De Watersnoodkrant -F-OEUAMiS Het water stijgt en de bodem daalt De kans op overstromingen blijft bovendien niet hetzelf de. Die kans wordt groter. "De zeespiegel stijgt. We weten dat de zeespiegel in de komende eeuw maximaal één meter zal stijgen. Tege lijkertijd daalt de bodem. Die zal in deze eeuw ook onge veer een meter verder dalen. Dat betekent dus dat het ver schil nog twee meter groter is dan nu. Op sommige plaatsen in Nederland, zoals Rotterdam Alexander, ligt het water bijna zeven meter hoger dan het land. De druk op de dijken wordt groter, de kans op overstromingen ook en bovendien zal de schade erger zijn. Het maakt natuur lijk heel wat uit of bij een overstroming het water één meter of vijf meter hoog komt." "Op sommige plaatsen in Nederland, zoals Rotterdam Alexander, ligt het water bijna zeven meter hoger dan het land." Veranderende natuur en veranderende inzichten Ook de Oosterscheldekering heeft haar prijs gehad. De bouw was verschrikkelijk duur en nog steeds kost ook het onderhoud veel geld. De gevolgen voor de natuur zijn beperkter dan bij een com plete afsluiting. Maar toch heeft de kering invloed op de natuur, vertelt Inez: "Het ver schil tussen eb en vloed is minder geworden. De zand platen - belangrijk voor de vogels - dreigen te verdwij nen. Langzaam maar zeker verandert de Oosterschelde in een egale plas met steeds minder slikken en schorren. En met een hele eentonige natuur. Er gaan al weer stem men op om de kering aan te passen, zodat er weer meer water doorheen gaat. 'De ingenieurs houden elkaar wel aan het werk', hoor je daar om wel eens zeggen." Ook zijn er mensen die er spijt van hebben dat sommi ge wateren afgesloten zijn. "Voorbeelden daarvan zijn De Volkerak en het Zoom meer. Vroeger stroomde het water in en uit en waren er veel vissen en vogels. Ook kon je er zwemmen. Dat is allemaal weg. Het water stinkt. Je kunt dit geen natuurgebied meer noemen, vissen gaat ook niet meer en voor recreatie zijn deze wate ren ook ongeschikt gewor den." Offers Dat we voor onze veiligheid offers moeten brengen, is duidelijk. Onze veiligheid kost geld en natuur. Het gaat er om betaalbare oplossin gen te vinden die de natuur geen schade toebrengen. Daar zijn heel veel ingenieurs nu druk mee bezig. "De rivie ren hebben daarbij net zo veel aandacht als de zee", zegt Inez. "De afgelopen jaren hebben we veel rivier overstromingen gehad. En toch wordt er nog steeds bui tendijks gebouwd, in de uiterwaarden van de rivier. Mensen willen graag aan het water wonen en daarom bou wen projectontwikkelaars ap partementen en huizen zo dicht mogelijk bij het water. "De afgelopen jaren heb ben we veel rivieroverstro mingen gehad. En toch wordt er nog steeds bui tendijks gebouwd, in de uiterwaarden van de rivier." De gemeenten werken daar aan mee, want het levert ze niet alleen huizen voor de inwoners, maar ook geld op." Inez vertelt dat in Maastricht een wijkje op een terp in de uiterwaarden van de rivier wordt gebouwd. "Dat is een goed idee, omdat de huizen in ieder geval op een verho ging staan. Maar aan de andere kant, je beïnvloedt wel de loop van de rivier en je moet weer afwachten of dat geen onvoorziene gevolgen heeft." Illustratieverantwoording blz.i lm: PZC/ANP; rb: Zws.Doc.; ro: J. Bokma blz.2 lb: H. Jonker/MAI lm: onbekend; rb: N. Verboom; ro: J. Bokma/ blz.3 lb: R.Geluk; mm: H.Jonker/MAl; rb: A.Klein/nfa blz. 4 Ib: jW.Kuiper; lo: A.Klein/nfa; mo: jj. Bokma; rb: A.Klein/nfa blz. 5 Ib: !A.Klein/nfa; lo: onbekend; rb: H. i]onker/MAI blz.6 lb: J. Bokma ro: lE.Doeve blz. 7 lb: J. Bokma rb: IWatersch. Zwse. Eil. blz. 8 lb: RIKZ; rm: iRijkswaïerst. blz. 9 Ib: Rijkswaterst.; N.Out; rm: onbekend blz. 10 Ib: part, blz.12: lb: A. Klein/nfa De uitgever heeft zich grote moeite getroost de rechten voor de afbeeldingen te achterhalen en toestemming te verkrijgen Waar de rechten niet zijn gehonoreerd, worden de rechthebbenden verzocht ct op te nemen met Scoop, Middelburg Mogelijke oplossingen voor de rivieren In haar boek laat Inez een reeks mogelijke oplossingen zien. Ze vindt dat de lezers moeten kiezen wat ze de beste oplossingen vinden: "Ik probeer zelf geen mening te geven, maar zet voor delen en nadelen op een rijtje. De rivieren moeten meer ruimte hebben. In de uiterwaarden zou je niet meer moeten bouwen. De uiterwaarden zijn voor de rivier. Bovendien zou je in plaats van een hogere dijk een tweede dijk achter de dijk kunnen bou wen. Tandemdijken worden die genoemd. Het water wordt dan twee keer gebroken en er is meer ruimte. Je hebt er wel een extra strook land voor nodig. Daar kun je niet bouwen, maar er kan wel vee grazen. Een ander idee is om drijvende wijken te bouwen. Er zijn er al een paar in Nederland. Dat zijn niet gewoon een aantal woon boten bij elkaar. Woonboten kunnen vaak niet varen, maar ze zijn toch zo ontworpen dat ze eruit zien of ze wel kunnen varen. Drijfwoningen zijn een heel ander verhaal. Die zien er niet uit of ze kunnen varen, maar ze drijven toch op het water. In Middelburg heeft de bekende architect Hertzberger niet zo lang geleden ook zo'n woning gebouwd, in de Veerse Poort." Het oorspronkelijke plan Daarom zijn niet alle werken die vijftig jaar geleden wer den bedacht, ook echt uitge voerd. "Eerst wilde men namelijk ook nog het hele Waddengebied afsluiten en droog leggen." Inez laat een kaartje zien waarop dit aan gegeven staat. "In die tijd speelde behalve veiligheid ook het winnen van land bouwgrond een rol. Nu zou den we dit natuurgebied niet meer willen opofferen. In de zeventiger jaren was er erg veel discussie over de afslui ting van de Oosterschelde. In het oorspronkelijke plan zou de zeearm geheel afgesloten worden met een dam. Dan zou er geen eb en vloed meer geweest zijn. Dat zou veel gevolgen gehad hebben voor de natuur. De mosselvissers van Yerseke en nog veel meer anderen zouden hun werk kwijt zijn. Er moest een hele hoop water door de Oosterschelde voordat het zo ver was dat er voor een tussenoplossing gekozen werd." En dat is zoals bekend de stormvloedkering gewor den. Inez: "Er is geen zinnig mens die nu nog zou willen dat de Oosterschelde hele maal afgesloten zou zijn. Het water stroomt nog gewoon de Oosterschelde in en uit, maar bij storm en kans op hoge vloed kunnen de schui ven zakken, zodat de kering in een dam verandert." Mogelijke oplossingen voor de zee Rivieren moeten meer ruimte hebben om de kans op overstro mingen te verminderen en hetzelfde geldt voor de zee. Inez wijst er op dat de plaatsen langs de kust waar de duinen heel breed zijn, geen overstromingen hebben gehad. "Duinen moe ten de ruimte hebben om te kunnen verstuiven. Je moet dus ook eigenlijk geen vakantiewoningen in een duingebied zetten. Op sommige plaatsen is geen ruimte voor brede duinen. Dan zouden er gebouwen of zelfs hele wijken of dorpen ges loopt moeten worden. En dat gaat natuurlijk wel erg ver. Een schor is ook een hele goede verdediging tegen overstro mingen. Als er een flink breed schor vóór een dijk ligt, zijn er minder stenen nodig om de dijk te verstevigen. Dat scheelt heel veel geld in de aanleg. Voor de natuur zijn schorren ook belang rijk. Voor de vogels en larven die er groeien. Daarom zijn er mensen die tegen verdieping van de Westerschelde zijn. Als de Westerschelde dieper gemaakt wordt, stroomt het water sneller en kalven de schorren af. Maar andere mensen vinden weer dat de economie voor gaat en dat het de scheepvaart zo gemakke lijk mogelijk gemaakt moet worden. Daarom wordt er zo lang over gediscussieerd, net als destijds bij de afsluiting van de Oosterschelde. De politiek moet beslissingen nemen. Rijks waterstaat moet de bestuurders informeren over alle voordelen en nadelen van de verschillende oplossingen. Een probleem voor Rijkswaterstaat is dat er zoveel verschillende belangen zijn. Gemeenten willen vaak iets anders dan de provincie." We zullen er de komende jaren nog veel over horen. HET DELTA PLAN CONTRA VERZILTING VERMOEDELIJKE HsituaheH OVER EEN EÉÜV\ KONINGEN 'LEEUWARDEN" .rwoui UIREEHT fig. 59. Wanneer eenmaal de begeerde gesloten kustlijn zal zijn ontstaan na de uitvoering van de Delta -en het Waddenplan, is deze tevens als een zoutkering te beschouwen.

Krantenbank Zeeland

Watersnood documentatie 1953 - kranten | 2003 | | pagina 5