Wageningse studentencorps gaat zijn XVde lustrum vieren Nieuwe toepassing van zeldzaam metaal Als de kleuren op schilderijen uit de Gouden Eeuw Export van onze confectie was vorig jaar zeer gunstig Regeling wederopbouw in watersnoodgebied Studiekosten als „buitengewone last" ALGEMEEN HANDELSBLAD VAN ZATERDAG 9 MEI 1953 n ONDER DE LEUS DURF TE LEVEN Reünisten komen met het befaamde corpspetje op en Bellobelt voor hun gerijf SLECHTS twee jaar jonger dan de Landbouwhogeschool is hel Wageningse studentencorps, dat van 13 tot en met 20 Mei zijn lustrum gaat vieren. Het vijftiende, welgeteld. In het stille Wageningen van 1878, waarop het zeer gespecialiseerde apparaat van het hoger landbouwonderwijs, met zijn vele instellingen en laboratoria nog niet zijn stempel had gezet, die liet thans draagt, werd de Landbouwsociëteit Ceres opgericht. Om precies te zijn: op 20 October 1878. Zittend op het balcon van Ceres, enige voetstappen van de aula. van de Land bouwhogeschool, vlak hij Hotel de Wereld waar op 5 Mei 1945 de Duitsers capituleerden, hebben wij geluisterd naai de geschiedenis van het Wageningse Studentencorps, dat op 1 Mei 1946 werd opgenomen in de algemene senaten- vergadering, waarin de corpora van Lei den, Utrecht, Groningen, Amsterdam en Delft zitting hebben. De magnolia liet haar grote bloembladen naar beneden sneeuwen, de kastanje .stak haar kaar sen op de natuur'heeft zich in haar feestgewaad getooid... wat kan Ceres dierbaarder zijn Tot voor kort was de voetbalvereni ging GVC een corps vereniging: GVC, gevormd uit de cricketclub Go Ahead en de voetbalvereniging Victoria (Go Ahead Victoria Combinatie) beleefde haar jaren van grootste bloei met kansen, op het landskampioenschap in de jaren 1908 1910. Een zekere Karei Lotsy speelde toen in GVC. Het is nu een algemene studenten-voetbalvereniging. In 1910 werd de naam van de Land bouwsociëteit Ceres gewijzigd in Wage- nings Studentencorps. Sedert 1906 had zij al een toneelclub gevormd, die goede resultaten heeft bereikt, de W.S.T.V., die thans Ad. Hooykaas als regisseur heeft. In 1904 was de eerste almanak uitgekomen hij verschijnt nog altijd in zijn groene gewaad, met elk jaar- tegenover de titelplaat een afbeelding van Ceres modern of antiek. Buiten staanders denken wel eens, dat de in houd van de almanak van bucolische aard is, maar daar is geen sprake van. Al doen overigens agrarische symbolen dan nog wel eens opgeld in het Wage ningse Studentencorps getuige bij voorbeeld de wonderlijke koe, die strooi biljetten en kaf wegblaast, aldus propa ganda makend voor de lustrumfeesten. Getuige ook het mannetje met de hark, die als symbool van het corps overal goede diensten bewijst: in het lustrum- programma,, op sluitzegels, op doosjes met lucifers. IN 1914 werd de corpsleus „Durf te leven" voor het eerst aangeheven in 1920 maakte men de eerste rijjool naar Nijmegen. In dat jaar werd ook het eerste Ceresfeest buitengaats ge vierd, namelijk onder reünisten in Soera- baja. Want er bestaat een zeer sterke band. Voor de wereldomroep hebben de president van de senaat, de heer F. Kui per, en de voorzitter van de reünie- commissie, prof. dr ii* C. Coolhaas on langs gesproken tot de reünisten „waar ook ter wereld". Dat „Waar ook" moet men tegen woordig wel ruim nemen, want bij de export van intellect nemen de Wage- ningers een ruime plaats in. Zy, die tropische landbouw 'studeerden kan men tegenwoordig overal in de tropen ont moeten en naar verhouding studeren er méér tropische landbouw en bosbouw dan vroeger. Reünisten zijn er o.a. in Australië, Canada, Brazilië, Nieuw-Zeeland, de Kongo, Zuid-Afrika, Italië f bij de Food and Agricultural Organisation in Rome) in Trinidad, Brazilië, Transvaal, Indo nesië, Tasmanië, Frans Aequa.toriaal Afrika, Marokko, Syrië, Honkong... En waar zij maar kans zien om elkander te ontmoeten, zullen zij het lustrum vieren. Bij zulk een lustrumviering van een klein groepje Wageningers onder de tropenzon, zal, men kan er staat op maken, ook het petje niet ontbreken. Dit petje is namelijk een dierbaar bezit van het Wageningse corpslid. Uniek in den lande. Het is een petje zonder klep heel vroeger heeft dat er wel aan gezeten, maar thans is er zelfs geen rudiment meer van over. Bij de inaugu ratie van het jong'è lid van het corps wordt het petje gedoopt onet wijn en dan over de sociëteitsvloer gestreken: op deze wijze zijn het aardse en het •hogere op passende wijze verenigd in het petje dat nooit, neen nooit gewassen mag worden en het stof van de jaren verzamelt, mèt de jaarstrepen in de kleur van de studierichting (Bosbouw groen!) waarna tenslotte, wanneer de wiskunde o, die Wageningse wis kunde! geen spelbreker blijkt een gouden band de ingenieurstitel gaat symboliseren. Het dopen van het petje geschiedt door de Pa (de ouderejaars) die de „zeun" onder zijn hoede heeft genomen. Het petje komt bij iedere feestelijke ge legenheid te pas en -wie uit de senaats kamer komt met de blijde tijding, dat hij geslaagd is, siert zich ijlings met het corpspetje. Er is zelfs een minister, die wèt trots is op dit hoofddekseltje: ir C. Staf. TOT de merkwaardigheden van het Wageningse Studentencorps behoort ook de contributiebetaling naar draagkracht de hoogte van het maandgeld bepaalt derhalve de contri butie; er is geen aparte sociëteitscontri- butie. Naast de afwezigheid van het gemis spoorstudent heeft deze regeling stellig in belangrijke mate bijgedragen tot de afwezigheid van het nihillstendom in Wageningen, waar nog geen 4% van het, aantal ingeschreven studenten dat thans na de hausse in de na- oorlogsjaren weer even beneden de dui zend is niet aangesloten is bij een ge zelligheidsvereniging. En overigens: wat zou de Wageningse student, die betrek kelijk weinig vertier kan vinden buiten de sociëteit, zonder gezelligheidsvereni ging móeten doen? De sociëteit van" Ceres is al 27 jaar in hetzelfde gebouw gevestigd. Daarvoor was zij op verschillende plaatsen, hui zen, nu nog herkenbaar aan het corps- wapen, dat in de muur is gemetseld (o.a. in de Hoogstraat). In de oorlogsjaren heeft de sociëteit het kwaad te verduren gehad. Na de maatregelen tegen de Joodse studenten heeft het corpsop 31 October 1941 zijn werkzaamheden gestaakt, om die eerst op 18 Juni 1945 te hervatten. Heel wat moeite en heel wat kosten zijn gespendeerd om de sociëteit weer in haar oude doen te brengen: dr Staf, ir J. S. Keyser, de directeur van de Coöperatieve Centrale Raiffeisenbank en thans wijlen de heer S. L. Louwes hebben er o.a. veel toe bij gedragen om Ceres te doen herrijzen. De heer F. Siewertsz van Reesema, directeur van de diergaarde Blij dorp, heeft zich toen eveneens bijzonder ver dienstelijk gemaakt en hem zal, evenals aan prof. dr M. J. van Uven, de tweede hoogleraar van de Landbouwhogeschool —prof. Ritsema, Bos was, gelijk bekend, de eerste het erelidmaatschap worden aangeboden hij de plechtige opening- van het XVde lustrum op 16 dezer. Prof. Van Uven, wiskundige, die dit jaar 75 jaar wordt, heeft zich voorliet culturele léven va,n de Wageningse student bijzonder verdienstelijk gemaakt. Het Wageningse studentencorps kent geen disputen wel gezelschappen. Die uiteraard bij het lustrum van de partij zullen zijn. De kegelclub draagt de naam van „De omsmijters" en er is een weer baarheidsvereniging, Transvaal ge naamd, waarvan de leden Transvaalse hoeden en lichtgele uniformen dragen. Een groot ogenblik uit de geschiedenis van Transvaal was, toen Prins Bern hard op 23 October 1947 het beschermheer schap aanvaardde. T>IJ het lustrum zal de hechte band tussen Wagéningse burgerij en stu dentencorps naar voren.komen: 13, 14 en 15 Mei zijn de feestdagen speciaal voor de burgerij, dan volgen op 16 en 17 Mei de feestelijkheden voor de reü nisten (die hun corpspetje niet thuis zullen laten) met tenslotte op 18, 19 en 20 Mei het feest voor de corpsleden met hun dames. Wageningen zal in feesttooi worden gestoken, het treintje van Ede naar Wageningen, Bello, de oude ge trouwe, zal weer rijden, en voor de hospites van de studenten organiseert men een ploertenjool. Er zal kermis zijn in Wageningen, brandweercorpsen hou den er een kringwedstrijd, in het Insti tuut voor Bosbouwkundig onderzoek is een modeshow, er zijn officiële diners, lunches en ontvangsten, in de aula van de hogeschool wordt het lustrum Zater dagmiddag 16 Mei officieel geopend en die dag zullen de lustrumwedstrijden van Argo beginnen, die Zondag worden voortgezet. Tot nu toe had Argo (dat over de jongste Varsity zeer tevreden was) alleen stromend water tot zijn be schikking. Dat is anders geworden nu het Betuwe-vak van het Amsterdam- Rijnkanaal grote mogelijkheden opent, waarover men zich te Tiel terecht ver heugt. Zondag 17 Mei voetbalt oud-GVC tegen jong-GVC, Maandag voert men het lustrumspel „Ik ben de vrije mens" naar het scenario van ir D. j". Maltha WISKUNDE IN WAGENINGEN ^NDERS dan menig aankomend student in Wageningen bedenkt, vergt de studie aan de Landbouw hogeschool een tamelijk goed ontwik kelde wiskundeknobbel. Het Wage ningse studentencorps houdt daar dan ook terdege rekening meeTot de „mos" behoort, dat mem in de sociëteit recht heeft om op n—1 stoelen te zittenwaarbij n het aantal jaren aangeeft. Een derdejaarstudent mag derhalve op twee stoelen zitten, een vijfdejaars kan een stapel van vier setels „be-sïtten". De construc tie van de stoelen is zodanig dat de berekening van n—1 metterdaad kan gloorden uitgevoerd!i in de Junushoff op onder regie van Ad. Hooykaas. Dinsdag is de buitendag op het landgoed Hoekelum bij Bennekom, waarbij o.a. het Amsterdamse politie corps zich van zijn beste hippische zijde zal laten zien. Des avonds concerteert het Gelders orkest onder leiding van Jan Out in Junushoff, waarbij Herman Krabbers solistische medewerking ver leent. Er is, bij de subcommissies, niet voor niets een jazzcommissie, want op de laatste dag van het feest is er niet alleen een ba.l-masqué, waartoe Ceres in een Bois de Boulogne wordt herschapen, maar ook een jazz-festival. En wilt ge nog een voorbeeld hoezeer de landbouw studie 's mensen taal beïnvloedt? Hoofd prijs van het bal-masqué is een fles. karnemelk, waarmee bij wijze van een gezellig agrarisch euphemisme de drank der vorsten en de vorst der dranken, champagne, wordt bedoeld. H 'ET ls al meer dan anderhalve eeuw gele den, dat het merk waardige metaal zirkoon werd ontdekt. De chemicus Berzellus heeft het vervol gens omstreeks 1825 weten te bereiden. In het algemeen heeft men er weinig aan dacht aan geschonken, om dat de aanwezige hoeveel heden slechts gering waren, ondanks de grote verbrei ding van zirkoon-verbindin gen. Pas veel later heeft inen het in zuivere staat gebracht en wel In zodanige vorm, dat het als metaal bruikbaar werd. Het is weer een van die stoffen,- die plotseling op de voorgrond zijn gekomen tengevolge van de bijzondere eisen, die het gebruik van atoomener gie aan tal van machines stelt. Zirkoon is in slldkaat (of andere verbindingen) een bestanddeel van monaziet- zand. Dit zand treft men vooral in Travancore (India), Brazilië en. Austra lië aan. Het bevat ontelbare „zeldzame metalen", die in later tijd beter bekend wer den,. doordat men schel- dingsmethoden leerde ken nen, die men pas tegenwoor dig met grotere hoeveelhe den kan toepassen. De bereiding- is zeer duur. Men rekent dat zij wel 90 per kg. moet kosten; dit ligt dicht bij de zilverprijs. De belangrijkste eigenschap, waardoor er thans grote vraag naar ontstaat, ls het feit, dat metallisch dicht zirkoon (er bestaat ook een sponsachtige -soort, die ge makkelijk zuurstof opneemt en ontbrandt) slechts-een toont ook nog de belang rijke eigenschap bestand te zijn tegen zuren, logen, zee water, enz. en pas bij 1830 gr. C. te smelten. Het ls soortelijk wat lichter dan ijzer, maar sterk en gemak kelijk bewerkbaar, wanneer men bij hoge'temperaturen zuurstof uitsluit. TECHNISCHE SNUFJES DIT leidde tot belangstel ling voor dit metaal voor de constructie van machines, die de atomaire energie van uranium 235 e.d moeten omzetten in nuttig bruikbare vormen. Men construeert nu een. nucleaire reactor voor een Ameri kaanse onderzeeër, die met atomaire energie zal worden gedreven. Ook bij deze machine worden neutronen gebruikt 'om het uranium te doen uiteenvallen. Men zocht naar een metaal, dat geen neutronen adsorbeert en ze dus niet voor het hoofddoel verloren laat gaan. Het dicht gehamerde en gewalste zirkoon ver- Tot nu toe werden jaar lijks ongeveer 40.000 kg. bereid, daar men dit metaal ook gebruikt In enkele electronenbuizen. Hiervoor zijn telkens maar geringe hoeveelheden nodig, zodat de hoge prijs dit gebruik niet in de weg stond. Voor de nieuwe uranlummachine zijn echter zo grote hoeveelhe den nodig, dat men zelfs stukken tot 225 kg. moet verwerken. VRAAGT men, waarom metallisch, zirkoon zo duur ls, dan kan het volgende misschien tot ver klaring strekken: Een der bereidingswijzen bestaat uit het separeren van zlrkoon- silikaat uit monazletzand. Het zand wordt goed ge mengd met koolstof en ver hit, onder het doorleiden van een stroom chloor, zo dat een onzuiver zirkoon- chloride wordt verkregen. Dit wordt volgens een methode, die men strikt geheim houdt, overgevoerd tot zirkoon-oxyde. Dit wordt gemengd met zwartsel carbonblack)tot briketten geperst en dan opnieuw met chloor behandeld, waardoor men zuiver zirkoonchloride verkrijgt. Deze behandeling vindt ook bij hoge tempera tuur plaats. Het zuivere zirkoonchloride wordt met fijn gepoederd magnesium- metaal verhit, waardoor men metallisch poreus zir koon en magneslumchlorlde verkrijgt. Het poreuze metaal wordt omgeven met een zuurstof- vrij gas, dat geen verbin ding met het metaal aan gaat. Het wordt daarna bij hoge temperatuur geha merd, zodat een dicht en goed handelbaar metaal ont staat, dat verder mecha nisch tot de juiste vorm wordt gebracht. Elke stap, die men moet doen, vereist veel werk en brengt hoge kosten mede. Ten slotte verkrijgt men ongeveer het 200ste deel van de verwerkte .hoeveel heid geconcentreerd erts als metaal. Mr HELB GEZANT TE BELGRADO Binnenkort is de benoeming te ver wachten tot Nederlands gezant te Bel grado van mr H. A. Helb, thans ambas saderaad te Bonn. Onze tegenwoordige gezant in Belgrado, ir C. W. Dozy, zal de dienst met pensieon verlaten. Mr Helb zal te Bonn worden opgevolgd door de heer'C. Vreede, thans ambassa deraad te Washington. Achter het stuur in slaap gevallen (Van onze correspondent) Zutphe n, 19 Mei De rechtbank te Zutphen heeft de chauffeur uit Bameveld, die op 13 No vember achter het stuur van zyn vracht auto in slaap is gevallen, waardoor zijn wagen te Ugchelen bij Apeldoorn een autobus met A.K.U.-arbeiders aanreed, van wie er twee onmiddellijk en een derde later overleed, veroordeeld tot zes maanden gevangenisstraf, waarvan twee maanden voorwaardelijk en ontzegging van de bevoegdheid motorrijtuigen te besturen voor de tijd van vijf jaar. De werkgever van de chauffeur is al eerder veroordeeld. De 24-jarige motorrijder M. v. d. Lovernbos uit Helmond is gistermid dag onder Best bij het passeren van een auto met zijn motor uit de bocht gevlogen. In ernstige toestand werd hij naar het ziekenhuis te Eindhoven overgebracht, waar hij kort na aan komst is overleden. RUIM ACHT TON UIT ENGELAND Voor slachtoffers van de watersnood Het comité voor de slachtoffers van de Nederlandse watersnoodramp te Londen, onder voorzitterschap van de Nederlandse ambassadeur mr. D. U. Stikker, heeft gisteren bekendgemaakt, dat 80.082 Pond ontvangen is van particulieren in Groot-Brittannië, terwijl op een bankrekening in Nederland nog 34.665 gulden is gestort. Honderd en elf millioen in Rampenfonds Sinds Donderdag is bij het Nationale Rampenfonds eèn bedrag van tweehon derd duizend gulden ontvangen. Het to taal is daarmee gestegen tot 111,1 mil lioen gulden. Vergoeding waterschade aan motorrijtuigen Namens de minister van Financiën heeft de directeur van het bureau fi nancieringen en coördinatie oorlogsscha de medegedeeld, dat voor zoveel mogelijk het opnemen van een bepaling ter voor ziening in de kosten, die ter voorkoming van verdere schade, in het bijzonder aan motorrijtuigen e.d. zijn gemaakt, in de te venvachten wettelijke regeling zal wor den bevorderd. Op de jaarlijkse Landdag van de Rotary-beweging, welke gisteren en heden in het Kurhaus te Sche- veningen is gehouden, heeft minister-president Drees het woord ge voerd. H\j wees in zijn rede op de wezenlijke be. tekenis van Rotary voor de samenleving en op het nut van de gedachte der dienstbaarheid., wel ke tot de doelstellingen van. Rotary behoort. Op de foto ziet men dr Drees staan voor het monumentale Rotary-rad dat de wereldomvatten de werkzaamheid van Rotary symboliseert. Aan de bestuurstafel zitten van links naar rechts: dr A. D. Voüte, gouver neur van het 67e District Nederland, Arthur Mor timer, vertegenwoordi ger van de president van Rotary International, de heer W. de Cock. Burning, voorzitter van de Land dagcommissie Bevordering export De minister van Economische Zaken heeft ingesteld een interdepartementale commissie voor de exportpolitiek. Deze commissie zal dé minister adviseren omtrent maatregelen, die van overheidswege kunnen worden genomen om de export te bevorderen. Voorzitter der commissie is mr S. Th. J. Teppema, directeur-generaal voor de buitenlandse economische betrekkingen. (Ingez. med.-advertentie) IN AUGUSTUS: Proefvordering van motorrijtuigen De minister van Oorlog en Marine en de minister van Binnenlandse Zaken hebben de Tweede Kamer hun Memorie van Antwoord doen toekomen over het ontwerp voor de Inkwartieringswet. Uit deze memorie blijkt, dat het ter voorbereiding van de mobilisatie-oefe ning, welke in de loop van Augustus van dit jaar zal worden gehouden, wen selijk is, dat de bepalingen van het ont- werp-Inkwartieringswet bij wijze van oefening kunnen worden toegepast. Vooral ïs het van zeer groot belang een proefvordering van motorrijtuigen te houden. Daarom is het noodzakelijk gebleken een bepaling in het wetsont werp op te nemen, die toepassing van de wet ook bij een proefmobilisatie mo gelijk maakt. VANAVOND EXTRA T.V.-UITZENDING (Van onze radio-redacteur) De N.T.S. zal heden (Zaterdag) avond in een extra televisie-uitzending een uitvoerige filmreportage geven van het koninklijk bezoek aan Noorwegen. Ingez. med.-advertentie) Modefinfen voor komende winter: (Van onze mode-redactrice) QMTRENT de richtlijnen voor de najaars- en wmtermode 1953/5Jf, zoals deze op de grote show van de Amsterdam Fashion Week zal worden geïntrodu ceerd werd op de pers conferentie het Veel mantels hebben het niet zeer wijdeswagger model, zij Zijn veelal hoog gesloten met één enkele knoop, bezitten in het ge heel geen of juist een grote, ronde kraag welke vrij ver van de hals afstaat, smalle schouders en raglan of ki mono mouwen. De z.g. cape- lijn mantels vertonen een naad. midden op de rug, ter. w\jl in deze modellen de zijnaden schitteren door af wezigheid. Ook zullen op de show geklede, gedetailleerde ont werpen worden getoond, waarin de ruimte van de rok naar achteren is ver werkt. De tailleurs, die ook des winters hoe langer hoe m.eer worden gedragen, ne men in de collecties een ruime plaats in; het meren deel der modéllen is getail leerd met broderie.effecten op manchetten en zakken, doch ook de mantelpakken met los jasje op kokerrok ken blijven gehandhaafd. Over de japonnen, welke de buitenlandse inkopers op de show te zien zullen krij gen, was nog zeer weinig positiefs bekend. Wel kon worden bericht, dat de ge klede middagtoiletten een ronde, afstaande kraag langs het (lage) décolleté vertonen en dat het accent zal liggen aan de rugzijde van de ontwerpen, waarvan de rokken dikwijls met losse slippen of plissé's zijn ge garneerd. Wat de stoffen aangaat veel zibelines met verschil lende poollengte waarin haren van dieren of kunst matige weefsels zijn ver werkt, tweed-achtige mate rialen en lakenachtige zibe lines met „ondulé karakter voor mantels en tailleurs. De kleuren voor van de winter zijn rustig en gedekt van aard. Zij doen, zo ver zekerde men ons, denken aan de tinten van de schil derijen van de Hollandse oneesters in de Gouden Eeuw. Twaalfde Fashianweek op komst De helft ging naar Belg te (Van een onzer verslaggevers) HET „exportpalet" van de Nederlandse confectie-industrie is er gedurende 1952 beter gaan uitzien. België. Luxemburg en West-Duïtsland zijn als afzetgebied yan zeer groot belang ge weest. In elke maand was de export van confectie groter dan de import, wel een groot verschil met 1951, toen vooral in de eerste helft de import groter was. Het dekkingspercentage over 1952 be draagt dam ook niet minder dan 186%, tegen 97% zowel in '51 als in '50, 112% in 1949, 77% -in 1948, 27%% m 1946 en 21% in 1938. De totale export had een waarde van 75.909.000, terwijl deze in '51 belopen had 65.587.000, in '50 74.158.000 en in '49 38.074.000. De voornaamste bestanddelen van deze export zijn de heren- en jongensboven- Iïleding en de dames- en meisjesboven- kleding, die in 1953 bedroegen -resp. 22.061.000 en 41.300.000; dit laatste bedrag' bestond voor 35.283.000 uit mantels, mantelcostuurns en japonnen. Ongeveer de helft van wat wij aan kleding importeerden kwam uit België en ook ongeveer de helft van wat wij exporteerden ging naar België. De afzet in België bergt echter nog grote moge lijkheden. Zwitserland is een der weinige landen, waarheen de export niet aan banden is gelegd; die heeft echter tot gevolg, dat dan ook de confectie- industrie van de gehele wereld er ver tegenwoordigd is en de concurrentie groot is. De afzet van Nederland stijgt niettemin voortdurend, al gaat het, wat Zwitserland betreft, niet om vele milljoenen. De export maar Indonesië kreeg een klap; tegenover een bedrag van ruim 5 millioen in '51 stond een bedrag van 1 millioen in '52. Indonesië heeft blijk baar elders zijn invoermarkten gezocht en ook gevonden. Dat export een zaak is zowel van verdedigen als van veroveren, bewijst het feit, dat de Nederlandse con fectie-industrie haar positie op vele markten wist te verstevigen en zelfs nieuwe markten voor zich geopend te r^en, zo- -J'-azilië. Het is zeker dat het Nederlandse pro duct in Frankrijk mogelijkheden heeft, maar dit land biedt grote moeilijkheden. Het gaf het eerst de liberalisatie op om terug te keren tot het stelsel van contin- gentering, daarbij nog wel uitgaande van een basisjaar, dat voor de Neder landse confectie-industrie niet erg gun stig was geweest. Over het lopende jaar wordt het contingent zelfs nog kleiner. In onze export naar Zweden stijgt de groep van wat by ons „sportieve heren kleding" heet en bij Zweden „vryetijds- kleding" geleidelijk. De Zweedse .man is gevoeliger voor de mode dan de Neder-* landse man, en de mankt is dus moeüyk te bewerken, maar door de koopkrach tigheid van het publiek toch zeer de aandacht waard. West-Duitsland stond bij de export in '52 op de twede plaats, en wel met een cijfer van 19.548.000. Of deze export door de liberalisatie zal stijgen, valt nog :te bezien. Merkwaardig is het cijfer van de export naar de V.S., ml. 2.376.000. Enige jaren geleden nog ving de Neder landse exporteur van confectie bot bij zijn pogingen zich daar een markt te verkrijgen; op het ogenblik kan men an zeker 200 steden bij grote en eerste rangsdetaillisten Nederlandse dames mantels krijgen. Dit zijn dan zo enkele mededelingen, die de betekenis onderstrepen van de „Fashionweeks", die Amsterdam nu al sinds jaren kent. De twaalfde is op komst, zij wordt gehouden van 15 tot 22 Mei a.s. Wetsontwerp ingediend Bij de Tweede Kamer ls ingediend een wetsontwerp tot regeling van de wederopbouw van het watersnoodgebied. In de memorie van toelichting zegt minister Witte o.a., dat te verwachten is, dat sommige gemeenten in het watersnoodgebied de behoefte zullen gevoelen aan een wederopbouwplan, dat het mogelijk maakt om aan de weder opbouw van een verwoeste plaats de noodzakelijke stedebouwkundige leiding te geven. De hiervoor nodige bevoegd heden kunnen op de eenvoudigste wijze in het leven worden geroepen door een aanvulling van artikel 1, eerste lid, van de Wederopbouiwwet. Deze bevoegdheden zullen overigens met voorzlchttg'heid moeten worden aan gewend. W11 de herbouw niet stagneren, dan dienen slechts wederopbouwplannen te worden vastgesteld voor zover zulks Inderdaad noodzakelijk ls om een stede- bouwkundig verantwoorde wederopbouw te waarborgen. De minister meent er op te mogen vertrouwen, dat de gemeentebesturen en de overige bij de totstandkoming van de plannen betrokken organen de nodige voortvarendheid zullen betrach ten. In sommige gevallen zal het voor een snelle wederopbouw noodzakelijk zijn op beperkte schaal tot onteigening over Blijkens twee recente arresten stelt de Hoge Raad, zich bij de beoordeling op een ruim standpunt (Van onze belastingmedewerker) DE Hoge Raad heeft in twee recente arresten, nl. die van 11 en 18 Fe bruari 1953 een aanzienlijke uit breiding gegeven aan het begrip „bui tengewone last" en is daarmee min of meer op zijn vroegere standpunt terug gekomen. Deze arresten zijn dermate belangrijk, dat wij ze in het kort willen bespreken, Het eerste geval betrof een belasting plichtige wiens 29-jarige dochter een academische studie volgde. Zij was toen al in het bezit van het diploma van apothekersassistente en medisch ana- lyste en was in de practijk als zodanig werkzaam geweest. De betrekking had zij echter om gezondheidsredenen moe ten opgeven. Uit de stukken blijkt ver der, dat zij in de jaren 1942/43 een talenstudie had gevolgd. Hieruit conclu deerde de Inspecteur, dat zij in haar eigen onderhoud kon voorzien en dat er geen redelijke gronden aanwezig waren, om van deze mogelijkheden geen ge bruik te maken. De dochter studeerde nl. in 1948 voor rekening van haar vader, die niet alleen in haar levensonderhoud voorzag, maar ook haar studie bekostigde, waaraan hij ruim 2500 ten koste had gelegd. Hier voor verzocht hij aftrek wegens een buitengewone last. De Raad van Beroep stelde de belas tingplichtige in het gelijk, omdat er ge zien de lichamelijke en geestelijke fac toren, die reclamants dochter verhinder den, als apothekersassistente en me disch analyste in haar levensonderhoud te voorzien, een gerede aanleiding was, een verwante studierichting; te volgen. De minister stelde in cassatie, dat de Raad van Beroep dan toch in ieder ge val de studiekosten bulten be schouwing- had moeten laten, aangezien deze toch stellen n i e t als buitengewone lasten konden worden beschouwd. Niet aldus de Hoge Raad. In zijn be slissing lezen wij, da.t de woorden „voor ziening in het levensonderhoud" voor komende in art. 51 I.B. (waarin de bui tengewone lasten worden behandeld) niet betekenen „opheffing van nood druft", maar dat veeleer acht moet wor den geslagen, niet alleen op zyn eerste levensbehoeften maar ook op wat rede lijkerwijs nodig is om hem in staat te stellen door onderwijs en studie te ge raken tfct een passende plaats in de samenleving. N' 'OG verder ging het arrest van 18 Februari 1953. Was in het bovenstaande nog sprake van iemand, die door psychische en/of phy- sieke omstandigheden niet in staat was de aanvankelijk gekozen richting te vol gen, in het thans te bespreken geval was daarvan geen sprake. Ook hier had de belastingplichtige een voor predi kant studerende zoon. Deze was echter reeds afgestudeerd als meester wij deze belisslngen toe. in de rechten en had al een hem passen de betrekking gehad. De Raad van Beroep was van oordeel, dat de zoon zich op eigen verzoek had laten ontslaan en daarmede een be staande bron van inkomsten had prijs gegeven, hetgeen niet tengevolge kon hebben, dat hierdoor voor de vader een buitengewone last zou ontstaan. De Raad voegde hier aan toe, dat hiermede niet was gezegd dat er voor de zoon geen redelijke gronden I.e. het volgen van zijn roeping aanwezig zijn ge weest om te handelen zoals hy had ge daan. De Raad van Bëroep was echter van mening, dat nu de zoon bewezen had, in staat te zijn voor zijn eigen levens onderhoud te zorgen, geen termen aan wezig waren om, nu de vader die zorg had overgenomen, hem een aftrek wegens buitengewone last toe te staan. De Hoge Raad besliste echter, dat het prijsgeven van de dienstbetrekking om zyn roeping predikant te worden, te volgen als een voldoende redelijke grond moest worden beschouwd en stelde de buitengewone last op het bedrag, dat de vader terzake van de nieuwe studie had uitgegeven. In het algemeen zullen bijdragen aan meerderjarige kinderen als buitenge wone lasten worden beschouwd indien die kinderen, hetzij niet m staat zijn, hetzij redelijke grónden hebben, om niet in hun eigen onderhoud te voorzien. Naar uit beide bovenstaande arresten blijkt, wordt dit laatste door het hoogste rechtscollege vrij gauw aangenomen. Dit standpunt zal van grote sociale beteke nis zijn. Om meer dan één reden juichen te gaan. Bevoegdheid tot onteigening van de ondergrond van. totaal verwoeste opstallen kan daartoe niet worden ge mist. In het wetsontwerp wordt daar om voorgesteld deze bevoegdheid ln het leven te roepen door aanvulling van de W ederopbou wwe t In een aantal gevallen zal schatte zijn toegebracht aan onvolwaardige woningen die, wawre de ramp niet ge schied, binnen enkele jaren voor amove- rlng in aanmerking zouden zijn gekomen. Is de schade zwaar, dan zal doorgaans herstel krachtens de op de Woningwet berustende plaatselijke verordeningen niet geoorloofd zijn. Herstel van lichte schade zou echter op grond van de gel dende bepalingen niet kunnen worden tegengegaan. Aangezien het niet ver antwoord moet worden geacht, dat over heidsgeld zou worden besteed voor dit herstel, dat de levensduur van die bouw sels zou verlengen en de definitieve sanering zou bemoeilijken, wordt voor gesteld de mogelijkheid te openen ln die gevallen tot onteigening over te gaan. Als complement van deze bepaling stelt de minister zich voor op grond vau het Woningbesluit aan de gemeenten een. tegemoetkoming te verlenen in de on gedekte kosten van deze saneringen. Mr Roolvink bedankt als Tweede-Kamerlid Mr Roolvink heeft aan het party- bestuur van de K.V.P. medegedeeld dat hij als gevolg van het besluit van de partijraad, ontslag neemt als lid van de Tweede Kamer. Hij voegt er aan toe, •daarmede niets te kort te willen doen aan de opvatting, dat de genomen be slissing geen steun vindt in het regle ment, welke opvatting volgens mr Rool vink ook door een aantal leden in de vergadering van de partijraad is ver dedigd. „Het reglement is democra tischer, dan de partijraad in meerderheid heeft gedacht", aldus mr Roolvink. Voor benoeming tot lid der Tweede Kamer in de vacature, ontstaan doordat mr Roolvink dit besluit heeft genomen, komt in aanmerking pater prof. 'L. J. C, Beaufort, die zitting heeft in de Eerste Kamer. Naar ons wordt mede gedeeld. zal deze een benoeming niet aanvaarden. Vervolgens komt dan voor benoeming in aanmerIcing mej. dr J. C. H. H. de Vink te Utrecht. Canadees aluminiumfonds naar de beurs Ter beurze van Amsterdam zullen van Dinsdag 19 Mei af worden verhandeld certificaten van vijf gewone aandelen zonder nominale waarde van Aluminium Limited te Montreal in Canada, een der grootste producenten van ruwe alumi nium, die een minderheidsbelang heeft •in de N.V. Nederlandsche Aluminium Maatschappij by Utrecht. De introductie geschiedt door de Nederlandsche Han- del-Maatschappij. Het ligt in de bedoeling, dat het concertgebouworkest binnenkort onder leiding van Eduard van Beinum op nemingen za.1 maken van Willem Pyper's werde symphonie en eventueel ook van Diepenbrocks Elektra-muziek.

Krantenbank Zeeland

Watersnood documentatie 1953 - kranten | 1953 | | pagina 2