moet De boomkikker weekend DE De Chaamse natuuractivist Johan Schaerlaeckens is 'stikenthousiast'. Donderdag ging een ambitieus actieplan van start voor de kikkers, padden en salamanders (amfibieën) in 'zijn' gebied. Een actie die onder meer moet leiden tot de terugkeer van de boomkikker in de natuurgebieden rond Chaam en Baarle-Nassau. Van onze redacteur Carl Mureau Jeroen heeft maar één doel", zegt Schaerlaeckens. „Dat hij voor zijn dood, fietsend door dit gebied, nog eens de boomkikker kan horen kwa ken." 'Jeroen' is Jeroen Stoutjesdijk van de Herpetologische Studiegroep Noord-Brabant. Herpetologie is de wetenschap die zich bezighoudt met de studie van amfibieën en reptielen. Samen met Stoutjesdijk heeft Schaerlaeckens bergen werk verricht om spoedig met het project voor de amfibieën te kunnen begin nen. „We moeten snel aan de slag, want anders is het te laat. Die beestjes krijgen geen enkele kans meer, ze gaan per jaar twintig procent ach teruit." De reddingsactie voor de amfibieën in dit gebied'ten zuiden van Breda is mogelijk door de ruilverkaveling Baarle-Nassau, waarin boeren en natuurbeschermers eendrachtig sa menwerken. Dat landinrichtings project is in september van start gegaan met het eerste wegenbestek. Nu, twee maanden later, is de eer ste aanzet gegeven voor het herstel en de ontwikkeling van natuur en landschap in deze streek. „We pakken dit in een vroeg sta dium van de ruilverkaveling aan en dat is uniek te noemen", aldus J. Siepman, oud-gedeputeerde en voorzitter, van de Landinrichtings commissie Baarle-Nassau. „Dat is te danken een aan goede samen werking en aan de inzet van Schae rlaeckens." Het ruilverkavelingsgebied Baarle- Nassau bestrijkt een oppervlakte van ruim 9.000 ha. Het ligt bijna geheel binnen de grenzen van Baarle-Nassau en Chaam, met daarnaast nog kleine oppervlaktes in Nieuw-Ginneken en Gilze Rijen. Binnen dit omvangrijke gebied lig gen uiterst waardevolle stukjes na tuur, zoals het dal van het Merkske, het Chaamse Bekenstel- sel,. de Bleeke Heide en Withagen. Een groot gedeelte hiervan is be stemd tot reservaatsgebieden, die in de komende tien jaar in eigen dom komen van natuurbeherende instanties. Van oudsher is deze streek zeer rijk aan amfibieën. Tot 1980 kwamen er nog elf amfibieënsoorten voor, waaronder de bijzondere boomkik ker. Maar de kikkers en salaman ders worden in hun bestaan be dreigd. Een belangrijke oorzaak hiervoor ligt in de grote verande ringen binnen het agrarische be drijf, van extensieve naar intensie ve veehouderij. „Het feit dat de amfibieën er bijna niet meer zijn, geeft aan dat de manier waarop wij met ons land schap omgaan, niet in orde is", zegt Schaerlaeckens. „Maar we moeten niet meer op al die oorzaken in gaan. We moeten nu vooruitkij-, ken." Schaerlaeckens is in Chaam opgegroeid. „Ik zwerf hier al dertig jaar door de streek en heb de natuur achteruit zien gaan. Maar nu is er sprake van een ommekeer. Er is gedrevenheid, enthousiasme Van oudsher is de streek rond Baarle-Nassau en Chaam rijk aan amfibieën om met elkaar aan de slag te gaan." Van de elf amfibiesoorten die vroe ger in deze streek voorkwamen, zijn er nog negen over. De boom kikker en de knoflookpad zijn uit gestorven. Van de negen overgeble ven soorten worden enkele zeer ernstig bedreigd: de kamsalaman- der, heikikker en rugstreeppad. Voor de vinpoot- en de alpenwater salamander is dit gebied het be langrijkste bolwerk van Noord- Brabant. De bedreiging voor de amfibie is groot. Daarom heeft Schaerlae ckens de afgelopen jaren in de Landinrichtingscommissie gestre jwü* ysw* den voor maatregelen om de amfi bieën te redden. Die voorzieningen kwamen ook netjes in het plan voor de ruilverkaveling te staan. „Maar de poelen zouden pas over zeven, acht jaar worden aangelegd", zegt Schaerlaeckens. „En dat is te laat. Als we tot die tijd niets doen, zijn ook de kamsalamander en heikik ker straks uitgestorven. En de rest, die nu nog veel voorkomt, is dan zeldzaam geworden." Van de reservaatsgebieden in het ruilverkavelingsgebied is inmiddels 150 hectare aangekocht en in be heer gekomen van Staatsbosbeheer en de Vereniging tot Behoud van Natuurmonumenten. Op deze stuk ken grond worden op korte termijn 52 poelen aangelegd. In de reser vaatsgebieden die nog verworven moeten worden, komen er nog eens 50 tot 100. Daarnaast gaat Staatsbosbeheer, waar Guido Stooker veel werk voor het project veriehtte, in de bos- wachterijen die aan het ruilverka velingsgebied grenzen, nog enkele poelen creëren. Bij de Strijbeek- sche Heide is daarmee al een begin gemaakt. Tussen de concentraties V Een schets van de streek, waarin de poelen worden aangelegd. Het gaat om de donker gearceerde gebieden. Tussen de concentraties van poelen komen verbindingszones. De alpenwatersalamander, di komt. van poelen komen 'landschappelij ke elementen', die als verbindings zone voor de amfibieën fungeren. Wat is nu eigenlijk het belang vai die amfibietjes? Waarom is het z voornaam dat die kikkers, paddei en salamanders goed gedijen? De amfibie heeft een soort sig naalfunctie, leggen de natuurman nen uit. Leven deze beestjes er ii volle gezondheid, dan zit het we snor met de natuur in een streek Schaérlaeckens: „Ook andere die ren komen weer kijken als di< poelen er zijn. Het krikt de natuur waarde van een gebied geweldig op." De watertjes met hun directe om geving trekken onder meer de vol gende diersoorten aan: libellen kleine zoogdieren, patrijzen, zwa luwen, vleermuizen, vele klein< zangvogels, dwergmuizen, water hoentjes en steltlopers. Bovendiei wordt zo'n poel een drinkplaat; voor bijvoorbeeld reeën. Het amfibieënproject in Baarle- Nassau is zeker niet het eerste ir zijn soort. Al sinds jaren worden her en der 'paddepoelen' gegraven' Ook in Chaam en omgeving zijp de afgelopen jaren veel poelen. „Maai1 deze operatie is bijzonder", zegt herpetoloog Stoutjesdijk. „In zo'r klein gebied, zo'n grote hoeveel heid poelen in zo'n korte tijd, dal komt nergens voor." Mét de reeds bestaande poelen, df nieuw te graven watertjes en ande- 'Ondanks die gruwelijke vondst was ik toch blij want het is erger helemaal niets te vinden' VERVOLG VAN VORIGE PAGINA Als ik Van der Weijde uit Nieuwerkerk tegenkom, dan komen de tranen bij ons allebei. Hij is toen zijn vrouw en al zijn kin deren kwijtgeraakt. Ik zie elk jaar nog steeds tegen 1 februari op. En hoe ouder ik word, hoe erger dat lijkt te worden. Vroeger had je het druk met het bedrijf en met het gezin, maar dat is nu voorbij en dan komen de beelden vaker terug. Zeker als het stormt. Ik kan niet slapen als het hard -stormt. Zelfs niet in de Noordoost polder. Negen weken na de ramp is Johan Los terug bij zijn nog half overeind staande boerderijtje in de polder bij Oude Tonge, waar hij in de rampnacht zijn vader, zijn zuster en zijn dochterjte heeft verloren: „Toen heb ik - een paar honderd meter van ons huis vandaan - zelf ons dochterjte gevonden. Ze lag in een greppel. Ik zag meteen aan de kleertjes dat het Willy was. En ondanks die gruwelijke vondst was ik toch blij. Want het is nóg erger - als je je verdronken familieleden niet meer terugvindt. Dat is me óók overkomen, want mijn zuster heb ben ze nooit gevonden." Johan heeft jaren nodig gehad om zijn verdriet te verwerken. Soms liep hij nachtenlang buiten in de pol der. Als hij ging werken op het land moest vaak een van zijn kin deren met hem mee; bang als hij was om ook dat kind kwijt te raken. „Je voelt je dikwijls een zaam in je verdriet," zegt hij. Sara, zijn vrouw: „We moesten er zelf maar uit zien te komen toen we terug waren. Je had natuurlijk een rouwproces, al had je toen nog nooit van dat woord gehoord. Maar ik weet nog wel, dat ik alsmaar met m'n verdronken dochtertje bezig was en tegelijk amper aandacht had voor de andere kinderen. Eén keer is de dominee bij me geweest. Hij zei: 'Alle kinderen die sterven komen in de hemel'. Dat was alles wat hij kon bedenken om mij een beetje te troosten. Januari is voor mij nog altijd een slechte maand. Dan denk ik er nog dikwijls aan. Ach, je stoft een foto af en je bent weer terug. Als 1 februari maar eenmaal voorbij is dan gaat het weer beter met me." Garagehouder Chris Nooteboom uit Strijensas heeft geen familiele den verloren, maar dat zijn auto het uitgerekend die nacht tijdens een reddingspoging begaf, heeft hem nooit meer losgelaten; „Je bent er natuurlijk niet dagelijks mee bezig, maar ik kan niet. door de polder rijden of ik denk: 'Op deze plek viel de auto stil, hier was het gat in de dijk, daar stond het huisje van Verschoor waar ik dat meisje in het water zag staan en 'Help me toch'! hoorde roepen. En dan beleef ik het allemaal weer opnieuw." De groep mensen die de ramp be wust heeft meegemaakt, wordt de laatste jaren snel kleiner. En steeds vaker worden ze geconfronteerd met de harde werkelijkheid, dat hun omgeving nog amper iets af weet van wat er zich op 1 februari 1953 heeft afgespeeld. Visser Jaap Schot uit Zierik- zee wordt er op 1 februari 1988 mee geconfronteerd: „Dat jaar was Beatrix op een zondag jarig. Maar de vlag uitste ken op zondag, dat doen ze hie: niet. Weet je wat ze toen wèl de den? Ze staken de vlag een daj later uit...op 1 februari! Van all» openbare gebouwen wapperde d< vlag. Toen ik dat zag ben ik naa: de burgemeester gegaan en ik het gezegd: 'Hoe krijg je dèt nou/in j< .hoofd? Vlaggen op de dag dat d< ramp herdacht wordt! Weet je wel wat 1 februari voor de mensen nie betekent? Weet je, dat er mensei gehuild hebben toen ze die vlaj zagen hangen? Ik vind het schande lijk'! Maar hij vond, dat ik tocl moest begrijpen, dat de koningii nu eenmaal jarig was. Ik zei: 'Han; hem dan halfstok als je per se wil vlaggen'. Maar dat kon natuurlij! helemaal niet. Ach, dat soort men sen heeft de ramp niét meege maakt. Die hebben niet eens in d gaten hoe ze de mensen op him zie er meer svinger f Chaam en bestaan STEM ZATERDAG 21 NOVEMBEl

Krantenbank Zeeland

Watersnood documentatie 1953 - kranten | 1992 | | pagina 1