GTABLETTEN LOF M CRITIEK VOOR PROF. BEEL -Geen grote wrijvingspunten- bij Binnenlandse Zaken— Over Amsterdam („de hoofdstad ging flinke storm op Anna Lisbeth Groes Deense minister van Handel -Twee kameraden van Pape Gratis voedsel uit V.S. voor behoeftige Duitse gezinnen kunnen omlaag helpen prompt Met hand- en tand Dagelijks feuilleton Richard Pape Mobilisatie-invaliden 1914-1918 vragen een menswaardig bestaan VRIJDAG 6 NOVEMBER 1953 TROUW (Van onze parlementaire redacteur). DE minister van Binnenlandse Zaken, prof. Beel, ontmoette gister middag bij de behandeling van de begroting van Binnenlandse Zaken door de Tweede Kamer weinig kritiek. De heer Verkerk (AR) vond het kenmerkende van het beleid van de minister, dat er stabili teit en rust in zat. Er waren geen grote wrijvingspunten. De AR- woordvoerders, de heren Verkerk en Stapelkamp, brachten evenals de heren Beernink (CH) en Van der Zanden (KVP) lof en hulde toe. De heer Verkerk dacht daarbij vooral aan de hulp die de minister gebracht heeft aan de gemeentebesturen en de bevolking van de rampgebieden. De heren Stapelkamp en Beernink waren vooral ver heugd over de salarisvoorzieningen, die getroffen waren voor het rijkspersoneel en de heer Van der Zanden prees de minister als de eerste, die de bijl gelegd heeft aan de wortels van het vermolmde en verouderde gemeente-classificatie-systeem. illlllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllil Bij deze lof liet de Kamer het echter geenszins, Bij sommigen was het uiten van waardering meer een elegante aanloop om tot meer cntische opmer kingen te komen. Prof. Beel kreeg scherpe afkeuring te horen over zijn opvatting over de betekenis van Amsterdam als hoofd stad des lands te horen. In de Memorie van Antwoord had hij verklaard, dat er geen wezenlijke betékenis moest worden gehecht aan het begrip hoofd stad des lands en dat er geen behoefte bestond om Amsterdam wettelijk en formeel tot de hoofdstad des rijks te verklaren. (Zie elders in ons blad). De ongelukkige uitlating van minis ter Beel ten aanzien van Amsterdam was ook voor de heren Verkerk (AR) en Van Leeuwen (WD) aanleiding om het pleit te voeren voor Amster dam. De heer Van Leeuwen pijpte heel erg op: „Moeten wij soms antwoorden, wanneer een buitenlander vraagt: wat is jullie hoofdstad, dat wij geen hoofd stad hébben? Neen, met trots moeten wij dan kunnen antwoorden: „Amster dam, en kom toch vooral kijken naar deze stad van schoonheid en universa liteit". HEfT is beslist niet nodig om diep in te gaan op de redevoeringen, die gistermiddag door tien Kamerle den werden gehouden. In deze rede voeringen werden tal van onderwer pen aangesneden, zoals nu eenmaal bij elke begrotingsbehandeling gebruike lijk is: de electriciteitsvoorziening, de drinkwatervoorziening, de drostamb ten Elten en Tudderen, Steun Wettig Gezag, Bescherming Bevolking, finan ciële verhouding tussen rijk en ge meenten, grenswijzigingen van ge meenten, ambtenarensalarissen, jaar wedden burgemeesters, gepensionneer- den, gemeenteclassificatie, subsidie regeling, Friese kwestie, gemeentelijlke belastingen, decentralisatie enz. Zouden wij hierover uitvoerig ver slag uitbrengen, dan moesten wij ver tellen dat de heer Maenen (KVP) stond te rillen bij het feit, dat in vele dorpen de meeste mensen nog sloot water drinken en dat hij het koud had bij de gedachte, dat de abdij van_Elten op instorten staat. Ook zou dan ver teld kunnen worden hoe de socialisti sche afgevaardigde, de heer Scheps, op dramatische wijze schetste, dat de ge meenten ten gevolge van het huidige stelsel van rijksbemoeiing tot de be delstaf zijn gebracht'en de politieke dood worden ingejaagd, omdat geen gemeente vrij is haar eigen begroting vast te stellen en gekneveld wordt door de ambtenaren in het dorp „Di« Haghe". Troelstra, Kuyiper, De Savor- nin Lobman en alle grote politieke figuren uit het verleden werden er bij gehaald om aan te tonen dat het poli tieke leven is doodgebloed, doordat de centrale overheid de gewesten en de gemeenten in een hoek heeft ge- drukt. Het deed goed deze socialist met vuur het A.R. beginsel van de souve- reiniteit in eigen kring te horen ver dedigen. 1-^ E financiële verhouding tussen L) rijk en gemeente vormde overi gens ook het voornaamste gespreks punt van de andere sprekers. De heer Maenen wilde het gemeentefonds, dat onder het ministerie van Financiën be rust, onder Binnenlandse Zaken bren gen omdat dit ministerie van oudsher de beschermer van de gemeenten is. De heer Beernink sprak zich uit voor een algemene verlaging van het aan deel van het rijk in de opbrengst van de inkomsten-, de vermogens- en de vennootschapsbelasting en het toeken nen van een deel daarvan aan de ge meenten door middel van het heffen van opcenten op deze belastingheffin gen. Voor de oorlog kregen de ge meenten 20 procent van de opbrengst, na de oorlog is dit percentage gezakt tot 6 percent. Zij hebben thans geen aanslag meer. De heer Verkerk betreurde de voort schrijdende afbraak van de gemeente lijke belastingbronnen, waarvan hij de jongste verlaging van de personele be lasting en van de schoolgelden tot be wijs ten tonele bracht. De A. R.-woord voerder vond de uitkeringen uit het gemeentefonds onvoldoende en drong bij de minister aan op verhoging daar van. Het percentage van het aandeel van de gemeente in de rijksbelastingen was volgens hem over de jaren 1953 en 1954 te laag berekend. VELE Kamerleden, o.a. de heren Beernink (CH), Van der Zanden (KVP) Stapelkamp (A.R.) en Ritmees ter (VVD) spraken over het perso neelsbeleid. Zij waren voldaan over de nivellering van de salarissen van de middelbare en hogere ambtenaren. De heer Beernink zei, dat er 'n goed be gin was gemaakt, maar hij betreurde dat het kabinet niet verder was ge gaan. Hij vroeg de regering na te gaan of het niet mogelijk was de denivelle ring over een aantal jaren uit te sme ren. De heer Stapelkamp hoopte dat de minister zou willen bevoi*deren dat in I Kamerdebat kreeg j 1 elegante aanloop j de kring van het georganiseerd over leg niet alleen sociale zaken, doch ook economische vraagstukken worden be sproken. Ook vroeg hij op korte ter mijn een oplossing van het vraagstuk der arbeidscontractanten. De A. R. woordvoerder achtte het ten slotte ge wenst ten aanzien van de wettelijke regeling der ziekenfondsverzekerin gen voor ambtenaren te voorkomen dat deze wettelijke regeling minder gun-; stig wordt dan de ziekenfondsverzeke ringen, die sommige gemeenten en provincies reeds voor haar ambtena ren hebben tot stand gebradht. DE Kamerleden Beernink (CH) Sta pelkamp (A.R,) en Ritmeester (WD) waren ontevreden over de jaarwedden van de burgemeesters. De heer Stapelkamp merkte op, dat' wel Dr. L. J. M. Beel voorzien was in een verhoging van de ambtstoelage, maar dat de bezoldiging hetzelfde was gebleven. De A. R. frac tie, verklaarde de heer Stapelkamp nadrukkelijk, dringt aan op spoedige vex-hoging van de wedden, vooral voor de burgemeesters in de kleinere ge meenten. De heer Ritmeester (WD) mex-kte op niet te verwachten dat de minister 't verzoek om verhoging der burgemees tersbezoldigingen koel zal afwijzen, Mocht dit wel het geval zijn, dan zou hij een uitspraak van de Kamer vra gen. DE heren Beernink (CH) en Scheps (Arb.) spi-aken nog over de aan drang van de St. Geref. Partij op het toekennen van burgemeestersposten ook aan de leden van deze partij. De Chr. Hist, spreker had op zichzelf hier tegen geen bedenking. Hij vroeg zich echter wel af hoe een S.P.G. burge meester kan meewerken aan verzeke ring van gemeente-eigendommen er verzekering tegen fraude alsmede aan de uitvoering van de Zon- Moeder van 9 kinderen De grootste verrassing bij de jongste kabinetsvorming in Denemarken was de benoeming van mevr. Anna Lisbeth Groes tot minister van handel in de socialistische regering. Fru (mevr.) Lis-Groes, zoals zij be kend staat, had tevoren nog nooit een openbaar ambt vervuld, noch actief deelgenomen aan de politiek. Zij was zelfs geen lid van het Folketing (het parlement). Zij behaalde echter een graad in de politieke economie aiam de universi teit van Kopenhagen en was in de af gelopen drie jaar voorzitster van de Deense vereniging voor huisvrouwen, die nauwlettend toeziet op de klein handelsprijzen en de belangen der ver bruikers tracht te beschermen. Mevr. Groes is 43 jaar en moeder ..m negen kinderen, vier meisjes en vijf jongens, van twee tot zestien jaar, die op de jongste na alle mee moeten helpen in het huishouden. Haar echt genoot is voorzitter van een coöpera tieve vereniging. De nieuwe minister is een rustige, charmante, intelligente en gevoelige vrouw. Haar kinderen wax-en enthou siast over haar benoeming en na. de eerste kabinetsvergadering trof zij het huis aan met bloemen en guirlandes versierd en een plaat op de voordeur, voorstellend een vrouw met een be zem. Het onderschrift luidde: „vrouw, uw plaats is thuis". Mevr. Groes is modern gekleed, door de zon gebruind en zij rookt sigaret ten en soms, evenals vele Deense vrou wen, kleine sigaartjes. -WALLACE-TERRY Luitenant-vlieger WALLACE- TERRY, captain van de Stirling- bommenwerper, xoiens grote be kwaamheid het toestel tot over de Nederlandse grens in de lucht had gehouden. Pape liet zich in zijn verhaal in de meest prijzen de bewoordingen over hem uit. Toen Pape en Moir vluchtten, bleef Wallace-Terry met een ernstige hoofdwonde achter bij het wrak van de Stirling. Ook deze RAF-man is behou den in het vaderland terugge keerd. Hij werd bij Hengelo ge vangengenomen en heeft de oorlogstijd in een krijgsgevan genenkamp doorgebracht. Na de bevrijding werd hij gerepatrieerd. MOIR JOCK MOIR, de trouwe met gezel van Pape op de vlucht in Nederland. Hij was er na het neerkomen van de Stirling het best aan toe. Zijn kameraad schap is ongetwijfeld voor Pape een stevige steun geweest om tot Leiden uit de handen der Duitsers te blijven. Nadat Moir met Pape gearres teerd was, werd hij eerst op transport gesteld naar het krijgs gevangenenkamp Stalag VI1IB. Daarna werd hij ingesloten in de kampen Luft III, Luft VI en Sta lag 357. Ten slotte werd hij be vrijd in Lübeok. Van daar keerde hij naar Engeland terug, waar hij op de nationale bevrijdings dag aankwam. dagswet, de bioscoopwet en de inen- tingswet, welke wetten hier in de Ka mer, aldus de heer Beernink als ver derfelijk, vei'foeilijk en goddeloos wor den gebrandmerkt. De heer Scheps slot zich. bij dit betoog aan. Hij raadde echter de mi nister aan om, zo hij tot benoeming van S.P.G. burgemeesters overging, deze niet te betalen met bankbiljetten van 25 gulden, al of niet ingetrokken. Na de vermelding van deze Schepsi- aanse scherts, besluiten wij met de ern stige klacht van de heer Vei-kerk (A.R.) over achterstelling van Steun Wettig Gezag bij Bescherming Bevol king. S.W.G. was volgens hem allang gereed geweest als het ondersteund was geworden door de propaganda middelen en de perscampagne voor Bescherming Bevolking. De vraag rijst of de heer Verkerk niet de betekenis van goede organisatoren enigszins in zijn betoog onderschatte. De Amerikaanse Hoge Commissie in Duitsland heeft Donderdag medege deeld, dat de V.S. plannen opstellen voor het verstrekken van gratis voed selpakketten voor Kerstmis aan twee millioen behoeftige gezinnen in West- Duitsland en West-Bellijn. Er zijn thans reeds bijna vijf millioen kilo voedsel beschikbaar. De West- du itse regering zal zich met de ver deling belasten. Men overweegt ook plannen voor het verdelen van voedsel voor een aan tal andere landen, waar „een voedsel pakket met Kerstmis bijzonder welkom zou zijn" als gevolg van de aanwezig heid van vluchtelingen of verdrevenen, het bestaan van werkloosheid of an dere vonrxen van economische nood. Gedeputeerde Staten van Gronin gen hebben aan Provinciale Staten voorgesteld een bedrag van f 250. te schenken aan het comité dat zich ten doel stelt bij de Afsluitdijk een standbeeld op te richten voor dr. ir. C. Lely, de ontwerper van het plan tot droogmaking van de Zuiderzee. Dinsdagnacht is het een Indonesi sche bende gelukt om in het Tjikam- pekse een 80 km. ten Oosten van Dja karta gelegen kampong binnen ti dringen. De bende legde totaal 150 wo ningen in de as. Bij achtervolging werden 30 bendeleden gedood. (ADVERTENTIE) Centraal Sociaal Werkgeversverbond: Wachtgeld- en kinderbijslagpremie GROTE RESERVES AANWEZIG (Van een onzer verslaggevers) De eerste ervaringen met de Wacht geld- en Werkloosheidswet kunnen niet bepaald bevredigend genoemd worden, zo lezen wij in het jaarverslag over 1952 van het Centraal Sociaal Werkgevers verbond. De uitvoeringsorganen zün herhaal delijk gedwongen met de wettelijke voorschriften de hand te lichten, wil men niet tot onredelijke beslissingen komen. Het gaat hierbij niet alleen om kinderziekten, die bij de invoering van de wet moeten worden doorgemaakt. Fundamentele fouten in de opzet zul len door wijziging van de Werkloos heidswet moeten worden gecorrigeerd. Gebleken is, dat de voor de eerste maal vastgestelde wachtgeldpremie (met uitzondering o.a. van de landbouw en het bouwbedrijf) ruime overschot ten oplevert waardoor de gekweekte resexrves (wettelijke en vrijwillige) in verschillende gevallen het veelvoud be dragen van het totaal der gedane uit keringen. Gevoeglijk kan worden aangenomen, lat voor de meeste bedrijfsverenigingen een verlaging van de wachtgeldpremie mogelijk is, zonder dat van een onvoor zichtige financiering der verzekering gesproken behoeft te worden. Op het terrein van de ziekenfonds- vex'zekering dreigen de vele proble men langzamerhand het karakter van een onontwarbare knoop aan te nemen- Het verslag 'betreurt daarom dat een nieuwe ziekenfondswet nog steeds niet in zicht is ter vervanging van het o.p zichzelf gebrekkige ziekenfondsbesluit. Na de discussie over een vooront werp van wet beraadt de regering zich nu over een herzien ontwerp. Hoe eer der een behoorlijke nieuwe wettelijke regeling van het ziekenfondswezen tot stand komt, hoe minder het gevaar ontstaat, dat het terx-ein van de zieken zorg een arena wordt waar een strijd wordt gestreden die niet. in het belang is van de volksgezondheid. Middengroepen De premie voor de Kinderbijslagwet werd verlaagd tot 5.5%, doch 1952 zal wederom een aanzienlijk overschot op leveren. De niet op de wet berustende reserves van het Kinderbijslagvereve- ningsfonds hebben een bedrag van f 100 millioen overschreden. Een ver dere verlaging van de premie zou zeker mogelijk zijn. Het verslag bestrijdt de opvatting van hen die deze hoge reserve willen handhaven in verband met in deze kring bestaande wensen tot verdere progressie van de kinderbijslag. Dgl. wensen mogen niet gefinancierd wor den uit reserves, doch moeten in de jaarlijkse premie worden gevonden. Het uitvoerige verslag wijdt o.a- ook nog aandacht aan de moeilijke positie der zgn. middengroepen. De levens standaard der beambtengezinnen is sinds 1948 verder gedaald ondanks de verlaging van de loon- en inkomsten belasting welke sedertdien plaats vond. De verbruiksbeperking welke sedert Maart 1951 voor de ai'beiders aanwezig was, doch welke spoedig minder dan bedroeg, heeft zwaarder gedrukt op de hogere beambtengroepen. Ten aanzien van de toekomstige loonpolitiek merkt het vex*slag op. dat van werkgeverszijde gestreefd wordt naar een systeem waaxbij meer dan tot dusver de verantwoordelijkheid voor de loonvorming gelegd wordt bij het oedrijfstaksgewijze overleg, maar waarbij tevens het georganiseerde be drijfsleven op centraal niveau een coördinerende taak behoudt aan de hand van algemene richtlijnen. De gedachten der werkgevers gaan niet inde richting van een geheel vrije loonvorming. Een bezwaar hiervan is immers, dat de kans bestaat op on voldoende geremde loonacties, waar door een inflationistische loon- er. prijsontwikkeling met alle ernstige ge volgen van dien wox*dt bevorderd. WIJ gingen vex*der tussen de bomen door, naar het midden van het bosje, dat zo ongeveer tweehonderd meter lang en vijftig breed was. Wij moesten hier een plek vinden waar we ons konden verstoppen. Ik ging op zoek naar stx*uikgewas, toen ik op het idee kwam, dat het toch wel stom zou zijn ons midden in het bos te verstop- pen. „Wij gaan naar de rand van het bos," zei ik tegen Jock. „De Jerries zullen als iets vanzelfsprekends het midden uitkammen en veel minder aandacht geven aan de buitenkant." Jock was het hier mee eens. Het bos stond goed vol met bx-aamstruiken en kruipplanten. Wij waren bijna klaar gekomen met de kant, waar we bin nengekomen waren, te onderzoeken, toen we een ideale plek zagen, een dicht met struiken begroeide plaats. Het waren struiken zonder dorens en ten minste vier voet hoog. Helemaal aan de buitenrand van het bos en mis schien drie voet af van het pad, dat rondom de weide daar buiten liep. We bekeken het van alle kanten. ,Dat lijkt wel goed," bromde Moir optimistisch. „Vlug.helpme wat takken en rommel te verzamelen om een paar gaten op te vullen." Ik wrikte mij midden in de struiken, zodat Moir de zaak van buitenaf goed kon inspecteren. Ik riep naar mijn makker, dat het niet mooier kon uitkomen. Een 25 cen timeter dikke laag bladeren vulde een natuurlijke schotelvormige holte in de bodem. Ik groef ex* er in en spreidde zorgvuldig bladeren uit over mijn lichaam, tot aan mijn nek. Jock ver telde ihe van zijn observatiepost daar buiten, dat het vooxdreffelijk was. Nauwelijks had ik mijn hoofd neer gelegd op het zachte kussen van bla deren, of ik sliep en acht uur lang bleef ik verzonken in de vex*getelheid van de slaap. Ik zou ongetwijfeld nog veel langer geslapen hebben, als ik niet gestoox*d was door de druk van Moir's hand op mijn mond. Hij hield die daar, totdat ik voldoende wakker was om te begx*ijpen, wat hij me toe fluisterde. „Die vuile Duitsers staan nog geen tien meter van ons af," fluisterde hij aan mijn oor. „Ze zijn al twee keer het bos door gekomen en een stelletje van die bastaards staat er nu op wacht met tommy guns." Ik durfde nauwelijks te ademen bij dit schrikwekkend nieuws en voor zichtig keerde ik me om en keek door een gaatje in de muur van het blader groen. Wat ik buiten zag was fenome naal. Twee Duitse wachten stonden letterlijk boven ons, Een van hen was een dikke zwaarlijvige man met een buitengewoon brede rug en over zijn schouder hing een smerig uitziend machinepistool. Zijn maat was kleiner en dunner, van het magere op een rat lijkende type. Op zijn geweer leunend staax'de hij over het land. De dikke Duitser spuwde eens ferm en nam toen een sigaar uit zijn tuniek- zak. Terwijl hij deze aanstak zei hij iets tegen zijn kleinere makker. „Ja, ja," was het enige antwoord van deze vent, die wel een standbeeld leek. Toen hij behoorlijk de brand in de sigaar had begon de dikkerd over een korte afstand het pad op en neer ,te lopen. Hij ging op een voetbreedte onze schuilplaats voorbij en voor het eerst in mijn leven zag ik een paar hoge laarzen op een onbehaaglijk korte afstand. De geur van de zware sigaar dx*ong onze neusgaten binnen. Jock en ik konden zelfs niet fluisteren. Bijna een uur lang waren we ge dwongen onbeweeglijk in een kramp achtige houding te blijven liggen. Zelfs een toevallig gei'itsel van blade ren moesten we vermijden. Toen kwa men plotseling de twee wachten in actie. Ze schikten hun uitrusting en door uit hun bewegingen maakten we op, dat er iets ging gebeuren. Stemmen en het stampen van voeten kondigden de nadering aan van een kleine afdeling soldaten, onder bevel van een onder officier. In de houding gaven onze twee bewakers antwoord op een reeks van vragen, door de chef van de af deling gesteld. Toen verdeelde groep zich- Drie eenheden van vier man ieder max*cheerden in vlugge pas af naar het einde van het bos. Jock mopperde: „Het lijkt er op, dat ze nog een keer gaan zoeken." En zo was het. Toen de speurders in één lijn naast elkaar begonnen voor waarts te gaan, stonden we beiden doodsangsten uit. Niet verder dan twintig meter weg openden de Duit sers het vuur in de dichte onderbe groeiing midden in het bosje. Jock lag naast mij te rillen. Het was niet meer om uit te houden. Ik had alleen maar mijn hoofd op te lichten en met mijn hand een opening te maken in de bladerwand om ze te zien. Op korte afstand hielden twee Jerries het ge weer met de bajonet er op in de hand. Zij bleken aan de buitenkant te lopen en terwijl zij voortgingen en in de struiken aan de rand van het bos om trapten, werd het geweer met bajonet als een speer in het gebladerte gestoken. „Kruip onder die bladeren. Vlug! waarschuwde ik Jock. „Je body strak blijf onbeweeglijk." De Duitsers liepen nog een aantal meters verder- Ik was aan de grens van een paniek. Mijn moed begaf mij zozeer, dat ik bijna luidkeels ging schreeuwen: „Kamerad! Kamerad!" Maar ik liet het bij een gesmoord gegrom. Dit werkte zoals het altijd gewerkt had. Ik kroop nog beter weg, schikte de bladeren weer wat anders en bleef binnensmonds ketteren. Die lui met hun bajonet waren nu bij ons bosje, maarze lieten het liggen zoals het was, het staal ritste alleen wat bladeren weg, dicht bij mijn enkel. Toen gingen ze vooi'bij, naar het er naast staande struikgewas. Duitse gx*ondigheid had hier een fractie ge faald. Jock kreunde. De zoekende Duitsex*s bewogen zich nu door het bos, hergroepeerden zich en trokken toen af. Wij bleven nog enige tijd verscholen liggen om zeker te zijn, dat geen wacht achtergelaten was. „Reken maar, dat .wij er nu wel door komen," merkte ik op, terwijl ik opkrabbelde uit onze schuilplaats. Moir grinnikte. „Maar waar moeten we nu heen?" vroeg hij, zijn kostbare rokertjes voor de dag halend. „Neem er eentjewe hebben er nog maar zes over-" (Wordt vervolgd). Proeven met ongevaarlijke verfbranders Burgemeester en wethouders, auto riteiten op het gebied van het brand weerwezen, de hoofdcommissaris en verscheidene schilderspatroorxs, woon den gistermorgen op een van de bin nenplaatsen van het stadhuis 'n demon stratie bij met een nieuwe verfbx*ander. Volgens een gemeentelijke verorde ning mag het verwijderen van verf lagen van huizen eüleen geschieden met een daartoe door B. en W. goed gekeurde brander. In deze geadviseerd door een commissie hebben B. en W. goedkeuring verleend voor het gebruik van de zogenaamde „Prentbrander", die het minst gevaarlijk zou zijn. De schilderspatroons hebben nu gevraagd om ook andere branders goed te keu ren, aangezien naar hun zeggen met de ,.Prentbx*andex*" niet zo snel kan worden gewerkt. Gistermorgen zijn daarom andere branderfabrikanten in de gelegenheid gesteld het ongevaaxTijke van hun branders te demonstreren. Er zal nu moeten worden afgewacht in welke richting de „adviescommissie voor het verwij dex*en van verflagen" een nieuwe vingerwijzing zal doen. Voorzitter K. van K. West- Friesland gaat heen Wegens interne moeilijkheden in het bestuur heeft de voorzitter van de Ka mer van Koophandel en Fabrieken voor West-Friesland te Hoorn, de heer E. J. M. Stumpel, zijn functie ter be schikking gesteld met ingang van 1 Januari a.s. (ADVERTENTIE) Moderne bestrating bedreigt Uw gezonde voeten: Welf- schöenen vormen daartegen het elegante wapenI Hun speciale zoolvorm geeft Uw voeten de natuurlijke steun; de voetboog kan niet door zakken Voor elke voet een pas sende maat: 72 leesten! om stevig in Uw schoenen te staan! Geen hcim, maar wel margarine' (Van onze Haagse redacteur) WIJ vragen van de regering dat zij ons nu eindelijk eens uit de ellende haalt, waarin wij al tientallen jaren verkeren. Wij zijn over het alge meen „versleten" mensen, die niet lang meer meegaan. Laat de regering onze laatste levensjaren op een beetje behoorlijk peil brengen", zei de vice- voorzitter van de Nederlandse Vereni ging van Mobilisatie-Invaliden 1914- 1918 en liun nabestaanden, tijdens een druk bezochte openbare vergadering, die deze vereniging in Den Haag hield. Twee Kamei'leden, de heren Kikkert (CHU) en Van Sleen (PvdA) en een vei'tegenwoordiger van het ministerie van Oorlog woonden deze vergadering, waar de noden van de mobilisatie slachtoffers en hun nabestaanden wer den uiteengezet, bij. Uit alle delen van het land waren de leden naar Den Hiaiag gekomen. „Wij dachten verleden jaar dat het in orde zou komen, maar dat is helaas niet gebeurd", aldus de vice-voorzit- ter, de heer G. Sulsters. „Op het ogen blik is het nog zo, dat de weduwe van een mobilisatie-invalide zeventien gulden en dertig cent per week ont vangt. Er zijn gevallen wtaiai-in van dit bedrag een gezin moet rondkomen. In deze gezinnen is de toestand nijpend. Voor huur, kolen, electriciteit eniz. is men al twaalf gulden kwijt. Wat blijft er dan nog over om van te leven? Nu staan we voor de huurverhoging, die voor ons gecompenseerd zal wor den met vexTaging van de prijzen van suiker, schoeisel en kolen. Maiar wat betekenen deze compensaties in gezin nen waar men nauwelijks suiker, schoeisel en kolen kan kopen?" De vergadering was het zonder uit zondering met. de spreker eens. dat de Wet Buitengewoon Militair Pensioen 1914-1918 in vele opzichten onvoldoen de is, dat de uitkeringen aan weduwen gelijkgesteld moet worden met het weduwenpensioen en dat de invalidi teit geheel voor rekening van het rijk moet komen. ..Wij vragen geen ham op ons brood, maar wel voldoende margarine", zei een van de sprekers en een andere voegde er aan toe: „Meer dan een ver zorgde oudedag begeren wij niet, daar mee zijn we dik tevreden". Ook over de trage gang van zaken bij de ambtelijke instellingen die de uitkeringen verzorgen, werd geklaagd. De beide Kamerleden zegden de aan wezigen toe dat hun fracties zich ern stig met deze noden zullen bezig hou den en al het mogelijke zullen doen om verbetering te verkrijgen. Hierop drong de vei-gadering ook aan in eea adres aan de minister van Oorlog.

Krantenbank Zeeland

Watersnood documentatie 1953 - kranten | 1953 | | pagina 2