergen-Bel- sen kon navertellen. Daarna volgden onderzoekers uit an dere landen, zoals de Fransman Léon Poliakov die in 1951 zijn studie Brévai- re de la haine publiceerde waarin hij een verklaring voor de genocide zocht in een doorgeslagen racistische ideolo gie die aanknoopte bij een jarenlange traditie van Europese jodenhaat. Of de Britse onderzoeker Gerald Reitlinger, die in zijn boek The Final Solution uit 1953 hoofddader Hitier afschilderde als een geestelijk gestoorde antisemiet, in 1961 gevolgd door het tot de dag van vandaag als standaardwerk betitelde The Destruction of the European Jews (herziene versie verscheen in 1985) van de Amerikaan Raul Hilberg, waarin deze de wijdvertakte en goed georgani seerde nazi-bureacratie aanwees als doorslaggevende factor voor de fa brieksmatig geleide massamoord. Hoe verdienstelijk en baanbrekend deze studies ook waren, het onderzoek naar de shoah raakte in 1961 pas in een stroomversnelling na het proces tegen Adolf Eichmann in Israël, dat maan denlang een verbijsterde wereld in de ban hield. Sindsdien is de holocaust niet meer in de schaduw geweest. Na dat de eerste studies zich vooral richt ten op het lijden van de slachtoffers onder het nazi-regime en in de kampen en de antisemitische aspecten van de nazi-ideologie, schoof het zwaartepunt van het onderzoek langzaam op naar werkwijze en motieven van de daders. Vervolgens kwamen de omstanders in beeld die toekeken en het lieten gebeu ren, en niet te vergetende grootschali ge roof van joods bezit. Recente studies vertonen opvallende verschillen in hun verklaringen voor de toedracht van de holocaust. Schreef Philip Burrin in Hitler and the Jews (1989) de jodenmoord nog vooral toe aan Hitiers obsessie, Götz Aly zag het in Endlösung (1995), waarin hij de moordende werkzaamheden van de Einsatzkommando's onder de loep nam, vooral als een bijverschijnsel van de toenmalige bevolkingspolitiek. Om standigheden en niet de ideologie zou den het lot van de Europese joden heb ben bepaald. Nee, beweerde Daniel J. Goldhagen een jaar later in Hitler's wil ling executioners, de vernietiging van de joden voltrok zich met instemming van het Duitse volk tegen een traditio nele achtergrond van hardnekkig anti semitisme en nationalisme. Met de stu die van Saul Friedlander, Germany and the jews (1997), en Politik der Vemich- tung (1998) van Peter Longerich lijkt het onderzoek zich opnieuw in de eer ste plaats te richten op het verschijnsel van antisemitisme en het racisme van Hitiers ideeën. Het zojuist verschenen boek De holo caust van de Amerikaanse historici De borah Dwork en Robert Jan van Pelt Gevangenen uit Dachau worden op 29 april 1945 in een zogenoemde dodenmars afgevoerd naar de gaskamers. FOTO UIT 'ZEG DAT WE HET NIET VERGETEN' Veelomvattend boek over de moord op zes miljoen joden sluit daarbij aan, maar wil tegelijkertijd completer zijn dan voorgaande studies. In dit boek is het niet alleen de omnipo tente jodenhaat die aanzette tot de mas samoord in de gaskamers, maar worden meer wegen genoemd die uitmondden in de vernietigingskampen. Een zo veel omvattend boek als dit werd node ge mist, want een Nederlandstalige studie die een goed, recent en tamelijk volle dig overzicht geeft van de jodenmoord, was er al jaren niet. Alleen al daarom valt de verschijning ervan bijzonder toe te juichen. De auteurs, die samen eerder een studie over Auschwitz publiceer den, hadden bij hun onderzoek wel het comfort dat zij konden kiezen uit een rijke bron van duizenden boeken waar in evenzoveel aspecten van de holo caust worden beschreven. Veel graaf werk in archieven is hun bespaard ge bleven. Wel interviewden ze overleven den en verwerkten die in de tekst. Over keuzes en indeling vallen wel enige opmerkingen te maken. Zo ruim den Dwork en Van Pelt voor de holo caust zelf in him boek slechts één hoofdstuk in van een magere dertig pa gina's. Op een boek van vierhonderd bladzijden tekst oogt dat tamelijk ge ring, maar het ging de auteurs hier om iets anders, namelijk het verduidelijken van een context waarin die massale uit roeiing plaatshad. Met een inzichtelijke schets van de positie van de joden in Europa vanaf de Middeleeuwen zetten zij de anti-joodse ressentimenten in perspectief, die uiteindelijk leidden tot Hitiers verpolitiekte antisemitisme. Waarom zij daarbij voorbijgaan aan de wegbereiders van die opvattingen, is niet duidelijk. Theodor Fritsch bijvoor beeld, de door de nazi's zo hoog ge waardeerde grootmeester van het Duit se antisemitisme, die met zijn reeds in 1893 gepubliceerde Handbuch der Ju- denfrage (voor het eerst verschenen in 1887 als Der antisemitische Katechis- mus en tot 1944 49 maal herdrukt) een arsenaal aan anti-joodse stellingen bood, ontbreekt geheel. Ook over con servatieve uitgevers als Eugen Diede- richs Verlag en J F Lehmanns Verlag, die met hun uitgaven veel geestelijk grondwerk voor de nationaal-socialis- ten verrichtten, geen woord. Hetzelfde geldt voor Die Sünde zoider das Blut. In deze uiterst vileine, antisemitische best seller uit 1917 beschrijft Artur Dinter de verderfelijke invloed van interraciaal geslachtsverkeer, uitgevoerd door een rijke jood die de brutaliteit had een raszuivere Duitse vrouw te verkrach ten. Goedkope clichés wellicht, maar toen behoorden dergelijke opvattingen tot het standaardgedachtegoed van de doorsnee antisemiet Kort na Hitiers machtsovername haastten de nazi's zich dan ook om via hun Neurenbergse wetgeving 'ter bescherming van het Duitse bloed' dergelijke vormen van 'rassenschande' strafbaar te stellen. Ook over de invloed van Hans F.K. Günther, de bekendste rassenvorser van het Derde Rijk, wordt de lezer niet geïnformeerd. De auteurs memoreren weliswaar een uitspraak van hem over Sinti en Roma, maar zijn belangrijke en in grote oplagen verspreide werken als Rassenkunde des deutschen Volkes en Rassenkunde des jüdischen Volkes worden genegeerd. Terwijl hij in het laatste werk toch voor een nazi-weten- schapper de opmerkelijke opvatting ventileerde dat er geen wetenschappe lijk bewijs was voor het bestaan van een 'joods ras'. In hoeverre en in welke mate deze ideeën de bevolking hebben bereikt, zijn vragen die een antwoord zouden kunnen opleveren dat licht werpt op de geschiedenis van de antise mitische mentaliteit in Duitsland. Dwork en Van Pelt hadden méér te beschrijven dan dat. Uitvoerig gaan zij in op brandende vragen, zoals: wat de geallieerden hadden kunnen doen om de joden te redden en waarom zij dat niet deden. Verder geven zij een beeld van de hoop die de vervolgden koester den vanwege de onderduikacties die in heel Europa op touw werden gezet. Maar niets over het leven in de schuil- plaatsonderduik, zoals dat door Anne Frank in haar dagboek is beschreven. Haar getuigenis en de invloed ervan op de perceptie van de holocaust in de rest van de wereld laten de auteurs onbe sproken. Datzelfde geldt voor de grootschalige beroving van de joden, waarover de laatste jaren veel onthullingen zijn ge daan. En voor de Historikerstreit en de discussies die naar aanleiding van Goldhagens boek internationaal zijn gevoerd. Maar ook dat zijn keuzes die 'een geschiedenis' van de holocaust niet minder verhelderend hoeven te maken. De auteurs presenteren hun boek blij kens de ondertitel nadrukkelijk als een onderdeel van een doorgaand gesprek. Het laatste woord over de holocaust is nog niet gesproken, maar dit boek heeft beslist enige klaarheid gebracht in een lastige historische materie. Ondanks de vreemde plek die de auteurs toekenden aan hoofdstuk 14, waarin de lezer na afloop van de oorlog wederom de we reld van het concentratiekamp wordt binnengetrokken, biedt De holocaust een zeer brede en gevarieerde blik op het moeilijk te vatten, gruwelijke ver haal van de ondergang van zes miljoen joden. Gerard Groeneveld Debórah Dwork en Robert Jan van Pelt: De holo caust - Een geschiedenis. Boom; 504 pagina's; 29,90. ISBN 90 5352 843 1. Biografie schetst de vergroeidheid van opvatting en ervaring in Machiavelli's leven VRIJWEL alle klassieke politieke theorieën zijn aan de schrijftafel of in de bibliotheek ontstaan, dat wil zeggen: uitgedacht op basis van ide alen of ergernissen en uitgewerkt met behulp van historische literatuur. In het beste geval waren ze, van Plato tot Marx, de uitkomst van een verstands huwelijk tussen geschiedenis en filoso fie: de ergernis over wat er in het be stuur van de samenleving misloopt wordt de drijfveer voor het bedenken van een ideële versie, het strenge ideaal wordt als vrucht van het zuivere den ken geënt op de beperkingen die de geschiedenis ten voorbeeld stelt. Het is wonderlijk dat politicologie niet veeleer een gedragswetenschap is, als academische discipline onderge bracht bij de vakgroep ethologie of in gericht als een specialisatie van de bio logie. Maar wie dat betoogt wordt al gauw buiten de orde gesteld als reduc tionist of materialist. Zelfs aan de socio biologie, het vak dat vanuit een biologisch oogpunt naar dierlijke sa menlevingsvormen kijkt, zit een lucht je. Politiek theoretici kijken vooruit en formuleren normen, in het laborato rium zijn zij zelden te vinden. Het moet met optimisme te maken hebben - en met geloof in de vooruit gang van de geschiedenis, de maak baarheid van samenleving. Wij zijn be tere mensen dan onze voorouders: we leren van onze fouten en daarin schuilt reeds een begin van vooruitgang. Poli tieke theorie is traditioneel een progres sief vak en het wordt overwegend beoe fend door lui met linkse idealen. Alleen al daarom is het een verruk king het werk of een biografie van Nic- colö Machiavelli te lezen, want hij is de vrolijke dissonant in dit blije koor. Het werk zelf of de levensbeschrijving, dat maakt niet veel verschil: ze zijn onont warbaar met elkaar verweven en daar uit spreekt meteen zijn opvatting van politiek, politieke theorie, geschiedenis, verbeterbaarheid en vooruitgang. Hij was een empiricus van de zuiverste soort, wiens gedachten over de inrich ting van de staat en de wijze waarop de samenleving het best bestuurd kan wor den steevast teruggingen op wat hij be leefd had. Wat hij gezien of gehoord had - en vervolgens had overdacht - mocht hij graag illustreren met historische voor beelden, maar eerder alsof hij een bota nicus was die varianten binnen de soort inventariseert dan als een filosoof die met behulp van die voorbeelden zijn theorie gezag probeert te verlenen. Het is in dat verband karakteristiek dat Plu- tarchus' Parallelle levens tot zijn favo riete boeken behoorde: Plutarchus had geprobeerd de overeenkomsten tussen de biografieën van beroemde Grieken en Romeinen te tonen, Machiavelli zocht en vond in de geschiedenis paral lellen voor het politieke ondernemen dat hij in zijn ambtelijke en diplomatie ke loopbaan ook had waargenomen. In de biografie die de Amerikaans- Italiaanse politicoloog Maurizio Viroli van Machiavelli schreef, De glimlach van Niccolö, gaat het om die vergroeid heid van opvatting en ervaring in Ma chiavelli's leven, om de empirische wordingsgeschiedenis ervan. Daardoor is het boek strikt genomen geen biogra fie en al helemaal geen schrijversbio grafie, maar een geschiedenis en een ideeëngeschiedenis ineen, verteld langs de lijnen van een mensenleven. Dat is Niccolö Machiavelli FOTO UIT'DE WERELDGESCHIEDENIS' tegelijkertijd keuze en noodzaak: alles wat Machiavelli geschreven heeft is ver bonden met zijn praktische werk en over zijn werkzaamheden kan hij niet berichten zonder er prompt ook zijn door lectuur gevormde oordeel bij te geven. En dus vloeien citaten uit zijn corres pondentie met het stadsbestuur van Florence moeiteloos over in alinea's uit zijn beschouwelijke werk. Dat laatste heeft politiek-theoretische ambities, maar is altijd ingebed in commentaar op historische gebeurtenissen, of die nu zijn ontleend aan zijn eigen ervaringen of aan zijn lectuur van vooral klassieke geschiedschrijvers Hij is een pragmaticus; zelfs zijn idee van een sociale ethiek komt niet voort uit een hoger ideaal, uit verheven noties van rechtvaardigheid, maar uit de aard se opvatting dat bestuurlijke fouten in niemands belang zijn. De mate waarin je iets van de geschiedenis kunt leren is vergelijkbaar met de mate waarin je bij het schaken kunt leren dat bepaalde zetten tot uitzichtloze stellingen of de sastreuze chaos leiden. Zijn versie van het vooruitgangsgeloof richt zich op slimheid en raffinement, niet op het streven naar superieure samenlevings vormen. Viroli schreef zijn Machiavelli-bio- grafie uit kennelijke sympathie, en het gevolg daarvan is een sympathiek en bij vlagen lucide boek. In die glimlach uit de titel kan gemakkelijk iets meewarigs gelezen worden, de superieure glimlach van iemand die omdat hij beter meent te weten afstand houdt, maar dat is niet Viroli's bedoeling. De glimlach is die van reële geamuseerdheid, van een le venshouding die eerder vitaal is dan illusieloos. Het gaat Viroli om die vitali teit van Machiavelli. Italië is, aan het eind van de vijftiende en het begin van de zestiende eeuw, de decennia van Machiavelli's arbeidzame leven, niet alleen de speeltuin van kun stenaars en geleerden, maar bovenal het toneel van kuiperij, arglist en strijd. Machiavelli heeft daar als vertegen woordiger van het stadsbestuur van de arrogante, welvarende maar tegelijker tijd krachteloze en bestuurlijk dikwijls hopeloos in zichzelf verdeelde repu bliek Florence een goed deel vanaf de eerste rang van gezien. Soms heeft hij het stuk zelfs enigszins kunnen regisse ren. De ruzies en irritaties tussen de stadjes van Toscane - Florence tegen Pisa, Florence tegen Vol terra, Florence tegen Siena - ontstijgen zelden het ni veau van burenruzies, van rivaliteit tus sen kleine gemeenschappen, en daar aan ontleent Machiavelli zijn optiek: besturen is mensenwerk en daarom is het denken erover ook tamelijk ele mentair. Hij stelt zich op als een ge dragswetenschapper die een kostelijke laboratoriumpopulatie ter beschikking gesteld heeft gekregen. En hij doet zijn werk overwegend met een goed humeur, zelfs als hij erdoor in de gevangenis belandt. Zijn brieven, hoe gewichtig de aanleiding om ze te schrijven ook mag zijn, doen aan co lumns denken. Persoonlijke ontboeze mingen en analyses wisselen elkaar af, officiële berichten en verslagen staan op dezelfde bladzijde als individuele terzijdes. Die aanpak is aanstekelijk en dat is aan Viroli's boek goed te merken. Net als zijn onderwerp waagt hij het te speculeren en te psychologiseren, en zoals Machiavelli er vooral op lette hoe zijn opdrachtgevers of onderhande lingspartijen iets zeiden en op grond daarvan beoordeelde wat zij zeiden, verplaatst Viroli zich met een voor aca demische begrippen grote schaamte loosheid in zijn onderwerp. Dat is even leuk als leerzaam. En het werpt een onthutsend licht op een hele reeks uitgangspunten en begrippen van de gangbare politicologische bespiege lingen. Michaël Zeeman Maurizio Viroli: De glimlach van Niccolö - Een biografie van Machiavelli. Uit het Italiaans vertaald door Mieke Geuzebroek en Pietha de Voogd. Mets Schilt; 317 pagina's; 25,-. ISBN 90 5330 350 2. 25 >- De debuutroman van de Duitse Elke Schmitter (1961), Mevrouw Sartoris, werd in eigen land en elders enthou siast ontvangen, het vorig jaar versche nen Leichte Verfehlungen een stuk minder. In deze, nu als Lichte dwalin gen vertaalde roman (De Bezige Bij; 19,50) zoeken drukbezette vrouwen naar vervulling, liefst in de liefde. Jan Luijten schreef op 17-5-2002 in Cicero. 'Is dit nu het culturele wereldje van Berlijn? Of heeft hier iemand met veel ironie een bepaald milieu beschreven?' Het glazen paleis, een sprookjesach tige roman van de Indiase schrijver Amitav Ghosh, was wereldwijd een groot succes. Bij uitgeverij Bert Bakker verschijnt nu een boek uit 1988, Lief- deslijnen 19,95). Dit liefdesverhaal, vertaald door Frans de Haan, ver scheen in 1994 al bij Arena. >- Eva Gerlach schreef de bundel van de gisteren gevierde Gedichtendag, Daar ligt het. Haar eerste prozaboek (De Arbeiderspers; 13,95) heet Losse bedrading, een verzameling stukjes die ze schreef voor De Morgen. >- Acht jaar geleden schreef de Brit Blake Morrison een indrukwekkend boek over zijn vader, And When Did You Last See Your Father? In zijn nieuwste boek wil hij weten wie zijn moeder was. Nijgh Van Ditmar brengt nu de vertaling uit van dit enke le maanden geleden in Groot-Brittanië verschenen boek (besproken door Mi chaël Zeeman in Cicero van 29-11- 2002), onder de titel: Wat mijn moeder mij nooit verteld heeft 19,95). De vrucht van steen, de tweede, nu in vertaling uitgekomen roman van de Amerikaan Mark Spragg, is een loflied op het Wilde Westen. Twee gezworen vrienden houden allebei van Gretchen. Maar zij vertrekt om elders een nieuw leven te beginnen. Ze reizen haar ach terna (De Bezige Bij; 19,90). >- Het merendeel van de poëzie in Ne derland en Vlaanderen is nog altijd ge worteld in de 120 jaar oude opvattin gen van de Tachtigers, meent Jos Joos- ten, poëziecriticus voor de Standaard der Letteren. De tendens die hij be speurt is Onttachtiging, tevens de titel van zijn bundel over 'eigentijdse poëzie en poëziekritiek' (Van Tilt; 18,95). Het chaotische jaar 2002 is voor al tijd vastgelegd in CaMu 2000 - Het jaaroverzicht van Jan Mulder en Rem- co Campert (De Bezige Bij; 15,-). Naar zijn zeggen leest Kees van Koo- ten elke ochtend de column CaMu op de voorpagina van de Volkskrant 'op blote voeten, omdat ik niet kan wach ten'. Op 2 januari schreef Campert over de eerste dag van het jaar dat er Ca (rechts) en Mu. toen nog zo ongerept bij lag. Op 7 mei herschrijft Mulder 'na de moord' zijn column over Pim Fortuyn. >- Montaigne zei al dat men met de dood voor ogen de waarheid spreekt. Wat is interessanter dan de waarheid uit de mond van grote namen uit de wereldgeschiedenis? In Lexicon van laatste woorden - Van Alexander de Grote tot Malcolm X (Bert Bakker; 17,50) collectioneerde Wemer Fuld honderden van die laatste uitspraken. Voordat Jimmy Glass in 1987 op de elektrische stoel plaatsnam, merkte hij op: 'Ik was vandaag liever gaan vissen.' >- Eind januari 1995 steeg het water in het rivierengebied tot alarmerende hoogte. In Hoog Water - De macht van de boerenrepublieken in het rivierenge bied (Contact; 12,50) beschrijft Ru- die van Meurs, die al eerder over de watersnoodramp van 1953 een hoor spel schreef, de gebeurtenissen in die dagen. 'Niet het hoge water, maar het gebrek aan kennis over de stabiliteit van de dijken was het gevaar.' >- In haar historische roman Asicius, de beklaagde (Podium; 17,50) roept de Nederlandse schrijfster Adelheid van Beuningen, die geschiedenis stu deerde aan het University College Lon don, het oude Rome op. Als de jonge Asicius vanwege een beschamende daad door zijn vader uit het ouderlijk huis verbannen wordt, vertrekt hij naar Rome. Hij raakt er verstrikt in een web van samenzweringen en politieke intri ges. Hij pleegt een moord en, tot ieders verrassing, neemt Cicero de verdedi ging van deze zaak op zich. >- 'Cultuur is communicatie en com municatie is cultuur', schreef Edward T. Hall. Zoals culturen verschillen in normen en waarden, verschillen ze ook in wijze van communiceren. In Culturele waarden en communicatie in internationaal perspectief (Coutinho; 24,50) ontrafelen Marie-Thérèse Claes en Marinel Gerritsen die ver schillen, én de overeenkomsten. Uit gangspunt van het boek is een vergelij king tussen Nederland en Vlaanderen.

Krantenbank Zeeland

Watersnood documentatie 1953 - kranten | 2003 | | pagina 6