Wageningse studentencorps gaat zijn
XVde lustrum vieren
Nieuwe toepassing van zeldzaam metaal
Als de kleuren op schilderijen
uit de Gouden Eeuw
Export van onze confectie was
vorig jaar zeer gunstig
Regeling wederopbouw
in watersnoodgebied
Studiekosten als „buitengewone last"
ALGEMEEN HANDELSBLAD VAN ZATERDAG 9 MEI 1953
n
ONDER DE LEUS DURF TE LEVEN
Reünisten komen met het befaamde corpspetje op en
Bellobelt voor hun gerijf
SLECHTS twee jaar jonger dan de Landbouwhogeschool is hel
Wageningse studentencorps, dat van 13 tot en met 20 Mei zijn
lustrum gaat vieren. Het vijftiende, welgeteld. In het stille
Wageningen van 1878, waarop het zeer gespecialiseerde apparaat
van het hoger landbouwonderwijs, met zijn vele instellingen en
laboratoria nog niet zijn stempel had gezet, die liet thans draagt,
werd de Landbouwsociëteit Ceres opgericht. Om precies te zijn:
op 20 October 1878.
Zittend op het balcon van Ceres, enige
voetstappen van de aula. van de Land
bouwhogeschool, vlak hij Hotel de
Wereld waar op 5 Mei 1945 de Duitsers
capituleerden, hebben wij geluisterd naai
de geschiedenis van het Wageningse
Studentencorps, dat op 1 Mei 1946 werd
opgenomen in de algemene senaten-
vergadering, waarin de corpora van Lei
den, Utrecht, Groningen, Amsterdam en
Delft zitting hebben. De magnolia liet
haar grote bloembladen naar beneden
sneeuwen, de kastanje .stak haar kaar
sen op de natuur'heeft zich in haar
feestgewaad getooid... wat kan Ceres
dierbaarder zijn
Tot voor kort was de voetbalvereni
ging GVC een corps vereniging: GVC,
gevormd uit de cricketclub Go Ahead en
de voetbalvereniging Victoria (Go Ahead
Victoria Combinatie) beleefde haar jaren
van grootste bloei met kansen, op het
landskampioenschap in de jaren 1908
1910. Een zekere Karei Lotsy speelde
toen in GVC. Het is nu een algemene
studenten-voetbalvereniging.
In 1910 werd de naam van de Land
bouwsociëteit Ceres gewijzigd in Wage-
nings Studentencorps. Sedert 1906 had
zij al een toneelclub gevormd, die goede
resultaten heeft bereikt, de W.S.T.V.,
die thans Ad. Hooykaas als regisseur
heeft. In 1904 was de eerste almanak
uitgekomen hij verschijnt nog altijd
in zijn groene gewaad, met elk jaar-
tegenover de titelplaat een afbeelding
van Ceres modern of antiek. Buiten
staanders denken wel eens, dat de in
houd van de almanak van bucolische
aard is, maar daar is geen sprake van.
Al doen overigens agrarische symbolen
dan nog wel eens opgeld in het Wage
ningse Studentencorps getuige bij
voorbeeld de wonderlijke koe, die strooi
biljetten en kaf wegblaast, aldus propa
ganda makend voor de lustrumfeesten.
Getuige ook het mannetje met de hark,
die als symbool van het corps overal
goede diensten bewijst: in het lustrum-
programma,, op sluitzegels, op doosjes
met lucifers.
IN 1914 werd de corpsleus „Durf te
leven" voor het eerst aangeheven
in 1920 maakte men de eerste rijjool
naar Nijmegen. In dat jaar werd ook
het eerste Ceresfeest buitengaats ge
vierd, namelijk onder reünisten in Soera-
baja. Want er bestaat een zeer sterke
band. Voor de wereldomroep hebben de
president van de senaat, de heer F. Kui
per, en de voorzitter van de reünie-
commissie, prof. dr ii* C. Coolhaas on
langs gesproken tot de reünisten „waar
ook ter wereld".
Dat „Waar ook" moet men tegen
woordig wel ruim nemen, want bij de
export van intellect nemen de Wage-
ningers een ruime plaats in. Zy, die
tropische landbouw 'studeerden kan men
tegenwoordig overal in de tropen ont
moeten en naar verhouding studeren
er méér tropische landbouw en bosbouw
dan vroeger.
Reünisten zijn er o.a. in Australië,
Canada, Brazilië, Nieuw-Zeeland, de
Kongo, Zuid-Afrika, Italië f bij de Food
and Agricultural Organisation in Rome)
in Trinidad, Brazilië, Transvaal, Indo
nesië, Tasmanië, Frans Aequa.toriaal
Afrika, Marokko, Syrië, Honkong... En
waar zij maar kans zien om elkander te
ontmoeten, zullen zij het lustrum vieren.
Bij zulk een lustrumviering van een
klein groepje Wageningers onder de
tropenzon, zal, men kan er staat op
maken, ook het petje niet ontbreken.
Dit petje is namelijk een dierbaar bezit
van het Wageningse corpslid. Uniek in
den lande. Het is een petje zonder klep
heel vroeger heeft dat er wel aan
gezeten, maar thans is er zelfs geen
rudiment meer van over. Bij de inaugu
ratie van het jong'è lid van het corps
wordt het petje gedoopt onet wijn en
dan over de sociëteitsvloer gestreken:
op deze wijze zijn het aardse en het
•hogere op passende wijze verenigd in
het petje dat nooit, neen nooit gewassen
mag worden en het stof van de jaren
verzamelt, mèt de jaarstrepen in de
kleur van de studierichting (Bosbouw
groen!) waarna tenslotte, wanneer
de wiskunde o, die Wageningse wis
kunde! geen spelbreker blijkt een
gouden band de ingenieurstitel gaat
symboliseren.
Het dopen van het petje geschiedt
door de Pa (de ouderejaars) die de
„zeun" onder zijn hoede heeft genomen.
Het petje komt bij iedere feestelijke ge
legenheid te pas en -wie uit de senaats
kamer komt met de blijde tijding, dat
hij geslaagd is, siert zich ijlings met het
corpspetje. Er is zelfs een minister, die
wèt trots is op dit hoofddekseltje: ir
C. Staf.
TOT de merkwaardigheden van het
Wageningse Studentencorps behoort
ook de contributiebetaling naar
draagkracht de hoogte van het
maandgeld bepaalt derhalve de contri
butie; er is geen aparte sociëteitscontri-
butie. Naast de afwezigheid van het
gemis spoorstudent heeft deze regeling
stellig in belangrijke mate bijgedragen
tot de afwezigheid van het nihillstendom
in Wageningen, waar nog geen 4% van
het, aantal ingeschreven studenten
dat thans na de hausse in de na-
oorlogsjaren weer even beneden de dui
zend is niet aangesloten is bij een ge
zelligheidsvereniging. En overigens: wat
zou de Wageningse student, die betrek
kelijk weinig vertier kan vinden buiten
de sociëteit, zonder gezelligheidsvereni
ging móeten doen?
De sociëteit van" Ceres is al 27 jaar in
hetzelfde gebouw gevestigd. Daarvoor
was zij op verschillende plaatsen, hui
zen, nu nog herkenbaar aan het corps-
wapen, dat in de muur is gemetseld (o.a.
in de Hoogstraat). In de oorlogsjaren
heeft de sociëteit het kwaad te verduren
gehad. Na de maatregelen tegen de
Joodse studenten heeft het corpsop
31 October 1941 zijn werkzaamheden
gestaakt, om die eerst op 18 Juni 1945
te hervatten. Heel wat moeite en heel
wat kosten zijn gespendeerd om de
sociëteit weer in haar oude doen te
brengen: dr Staf, ir J. S. Keyser, de
directeur van de Coöperatieve Centrale
Raiffeisenbank en thans wijlen de heer
S. L. Louwes hebben er o.a. veel toe bij
gedragen om Ceres te doen herrijzen.
De heer F. Siewertsz van Reesema,
directeur van de diergaarde Blij dorp,
heeft zich toen eveneens bijzonder ver
dienstelijk gemaakt en hem zal, evenals
aan prof. dr M. J. van Uven, de tweede
hoogleraar van de Landbouwhogeschool
—prof. Ritsema, Bos was, gelijk bekend,
de eerste het erelidmaatschap worden
aangeboden hij de plechtige opening- van
het XVde lustrum op 16 dezer. Prof. Van
Uven, wiskundige, die dit jaar 75 jaar
wordt, heeft zich voorliet culturele léven
va,n de Wageningse student bijzonder
verdienstelijk gemaakt.
Het Wageningse studentencorps kent
geen disputen wel gezelschappen. Die
uiteraard bij het lustrum van de partij
zullen zijn. De kegelclub draagt de naam
van „De omsmijters" en er is een weer
baarheidsvereniging, Transvaal ge
naamd, waarvan de leden Transvaalse
hoeden en lichtgele uniformen dragen.
Een groot ogenblik uit de geschiedenis
van Transvaal was, toen Prins Bern hard
op 23 October 1947 het beschermheer
schap aanvaardde.
T>IJ het lustrum zal de hechte band
tussen Wagéningse burgerij en stu
dentencorps naar voren.komen: 13,
14 en 15 Mei zijn de feestdagen speciaal
voor de burgerij, dan volgen op 16 en
17 Mei de feestelijkheden voor de reü
nisten (die hun corpspetje niet thuis
zullen laten) met tenslotte op 18, 19 en
20 Mei het feest voor de corpsleden met
hun dames. Wageningen zal in feesttooi
worden gestoken, het treintje van Ede
naar Wageningen, Bello, de oude ge
trouwe, zal weer rijden, en voor de
hospites van de studenten organiseert
men een ploertenjool. Er zal kermis zijn
in Wageningen, brandweercorpsen hou
den er een kringwedstrijd, in het Insti
tuut voor Bosbouwkundig onderzoek is
een modeshow, er zijn officiële diners,
lunches en ontvangsten, in de aula van
de hogeschool wordt het lustrum Zater
dagmiddag 16 Mei officieel geopend en
die dag zullen de lustrumwedstrijden van
Argo beginnen, die Zondag worden
voortgezet. Tot nu toe had Argo (dat
over de jongste Varsity zeer tevreden
was) alleen stromend water tot zijn be
schikking. Dat is anders geworden nu
het Betuwe-vak van het Amsterdam-
Rijnkanaal grote mogelijkheden opent,
waarover men zich te Tiel terecht ver
heugt.
Zondag 17 Mei voetbalt oud-GVC
tegen jong-GVC, Maandag voert men
het lustrumspel „Ik ben de vrije mens"
naar het scenario van ir D. j". Maltha
WISKUNDE IN
WAGENINGEN
^NDERS dan menig aankomend
student in Wageningen bedenkt,
vergt de studie aan de Landbouw
hogeschool een tamelijk goed ontwik
kelde wiskundeknobbel. Het Wage
ningse studentencorps houdt daar
dan ook terdege rekening meeTot
de „mos" behoort, dat mem in de
sociëteit recht heeft om op n—1
stoelen te zittenwaarbij n het aantal
jaren aangeeft. Een derdejaarstudent
mag derhalve op twee stoelen zitten,
een vijfdejaars kan een stapel van
vier setels „be-sïtten". De construc
tie van de stoelen is zodanig dat de
berekening van n—1 metterdaad kan
gloorden uitgevoerd!i
in de Junushoff op onder regie van Ad.
Hooykaas. Dinsdag is de buitendag op
het landgoed Hoekelum bij Bennekom,
waarbij o.a. het Amsterdamse politie
corps zich van zijn beste hippische zijde
zal laten zien. Des avonds concerteert
het Gelders orkest onder leiding van
Jan Out in Junushoff, waarbij Herman
Krabbers solistische medewerking ver
leent. Er is, bij de subcommissies, niet
voor niets een jazzcommissie, want op
de laatste dag van het feest is er niet
alleen een ba.l-masqué, waartoe Ceres in
een Bois de Boulogne wordt herschapen,
maar ook een jazz-festival. En wilt ge
nog een voorbeeld hoezeer de landbouw
studie 's mensen taal beïnvloedt? Hoofd
prijs van het bal-masqué is een fles.
karnemelk, waarmee bij wijze van een
gezellig agrarisch euphemisme de drank
der vorsten en de vorst der dranken,
champagne, wordt bedoeld.
H
'ET ls al meer dan
anderhalve eeuw gele
den, dat het merk
waardige metaal zirkoon
werd ontdekt. De chemicus
Berzellus heeft het vervol
gens omstreeks 1825 weten
te bereiden. In het algemeen
heeft men er weinig aan
dacht aan geschonken, om
dat de aanwezige hoeveel
heden slechts gering waren,
ondanks de grote verbrei
ding van zirkoon-verbindin
gen. Pas veel later heeft
inen het in zuivere staat
gebracht en wel In zodanige
vorm, dat het als metaal
bruikbaar werd. Het is weer
een van die stoffen,- die
plotseling op de voorgrond
zijn gekomen tengevolge
van de bijzondere eisen, die
het gebruik van atoomener
gie aan tal van machines
stelt.
Zirkoon is in slldkaat (of
andere verbindingen) een
bestanddeel van monaziet-
zand. Dit zand treft men
vooral in Travancore
(India), Brazilië en. Austra
lië aan. Het bevat ontelbare
„zeldzame metalen", die in
later tijd beter bekend wer
den,. doordat men schel-
dingsmethoden leerde ken
nen, die men pas tegenwoor
dig met grotere hoeveelhe
den kan toepassen.
De bereiding- is zeer duur.
Men rekent dat zij wel 90
per kg. moet kosten; dit
ligt dicht bij de zilverprijs.
De belangrijkste eigenschap,
waardoor er thans grote
vraag naar ontstaat, ls het
feit, dat metallisch dicht
zirkoon (er bestaat ook een
sponsachtige -soort, die ge
makkelijk zuurstof opneemt
en ontbrandt) slechts-een
toont ook nog de belang
rijke eigenschap bestand te
zijn tegen zuren, logen, zee
water, enz. en pas bij
1830 gr. C. te smelten. Het
ls soortelijk wat lichter dan
ijzer, maar sterk en gemak
kelijk bewerkbaar, wanneer
men bij hoge'temperaturen
zuurstof uitsluit.
TECHNISCHE SNUFJES
DIT leidde tot belangstel
ling voor dit metaal
voor de constructie van
machines, die de atomaire
energie van uranium 235 e.d
moeten omzetten in nuttig
bruikbare vormen. Men
construeert nu een. nucleaire
reactor voor een Ameri
kaanse onderzeeër, die met
atomaire energie zal worden
gedreven. Ook bij deze
machine worden neutronen
gebruikt 'om het uranium
te doen uiteenvallen. Men
zocht naar een metaal, dat
geen neutronen adsorbeert
en ze dus niet voor het
hoofddoel verloren laat
gaan. Het dicht gehamerde
en gewalste zirkoon ver-
Tot nu toe werden jaar
lijks ongeveer 40.000 kg.
bereid, daar men dit metaal
ook gebruikt In enkele
electronenbuizen. Hiervoor
zijn telkens maar geringe
hoeveelheden nodig, zodat de
hoge prijs dit gebruik niet
in de weg stond. Voor de
nieuwe uranlummachine zijn
echter zo grote hoeveelhe
den nodig, dat men zelfs
stukken tot 225 kg. moet
verwerken.
VRAAGT men, waarom
metallisch, zirkoon zo
duur ls, dan kan het
volgende misschien tot ver
klaring strekken: Een der
bereidingswijzen bestaat uit
het separeren van zlrkoon-
silikaat uit monazletzand.
Het zand wordt goed ge
mengd met koolstof en ver
hit, onder het doorleiden
van een stroom chloor, zo
dat een onzuiver zirkoon-
chloride wordt verkregen.
Dit wordt volgens een
methode, die men strikt
geheim houdt, overgevoerd
tot zirkoon-oxyde. Dit wordt
gemengd met zwartsel
carbonblack)tot briketten
geperst en dan opnieuw met
chloor behandeld, waardoor
men zuiver zirkoonchloride
verkrijgt. Deze behandeling
vindt ook bij hoge tempera
tuur plaats. Het zuivere
zirkoonchloride wordt met
fijn gepoederd magnesium-
metaal verhit, waardoor
men metallisch poreus zir
koon en magneslumchlorlde
verkrijgt.
Het poreuze metaal wordt
omgeven met een zuurstof-
vrij gas, dat geen verbin
ding met het metaal aan
gaat. Het wordt daarna bij
hoge temperatuur geha
merd, zodat een dicht en
goed handelbaar metaal ont
staat, dat verder mecha
nisch tot de juiste vorm
wordt gebracht.
Elke stap, die men moet
doen, vereist veel werk en
brengt hoge kosten mede.
Ten slotte verkrijgt men
ongeveer het 200ste deel
van de verwerkte .hoeveel
heid geconcentreerd erts als
metaal.
Mr HELB GEZANT TE
BELGRADO
Binnenkort is de benoeming te ver
wachten tot Nederlands gezant te Bel
grado van mr H. A. Helb, thans ambas
saderaad te Bonn. Onze tegenwoordige
gezant in Belgrado, ir C. W. Dozy, zal
de dienst met pensieon verlaten.
Mr Helb zal te Bonn worden opgevolgd
door de heer'C. Vreede, thans ambassa
deraad te Washington.
Achter het stuur in slaap
gevallen
(Van onze correspondent)
Zutphe n, 19 Mei
De rechtbank te Zutphen heeft de
chauffeur uit Bameveld, die op 13 No
vember achter het stuur van zyn vracht
auto in slaap is gevallen, waardoor zijn
wagen te Ugchelen bij Apeldoorn een
autobus met A.K.U.-arbeiders aanreed,
van wie er twee onmiddellijk en een
derde later overleed, veroordeeld tot zes
maanden gevangenisstraf, waarvan twee
maanden voorwaardelijk en ontzegging
van de bevoegdheid motorrijtuigen te
besturen voor de tijd van vijf jaar.
De werkgever van de chauffeur is al
eerder veroordeeld.
De 24-jarige motorrijder M. v. d.
Lovernbos uit Helmond is gistermid
dag onder Best bij het passeren van
een auto met zijn motor uit de bocht
gevlogen. In ernstige toestand werd
hij naar het ziekenhuis te Eindhoven
overgebracht, waar hij kort na aan
komst is overleden.
RUIM ACHT TON UIT
ENGELAND
Voor slachtoffers van de
watersnood
Het comité voor de slachtoffers van
de Nederlandse watersnoodramp
te Londen, onder voorzitterschap van de
Nederlandse ambassadeur mr. D. U.
Stikker, heeft gisteren bekendgemaakt,
dat 80.082 Pond ontvangen is van
particulieren in Groot-Brittannië, terwijl
op een bankrekening in Nederland nog
34.665 gulden is gestort.
Honderd en elf millioen
in Rampenfonds
Sinds Donderdag is bij het Nationale
Rampenfonds eèn bedrag van tweehon
derd duizend gulden ontvangen. Het to
taal is daarmee gestegen tot 111,1 mil
lioen gulden.
Vergoeding waterschade
aan motorrijtuigen
Namens de minister van Financiën
heeft de directeur van het bureau fi
nancieringen en coördinatie oorlogsscha
de medegedeeld, dat voor zoveel mogelijk
het opnemen van een bepaling ter voor
ziening in de kosten, die ter voorkoming
van verdere schade, in het bijzonder aan
motorrijtuigen e.d. zijn gemaakt, in de te
venvachten wettelijke regeling zal wor
den bevorderd.
Op de jaarlijkse Landdag
van de Rotary-beweging,
welke gisteren en heden
in het Kurhaus te Sche-
veningen is gehouden,
heeft minister-president
Drees het woord ge
voerd. H\j wees in zijn
rede op de wezenlijke be.
tekenis van Rotary voor
de samenleving en op
het nut van de gedachte
der dienstbaarheid., wel
ke tot de doelstellingen
van. Rotary behoort.
Op de foto ziet men
dr Drees staan voor het
monumentale Rotary-rad
dat de wereldomvatten
de werkzaamheid van
Rotary symboliseert. Aan
de bestuurstafel zitten
van links naar rechts:
dr A. D. Voüte, gouver
neur van het 67e District
Nederland, Arthur Mor
timer, vertegenwoordi ger
van de president van
Rotary International, de
heer W. de Cock. Burning,
voorzitter van de Land
dagcommissie
Bevordering export
De minister van Economische Zaken
heeft ingesteld een interdepartementale
commissie voor de exportpolitiek.
Deze commissie zal dé minister
adviseren omtrent maatregelen, die van
overheidswege kunnen worden genomen
om de export te bevorderen. Voorzitter
der commissie is mr S. Th. J. Teppema,
directeur-generaal voor de buitenlandse
economische betrekkingen.
(Ingez. med.-advertentie)
IN AUGUSTUS:
Proefvordering van
motorrijtuigen
De minister van Oorlog en Marine en
de minister van Binnenlandse Zaken
hebben de Tweede Kamer hun Memorie
van Antwoord doen toekomen over het
ontwerp voor de Inkwartieringswet.
Uit deze memorie blijkt, dat het ter
voorbereiding van de mobilisatie-oefe
ning, welke in de loop van Augustus
van dit jaar zal worden gehouden, wen
selijk is, dat de bepalingen van het ont-
werp-Inkwartieringswet bij wijze van
oefening kunnen worden toegepast.
Vooral ïs het van zeer groot belang
een proefvordering van motorrijtuigen
te houden. Daarom is het noodzakelijk
gebleken een bepaling in het wetsont
werp op te nemen, die toepassing van
de wet ook bij een proefmobilisatie mo
gelijk maakt.
VANAVOND EXTRA
T.V.-UITZENDING
(Van onze radio-redacteur)
De N.T.S. zal heden (Zaterdag) avond
in een extra televisie-uitzending een
uitvoerige filmreportage geven van het
koninklijk bezoek aan Noorwegen.
Ingez. med.-advertentie)
Modefinfen voor komende winter:
(Van onze mode-redactrice)
QMTRENT de richtlijnen
voor de najaars- en
wmtermode 1953/5Jf, zoals
deze op de grote show van
de Amsterdam Fashion
Week zal worden geïntrodu
ceerd werd op de pers
conferentie het
Veel mantels hebben het
niet zeer wijdeswagger
model, zij Zijn veelal hoog
gesloten met één enkele
knoop, bezitten in het ge
heel geen of juist een grote,
ronde kraag welke vrij ver
van de hals afstaat, smalle
schouders en raglan of ki
mono mouwen. De z.g. cape-
lijn mantels vertonen een
naad. midden op de rug, ter.
w\jl in deze modellen de
zijnaden schitteren door af
wezigheid.
Ook zullen op de show
geklede, gedetailleerde ont
werpen worden getoond,
waarin de ruimte van de
rok naar achteren is ver
werkt.
De tailleurs, die ook des
winters hoe langer hoe
m.eer worden gedragen, ne
men in de collecties een
ruime plaats in; het meren
deel der modéllen is getail
leerd met broderie.effecten
op manchetten en zakken,
doch ook de mantelpakken
met los jasje op kokerrok
ken blijven gehandhaafd.
Over de japonnen, welke
de buitenlandse inkopers op
de show te zien zullen krij
gen, was nog zeer weinig
positiefs bekend. Wel kon
worden bericht, dat de ge
klede middagtoiletten een
ronde, afstaande kraag
langs het (lage) décolleté
vertonen en dat het accent
zal liggen aan de rugzijde
van de ontwerpen, waarvan
de rokken dikwijls met losse
slippen of plissé's zijn ge
garneerd.
Wat de stoffen aangaat
veel zibelines met verschil
lende poollengte waarin
haren van dieren of kunst
matige weefsels zijn ver
werkt, tweed-achtige mate
rialen en lakenachtige zibe
lines met „ondulé karakter
voor mantels en tailleurs.
De kleuren voor van de
winter zijn rustig en gedekt
van aard. Zij doen, zo ver
zekerde men ons, denken
aan de tinten van de schil
derijen van de Hollandse
oneesters in de Gouden
Eeuw.
Twaalfde Fashianweek op komst
De helft ging naar
Belg
te
(Van een onzer verslaggevers)
HET „exportpalet" van de Nederlandse
confectie-industrie is er gedurende
1952 beter gaan uitzien. België.
Luxemburg en West-Duïtsland zijn als
afzetgebied yan zeer groot belang ge
weest. In elke maand was de export van
confectie groter dan de import, wel een
groot verschil met 1951, toen vooral in
de eerste helft de import groter was.
Het dekkingspercentage over 1952 be
draagt dam ook niet minder dan 186%,
tegen 97% zowel in '51 als in '50, 112%
in 1949, 77% -in 1948, 27%% m 1946 en
21% in 1938. De totale export had een
waarde van 75.909.000, terwijl deze in
'51 belopen had 65.587.000, in '50
74.158.000 en in '49 38.074.000. De
voornaamste bestanddelen van deze
export zijn de heren- en jongensboven-
Iïleding en de dames- en meisjesboven-
kleding, die in 1953 bedroegen -resp.
22.061.000 en 41.300.000; dit laatste
bedrag' bestond voor 35.283.000 uit
mantels, mantelcostuurns en japonnen.
Ongeveer de helft van wat wij aan
kleding importeerden kwam uit België
en ook ongeveer de helft van wat wij
exporteerden ging naar België. De afzet
in België bergt echter nog grote moge
lijkheden. Zwitserland is een der weinige
landen, waarheen de export niet aan
banden is gelegd; die heeft echter tot
gevolg, dat dan ook de confectie-
industrie van de gehele wereld er ver
tegenwoordigd is en de concurrentie
groot is. De afzet van Nederland stijgt
niettemin voortdurend, al gaat het,
wat Zwitserland betreft, niet om vele
milljoenen.
De export maar Indonesië kreeg een
klap; tegenover een bedrag van ruim
5 millioen in '51 stond een bedrag van
1 millioen in '52. Indonesië heeft blijk
baar elders zijn invoermarkten gezocht
en ook gevonden. Dat export een zaak is
zowel van verdedigen als van veroveren,
bewijst het feit, dat de Nederlandse con
fectie-industrie haar positie op vele
markten wist te verstevigen en zelfs
nieuwe markten voor zich geopend te
r^en, zo- -J'-azilië.
Het is zeker dat het Nederlandse pro
duct in Frankrijk mogelijkheden heeft,
maar dit land biedt grote moeilijkheden.
Het gaf het eerst de liberalisatie op om
terug te keren tot het stelsel van contin-
gentering, daarbij nog wel uitgaande
van een basisjaar, dat voor de Neder
landse confectie-industrie niet erg gun
stig was geweest. Over het lopende jaar
wordt het contingent zelfs nog kleiner.
In onze export naar Zweden stijgt de
groep van wat by ons „sportieve heren
kleding" heet en bij Zweden „vryetijds-
kleding" geleidelijk. De Zweedse .man is
gevoeliger voor de mode dan de Neder-*
landse man, en de mankt is dus moeüyk
te bewerken, maar door de koopkrach
tigheid van het publiek toch zeer de
aandacht waard. West-Duitsland stond
bij de export in '52 op de twede plaats,
en wel met een cijfer van 19.548.000.
Of deze export door de liberalisatie zal
stijgen, valt nog :te bezien.
Merkwaardig is het cijfer van de
export naar de V.S., ml. 2.376.000.
Enige jaren geleden nog ving de Neder
landse exporteur van confectie bot bij
zijn pogingen zich daar een markt te
verkrijgen; op het ogenblik kan men an
zeker 200 steden bij grote en eerste
rangsdetaillisten Nederlandse dames
mantels krijgen.
Dit zijn dan zo enkele mededelingen,
die de betekenis onderstrepen van de
„Fashionweeks", die Amsterdam nu al
sinds jaren kent. De twaalfde is op
komst, zij wordt gehouden van 15 tot
22 Mei a.s.
Wetsontwerp ingediend
Bij de Tweede Kamer ls ingediend
een wetsontwerp tot regeling van de
wederopbouw van het watersnoodgebied.
In de memorie van toelichting zegt
minister Witte o.a., dat te verwachten
is, dat sommige gemeenten in het
watersnoodgebied de behoefte zullen
gevoelen aan een wederopbouwplan, dat
het mogelijk maakt om aan de weder
opbouw van een verwoeste plaats de
noodzakelijke stedebouwkundige leiding
te geven. De hiervoor nodige bevoegd
heden kunnen op de eenvoudigste wijze
in het leven worden geroepen door een
aanvulling van artikel 1, eerste lid, van
de Wederopbouiwwet.
Deze bevoegdheden zullen overigens
met voorzlchttg'heid moeten worden aan
gewend. W11 de herbouw niet stagneren,
dan dienen slechts wederopbouwplannen
te worden vastgesteld voor zover zulks
Inderdaad noodzakelijk ls om een stede-
bouwkundig verantwoorde wederopbouw
te waarborgen.
De minister meent er op te mogen
vertrouwen, dat de gemeentebesturen
en de overige bij de totstandkoming
van de plannen betrokken organen de
nodige voortvarendheid zullen betrach
ten.
In sommige gevallen zal het voor een
snelle wederopbouw noodzakelijk zijn
op beperkte schaal tot onteigening over
Blijkens twee recente arresten stelt de Hoge Raad,
zich bij de beoordeling op een ruim standpunt
(Van onze belastingmedewerker)
DE Hoge Raad heeft in twee recente
arresten, nl. die van 11 en 18 Fe
bruari 1953 een aanzienlijke uit
breiding gegeven aan het begrip „bui
tengewone last" en is daarmee min of
meer op zijn vroegere standpunt terug
gekomen. Deze arresten zijn dermate
belangrijk, dat wij ze in het kort willen
bespreken,
Het eerste geval betrof een belasting
plichtige wiens 29-jarige dochter een
academische studie volgde. Zij was toen
al in het bezit van het diploma van
apothekersassistente en medisch ana-
lyste en was in de practijk als zodanig
werkzaam geweest. De betrekking had
zij echter om gezondheidsredenen moe
ten opgeven. Uit de stukken blijkt ver
der, dat zij in de jaren 1942/43 een
talenstudie had gevolgd. Hieruit conclu
deerde de Inspecteur, dat zij in haar
eigen onderhoud kon voorzien en dat er
geen redelijke gronden aanwezig waren,
om van deze mogelijkheden geen ge
bruik te maken.
De dochter studeerde nl. in 1948 voor
rekening van haar vader, die niet alleen
in haar levensonderhoud voorzag, maar
ook haar studie bekostigde, waaraan hij
ruim 2500 ten koste had gelegd. Hier
voor verzocht hij aftrek wegens een
buitengewone last.
De Raad van Beroep stelde de belas
tingplichtige in het gelijk, omdat er ge
zien de lichamelijke en geestelijke fac
toren, die reclamants dochter verhinder
den, als apothekersassistente en me
disch analyste in haar levensonderhoud
te voorzien, een gerede aanleiding was,
een verwante studierichting; te volgen.
De minister stelde in cassatie, dat de
Raad van Beroep dan toch in ieder ge
val de studiekosten bulten be
schouwing- had moeten laten, aangezien
deze toch stellen n i e t als buitengewone
lasten konden worden beschouwd.
Niet aldus de Hoge Raad. In zijn be
slissing lezen wij, da.t de woorden „voor
ziening in het levensonderhoud" voor
komende in art. 51 I.B. (waarin de bui
tengewone lasten worden behandeld)
niet betekenen „opheffing van nood
druft", maar dat veeleer acht moet wor
den geslagen, niet alleen op zyn eerste
levensbehoeften maar ook op wat rede
lijkerwijs nodig is om hem in staat te
stellen door onderwijs en studie te ge
raken tfct een passende plaats in de
samenleving.
N'
'OG verder ging het arrest van
18 Februari 1953. Was in het
bovenstaande nog sprake van
iemand, die door psychische en/of phy-
sieke omstandigheden niet in staat was
de aanvankelijk gekozen richting te vol
gen, in het thans te bespreken geval
was daarvan geen sprake. Ook hier had
de belastingplichtige een voor predi
kant studerende zoon. Deze was
echter reeds afgestudeerd als meester wij deze belisslngen toe.
in de rechten en had al een hem passen
de betrekking gehad.
De Raad van Beroep was van oordeel,
dat de zoon zich op eigen verzoek had
laten ontslaan en daarmede een be
staande bron van inkomsten had prijs
gegeven, hetgeen niet tengevolge kon
hebben, dat hierdoor voor de vader een
buitengewone last zou ontstaan. De
Raad voegde hier aan toe, dat hiermede
niet was gezegd dat er voor de zoon
geen redelijke gronden I.e. het volgen
van zijn roeping aanwezig zijn ge
weest om te handelen zoals hy had ge
daan.
De Raad van Bëroep was echter van
mening, dat nu de zoon bewezen had,
in staat te zijn voor zijn eigen levens
onderhoud te zorgen, geen termen aan
wezig waren om, nu de vader die zorg
had overgenomen, hem een aftrek
wegens buitengewone last toe te staan.
De Hoge Raad besliste echter, dat het
prijsgeven van de dienstbetrekking om
zyn roeping predikant te worden, te
volgen als een voldoende redelijke grond
moest worden beschouwd en stelde de
buitengewone last op het bedrag, dat de
vader terzake van de nieuwe studie had
uitgegeven.
In het algemeen zullen bijdragen aan
meerderjarige kinderen als buitenge
wone lasten worden beschouwd indien
die kinderen, hetzij niet m staat zijn,
hetzij redelijke grónden hebben, om niet
in hun eigen onderhoud te voorzien.
Naar uit beide bovenstaande arresten
blijkt, wordt dit laatste door het hoogste
rechtscollege vrij gauw aangenomen. Dit
standpunt zal van grote sociale beteke
nis zijn. Om meer dan één reden juichen
te gaan. Bevoegdheid tot onteigening
van de ondergrond van. totaal verwoeste
opstallen kan daartoe niet worden ge
mist. In het wetsontwerp wordt daar
om voorgesteld deze bevoegdheid ln het
leven te roepen door aanvulling van de
W ederopbou wwe t
In een aantal gevallen zal schatte
zijn toegebracht aan onvolwaardige
woningen die, wawre de ramp niet ge
schied, binnen enkele jaren voor amove-
rlng in aanmerking zouden zijn gekomen.
Is de schade zwaar, dan zal doorgaans
herstel krachtens de op de Woningwet
berustende plaatselijke verordeningen
niet geoorloofd zijn. Herstel van lichte
schade zou echter op grond van de gel
dende bepalingen niet kunnen worden
tegengegaan. Aangezien het niet ver
antwoord moet worden geacht, dat over
heidsgeld zou worden besteed voor dit
herstel, dat de levensduur van die bouw
sels zou verlengen en de definitieve
sanering zou bemoeilijken, wordt voor
gesteld de mogelijkheid te openen ln die
gevallen tot onteigening over te gaan.
Als complement van deze bepaling
stelt de minister zich voor op grond vau
het Woningbesluit aan de gemeenten een.
tegemoetkoming te verlenen in de on
gedekte kosten van deze saneringen.
Mr Roolvink bedankt als
Tweede-Kamerlid
Mr Roolvink heeft aan het party-
bestuur van de K.V.P. medegedeeld dat
hij als gevolg van het besluit van de
partijraad, ontslag neemt als lid van de
Tweede Kamer. Hij voegt er aan toe,
•daarmede niets te kort te willen doen
aan de opvatting, dat de genomen be
slissing geen steun vindt in het regle
ment, welke opvatting volgens mr Rool
vink ook door een aantal leden in de
vergadering van de partijraad is ver
dedigd. „Het reglement is democra
tischer, dan de partijraad in meerderheid
heeft gedacht", aldus mr Roolvink.
Voor benoeming tot lid der Tweede
Kamer in de vacature, ontstaan doordat
mr Roolvink dit besluit heeft genomen,
komt in aanmerking pater prof. 'L. J.
C, Beaufort, die zitting heeft in de
Eerste Kamer. Naar ons wordt mede
gedeeld. zal deze een benoeming niet
aanvaarden. Vervolgens komt dan voor
benoeming in aanmerIcing mej. dr J. C.
H. H. de Vink te Utrecht.
Canadees aluminiumfonds
naar de beurs
Ter beurze van Amsterdam zullen van
Dinsdag 19 Mei af worden verhandeld
certificaten van vijf gewone aandelen
zonder nominale waarde van Aluminium
Limited te Montreal in Canada, een der
grootste producenten van ruwe alumi
nium, die een minderheidsbelang heeft
•in de N.V. Nederlandsche Aluminium
Maatschappij by Utrecht. De introductie
geschiedt door de Nederlandsche Han-
del-Maatschappij.
Het ligt in de bedoeling, dat het
concertgebouworkest binnenkort onder
leiding van Eduard van Beinum op
nemingen za.1 maken van Willem Pyper's
werde symphonie en eventueel ook van
Diepenbrocks Elektra-muziek.