1 AUERHAAN Geen integrale vergoeding van rampschade MICHEIIN I Wnbklll Vergeefse speurtocht naar de Verantwoorde keuze Minister Van de Kieft kondigt aan: LENTE IN DE C^izcióy SNEEUW OP ^Joc^ezen BANDEN De Nederlandse kwaliteitshand Belastingwensen van de middenstand Verruiming van mogelijkheden voor interne financiering Wilde zwijnen om de tent? LEVENDE HOOP. ALGEMEEN HANDELSBLAD VAN ZATERDAG 9 MEI 1953 3 BIJ de verkiezingen van de gemeente raden, welke de 27ste Mei in ons land worden gehouden, is in de eerste plaats de gemeentelijke politiek, maar indirect ook het algemene politieke beleid in het geding. Ondanks a.lle be knotting der gemeentelijke autonomie zijn er nog altijd aanzienlijke plaatselijke belangen te behartigen, waarbij de ge meenteraden hun recht van spreken hebben. Tegelijkertijd kan men uit de stembusuitspraak het oordeel van de ge zamenlijke kiezers aflezen omtrent het gedurende het laatste jaar gevoerde regeringsbeleid. Temidden van de verschillende ver- kiezings-programmata maakt het uit voerig gemeenteprogram dat de Volks partij voor Vrijheid en Democratie voor de verkiezingen van 1953 de wereld in heeft gezonden, een uitstekend figuur. In het bijzonder in de paragrafen, die zich bezig houden met de gemeentelijke auto nomie, gaat men recht op het doel af. De V.V.D. laat er geen twijfel over be staan, dat financiële zelfstandigheid al is dan dit grote goed gedurende de laatste decennia voor een belangrijk deel verloren gegaan het einddoel blijft. Natuurlijk is daarvoor een eigen belas tinggebied van genoegzame omvang noodzakelijk. De practijk om de baten van vele belastingen via het Rijksbudget te doen lopen of ze aan de „algemene" schatkist ten goede te doen komen zie bijvoorbeeld de formidabele lasten, die drukken op het wegverkeer is mede een bewijs voor de centraliserende tendens van de landelijke overheid. UIT het nieuwe V.V.D.-program ver melden wij verder met instemming de passages omtrent de woning bouw. „Particuliere woningbouw voor alle geledingen van de bevolking ver- diene de voorkeur en worde door fle ge meentelijke overheid gestimuleerd. De gemeente ondersteune het streven naar het bezit van eigen woning." Aldus te recht het program. Nu weten wij natuur lijk zeer goed, dat ook andere politieke groeperingen sterk de aandacht vragen voor volkshuisvesting en woningbouw. Maar in het bijzonder zij, die zich keren tegen de overmatig dirigistische tenden- zen van het huidige beleid, wensen ruim baan voor de p air t i c u 1 i e r e woning bouw. Op het ogenblik is namelijk de situatie zo, dat er vooral gebouwd wordt met hoge regeringssubsidies. De huur- stop beeft imhiers een wanverhouding tussen bouwkosten en huren doen ont staan. Een rechtvaardig beleid eist, dat men niet de huiseigenaren in een ongun stige uitzonderingspositie plaatst, welke er toe leidt, dat het bestaande woning- bezit niet voldoende onderhouden wordt. Dat versterking van het vrijzinnige element ook m onze gemeenteraden noodzakelijk is leert de onlangs door de Tweede Kamer aanvaarde Zondagswet, Wanneer dit wetsontwerp eveneens aan de overzijde van het Binnenhof zal wor den goedgekeurd, krijgen de gemeente raden bevoegdheden om bij plaatselijke verordening verder te gaan dan'de grondbeginselen van het ontwerp. In gemeenten, waarin voor zulk een besluit een voldoende meerderheid aanwezig is, zal men in afwijking van de normale gang van zaken openbare vermake lijkheden op Zondag ook kunnen ver bieden na één uur. 's middags. Hierin zien wij een vrijheidsaantasting welke niet in overeenstemming is met de algemene beginselen van het Nederlandse staats bestel. Hier kan zich een gemeentelijke overheidsdwang voordoen ten nadele van andersdenkenden, welke wij in een waar lijk democratisch Nederland onaan- vaardbaar achten. Zeker, vrilheid is geen ongebondenheid. Maar vrijheid be tekent evenmin een vrijbrief Voor de plaatselijke overheid om nodeloos de i vrjjheid van. anderen te beperken. VÓÓR alles zal het nodig zijn, dat bjj de verkiezingen van de 27ste Mei die candidatën worden verkozen, wier persoonlijkheid er borg voor staat, dat de gemeentelijke belangen op waar dige én doortastende wijze worden be hartigd. De laatste tijd hebben wij zeer vaak de klacht gehoord, dat het peil van de gemeentelijke colleges zou zijn ge daald. Al is een dergelijke klacht om trent de gemeentelijke en landelijke ver tegenwoordigende lichamen niet nieuw, toch is het zaak, dat de kiezers zodanige candidatën in de gemeenteraad brengen, van wie de deskundigheid op gemeente lijk gebied boven iedere'twijfef verheven is. Volkhuisvesting, onderwijs, volksge zondheid, volksontwikkeling, steun aan kunst en cultuur, het zijn alles zaken, waarbij de gemeenteraad ten nauwste betrokken is. Daarbij komt, dat de kiezer die de 27ste Mei zijn stem uit brengt, indirect zijn eoedkeurmo- of afkeuring te kennen geeft over het op treden van het huidige coalitie-Kabinet. De Kamerverkiezingen van 1952 ver toonden -twee tendenzen. Er was een versterking uit af te lezen, zowel van het zogenaamd progressieve als van het bewust anti-dirigistische element. Bij het optreden van het Kabinet werd de tweede tendens te enenmale verwaar loosd. Plet is vanzelfsprekend, dat de kiezer bij het overwegen van zijn stem én met de gemeentelijke én met de alge meen-politieke factoren rekening houdt. Juist daarom moet zijn keuze verant woord zijn. Afwikkeling binnen twee jaar EEN huisraadschaderegeling waarbij differentiatie tot uitdrukking komt is niet te bedenken. De getroffenen behoeven zich echter niet bezorgd te maken over de vergoeding van de huis- raadschade. Blijken straks de middelen van het Rampenfonds niet voldoende voor een volledige vergoeding, dan zal het Rijk voor aanvulling zorgen. Over de bedrijfsschade en de vergoeding verklaarde de minister dat de zgn. immateriële schade thans niet in aanmerking komt. Dit be tekent, dus dat bijv. fruittelers, die na, jaren nog geen of geringe oogst zullen hebben, niet op vergoeding mogen rekenen. In dit verband werd de minister ook gevraagd wat hij dacht over de suggestie, die dr Groeneveld Meijer, directeur-generaal van de midden stand, indertijd in Zierikzee zou heb ben gedaan, namelijk dat 80% der bedrijfsschade zou worden vergoed, berekend naar de inkomsten van 1952. ,,Het spijt me", antwoordde de minister, ,,ik hen daarvoor niet ver Electriciteitsvoorziening in Noord-Brabant Uitbreidingsplannen van het P.N.E.M. (Van onze correspondent) Tilburg, 9 Mei Naar de directeur van de P.N.E.M.. Ir J. G. de Voogt, mededeelde, Is het electriciteitsgebruik in N.-Brabant se dert 1939 verdrievoudigd. De te ver wachten jaarlijkse stijging kan gevoe gelijk op 10% worden vastgesteld. Daarom heeft de raad van cpmmissa- rlssen besloten ee'n tweede „branche" te doen bouwen. De machines en de ketels zijn reeds besteld en het depar tement heeft bereids de plannen goed gekeurd. In geldswaarde uitgedrukt wordt voor ruim 45% der benodigde appara- turen door de Nederlandse industrieën gemaakt. De totale kosten worden op 15 millloen geraamd en men hoopt einde 1956 het werk gereed te hebben Middelerwijl is ook reeds begonnen met de bouw van een nieuw kantoor- en bedrijfsgebouwencomplex te 's Herto genbosch; de uitbreiding, resp. nieuw bouw van de onder-stations te Breda. Roosendaal en Woensdrecht is gereed en de stations zijn sedert enige tijd in bedrijf. Op het programma staat voorts een nieuw onder-station aan de weg tussen Tilburg en Loon op Zand, waarvoor de terreinen bereids zijn aangekocht en de transformatoren besteld. Met het gemeentebestuur van Tilburg wordt onderhandeld over de overneming van de electrlsche centrale 'aldaar. Deze zomer komt bovendien nog de nieuws lijn GeertruidenbergOrthen gereed. In het volgende week in te dienen ontwerp-Rampschadewet wordt geen rekening gehouden met de draagkracht VOLGENDE week zal liet ontwerp-Rampschadewet bij de Tweede Kamer worden ingediend, aldus deelde minister Van de Kieft gister middag mede tijdens een bezoek aan Zeeland. De minister zeide, dat bij bet wetsontwerp de vermogensfactor vervalt. De draagkracht wordt dus niet in aanmerking genomen. Minister Van de Kieft zeide, dat van integrale schadevergoeding geen sprake kan zijn, omdat de regering geen onderscheid wil maken tussen de door de oorlog getroffenen en de slacht offers van de watersnood. Hij legde er de nadruk op, dat de vergoedingen behoorlijk geregeld zullen worden op basis van de wet op de materiële oorlogsschade. evenmin uitlaten over de pachtvergoe- ding aan grondeigenaren, wier lande rijen onder water staan. Positief liet hij zich uit over de afwikkeling der ver goeding van de rampschade. De rege ling is voornemens te zorgen, dat deze in twee jaar afloopt. Hij voegde er aan toe, dat hij voornemens ós de helft der schade-uitkeringen te verwerken in een aan de Staten-Generaal voor te leggen gewijzigde begroting voor 1953, en de andere helft te plaatsen op de lijst be groting voor het volgende jaar. Minister Van de Kieft wide zich De in de maak zijnde wet op de schadevergoeding voor de publiek rechtelijke lichamen, gemeenten en waterschappen, gaat zeer ver en ook de schadebeperkende maatregelen aanleg van nooddijken bijv.) komen in aanmerking. Ten slotte vertelde de minister dat de adopties in sommige gevallen voor de uitkeringen aan gemeenten financiële consequenties kunnen meebrengen. Ge schenken zullen namelijk in rekening worden gebracht, wanneer zij tezamen met de rijksvergoedingen de integrale schadevergoeding te boven zouden gaan. De gemeenten mogen dus van adoptie niet „beter worden". Staatsmijnen krijgen een uniform handelsmerk (van onze correspondent) Kerkrade, 9 Mei. De Staatsmijnen zuilen voor al haar producten een uniform handelsmerk gaan voeren. Dit merk zal bestaan uit een cirkel, waarin één grote en twee kleine koeltorens. Tot dusver hadden de Staatsmijnen nog geen algemeen han delsmerk; wel gebruikten zij voor de kunstmest'zakiken en de briketten mer ken, die nu worden afgeschaft. Zeven en zeventigste lijst van slachtoffers van de watersnood Het informatiebureau van het Neder landse Rode Kruis heeft de 77e lijst van geborgen en geïdentificeerde slachtoffers van de watersnood uitge- even. DEN BOMMEL Jan Hokke, geb. 28.9.1885; Jannetje Hokke—-Van der Welle, geb. 11.4.1886, laatste adres: Molendijk A 307; Willem-, tje Adnana OttevangerDe Boed, geb. 19.2.1895, Julianastraat A 175. NIEUWE TONGE Anthonlus Johannis Pieterse, geb. 23.8.1943, laatste adres: Blaakweg 1. OOSTERLAND Laurens Marinus Koopman, geb. 9.12.1911, laatse adres: Rijksweg A 341. STRIJEN Teunis Verrjjp, geb. 2.10.1896, laatste adres: Schenkeldijk 74. AUERHANEN kregen wij ook in de Vogezen alleen opgezet te zien - Met ingang van 13 Mei zal het ook voor de aangeslotenen van de ge automatiseerde telefoonnetten in het district Deventer dat zijn dus die netten waarvan het netnummer begint met de cijfers 67 mogelijk zijn door het kiezen van 003 het weerbericht te MINISTER BEYEN NAAR PARIJS De minister van Buitenlandse Zaken, mr Beyen zal in de middag van 11 Mei •naar Parijs vertrekken ter bijwoning van een vergadering van ministers van bui tenlandse zaken. Ridder M.W.O. veronge lukt te Biezelinge Op de Rijksweg te Biezelinge is gis termiddag de 76-jarige E. Kant door een personenauto uit Wemeldinge aan gereden en zeer ernstig gewond. De heei Kant, die zonder op het verkeer te letten de Rijksweg overstak, werd enige meters door de auto meegesleurd. Hij is op weg naar het ziekenhuis overleden. De heer Kant was drager van de Militaire Willems Orde. Spoorwegarbeider verongelukt te Roermond Gistermiddag is de 35-jarlge J. De- makker, arbeider bij de Ned. Spoorwe gen, tijdens zijn werk op het stations emplacement te Roermond door een uit Sittard komende goederentrein ge grepen. Hij was op slag dood. Het slachtoffer was gehuwd en vader van twee kinderen. Hij was pas drie dagen in dienst bij de N.S. (Ingez. med.-advertentie waar zij evenals in Nederland volledige voldoening geven GEFABRICEERD TE 'S-HERTOGENBOSCH (Van onze Haagse redacteur) TAE verlangens op fiscaal gebied, die de middelgrote en kleine bedrij ven koesteren, zijn neergelegd in een belastingprogram, dat is opgesteld in opdracht van de commissie van overleg van de drie grote midden- stands-vakeentralen. Dit program is het resultaat van een onderzoek, dat een speciale commissie heeft inge steld en het is te beschouwen als een vervolg op de ëerder uitgebrachte rapporten over de liquiditeit in het ambacht en het liquiditeits-vraagstuk in de detailhandel. Het program bevat aanbevelingen, ten doel hebbende de financiële structuur der ondernemingen te verbeteren door verruiming van de mogelijkheden van interne financiering; aanbevelingen met betrekking tot de voortzetting van de bedrijfsuitoefening na het overlijden van ondernemer door diens weduwe en/of Idnderen en met betrekking tot de liquidatie-/overdrachtswinst en ten slotte enige aanbevelingen met meer algemene strekking. Tot de laatste categorie aanbevelingen valt te rekenen de wens, dat de Tweede Kamer thans spoed zal betrachten met de behandeling van het wetsontwerp inzake de omzetbelasting (vrijstelling van de detailhandel). Verder dringt men er in het rapport op aan, dat de premiën voor door zelfstandigen afgesloten ziektegeldverzekeringen voor de Inkom stenbelasting volledig aftrekbaar wor den gesteld. Ook wordt aangedrongen op verlaging van de vereveningsheffing, niet de opheffing, omdat zij, die het rapport opstelden, wel begrijpen, dat de fiscus de totale opbrengst van deze heffing 300 millioen, waarvan de middenstands- en ambachtsbedrijven 100 min) niet kan missen. Het fiscale program is opgesteld op (Ingez. med.-advertentie) AUSTIN tff Mh.V. PRINSENGRACHT 364 AMSTERDAM ZWITSERLAND zou het keerpunt worden van onze lentelijke escapade, hadden we afgesproken. En omdat Tessino daar ook nog toe behoort, hadden we een zeer nauwkeurige grens aan onze zwerflust gesteld: Rhein- felden, even ten Oosten van Bazel. Een naam, die elke dag op de voor pagina van de krant staat, omdat het een van de plaatsen is, waar men de waterstanden van de Rijn meet. Overigens interesseerden die waterstanden ons weinig. Des te meer echter de zwarte milanen, die daar verleden jaar voor ons tentje kwamen vissen, zodat wè Theo hadden beloofd, dat hij op z'n minst een half dozijntje van die fraaie roofvogels te zien zou krijgen. Zoveel hadden we er verleden jaar op een ogenblik inderdaad geteld. Maar dit jaar bleef het bij twee stuks, waarschijnlijk omdat we nu een dikke maand vroeger waren. DIE twee kwamen echter zó vertrou welijk dichtbij, dat we alle details van hun verenpakje konden bewon deren en daar was het te« slotte om te doen. Bovendien leverde Bazel nóg een verrassing op. Want toen we op advies van dr Sutter, van het museum in Bazel, eens in de Langen Erlen gin gen neuzen (een kostelijk park met hoog opgaand geboomte op de ooste lijke oever van de Rijn) ontdekten we er inderdaad, na enig zoeken, de mid delste bonte specht, zoals hij ons had beloofd. Werner Haller noemt deze soort in zijn Artenliste der Schweizeri- schen Avifauna (een boekje dat elke vogelaar die naar Zwitserland gaat van harte zij aanbevolen) voor zijn land een sporadische standvogel, zodat we er geducht mee in onze schik waren. Eigenlijk waren we naar dr Sutter gegaan, omdat we g'raag auerhanen wilden horen baltsen en hoopten, dat hij een plekje in de buurt van Bazel zou kennen, waar dat mogelijk was. We hadden gelezen, dat deze merkwaardige vogel in de Jura nog wel voorkomt, Maar het bleek, dat je daarvoor een stuk zuidelijker moet zijn. „Maar ga naar de Rlgi", luidde zijn advies. „Daar hoor je ze zeker!" Allemaal goed en wel, maar dat ls een flink stuk Zwitserland in, ver over de limiet, die we onszelf hadden gesteld. En bovendien hadden we goede hoop op de terugweg, ln de Vogezen, ook no,f wel een kansje te maken. DIES keerden we, met onnoemelijk veel tegenzin, het mooie Bazel df rug toe en koersten door de lente lijke Elzas naar het Noorden. Bloeien- de vruchtbomen omzoomden de weg en in Battenheim, even ten Noordoosten van Mulhouse stond een paartje ooievaars op zijn nest op de kerktoren te klepperen. Trouwens, in die Langen Erlen bij Bazel hadden we ook al zo'n steltloper over een welde zien stappen en daarmee hadden we misschien nog meer geluk, dan met het spechtje, Want, alweer volgens Werner Haller, een tijdstip, dat de oging van de huren en de belastingen nog niet treffende verho; wijziging van bekend was. Vandaar, "dat in het program enkele wensen zijn opgenomen, waarvan de regering reeds het voor nemen heeft daaraan geheel of ten dele tegemoet te komen. Zo wordt de wense lijkheid uitgesproken de extra-inkom stenbelasting (art. 48a I.B-) verschul digd van bedrijfswinsten af te schaffen. Dit nu is de bedoeling van de regering. Verder spreekt het program de wens uit, dat de termijn voor verliescompen satie van vier op zeven jaar wordt gebracht, terwijl de regering zes jaar voorstelt. Overigens dringt het programma in het algemeen op verlaging van het tarief van de inkomstenbelasting aan, een wens. welke bij alle middengroepen leeft. Tot de tweede categorie aanbevelingen behoort de wens onbelast gebleven winsten (stille reserves) verder onbelast te laten als een zelfstandige ondernemer overlijdt en de onderneming wordt voort gezet door diens weduwe en/of kinderen en wel totdat deze de onderneming verkopen of liquideren. De door een overleden ondernemer nagelaten, zelfgekweekte goodwill moet niet worden belast als de onderneming wordt voortgezet door diens weduwe en/of kinderen, zo meent het program verder. De voor landbouwbedrijven geldende regeling met betrekking tot de liqui- datie-r/overdrachtswinst, behaald op onroerende bedrijfsmiddelen dient ook te gelden voor niet-landbouwbedrijven, zo betoogt het program ook nog. Het program is aan de ministers van Financiën en van Economische Zaken en aan de staatssecretaris van Econo mische Zaken, speciaal belast met de middenstandsaangelegenheden. aange boden, Laatstgenoemde is, zoals bekend, bezig met het opstellen van een midden standsnota, waarbjj hij thans rekening kan houden met de wensen in het program geuit. GIFTEN VOOR HET RAMPENFONDS Drie en twintigste verantwoording van bij het Algemeen Handelsblad ontvangen bijdragen. Personeel Jolo Couture N.V. Utrecht 263.85; Haarlemse Toneelclub, Haar lem 124.25; Neefjes en Nichtjes B. te Drachten 2.20; E. G. te Luzem Zw. frs. 100. Teruggaaf afgeschafte weeldetarief (Van onze Haagse redacteur) De commissie van overleg van de drie middenstands-vakcentralen heeft zich tot de minister van Financiën gewend anet het verzoek een betere teruggaaf regeling voor het thans afgeschafte 30 weeldetarief te treffen. Gevraagd wordt volledige terugbetaling en voorts een redelijke termijn voor het verstrek ken van de gegevens en het indienen van het verzoek tot terugbetaling. Onder het artikel „Onderwijs in Amerika" in onze editie van Woensdag ontbrak de naam van de schrijver; het stuk was van de hand van de heer J. J. Schilstra. leraar in het Engels aan de Rijks-H.B.S. te Enkhuizen. de ooievaar ls ln Zwitserland zelfs als doortrekker erg zeldzaam geworden. Links van ons lagen de Vogezen, met flink wat sneeuw nog op de toppen. Daar moesten de auerhanen hulzen. Daarom sloegen we bij Colmar links af, om via Munster naar de Col de la Schlucht te rijden. Vandaar loopt, langs wat tussen 1871 en 1918 de grens tus sen Duitsland en Frankrijk was, de Route des Crêtes, waarlangs we volgens onze informaties een goede kans op auerhanen zouden hebben. Toen we de Col naderden (1159 m.) verscheen er sneeuw op de hermen, maar we waren toch hoogst verbaasd, toen de Route des Crêtes versperd bleek te zijn door een barrière van zeker twee meter sneeuw. Daar was. zelfs te voet, geen doorkomen aan. Terug dus weer, om te zien of we langs een omweg liet Lac Blanc zouden 'kunnen bereiken. In Soultzeren advi seerde houtvester Hoffner ons naar Orbey te gaan. Daar woonde Iemand, „die el'ke ochtend op auerhanen gaat jagen". Na wat zoeken in de snel vallende schemering vonden we het adres. Maar dat verhaal over elke morgen op auer hanen jagen bleek overdreven. Eerljjk gezegd, was het er dit jaar nog niet van gekomen. Maar als we graag een auerhaan wilden zien, wilde hjj de vol gende ochtend wel met ons meegaan. Als we bereid waren... om om drie uur op te staan. HALF vier ln de morgen. Moeizaam kroop onze dreumes achter de lichten van de auto van vriend Batöt tegen de hellingen van de Llnge op. Toen we hoog genoeg waren, wer den de auto's achtergelaten en ging het te voet de berghelling op. Batöt en zijn makker droegen lichte schoentjes met rubber zolen en ook wij hadden schoei sel aangetrokken, dat weinig gerucht maakte. Maar een dorpsgenoot, die ook van de partij was en de lugubere naam van Monsieur Departs droeg, bewoog zich voort op een paar laarzen, waar- DE hoop is nauw verweven anet ons leven. Zonder hoop zou het leven onmogelijk zijn. Wij drukken düit uit met de woorden: hoop doet leven. En ln de Griekse mythe van Prometheus en Eipimetheus komt de passage voor over de doos van Pandora. Naast allerlei kwalen en ellende komt an die doos de hoopf voor als geschenk der goden om de wonden -te helen, die door de noden de mensen zijn toegebracht- Inderdaad, de hoop is een Godsgeschenk. Door de hoop ln ons leven bouwen we ons een toekomst. In tijden van nood en zorgen is de hoop bezielende kracht, om ons uiit die nood op te heffen- De hooop ver* schaft ons te mid® den v&n het soms zwaar te dragen Leven een uitzicht naar een betere toe-, komst. Een leven, waarin de 'hoop is ondergegaan, heeft onherroepelijk de dood ten gevolge. Levensmoeheid is het gevolg van ver® loren gegane hoop. Helaas as de hoop aan velerlei schom melingen onderhevig. Dat ervaren wij dagelijks. De oorzaak, hiervan ligt in het feit, dat de hoop voor bijna alle mensen gegrond is op het gewone, natuurlijke Ifeven. Onze hoop Ss veelal gericht op het tastbare, het zichtbare, het voorstelbare, datgene dus, dat ont spruit aan 'het leven zelf. Ook de geeste lijke waarden, waarop de hoop zich kan vestigen, zijn meestal g-egrond in de vitaliteit, in de levensdrang. In feite bouwen we onze hoop op allerlei man of meer in het leven zelf verankerde waarden. is het leven als zodanig nooit stabiel. Het leven, ook cms leven, is wisselvallig. Het leven naar zijn natuur lijke bestaan is een onberekenbare fac tor- De hoop, die gegrond ds op het naakte leven is derhalve zonder enige bescherming, omdat het leven ons nooit de zekerheid geeft, dat uit zal kamen, wat we ervan verwachten. Zeggen we zelf niet: zolang er 'leven is er hoop? Daarmee geven we de realiteit van de hoop te kennen. Hoop alleen gebouvvd op het leven is even aanvechtbaar en aangevochten als het leven zelf- DE MIDDELSTE BONTE SPECHT is in Nederland uiterst zeldzaam, maar ook in Zwitserland geen alle daagse verschijning van het gekraak honderden meters ver in de nacht te horen moet zijn geweest Achter elkaar slopen we door het boa. Soms knapte er een tak of was er ge ritsel van een muis tussen de struiken. En altijddoor kraakten de laarzen van de brave Orbeylsan. Te oordelen, naar de fluisterende opmerkingen in het voor ons onverstaanbare patois van at Elzae, was vriend Batöt er al evenmin over te spreken. Of het nu aan die laarzen lag, of aan de gure wind, toen de zon boven de bergkammen uitrees, hadden we geen auerhaan gezien of gehoord. Vriend Demangeant had bij een om trekkende beweging al evenmin suc ces geboekt en zelfs de reeën, die ons als pleister op de toonde werden be loofd, lieten zich niet zien. Later op de morgen troffen we Gaston Laurent, voortreffelijk kenner van de vogelwereld van de Vogezen, die de aanwezigheid van auerhanen op de Llnge ln sterke twijfel meende te moeten trekken. Maar de prachtige haan, ln baltshoudlng opgezet, in de huiskamer van Batöt was er in de vorige lente geschoten en in het hotelletje van vriend Demangeant prijkt er ook een. De volgende ochtend'regende het en de dag daarop hing er een dikke mist over de berghellingen. Geen kans op auerhanen dus èn het werd nu toch heus tijd om huiswaarts te keren. Wat we dan ook maar deden, zij het met veel spijt en de vaste belofte, volgend jaar terug te komen in de tweede helft van April. Wat we stellig van plan zijn. De terugreis was te snel. om veel verrassingen te kunnen bieden. Al ge noten we van de mlllioencn wilde nar- cisjes die de hellingen van het Lac de Lor.gemer en de Vahée des Granges geel kleurden. Even buiten Nancy, bjj Champigneulie. zweefden maar liefst eif zwarte milanen boven de Moezel t daarvoor waren we nu helemaal naar Rheinfeitien gereden!). Het was al heel laat, toen we een paar kilometer voor Heinerscheid, in het Noorden van Luxemburg, een landweg insloegen en ten slotte aan de rand van een bos de tentjes opsloe gen. Vóór we insliepen hoorden we gedruis in het bos en gekraak van takken, maar we waren te slaperig, om er veel aandacht aan te schen ken. Pas toen de volgende ochtend een paar jagers langs kwamen en vertelden, dat ze op sangliers joegen, die de akkers in de omgeving terro riseerden, drong het tot ons door, dai het gekraak in het bos wel eens door wilde zwijnen kon zijn veroorzaakt. Wat ons, als we het hadden geweten, wel niet zo rustig zou hebben doen slapen. De hoop, nog ergens zo'n snuiter te zien te krijgen, bleek ech ter ijdel. CANTECLEER. Nu spreekt de bijbel ook van lioolp. Maar bjj nadere beschouwing is deza hoop nooit in het leven zelf gegrond. De levende hoop. waarover bjj voor beeld Petrus spreekt in zijn eerste brief, is gegrond dn God. En wel heel in. het bijzonder in die God, die Zijn Zoon Jezus Christus uit de doden heeft opgewekt- Deze daad van God, dit heilsfeit, ia echter geenszins een onberekenbare factor. Deze daad ligt verankerd in de geschiedenis der mensheid. De trouw van God over alle creaturen is als heit ware verpersoonlijkt in de lichameljj'ke gestalte van Zijn Zoon, de opgestane Heer. De opstanding van Jezus Christus, het ingrijpen van de levende God in de doodsheid en de dodelijkheid van ons aardse levn is de enige, ware, stabiele geloofsgrond van een hoop, die nooit wankelt. Terecht dus een levende hoop! Wie met deze levende hoop zjjn leven bouwt heeft zeker op geen zand ge bouwd. Wildervank. L. G- Chr. GRABANDT (Ingez. med.-advertentie)

Krantenbank Zeeland

Watersnood documentatie 1953 - kranten | 1953 | | pagina 1