ORKAAN EN SPRINGVLOED 's-Gravendeel, Numansdorp en Strijen zwaar geteisterd zweepten water op tot een kolkende massa 80% van Putten onder water nieuwsblad Extra Bull et-in Nieuwsblad voor de Hoeksche Waard, IJselmonde en Putten Vrijdag I februari 1963 VCOR OE HOEKSCHE WAARD sn IJSELMONDE ■Zl?..;-: r»i - rn;: haisifiS v«rcarsa«tkv - c-r- pu&Xiö^rvr. va» dit bul- fyroticna-.-:. v r-<- ~+vyrcir.<Sir«^-cri, niet be. ma;vr r.U -u rr<::r*Eê bij We dachten, dat we veilig waren. De dijken zouden het water wel kunnen weerstaan. Sinds mensenheugenis was er niets gebeurd, dachten we. Totdat in die rampzalige nacht van de eerste februari 1953 klokgelui en sirenegeloei ons ruw uit onze slaap rukten. De noordwester storm, windkracht 12, joeg het water de Nederlandse zee armen in. Een etmaal lang beukte de orkaan het lage land, vernietigend, wat in lange jaren was opgebouwd. Die nacht werd een verschrikking. Ruim 1800 mensen kwamen om in de zie dende golven. Ellende en rouw kwamen over het volk. De volgende dagen, toen de storm was gaan liggen, boden de rampgebieden een troosteloze aanblik. Geraamten van huizen, kale pieken van bomen stonden somber te staren over de eindeloze watervlakte. Kadavers dre ven rond cy-TUi: -tv.-.iis,-. acht h\;n ALG2M3H in folJS ■•.'55, -:ur. n ^t.oravj \f era, et t.i-t r.ii- re-V. - i, rcr-: r - bi.i A* üy«Bs« g:~ -r r- u* rcl.fi, ,a ic dringend in «-i'. van it bail»vin, «Ui nsTle- - t .Tay-jf; ~i'- ir- v-.r, - t -.t éil 7 ..-ti:; cvr-->r 1sar- - ru <i< d T - fewer. «4» in- r>- i - "- -■ C-- ia sfcrcora v*,n '-Ï- - - 8C -- r - --3 sijn 7P.CAc.rt :r" *"rt- stv*Tl. Veer zcvc-r zal ar. ~'i; ir. ie.,..:! -- iv; v?.r -:r.r,9 iï^vihg m ójwte .r -:.rr-'i:-. v -r,. t? tos. i i.e. f.:JT - 1.K 78 Tf-aé-B-vi.: ••rlsnê :i jsrl&£$L is d u ""ii v_n, V - -* as.tf.ei i.&« j; 5u." -Ci-isi - r .-vc* -u 'oea-s k&vèn sjuiar t-.'r-au. bs^G—-i .u; tj.':- r.,t i; &1& •■ini VGëh a 1 .-.Mi :-B «rv.-i.il '.nid- -.Y3n,fen» Niemand begreep in de nacht van I februari precies wat er gebeurde. Niemand wist de omvang van de catastrofe, die veroorzaakt werd door een noodlottige samenloop van omstandigheden. Behalve de felle wind was het ook nog springvloed. Het water werd zo hoog opgestuwd, dat het drie tot vier meter boven het normale peil kwam te staan. De waterkeringen waren daartegen niet bestand. Het erover heen vloeiende water holde ze uit, de beukende golven sloe gen ze kapot. Vooral Zeeland en het westen van Brabant werden zwaar geteisterd. In die gebieden verdronken hon derden mannen, vrouwen en kinderen. De hulp en het medeleven waren overweldigend. Niet alleen Nederland spande zich in, om de getroffen landgenoten, die van huis en haard waren verdreven te helpen, ook het buiten land bood krachtige hulp. In vrij korte tijd liepen de giften aan het Nationale Rampenfonds op tot een bedrag van ruim 138 miljoen gulden. Een trieste watervlakte tussen Puttershoek en Strijen. Ook de Zuidhollandse eilanden hadden het in die dagen zwaar te verduren. Dijk na dijk bezweek. Met verbeten ijver vochten de mannen om te behouden wat droog was gebleven en om te herwinnen wat was overstroomd. 's-Graven- deel, Strijen, Numansdorp en Zuidland kregen tientallen doden te betreuren. Honderden moesten evacueren, duizenden stuks vee kwamen om. De verbinding van de Hoeksche Waard met Rotterdam was vrijwel afgesneden omdat de Boonsweg niet meer begaanbaar was. Op 7 februari begon de R. T. M. een bootverbinding tussen het eiland en de stad. De „Minister Lely" bood plaats aan 650 personen terwijl ook vee en vracht een onderkomen vonden op de boot. In de droge gebieden begon de R. T. M. busdiensten. Een van de gebieden in de Hoeksche Waard, die geheel droog bleven was de polder Oud-Beijerland. Hierdoor bleef ook het dorp Oud-Beijerland in tact. Al gauw werd het dorp dan ook de centrale plaats van het eiland, waar uit de overstroomde gebieden werden bevoorraad en waar alle mogelijke re gelingen werden getroffen. Hulpmid delen en arbeidskrachten werden naar de rampgebieden in de omgeving ge stuurd en talloze evacuees vonden hier een onderkomen. Elektriciteit, gas en waterleiding waren er al weer gauw, zodat alles goed kon functioneren. De haven was nuttig omdat per schip ben zine, levensmiddelen en medicamenten uit andere delen van het land konden worden aangevoerd, ernstige zieken werden via deze haven naar de zieken huizen vervoerd. De zwaarst getroffen gemeente in de Hoeksche Waard was wel 's-Graven- deel, dat voor 97 blank stond. De Molendijk was vrijwel geheel wegge slagen, er waren tientallen doden en honderden werden van huis en haard vedreven. Ook een groot deel van de veestapel ontkwam niet aan het be gerige water. Het was een immense watervlakte, die reikte van Puttershoek tot aan de Dordtse Kil en Strijensas. Aanvankelijk zat het dorp zonder een enkele verbinding maar het veer her vatte vrij gauw zijn diensten, zodat Dordrecht kon worden bereikt. H. M. de Koningin, leden van Gedeputeerde Staten en verschillende persvertegen woordigers uit binnen- en buitenland toonden hun belangstelling voor de gemeente van de toenmalige burge meester Van Heezen. Ondanks alle verliezen en ellende bleef 's-Gravendeel niet bij de pakken neer zitten. De inwoners werkten als paar den om zo gauw mogelijk het dorp weer enigszins bewoonbaar te maken. Maar het gehavende dorp kreeg hulp. Het eiland Putten kwam voor 80 onder water te staan. Dit werd mede veroorzaakt doordat de Oudenhoornse dijk op vele plaatsen bezweek. De ver binding tussen het eiland en Rotterdam was bijzonder moeilijk. Om via de Spijkenisserbrug het eiland te mogen betreden was de toestemming van de burgemeester van Spijkenisse nodig. Via het veer Nieuw-BeijerlandHeke lingen ging het ook niet zo maar. Ook hier was vergunning nodig van een burgemeester uit een van de omliggende gebieden. Bij de Schenkeldijk in Spij kenisse werden alleen transporten toe gelaten van minder dan vijf ton. Ook hiervoor was vergunning nodig De Groene Kruisweg, die de eerste dagen na de ramp vol ambulances was, was slechts te berijden tot de splitsing AbbenbroekHeenvliet. Het noord westelijk deel van het eiland kwam er het beste af, omdat de dam van Oost- voorne naar Rozenburg het hield. De meeste verwoestingen vond men in de buurt van Zuidland. Het dorp zelf verloor twintig inwoners. De toegang tot Abbenbroek, dat geheel onder water stond, was gesloten. Het dorp werd ge heel geëvacueerd. Oudenhoorn bood een trieste aanblik. Ondanks de taaie volharding van hon derden, waaronder de genietroepen, be zweek de Oudelandsedijk. De Kater- waalsedijk en de Achterdijk ondergin gen het zelfde lot. Evenals Abbenbroek werd de gemeente geheel ontruimd. Spijkenisse is niet overstroomd. Wel kwamen in de buurt een aantal dijk breuken voor, maar het dorp bleef be houden. In Poortugaal, op IJsselmon- de, vielen zes doden te betreuren. De gemeente Rhoon op dat eiland was voor twee derden overstroomd. Heerjans- dam werd niet ernstig gedupeerd. Honderden militairen w.o. 200 ma riniers boden hun diensten aan op Putten, evenals 350 studenten. k - - Overblijfselen van huis te 's-Gravendeel. Ook Strijen heeft zijn deel gehad met de catastrofe. Dagenlang vocht men een verbeten gevecht om dat gedeelte van het dorp. dat droog was, droog te houden. Van alle kanten werd de gemeente door het water be dreigd. Strijensas was wel het meest kritieke punt in de waterkering. Hier stond het water om half twee in de rampnacht 3.85 meter hoog en het bleef stijgen. Er werd zelfs een hoogte van 4.10 meter bereikt. Dat was te veel. Het water stroomde over de dijken, die moesten wijken voor de kokende watermassa. Tientallen inwoners gingen ten onder in de golven. Honderden personen moesten naar elders worden ver voerd. De materiële schade was zeer groot mede door dat ongeveer 1000 dieren het leven verloren. Om alle werkzaamheden centraal te kunnen leiden, werd het gemeentehuis ingericht als magazijn. Onmid dellijk werd een noodorganisatie in het leven geroepen, die uitmuntend functioneerde. Bedrijvigheid in de Oud-Beijerlandse haven.

Krantenbank Zeeland

Watersnood documentatie 1953 - kranten | 1963 | | pagina 1