5 D_ jé. 1 19 I niemand had Burgemeester, kom snel! Ihet over kou algemeen dagblad watersnood februari 1953-1978 Pr- ft! ft ft ft Het water steeg in Ouwerkerk tot manshoogte VRIJDAG 27 JANUARI 1978 PAGINA 19 Toen de zeedijk nog niet dicht waskon de dorpskern ran Ouwerkerk alleen met een bootje worden bereikt. LAATSTE SLUITGAT Het ziet er nu vredig uit waar Marko Ro- meijn staat, maar de cais sons markeren de plek tcaar eens het gat bij Ouwerkerk Ook al b het dorp Ouwerkerkenkele kilometers van Zierikzeesinds 17 jaar geen zelfstandige gemeente meer die naam zal nooit in de vergetelheid raken. Daar immers werd in de laatste minuten van 6 november 1953 de laatste bres in de zeedijken gedicht. Als je er nu binnenrijdt op een> winterse dag ben je er ook zo weer uit. zo klein is het. Je maakt ook grote kans dat je dan geen mens hebt gezien. De stille Ring ziet eruit alsof er niets is gebeurd. Erbinnen rijzen hoog de los van elkaar staande kerk en toren op, maar die zijn nieuw. Er is een Noorsestraat, waarlangs zo'n twintig houten bungalows staan. Dat herinnert aan de Ramp. want -zij werden door Noorwegen ge schonken. Er is ook een Burgemeester Ro- meijnstraat ter dankbare herinne ring aan de kleine man die welis waar door de omstandigheden de bekendste burgemeester in het rampgebied werd. maar wie het eerbetoon ten volle toekomt voor alles wat hij voor zijn mensen heeft gedaan ,Caissons, Een bordje "Caissons" wijst de weg naar de plaats waar het laat ste sluitgat lag. Er staan fraaie bungalows en er is een herten kampje. Er is een Voedingsmarkt die in de stad een supermarkt zou heten. Er zijn ook enkele campings en er is een riant bungalowpark, waaruit blijkt dat de moderne tijd is begrepen. Niet in de laatste plaats deed dit Marko (samentrek king van Maarten Kornelis) Ro- meijn. de nu 47-jarige zoon van de vroegere burgemeester. Hij woonde ten tijde van de ramp nog thuis en werkte op het landbouwbedrijf van vader die tot de laatste boerenburgemeesters behoorde. Hij herinnert zicht: "Op die zondagochtend om vier uur stond er een man op de stoep te roepen: -Burgemeester, kom er eens uit' Hij vertelde over het angstig hoge water en dat het er niet best uitzag met de vloed planken in het vlakbij gelegen haventje van Vianen, waar nu een scheepssloperij is. Vader liet meteen de kerk klok luiden om de mensen wak-' ker te maken. Zelf ging hij met zijn auto naar de dijk. Wethou der Kees Kuiper en ik gingen met hem mee Er stond al een klein poldertje onder water. De eerste mensen waren toen ook al verdronken. Dat was om hall vijf. Hulp roepen "Op de dijk merkten we paf de zware storm. Vader ging te rug om hulp in te roepen. De zelfde weg kon hij al niet meei terug, want die was intussen onder water gelopen. Hij bleel met zijn auto in het water ste ken. Op een strobaal is hij half wadend, half drijvend thuis kunnen komen Met moeder ging hij naar boven. Maandag avond werden zij met een vlot weggehaald. "Kees Kuiper en ik waren in tussen verder de dijk op ge gaan. Het water sloeg over de kruin heen en ineens zagen wij aan de binnenkant het water omhoog komen. Toen zijn we teruggekeerd. Dat was de plek waar nu de caissons liggen. Daar dus brak de dijk door. "We liepen over een binnen dijk. maar het was onmogelijk om nog in Ouwerkerk terug te komen. Onderweg konden we in huizen de mensen waarschu wen. We hebben ook nog een eind met een vrachtauto meegere den. tot we strandden bij Ouwersluis. Daar zijn we pas dinsdagmiddag afgehaald door de vissers van Y_erseke, "We zaten daar met een twin tig mensen op de zolder van een klein huisje. Op maandagoch tend was dat aantal tot zo'n tachtig aangegroeid. Die waren er op vlotten naar toe gedreven. Er spoelden daar ook veel do den aan. De meeste mensen zijn ver dronken bij het tweede hoog watertij dat nog hoger was dan de eerste vloed. Vliegtuig "Maandagmiddag, omstreeks vier uur kwam het eerste ver kenningsvliegtuig over. We hebben er met vlaggen naar ge zwaaid. Intussen hadden we niets meer te eten of te drinken. "En toen kwam er op dins dagochtend een Amerikaanse helikopter naar ons toe. Dat moment vergeet ik nooit. "Toen hij tot vlak boven mijn hoofd was gedaald, deed de pi loot de deur open en stak, om ons moed te geven, zijn arm naar buiten en de duim om hoog. Toen greep hij achter zijn stoel en gooide al maar witte broden naar buiten - zo in mijn armen!". De mensen die zich hadden we ten te redden op de terp waarop het dorp was gebouwd, werden naar Bergen op Zoom geèvacueerd. Ook het burgemeestersechtpaar. In Ouwerkerk waren 90 slachtoffers gevallen, het was naar verhouding (bijna 15 procent van de bevolking) de zwaarst getroffen gemeente. Burgemeester Romeijn keerde al na drie dagen terug naar zijn ge meente: met een helikopter naar Zierikzee en met een bootje naar Ouwerkerk. Met zijn gezin woonde hij in het kantoortje van de lagere school. Gedurende negen maanden huisden zo'n 30 èttO mensen zo goed en zo kwaad als het ging op de terp. Marko Romeijn: "Een groepje mannen was bezig met het schoon maken en herstellen van land bouwwerktuigen die uit de polder ./aren opgevist. Anderen werkten aan het dijkherstel. „Het was een wonderlijk leven in een grote saamhorigheid. Mijn vader - en dat durf ik zonder schroom te zeggen - was de typi sche burgervader, een geweldige vent met een vreselijk warm klop pend hart voor zijn mensen en de gemeenschap." Toen dan eindelijk de dijk dicht was. ging het leven in Ouwerkerk er langzaamaan wat normaler uit zien. De burgemeester kreeg een betere behuizing: een woonwagen met twee korte bedden boven el kaar. Of er dan geen huis voor hem was? Dan zei hij: ..Dat doe je toch niet, in een andermans huis trek ken." In die woonwagen ontving het echtpaar Romeijn ook hoog be zoek: koningin Juliana en prins Bemhard, koning Gustaaf-Adolf van Zweden en jhr. De Casem- broot, commissaris van de Konin gin in Zeeland. En het bleef elkaar ook dan bij de voornaam noemen. Zo van: „Marietje, schenk Hare Majesteit nog eens een kopje thee m". Het was er zo gezellig dat de poes, die de ramp had overleefd, bij de Koningin op schoot sprong. Ontwapenend Marko Romeijn zegt ook van zijn vader: „Hij was alleen op de lagere school geweest en sprak geen talen, maar hij had een goed verstand". Toen hij tijdens dat hoge bezoek iets aan de Zweedse koning wilde uitleggen, zei hij ontwapenend te gen prins Bernhard: „Zou u dat willen vertalen In het raam van de herverkave ling kwam er voor burgemeester Romeijn een nieuw, ruim 40 ha groot akkerbouwbedrijf ter be schikking^ Niet hij, maar zijn zoon Marko vestigde zich in 1955 op de nieuwe, grote boerderij. In het jaar erop betrok de burgemeester apart een nieuw huis. Wel kwam hij elke dag kijken op de boerderij, waar hij genoot van de gang van zaken. Niet langer was het bedrijf verspreid over 22 per celen. Het ging nu allemaal veel gemakkelijker en soepeler op de aaneengesloten oppervlakte. Droeve dag Een droeve dag voor hem was 31 december 1960. Aan zijn burge meesterschap van 32 jaar was een einde gekomen doordat Ouwer kerk, Nieuwerkerk, Oosterland en Sirjansland werden samengevoegd tot de nieuwe gemeente Duiveland. Sinds 1862 had een Romeijn in het gemeentebestuur van Ouwer kerk gezeten. In de loop van 1961 zou hij met pensioen zijn gegaan, maar toch.... zijn hobby was hem ontvallen. Hij was 74 jaar, toen hij in augustus 1974 overleed, negen maanden na zijn vrouw. Nog meer veranderingen kon digden zich aan. Marko Romeijn had zijn bieten, aardappelen, granen, graszaad en uien aanvankelijk verbouwd met behulp van vier man personeel. Door de voortschrijdende mecha nisatie en chemisatie (onkruidbe- strijding) slonk dat aantal tot één man. Hij zegt: „Toen dacht ik er wel eens aan of ook die zou ver dwijnen, of dat ik er zelf mee moest ophouden." Recreatie Totdat in het streekplan voor Schouwen-Duiveland een kwart van zijn bedrijf werd ingekleurd met bestemming verblijfsrecreatie. Er bleken gegadigden genoeg voor zijn grond, maar hoe verder hij zich ging verdiepen in de moge lijkheden. des te sterker ging hij' ervoor voelen er zelf in te stappen. Met twee partners richtte hij daartoe in 1971 de recreatie-ont wikkelingsmaatschappij B.V. Zee landhuis op. Zelf werd hij er de di recteur van. Op 13 hectare van zijn landbouwbedrijf werd het bunga lowpark Salvatorhoeve (de naam van zijn boerderij) gesticht. Het initiatief sloeg meteen aan. Dit jaar wordt het project van 144 bungalows voltooid met de laatste serie van 30 stuks. De huizen wor den inclusief de grond verkocht Intussen heeft de maatschappij in Scharendijk 240 bungalows neergezet. Zo is hij voortdurend bezig in het zuidwesten grond te kopen en als recreatie-oorden tot ontwikkeling te brengen. Voor zijn landbouwbedrijf bleef op den duur niet veel_tijd meer over. Een buurman, met wie hij een maatschap is aangegaan, strekt daar nu zijn zorgen over uit. Krekengebied Marko Romeijn is gelukkig op de Salvatorhoeve, vlak bij de caissons die nog steeds de laatste sluiting in het rampgebied markeren. Er is een krekengebied met 60 ha bin nenwater ontstaan. Het is een broedgebied voor zwanen en ganzen geworden. Voor de hengelaars is er paling en forel uitgezet. Op een oppervlakte van 150 ha. waarvan de bouwvoor was afgespoeld, heeft Staatsbosbeheer bos ingeplant. Marko Romeijn is bij de tot standkoming van de nieuwe ge meente Duiveland meteen lid van de gemeenteraad geworden. Het' bloed kruipt nu eenmaal waar het niet gaan kan. Wat het dorp Ouwerkerk betreft, overpeinst hij dat met de 120 gezinnen (samen zo'n 600 mensen) naar aantal niet zo veel is veranderd in de afgelo pen 25 jaar. Voor Ouwerkerk is er nu een nieuw bestemmingsplan dat voor ziet in de bouw van 60 woningen. Die kunnen er binnen twee jaar staan. De meeste ervan zullen door gezinnen van buiten het eiland worden betrokken. Marko Romeijn: „Dat wordt een operatie waarmee je moet uitkij ken, want het moet harmonieus in elkaar grijpen. We willen graag baas op eigen eiland blijven. De charme van het platteland is dat er een iets gesloten gemeenschap is. We moeten de identiteit bewaren". En als toch nog eens het woord Ramp valt, zegt hij: „In het begin van afgelopen november was het weer erg hoog water. In die zater dagnacht werd er uitgebreide dijk bewaking gehouden. ..Ik had de wekker gezet en ben naar de dijk gegaan om te zien hoe het ervoor stond, want ik ben er als de dood van. Ik droom ook nog wel eens dat de hele polder weer onder staat.. Volgens de herinneringssteen stond in Ouwerkerk het ica- ter manshoogzoals blijkt uit hei postuur van burgemeester Romeijn. Koningin Juliana bezocht burgemeester Romeijn van Omcerkerk in diens icoonwagen; commissaris der Koningin jhrde Casembroot staat in de deuropening. Daarin past het optreden van kapitein De Goeij die al op 2 februari met zijn schip in Middelharnis aankwam. Op het gemeentehuis trof hij de burgemeester aan die bij een kaarsje zat te telefoneren. Hij ging terug naar boord om voor hem een petroleumlamp te halen, verstrekte daarna het water aan de bevolking en stak toen de armen uit de mouwen om bij de evacuatie te helpen. ELE honderden militairen werkten soms twaalf uur achtereen om met duizenden zandzakken gaten te dichten. Dat ging ook 's nachts door bij het spooklicht van schijnwerpers als het zo met de waterstand uitkwam. Bij de bedreigde punten waren tientallen draglines aan het werk. Waar kwamen die ineens vandaan? Niemand had het over kou, maar het was nog wel februari. Die voelde men niet. zeker niet in Bath, waar een geluidswagen stond om met opgewekte muziek de mensen op te vrolijken. Op zondag werd er zelfs een verzoekprogramma gedraaid. Maar zo vlot ging het niet altijd en overal. Het kwam ook voor dat schuiten met stortsteen op de ondiepe slikken strandden, zodat de in alle haast gevlochten rijshouten zinkstukken niet op hun plaats konden worden gebracht. CiEN maand na de Ramp vertelde prof. Thijsse dat het „lelijkste" gat was bij Schelphoek op Schouwen. Vier maanden later bleek die zeedijkbreuk te rijn uitgeschuurd tot een breedte van 425 meter en een diepte van 37 meter. Je kwam onder de indruk van de manier waarop hij beweerde dat het dichten van de gaten in het getroffen gebied zou lukken. Dat daarbij veel tegenslagen genomen moesten worden, zoals hij zei. vond je sympathiek want het klonk zo menselijk. Wel, de moeilijkheden maanden later om de Schelphoek dicht te krijgen, waren er om Thijsse gelijk te geven. ■0$*, fx M - Prof. Thijsse hield maar net zijn voe ten droog bij het nabootsen van de Ramp in zijn Water loopkundig laboratorium in Delft De belangrijkste technische kneepjes en strategieën werden toen nog uitgedokterd in het voor huidige begrippen eenvoudige Waterloopkundig laboratorium in Delft. Maar daar lag toch maar een 55 meter lang model van de Zuidhollandse en Zeeuwse stromen. Terwijl Thijsse „in de Biesbosch" stond, werd de stormramp nagebootst: elke 12 seconden waren een uur. Het was om koud van te worden als je zag dat het precies zo ging als was gebeurd. Thijsse moest zelfs op een „dijk" gaan staan om geen natte voeten op te lopen. IntUS: SSEN liepen in vele geteisterde dorpen de burgemeesters nog rond in rubberlaarzen. Op een van mijn nog steeds vele tochten in dat gebied merkte ik dat drie maanden na de Ramp burgemeester De Kool van Zuidland op het eiland op het eiland Putten zijn mensen nog verbood beneden te slapen. „De dijken zijn nog niet veilig". Toch keerde langzaamaan het normale leven terug. Meester Koetsdijk in Stavenisse durfde het aan de kinderen een tekening te laten maken van hun herinneringen aan de Ramp. Opvallend was toen, dat bij vele kinderen het sterkst had aangesproken dat je met een boot dwars door de dijk kon varen». Normaal mag het ook worden genoemd dat na zo'n vier, vijf maanden de kritiek weer opstak. Zo hoorde ik ergens in Zeeland over het ontwerp van een wet voor de regeling van de rampschade de opmerking: „Als dat wordt aanvaard, krijgen we een verarmde boerenstand". Als tegenhanger zag ik in café Meebaal in Nieuwerkerk bij Zierikzee op een stuk karton staan: „Hier wordt niet gemopperd". Rij 1JKSWATERSTAAT was intussen druk in de weer met het voorbereiden van het „grote" sluitingswerk. In de derde week van juli zou

Krantenbank Zeeland

Watersnood documentatie 1953 - kranten | 1978 | | pagina 4