Prinses Beatrix werd 15 jaar
Herdenking Watersnoodramp 1953
Pagina 6
MAASSLUISE COURANT
Het is een halve eeuw geleden, dat
onze prinses Beatrix 15 jaar werd.
Haar feestelijke verjaardag op 31
januari 1953 had helaas voor Ne
derland niet zo'n best einde.
Het was boos en slecht weer die
avond. Er stond een flinke storm en
af en toe flink wat regen erbij. De
barometer stond ook niet zo best.
Mijn man was in die tijd bij de Na
tionale Reserve van Maassluis en
we waren daardoor uitgenodigd om
die veij aardag te komen vieren in
het gebouw Tavenu'. Het was een
leuke en gezellige avond totdat er
omstreeks 11 uur een telefoontje
voor ons kwam dat het dak van
onze schuur was afgewaaid en dat
het gewenst was dat we direct naar
huis kwamen.
Mijn broer met verloofde waren
ook met ons feesten en die zijn ge
lukkig gelijk met ons meegegaan
om ons te helpen. Dat was maar
goed ook want alleen hadden we
het niet geklaard. We reden met de
auto, een driewielige Tempo, naar
ons huis aan Maasdijk nr. 7, Maas
sluis, onder aan de dijk in de Noord-
Nieuwlandse polder. De storm was
zo hevig dat we flink moeite had
den om thuis te komen. Noodvoor
zieningen getroffen voor de schuur
en de rotzooi opgeruimd. We lagen
om 1.00 uur net op bed of we wer
den eruit getrommeld door boer
Chardon van de Loggerwoning,
buurman van mijn schoonouders
met de boodschap: 'Leen. je moet
onmiddellijk naar je ouders want er
is een dijk doorgebroken en het wa
ter komt de polder in.' Dus mijn
man direct naar zijn ouders in het
'Witte huis' (dus niet het koetshuis)
naast de Loggerwoning en daar het
nodige gedaan om zoveel mogelijk
alles veilig te stellen. Zijn ouders
heeft hij toen naar de familie Van
Dijk gebracht, die in blokwoning
14 aan de spoorlijn woonden. Hij
heeft hun kippen naar de zolder ge
bracht en het paard van zijn vader
naar de boerderij van Van Berkel
aan de Weverskade beneden achter
de dijk.
Ik was heel erg blij dat met mij mijn
broer in onze woning was geble
ven, want ook ons huis liep natuur
lijk gevaar. We hebben alles wat
naar boven kon, stoelen, fauteuils
en zo naar boven gebracht. Ook
onze overburen van de Weverskade
kwamen kijken of ze helpen kon
den, onze nog brandende haard
stond al op de dijk in de stromende
regen. Tuinder Valkenburg ging
De 'Tempoeen driewielige groenteauto van de vader van Leen Valstar.
Leen staat hier op de foto als vervanger van zijn vader. (Foto: Collectie fam. L. Valstar)
springtij, bovendien regende Te. De Loggerwoning en de watersnood
hard. Om vier uur in de nacht kre-
gen we van de politie Maassluis een
telefoontje dat het water de Noord-
Nieuwlandse polder instroomde.
Mijn vader en broer Bram zijn in de
auto gestapt om onze buurman van
boerderij 'De Buis' (boer A. Sonne-
veld) te gaan helpen met het eva
cueren van het vee. Deze boerderij
lag lager dan onze boerderij 'De
Logger' (in de volksmond de Log
gerwoning).
De situatie op 1 februari 1953 op de Fenacoliuslaan. (Foto: Archief HVM)
Auto's in het water aan de Fenacoliuslaan. Toen ook al een wegsleepregeling?
Met 1 M.K. mankracht) Foto: Archief HVM)
Ons huis aan de Maasdijk, het was een
(Foto:
zijn auto halen en nam ons dressoir
en theemeubel mee en stalde dat bij
de familie Van der Eftde aan de We
verskade. Toen stond de mooie ta
fel nog in de huiskamer en die heb
ben we maar ondersteboven op de
keukentafel gezet. Voor we het huis
verlieten moesten we ook nog jacht
maken op onze kat, die van schrik
de boom in was gevlucht en die
kwam er zelfs met veel lieve woor
den niet uit. Via de schuur en het
dak van de naast het huis staande
buiten-wc hebben ze hem kunnen
pakken en binnen kunnen brengen.
In de tussentijd kwam het water
steeds verder de polder in en tussen
10 en 11 uur op 1 februari 1953
moesten ook wij ons huisje verlaten
en vonden onderdak bij mijn ouders
die aan het Mackayplein woonden
en die in huis ook geen droge voe
ten meer hadden. Toen wij bij mijn
ouders aankwamen, kwamen na
tuurlijk de tranen, want als je net
twee jaar getrouwd bent en je
mooie spulletjes zo moet achterla
ten met je huis onder water, dan valt
dat natuurlijk niet mee.
Het water in de haven zakte toen al,
maar de rommel die bij het zakken
van het water achterbleef was vre
selijk om aan te zien. We zijn onge
veer een week bij mijn ouders ge
bleven, eer het water in ons huis
was verdwenen.
Bij terugkomst in ons huis wisten
dubbele woning, wij woonden aan de andere kant op nr. 7.
Collectie fam. L. Valstar)
we niet waar te beginnen, zo'n
enorme troep is het dan. Het was
goed dat ik in de schuur in een teil
met soda had gezet om uit te trek
ken was ook overstroomd en we
hadden daar een poezenluik waarin
door het wegstromen van het water
nu wasgoed was blijven hangen.
Tot overmaat van ramp waren de
twee petroleumkannen in de schuur
ook leeg gespoeld, dus dat wasgoed
zag er niet uit en de olie was na
tuurlijk door de
hele schuur ver
spreid. Ga d'r
maar aan staan.
Maar ja, dat moest
wel want zoiets
gaat niet vanzelf.
In huis was het
ook een grote ra
vage. Het zeil van
de vloeren van de
woonkamer en de
woonkeuken was
gescheurd en ver
rot en moest eruit.
De kelder stond
nog vol water en
we waren wat blij
met de brandweer
en de mensen van
de Provincie (Pro
vinciale Waters
taat) die ons heb
ben geholpen het
water eruit te
pompen en de kel
der schoon te ma
ken. We hebben
een week flink
moeten stoken om
het een beetje
droog te krijgen,
zodat we weer
konden behangen
en nieuwe vloer
bedekking kon
den aanbrengen.
Er is in die dagen
een Watersnood
fonds opgericht
waarbij je je scha
de kon aanmel
den. Wij hebben
het toen niet ge
daan omdat wij
dachten: Laten ze
eerst die mensen
uit Zeeland en de
eilanden maar
helpen want die
zijn veel erger getroffen.
Maar ja, er is natuurlijk altijd mis
bruik in zo'n situatie. We hoorden
later dat het Roode Kruis pakketten
heeft verstrekt aan mensen die to
taal geen schade hadden geleden en
dan kijkje daar toch wel vreemd te
genaan.
Wat ik eerder nooit had geloofd
maar dat in die dagen wel waar
neembaar was dat mijn schoonva
der altijd zei dat de Loggerwoning
met het 'Witte huis' veel hoger lag
dan de Buiswoning. Inderdaad
bleek nu dat hij gelijk had. Het be
wijs was geleverd. De Loggerwo
ning was kennelijk op een hogere
terp gebouwd dan 'De Buis'.
Mijn schoonvader had altijd ge
zegd dat als er ooit een watersnood
zou komen, dat dan het water bij de
Buiswoning tot aan de goot zou ko
men en dat dan bij hen wel de kel
ders zouden volstromen, maar dat
het niet in huis kwam. Hij had in
derdaad gelijk want het land en de
tuin stonden die dag wel blank.
Mijn man Leen is toen nog met een
vlot via de tuin de druivenkas in ge
varen om te controleren of de boel
daar niet verzakte.
Dit is mijn relaas over de Water
snood van 1953, zoals wij die toen
hebben beleefd en we mogen hopen
dat zoiets nooit meer zal voorko
men. Het was een nare tijd, maar
ook was er wel iets positiefs aan.
De mensen wisten elkaar te helpen
in de nood en dat is in de loop van
de jaren toch wel veel minder ge
worden dan zoals we het toen erva
ren hebben.
Maassluis, november 2002
Lida Valstar-van de Meeberg
Onze bedoening onder aan de Maasdijk, gezien vanaf de Schenkeldijk.
(Foto: Collectie fam. L. Valstar)
Halverwege de 'dwarslaan' stroom
de het water zo hard de polder in dat
Bram zei: 'Laten we teruggaan.'
Gelukkig dat ze dat hebben gedaan
want van de 'Buislaan', het dichtst
bij Maassluis gelegen, was een stuk
weggeslagen door het stromende
water, zoals later bleek. Als ze niet
waren teruggegaan, waren zij in het
doorgebroken gat gereden.
Na een paar dagen ging het water
weer zakken en kon alles weer te
rugkomen. Door het zoute water is
een aantal bomen doodgegaan en
de murerf van de kelder gaven
steeds zout af. De boerderij werd in
februari/maart 1961 afgebroken.
Daarna zijn er op onze grond het
overdekte winkelcentrum 'Ko
ningshoek', het stadskantoor, post
kantoor en het NS-station Maas
sluis-West gekomen.
De Buisboerderij na het droogvallen in februari 1953. (Foto: Archief HVM) Leny Dorsman-Chardon
Het water kwam via de haven en het
'Stort' onze polder instromen. Het
grote gat in de Buislaan is later ge
dicht met 34 vrachtwagens puin en
zand.
Onze boerderij heeft rondom in het
zoute water gestaan, alleen de kel
der was volgestroomd. Mijn zus Dit
en ik hebben de levensmiddelen uit
de kelder gehaald en naar boven ge-
Het was onze bedoeling dat Dit en
Bram op de boerderij zouden ach
terblijven. We kregen echter een te
lefoontje van de politie dat niemand
toestemming kreeg om te blijven.
Want als er iets gebeurde hadden zij
geen tijd om hulp te bieden. De
koeien zijn toen met grote moeite
uit de stal gehaald en naar twee
boerderijen aan de Weverskade ge
bracht. Ook de paarden werden bij
anderen ondergebracht.
De Loggerwoning op 1 februari 1953, net niet onder water. (Foto: Archief HVM)
bracht. We hebben de overgordij- veiligheid gebracht.
nen opgebonden, de kachel op de Mijn broer Flip, toen 15 jaar, werd
tafel gezet en nog meer zaken in in z'n eentje met 30 schapen op stap
gestuurd om via de 'Schinkel' de
schapen in veiligheid te brengen.
Met 29 schapen is hij bij een boer
derij aan de Weverskade aangeko
men en is daar toen enige tijd ge
bleven.