Negenendertig jaar na de Ramp terugkop
opvangadres aan de Floris Versterlaan
Familie roemt gastvrijheid Rotterdammers na watersnood van '53
^P^lïw THUISKRANT - ROTTERDAM DONDEBDAG 6 FEBRUARI 1992 CN-17
HILLEGERSBERG - Het
is rommelig druk in die
oude Ahoy-hal. Honder
den vluchtelingen vanuit
Zeeland en Goeree-Over-
flakkee staan versuft ach
ter snel neergezette drang
hekken te wachten op wat
komen gaat. Het is 3 fe
bruari 1953; het Zuidwes
ten van Nederland is nog
geen twee dagen geleden
overvallen door een alles
vernietigende storm die de
geschiedenis in zal gaan
als de Rampspoed van '53.
Achttienhonderd mensen
laten het leven. De 36-jari-
ge Mina Huizer uit Den
Bommel heeft geluk; ze
leeft nog. Samen met haar
vier kinderen, Maas (13),
Wim (12), Jaap (6) en
Hannie (nog geen 2) staat
ze in die vreemde hal.
Haar dorp en man heeft ze
moeten achterlaten. En
dan ineens die haar onbe
kende meneer Van Dant-
zig uit de Floris Verster
laan in Hillegersberg. Hij
zou hun steun en toever
laat worder».
De Ramp van '53 (zonder
hoofdletter geschreven een
soort heiligschennis) heeft van
het net van de oorlog bekomen
Nederland een hulpverlener pur
sang gemaakt. Ook het zo
enorm zwaar getroffen Rotter
dam staat vooraan bij het uit
steken van een helpende hand.
Voor Nel van Dantzig (nu 64
jaar), de dochter van de inmid
dels geintroduceerde meneer
Van Dantzig, handelaar in olie
en vetten, een vanzelfsprekend
heid.
Het waren nog steeds spannen
de tijden voor mevrouw Huizer
en haar kinderen. Via de radio
hoorde ze. dat het laatste stukje
veilige dijk van Den Bommel
ook in gevaar was gekomen en
daarmee ook haar man. Maar
meer ellende bleef haar be
spaard. Haar man wist zich
goed te redden en kwam ieder
weekend naar Hillegersberg om
zijn gezin te zien. Als het even
mogelijk was haalde mevrouw
Huizer de kinderen bij elkaar.
berg. Ze trof in haar woning aan
de Bemhardstraat 8 een énorme
puinhoop aan. Het huis was
door het water aan alle kanten
aangetast en het brengen van
enige orde zou de nodige arbeid
vergen. Maar uiteindelijk kwam
alles vanzelfsprekend voor el
kaar.
En nu negenendertig jaar na
dato staan zij, haar man en
zoon met echtgenote weer in
Hillegersberg. De familie Van
Dantzig heeft ooit weieens een
bezoekje aan Den Bommel ge
bracht, maar zelf weer op de
plaats terugkomen waar Mina
Huizer ooit versuft aankwam
en binnengelaten werd door een
in verpleegster-tenue gestoken
tante van Nel, is toch iets heel
anders. Na het bezoek aan Nel
van Dantzig stapt de Bommelse
familie in de auto om misschien
wel voor de laatste keer nogeens
de Floris Versterlaan in te rij
den. De auto wordt geparkeerd
voor de entree van de straat,
waarin auto's uit den boze zijn
en ieder huis wordt geobser
veerd.
Mina Huizer neemt de leiding
en herinnert zich geen huis
nummer. Wel moest het een
hoekhuis geweest zijn. Zonder
de aanwezigheid van Nel van
Dantzig - die bleef achter in de
C. N. A. Looslaan - komt het
aan op het geheugen van me
vrouw Huizer en dat maakt
haar wat onzeker. Ze kan toch
moeilijk de verkeerde woning
aanwijzen. Maar als snel staat
ze voor het statige huis, dat vol
gens haar van februari tot en
met april 1953 hun onderko
men is geweest. In de hal van
de woning zijn twee schilders
bezig, die geen uitkomst kunnen
bieden. ..Of hier vroeger een fa
milie Van Dantzig heeft ge
woond? Ik durf het u niet te
zeggen", reageert één van de in
witte overals gestoken schilders.
De Floris Versterlaan in Hillegersberg blijft een bijzondere plaats innemen bij de familie Huizer.
Stormvloedkering, het achtste
wereldwonder genaamd, deed
hier mets aan af. De weersver
wachting voor die fatale eerste
februari van '53 was immers al
lesbehalve verontrustend. Maar
de storm in combinatie met
springtij wist zich een definitie
ve plaats in de geschiedenis
boekjes te verwerven.
Een in het geheugen vastgezette
tijd. Ook voor de toen zesjarige
Jaap Huizer. Hij werd onderge
bracht bij een andere familie in
Hillegersberg. Kinderen herin
neren zich zo'n tijd op een vol
slagen andere manier dan hun
ouders. „Ik kan me nog als de
dag van gisteren herinneren, dat
bij de farpilie waar ik zat, een
prachtige piano stond. Ik wilde
er maar wat graag op spelen,
maar dat was uil den boze".
Ook wist hij regelmatig te ont
komen aan een bezoek aan de
plaatselijke school. De kleuter
verstopte zich achter een hegje
en wist aan de school te ont
snappen. Zijn moeder reageert
tijdens het bezoek aan Nel van
Dantzig verrast. Die praktijken
van zoonlief waren haar blijk
baar nog met eerder ter oren ge
komen. Met „En hij is toch
loco-burgemeester geworden
hoor en nog iets van leiding op
de sluis", redt ze het aanzien
van haar zoon.
Foto's
De bejaardè Mina Huizer rom
melt wat in haar tas en haalt
een stapeltje foto's tevoorschijn.
Terwijl Nel van Dantzig geinte-
resseerd kijkt naar de inmiddels
volwassen geworden kinderen
van het echtpaar Huizer, fluis
tert Mina Huizer de verslagge
ver toe dat ze er expres wat fo
to's tussengestopt heeft van de
door haar gemaakte poppen. De
Ramp kan dan wel de aanlei
ding zijn voor het uitstapje naar
Hillegersberg, maar dat doet
niet af aan het feit, dat me
vrouw Huizer best trots is op de
resultaten van haar hobby. En
volgens Nel van Dantzig volko
men terecht. Ze knjgt meteen
de toezegging één van de pop
pen te krijgen op voorwaarde
van een tegenbezoekje aan Den
Bommel.
Mina Huizer:,.Je kunt toch niet
altijd over de Ramp blijven
praten. Dat is geweest hoor".
Het gelovige echtpaar dankt
God voor de steun, die hen ge
geven is in die bange dagen. En
het verlies van hun drie maan
den oude baby tijdens de oor
logsjaren, heeft hen vanzelfspre
kend zo mogelijk nog meer aan
gegrepen. De opvang bij de Rot
terdamse familie's heeft het
echtpaar dankbaar gestemd en
in zekere zin, kan mevrouw
Huizer met plezier terugdenken
aan die tijd.
Zoals ze bijvoorbeeld met de
heer Van Dantzig gearmd door
de stad heeft gelopen. „Oh, dat
was zo mooi. Dat hadden ze
moeten zien in Den Bommel.
Zoiets deed je bij ons niet na
tuurlijk. Aan de arm van een
vreemde man. Hij nam ons
overal mee naar toe. Dat was
echt fantastisch". Als ze toen
een foto-toestel bij zich had ge
dragen, had Den Bommel onge
twijfeld deelgenoot geworden
van haar 'escapades' met die
heer in Hillegersberg. Ze kan er
nog steeds om lachen.
Haar man Gerrit laat de ont
moeting geïnteresseerd maar
ietwat gelaten over zich heen
komen. Hij was immers alleen
de weekeinden in Rotterdam en
besteedde de rest van de week
aan sjouwwerk in Den Bommel.
Zo hoorde dat. De landarbeider
kon lange tijd zijn reguliere
werkzaamheden niet uitvoeren.
Er was voldoende ander werk
en de grond was te zout om er
ook maar iets op te verbouwen.
Wel herinnen hij zich, dat hij
later aan de slag icon in het hui
dige Dubbeldam. Daar was de
grond prima.
Inkomsten waren er de eerste
periode na de Ramp niet. Het
rijk gaf de overlevenden net
voldoende geld om weer iets op
te bouwen. Ook mevrouw Hui
zer kreeg geld om de familie
Van Dantzig te betalen voor de
huisvesting „maar daar wilden
mevrouw en meneer Van Dant
zig niets van weten. We moch
ten het zelf houden". Het echt
paar was welgesteld genoeg om
die geste te kunnen maken. Het
was voor Mina Huizer allemaal
prima gelopen. Ze herinnert
zich nog dat Van Dantzig als
handelaar soms midden in de
nacht gebeld werd vanuit Ame
rika. „Ja, de tijden zijn daar na
tuurlijk anders", verklaart ze.
En ja. na zo'n drie maanden
(..precies weten doe ik het niet
hoor") kon de thuisreis begin
nen. Door Nel's broer Jack
werd de familie naar Den Bom
mel teruggebracht. Toen me
vrouw Huizer de sleutel van de
voordeur van haar woning om
draaide, had ze maar één wens;
rechtsomkeerd naar Hillegers-
Een buurvrouw geeft het verlos
sende antwoord en bevestigt het
prima geheugen van de vijfen
zeventigjarige Mina Huizer Ze
vertrouwt meteen weer op haar
eigen herinneringsvermogen en
is nu ook zeker van haar zaak.
„Ja inderdaad, dit is de woning.
Wel gek hoor om hier nu weer
te staan. Het is eigenlijk wel
prachtig. Ja, ik vond het heel
leuk om weer eens terug te zijn
in Hillegersberg". In een in de
buurt gelegen restaurant sluit de
familie het bezoek af met een
kopje koffie. Mevrouw Huizer
maakt er een dagje uit van en
doet de suggestie om er een kop
soep te bestellen. Haar echtge
note fluistert haar in het oor,
dat er thuis nog een hele pan
soep staat, maar mevrouw Hui
zer wil het even niet horen. Een
bijzonder en onverwacht uit
stapje moet op passende wijze
besloten worden en daar hoort
wat haar betreft een kopje soep
bij. Haar man Gerrit kent zijn
vrouw en legt zich er gewillig
bij neer. „U zet toch wel in het
verhaal, dat we iedereen nog
steeds enorm dankbaar zijn
voor de gastvrijheid van toen,
hè", geeft ze de verslaggever
mee bij diens vertrek. Waarvan
acte.
mg
Het beruchte dijkgat, dat Den Bommel op de eerste februari van 1953 veranderde in een
kapotgeslagen dorp (uit Gebroken dijken).
Overal lagen doden koeien, die de kans op ziekten alleen
maar groter maakten.
Iijke storm. Nel van Dantzig
kan zich de tijd (ze was toen
vijfentwintig jaar) nog wel her
inneren. Nederland reageerde
geschokt op het gebeuren in het
Zuidelijk deel van Nederland.
Op de vraag waarom haar ou
ders zich indertijd spontaan
aanmeldden voor de opvang,
blijft ze het antwoord schuldig.
„Deed niet iedereen wat in hun
macht lag. Het lijkt me zo van
zelfsprekend. Iedereen zou hen
nu toch weer doen?".
Maar zo vanzelfsprekend als zij
het nu nog steeds vindt, zo bij
zonder blijft het voor de familie
Huizer. Mina Huizer herinnert
zich de Ramp als de dag van
gisteren. De dijk van Den Bom
mel begaf het onder de druk
van het stuwende water. De
duizend inwoners van het Zuid
hollandse dorpje vluchtten naar
een stukje dijk, dat nog veilig
gasten uit de kiezen. „Als moe
der met vier kinderen ben je na
tuurlijk niet zo gewenst. Maar
meneer Van Dantzig koos toch
ons uit en zorgde ervoor, dat de
vier kinderen allemaal bij el
kaar in de buurt ondergebracht
konden worden. Ik kon Hannie
meenemen; Maas, Wim en Jaap
werden in de buurt bij andere
mensen ondergebracht. Mijn
man bleef in Den Bommel om
de schade te herstellen van de
Ramp", legt mevrouw Huizer
uit.
Keuring
Anno 1992 komt die 'keuring'
wat vernederend over en geze
ten in een verwarme huiskamer
met een kopje koffie voor zich,
kan ook mevrouw Huizer zich
daar best wat bij voorstellen.
„Maar we waren toen versuft,
weet u. En na die eerste dagen
Ingrijpend
Die eerste weken na de Ramp
werd ook pas duidelijk hoe
ingrijpend de stormvloed was
geweest. De eerste paar dagen
van de Ramp was de hulpverle
ning minimaal. Schouwen-Dui-
veland bijvoorbeeld, het meest
noordelijke eiland van Zeeland,
zag pas na een dag of drie de
eerste hulpverlener. In de eerste
weken na de Ramp kwamen de
alles verstommende cijfers.
Duizenden mensen waren hun
huis kwijtgeraakt, varkens en
koeien dreven in enorme aan
tallen dood door het water en
verhoogden de kans op ziektes
enorm en achttienhonderd
mensen lieten het leven. Fami
lies werden door het water sy
stematisch gereduceerd tot klei
ne groepjes. Het leed was onbe
schrijfelijk en nog steeds heb
ben veel overlevenden van toen
angst als het weer eens stormt.
In januari 1989 bijvoorbeeld,
toen Nederland (en Europa)
werd opgeschrikt door de ver
nietigende orkaan, leefden velen
weer met de angst van '53. De
in 1985 afgeronde bouw van de
Negenendertig jaar na dato
stappen de 79-jarige Gerrit Hui
zer, zijn nu 75-jarige vrouw
Wilhemina, zoon Jaap (46) en
diens echtgenote Ellie op ver
zoek van Uw Thuiskrant in de
auto en maken - nu comfortabel
in een luxe wagen over begaan
bare wegen - nogeens de reis
naar Hillegersberg. Het echtpaar
Van Dantzig, dat hen toen zo
gastvrij in huis haalde voor een
aantal maanden, is niet meer in
leven. Dochter Nel, die ten tijde
van de Ramp in Amsterdam
psychologie studeerde, heeft de
koffie bruin staan en laat de fa
milie Huizer met eenzelfde gast
vrijheid binnen in haar woning
aan de C. N. A. Looslaan in
Hillegersberg.
Gerrit (79), Mina (75) en zoon Jaap (46) Huizer uit
Den Bommel staan na negenendertig jaar weer voor het huis,
waar ze indertijd gastvrij werden onthaald.
was. Ze ziet zichzelf nog lopen
met haar kroost en de kinder
wagen, waarin de kleine Hannie
werd meegenomen. Een tiental
dorpsgenoten haalt de dijk niet
en valt ten prooi aan het honge
rige water. In een ander dorp,
Oude Tonge, laten vele honder
den het leven.
Met de boot gaan Mina en haar
kinderen naar de oude Ahoy-
hal, waar Rotterdammers als
het ware keurend langs de hek
ken lopen om 'hun' tijdelijke
in Den Bommel was je zo blij
dat er mensen voor je klaar
stonden. We zijn daar nog altijd
enorm dankbaar voor". Nel
Van Dantzig springt daarop in
met de stelling, dat indertijd
wat anders aangekeken werd te
gen dergelijke zaken dan nu.
Mina Huizer ziet zich nog aan
komen in het statige pand aan
de Floris Versterlaan. Een een
verpleegster-tenue gestoken
dame doet open. „Het eerste
wat ik toen dacht was tsjonge,
jonge, wal zijn we in een deftig
huis terecht gekomen zeg". En
zonder afbreuk te doen aan de
werkelijke status van de familie,
bleek die eerste reactie wat te
veel van het goede. De ver
pleegster was lid van de familie;
de nog steeds in leven zijnde
tante van Nel Van Dantzig.
Geschokt
De familie Van Dantzig stond
niet alleen in haar gastvrijheid
in 1953. Veel Rotterdammers
stelden een deel van hun wo
ning beschikbaar voor de
slachtoffers van de onbeschrijfe-