lit
ócjezLCi
Nieuwe Nederlandse legerplan verwierf
algemene goedkeuring
Onafzienbare stroom van mensen trekt
Nederlandse legatiegebouw binnen
DE
Watersnoodcommissie bepleitte belangen
van de middenstand
DE
Exportpropaganda
ALGEMEEN HANDELSBLAD VAN VRIJDAG S MEI 1953
3
VOOR critiek op Nederlands monetaire
politiek gedurende een reeks van
jaren na de oorlog' moge gerede
aanleiding hebben bestaan, op het punt
van de loon- en prijspolitiek heeft ons
land een lijn gevolgd, die ook gericht
was op de toekomst. Wij hebben geen
nominale koopkracht in de vorm van op
geschroefde lonen in het verkeer ge
pompt, die toen de productie eenmaal op
peil was gekomen niet reëel werden ver
diend. Het is waar, dat wij hiertoe ook
minder verleid werden dan b.v. België,
dat in die jaren van wederopbouw door
zijn omstandigheden en economische
structuur er belangrijk beter aan toe
was dan Nederland. Misschien had
België kunnen bedenken, dat er andere
tijden in aantocht waren, waarin zijn
toenmaals essentiële producten, minder
essentieel zouden worden en waarin voor
verbruiksgoederen weer, in concurrentie
met. andere landen, de afzet met grotere,
inspanning verworven zou moeten wor
den.
Ons land is in de voor ons zo moei
lijke jaren toen het monetair evenwicht
nog niet was bereikt, de gulden een
zwakke en de Belgische franc een harde
valuta was, als Benelux-partner wel
eens als een blok aan het heen be
schouwd. De nadelen hiervan, voor België
werden toen door Nederland wel dege
lijk beseft. Wij hebben echter vertrou
wen gehad dat Nederla.nd zijn econo
mische moeilijkheden zou weten te over
winnen en dat vertrouwen is niet be
schaamd geworden. Op dat vertrouwen
grondden wij destijds ook onze toekomst
verwachtingen voor de Benelux en met
onderling begrip werd hieraan met
België en Luxemburg voortgewerkt.
ER volgde een periode waarin wij in
de geest van de gedachte aan één
tolgebied voor de drie landen, onze
binnenlandse markt met Belgische fcex-
tiegoedercn lieten verzadigen. Dat werd
door België, terecht als vanzelfsprekend
geaccepteerd. Voor de Nederlandse in
dustrie. was dat een moeilijke tijd. Thans
heeft België zijn moeilijkheden die veel
al wortelen in te grote soepelheid op het
punt van lonen en sociale politiek, welke
laatste ook in Nederland allerminst
werd verwaarloosd, maar die wij wisten
aan te passen aan ons economisch
potentieel.
Nederland heeft getoond een open oog
te hebben voor de moeilijkheden, die
voor bepaalde takken van de Belgische
industrie blijken te zijn ontstaan en het
blijft te allen tijde bereid om in samen
werking naar een oplossing te zoeken.
Maar het zal weinig waardering kunnen
opbrengen voor argumenten, die er op
berekend' zijn, de moeilijkheden in het
bijzonder aan Nederland te. wijten.
'Nederland zal het met zijn export in
de toekomst zeker niet gemakkelijk heb
ben. Het is een levenskwestie voor ons
land, om volume en waarde in een zo
gunstig mogelijke ruilvoetverhouding
tegenover de invoer, gestadig op te voe
ren, teneinde de levensstandaard in
stand te houden, die in het algemeen
niet lager is dan in België. Wij zullen
ons daarbij moeten instellen op het leve
ren van kwaliteitsproducten en niet door
het exporteren van goedkope massa
producten. Voor dit laatste is de indu
striële basis van Nederland te smal en
e*»n dergelijke poging zou slechts kun
nen gaan ten koste van het welstands-
peil der arbeiders, waarmede dus het
gestelde doel allerminst zou worden be
reikt. Een andere kwestie is, da.t wij
ons onder zulke omstandigheden niet
kunnen veroorloven het loonpeil zonder
een dienovereenkomstige stijging van de
arbeidsproductiviteit, bewust op te
JjJET is toch eigenlijk jammerdat er langs de Amster
damse grachten geen of bijna geen café's en restaurants
ijn, waar vreemdelingen (en ook Amsterdammers zelf) op
hun gemak kunnen gaan zitten om zich te verlustigen aan
de aanblik van zo'n rij prachtige gevels. Natuurlijk men kan
er ook wandelend genieten, maar zolang de kans groot blijft
dat men op een Amsterdamse gi'aoht door een auto wordt
overreden, is dit genot nogal sterk beperkt. Om, deze typisch
Amsterdamse schoonheid op zich te laten inwerken, is het.
dig dat men er een poosje rustig naar kan kijken en-ge-
D
,IT alles wordt door de Belgische
regering', naar bij verschillende ge
legenheden is gebleken, wel beseft,
al wordt er ook van deze zijde de laatste
tijd bij herhaling' de nadruk gelegd op
het loonvraagstuk. dat door minister
Van de Kieft te Brussel als schromelijk
overdreven werd gekenschetst. De Bel
gische ministers Van Zeeland en Duvieu-
sart hebben er de nadruk op gelegd, dat
een oplossing door aanpassing moet wor
den gevonden zonder welke de Econo
mische Unie niet verwezenlijkt zou kun
nen worden. Het zal hier voldoening
hebben gewekt dat minister Van Houtte
nog eens onderstreepte, dat België van
de douane-Unie grote voordelen heeft
gehad.
Men behoeft er nauwelijks aan te twij
felen, dat België zonder douane-Unie de
protectionistische kant op zou worden
gedreven. Door een economische afweer
tegenover Nederland zouden de takken
van bedrijf, die thans het meest klagen
over concurrentie, tijdelijk misschien in
een gunstiger positie komen. Maar het
zou al spoedig blijken, dat België's posi
tie op de wereldmarkt daardoor niet zou
verbeteren en dat de moeilijkheden van
thans geleidelijk zouden terugkeren.
DIT is de zuivere economische kant
van het vraagstuk. Maar er is
meer. Op de Benelux-landen rust
een zware verantwoordelijkheid tegen
over de Westerse wereld. Een misluk
king' van regionale integratie zou een
slag betekenen voor het denkbeeld van
een Europese integratie, politiek en eco
nomisch. Dat dient te worden voor
komen en dat wordt door hen, die in
België de actie tegen de Benelux voeren
en de positie van de Belgische regering
steeds moeilijker maken, te weinig
beseft.
Het is niet meer dan natuurlijk, dat
Nederland, indien er besprekingen op
politiek niveau plaats vinden, bereid
moet zijn tot actieve medewerking, die
België 'in de gelegenheid zou kunnen
stellen om die aanpassing te zoeken,
welke voor de handhaving van de
Douane-unie en de totstandkoming van
de Economische Unie noodzakelijk moet
worden geacht. Maar die medewerking
zal niet mogen inhouden, dat de Neder
landse lonen in Nederland nominaal
worden opgevijzeld tot een peil, dat eco
nomisch niet verantwoord zou zijn.
Want dit zoii immers aanleiding gaan
geven tot een terugkeer van spanningen,
die wij zo juist met grote krachts
ontplooiing te boven zijn gekomen.
Zes en zeventigste lijst
van slachtoffers van
dc watersnood
I-Iet informatiebureau van het Ned.
Roode Kruis heeft de 76e lijst van ge
borgen en geïdentificeerde slachtoffers
van de watersnood uitgegeven.
KORTGENE
Susanna Wilhelmina Timmerman,
geb. 19-7-1943, laatste adres: Veerweg
5, Kats.
OUDE TONGE
Elizabeth Breeman, geb. 22-11-1897,
laatste adres: Fred. Hendrikstr. 146 bis,
Utrecht; Hendrik' Cornelis Hendrik
Bruinse, geb. 20-5-1945, Stationsweg 81
en Covnelus Fris, geb. 22-9-1876, B 66.
SEROOSKERKE
Cornelia LegemateOosse, geb. 22-4-
1887, laatste adres: B 9.
tuige is van het langzame wisselen van schaduwen langs
vensterlijsten en gebeeldhouwde geveltoppen. Het wandelen
erlangs geeft wel een algemene indruk op zichzelf ook al
van betekenis voor degeen die voor stedeschoon gevoelig is,
maar toch meer geschikt voor wie zich weinig tijd gunt.
Gelukkig zijn er foto'sdie de fijnproever in staat stellen de
gevels rustig te beschouwen. Bovenstaande foto is. na
tuurlijk. van de Keizersgracht; zomaar een r-jtje huizen.
De fotograaf had evengoed een eind verder kunnen gaan,
want overal op deze gracht en op andere hoofdgrachten van
Amsterdam vindt men eenzelfde rijkdom aan architectuur
en eenzelfde distinctie van sfeer. En wanneer men zulk een
plaatje ziet komt men vanzelf tot een exclamatie als waar
mee wij dit praatje begonnen. Ja, waarom zitten toch zoveel
van die eethuisjes en gezellige cafè's in sombere achter
straatjes verscholen in. plaats van op punten waar zij uitzicht
bieden op het edelste dat Amsterdam bezit? Maar één ding:
als zij er komen, dan d.a,t spreekt vanzelf - in stijl!
(Foto van Aart Klein)
MINISTER STAF BEVESTIGT:
Toch (gedeeltelijk) Amerikaans materieel
voor territoriale troepen
(Van onze Haagse redacteur)
MINISTER Staf heeft gisteren enige toelichting gegeven op het eom-
niuniqué, dat wij op 27 April hebhen gepubliceerd, na afloop van de
vergadering van de Raad van ministers van het Noord-Atlantische verdrag
te Parijs. Hij bevestigde, dat het nieuwe Nederlandse legerplan thans de
goedkeuring heeft van alle daarvoor in aanmerking komende instanties.
Tot een bedrag van £250 millioen zijn de kosten voor een additioneel
program voor infra-structurele leveranties goedgekeurd, maar er is nog
geen oplossing gevonden voor de verdeling van deze kosten over de
veertien landen.
Nederland weet dus op T ogenblik ook nog niet hoe groot haai- aandeel
daarin zal zijn. Dit besluit betekent intussen, dat alsnog een aantal belang
rijke objecten zal kunnen worden uitgevoerd. Het programma heeft be-
rekking op de eerstvolgende drie jaren.
OFSCHOON de territoriale verdedi
ging: van ons land en uiteraard ook
die van de andere NATO-landen
een gelegenheid is.' die in de eerste
plaats de regeringen van deze landen
aangaat, en die zij dus ook zelf hebben
te organiseren, heeft generaal Gruen-
theuj staf-chef van het geallieerde
hoofdkwartier te Parijs verklaard, dat
er voor de territoriale verdediging toch
op bepaalde onderdelen naar samen
werking zal moeten worden gestreefd
met het NATO-opperbevel in Europa.
Deze beperkte samenwerking zal mee
brengen dat, voorzover delen van dé
territoriale troepen van Nederland daar
voor worden gebruikt, deze ook met
Amerikaans materieel, vallende onder
M.S.A. zullen worden uitgerust.
Omtrent de bestelling van de
Hawker Hunter, die Nederland
(Fokker) in samenwerking met
België zal bouwen, deelde de minis
ter mede, dat de eerste toestellen
omstreeks medio 1956 zullen moeten
worden afgeleverd. De bestelling van
Meteors zal tegen het einde van dit
jaar volledig zijn uitgevoerd.
Vertraging ondervindt nog de bestel-
ig van nachtjagers. De oorzaak daar
van is, dat de deskundigen het nog niet
eens zijn over het meest geschikte
toestel.
Voor de luchtstrijdkrachten der
Marine is men verder gevorderd. De
Fireflies zullen worden vervangen door
Avengers, een Amerikaans verkennings
toestel, dat tevens voor bestrijding van
onderzeeboten kan worden gebruikt.
Verder zullen de Harpoons, thans in
gebruik bij de Marineluchtstrijdkrach-
ten, worden vervangen door Neptunes,
waarvan de aflevering medio 1954 be
gonnen zal worden. De Neptune is een
zeer moderne lange-afstandverkenner,
die ook gebruikt kan worden voor be
strijding van duikboten.
Nog dit jaar, zo zeide de minister
verder, zullen bij de Kon. Marine vier
Amerikaanse befschroefvliegtiügen in
gebruik komen.
Naar aanleiding van tegenstrijdige be
richten over de toekomstige functies
generaal Juin werd de minister ge
vraagd in hoeverre het juist is, dat
generaal Kruis voor een van deze func
ties in aanmerking zou komen. Gene
raal Juin is thans, behalve inspecteur-
generaal van de Franse strijdkrachten
en voorzitter van het Franse comité van
chefs van staven, in NATO-verbancl be
velhebber van de landstrijdkrachten in
de centrale sector. Het zou nu de be
doeling zijn generaal Juin te belasten
met het bevel over alle strijdkrachten
ln de centrale sector.
Voor het onderbevel van de landstrijd
krachten in de centrale sector zou dus
een andere bevelhebber moeten worden
aangewezen. Minister Staf bleek van
mening dat indien generaal Juin tot
bevelhebber van alle strijdkrachten in
de centrale sector zou worden aange
wezen, hij zeer wel tevens zou kunnen
worden belast met het onder-commando
over de landstrijdkrachten. Mocht blij
ken, dat men deze functie niet in één
persoon verenigd wenst te zien, dan zou,
naar de opvatting van minister Staf
voor dit onder-commando niet een
Franse generaal moeten worden aan-
.ewezen, maar een officier van een
Uit deze mededeling van de minis
ter menen we de conclusie te mogen
trekken, dat generaal Kruis eventueel
voor deze functie niet in aanmerking
komt.
De staatssecretaris van Oorlog, mr
Kranenburg, heeft vervolgens nog enige
mededelingen gedaan-over de besteding
van de uitgetrokken gelden voor aan
schaffing van materieel. Zoals bekend
waren op de begrotingen voor 1951 t/m
1954 telkenjare 1,5 milliard voor de
defensie beschikbaar. Omdat de plannen
in 1951 nog niet vaststonden, konden
niet alle op de begroting voor dat jaar
beschikbare gelden worden 'besteed. Van
1951 was dus in 1952 nog een deel over.
Dezelfde situatie deed zich in 1952 voor.
Zo bleef er over de jaren 1951 en 1952
in totaal 700 millioen ongebruikt.
Maar in het thans lopende jaar zal
1600 millioen worden besteed en in
1954 zelfs 1700 millioen; in totaal zal
dus 300 millioen worden ingelopen.
Aan het einde van de vierjarige periode
zal er dus nog 400 millioen beschik
baar zijn, doch dit bedrag zal stellig
daarna nog een bestemming krijgen, af
gezien van de extra inspannine. welke
Nederland zich wil getroosten tot een
bedrag van 300 millioen, dat alsno;
uit de tegenwaarde-rekening van d
Marshall-hulp zou moeten worden ge
put, gesteld dat dit Nederlandse plan
de goedkeuring van de Amerikaanse
administratie krijgt. Zoals we onlangs
schreven, zijn hierover voorstellen aan
Washington gedaan.
KONINGIN JULIANA ONTVANGT IN OSLO
Grootse Maria Stuart, Schillers drama, in zaal vol van kleur en
schittering „Takk" zegt de Koningin der Nederlanden
(Van een onzer verslaggevers)
Oslo, 8 Mei
IN een wijnrode zijden japon, een zilver
vos om de schouders, een zwart kapje
met een hoge aigrette op het hoofd,
stapte Koningin Juliana, gistermiddag
uit de auto voor de ingang van de kin-,
derkliniek van Oslo's Rijkshospitaal. Een
rij verpleegsters met sneeuwwitte schor-:
ten stond voor het gebouw te wuiven en
in de lager gelegen straat rekten hon
derden toeschouwers de halzen om te
zien hoe Nederlands vorstin samen met
Koning Haakon de glazen hal betrad, en
zich vriendelijk lachend voorover boog
om uit handen van een patiëntje een
roodblonde pop in Hallingdals costuum
in ontvangst te nemen. „Takk", zei de
Koningin, en het meisje vluchtte blo
zend.
De directeur van het ziekenhuis, dr
Jonn Caspersen, en de leider van de
orthopaedisehe kliniek, prof. L. Salomon-
sen, verwelkomden H.M. met een ferme
handdruk. Ook de minister van Sociale
Zaken, mevrouw A. Aas land, begroette
de hoge bezoekers, die vervolgens met de
lift gezwind naar de achtste verdieping
stegen. In een der zalen was een Neder
landse cameraman tussen twee kinder
bedjes verscholen.
HANDWERKJES VOOR DE PRINSESSEN
NA het bezoek aan het ziekenhuis, dat
de Koningin ten zeerste bewonder
de om de moderne inrichting, reed
zij samen met Prins Bernnard, die inmid
dels een bezoek aan de scheepswerf,
tegenover het stadhuis had gebracht,
naar het gebouw van het Nederlandse
i'ezantschap aan de Oscarsgate, een
lange deftige straat met groenende voor
tuinen, niet ver van het paleis in het cen
trum van de stad. Hier werd de receptie
jehouden die wij gisteren reeds met wei
nig woorden aankondigden. In een Ame
rikaanse kleuterschool, recht tegenover
het witte Nederlandse legatiegebouw,
een garderobe geïmproviseerd. Jam
mer voor hen, die zich blootshoofds en
zonder beschermende overjas en mantel
straat moesten begeven, viel er even
een buitje uit een overdrijvende kleine
wolk, maar gelukkig duurde het niet
lang of de zon verscheen weer.
In de werkkamer van de gezant en
ln de aangrenzende salon, waar een om
vangrijk buffet stond te wachten op de
thee, hing een Bedwelmende geur van
talloze anjerboe'ketten. Toen H.M. en
Z.K.H. het gebouw binnengingen, kwam
een Noors meisje van Nederlandse af
komst, de achtjarige Merethe Bergh,
met een zware bos bloemen naar voren,
een geschenk van de Nederlandse Club.
En een groepje kleine Nederlandse
meisjes bood geschenken aan voor de
Prinsesjes, armbanden, tasjes, kleine
dingen in minuscule pakjes. Ten gerieve
van de filmoperateurs en fotografen
werd de kamer, waar het koninklijk
echtpaar de bezoekers ontving, in fel
licht gezet.
Een onafzienbare stroom van mensen
trok door de vestibule naar binnen. We
zagen een aantal nonnen uit het Neder
landse missiegebied in Noorwegen; een
harer trachtte pakjes in geel papier
onder haar overkleed te verbergen. Toen
wij vroegen wat dit had te betekenen,
antwoordde zij: „Handwerkjes voor de
Prinsessen. Zouden we ze aan de
Koningin durven geven?" Even later
kwamen de dames terug met een kleur
van vreugde op het gezicht. De Konin
gin, zeiden zij, was heel blij met de
cadeautjes geweest.
We zagen ook de vliegers onder lei
ding van majoor S. de Jongh, die drie
dagen geleden het koninklijk personeel
en de bloemen van Aalsmeer naar Oslo
hadden overgevlogen.
LAURITS SAND, DE GROTE VERZETSHELD
EEN oude heer met wit haar kwam,
enigszins moeilijk lopend maar fier
rechtop en met opmerkelijk ern
stige blikken de receptiezaal binnen.
Nauwelijks had de Koningin hem ont
waard of ze liep op hem toe en schudde
hem bijzonder innig de hand. „Waarom
hebt u nu uw vrouw niet meegebracht
vroeg zij. Deze man, Laurits Sand, is de
enige Noor, voor wie tijdens zijn leven
een standbeeld is opgericht. Hij is de
grote verzetsheld van Noorwegen, die
d'e leiding had bij de organisatie van het
verzetswerk 'tegen de bezetter. De Duit
sers hebben hem gevangen genomen en
ongelooflijk doen Irjden, .maar hij is er
levend afgekomen, zij het dan ook phy-
siek gebroken. In het plaatsje Skiel,
waar een groot concentratiekamp was,
vindt men thans zijn borstbeeld met het
woordje „Nej" er onder, dat zijn grote
verzetskracht uitdrukt.
Dinsdagavond voor de galamaaltijd
ten hove, heeft koning Haakon deze
held aan koningin Juliana voorgesteld.
Zij heeft toen met hem langdurig ge
sproken over allerlei dingen, vooral ook
over „zijn" Indië, waar hij dertig jaar.
lang op een theeplantage heeft gewerkt.
Hij vertelde ook van zijn vrouw, de
Haagse Anne Moll, die de laatste tijd
zeer" doof is geworden, ,,U moeit haar
morgen meebrengen", had de Koningin
maar nu was mevrouw Sand na
een. slapeloze nacht toch niet meegeiko--
men omdat zij vreesde door haar doof
heid tot last té zijn.
Over wat hij ervoer in gevangenschap
zwijgt deze man altijd, hij beroept zich
op niets en toch... toen koning Haakon
in 1945 da bevrijdingsparade afnam, lag
Laurits Sand op een brancard vlak
naast Zijne Majesteit. Hij en de Koning
'zijn nu vrienden voor het leven.
Tot de genodigden op de receptie be
hoorde ook onze befaamde schaatsen
rijder Kees Broekman. Hij wilde in geen
geval op het Nederlandse appèl ontbre
ken.
SCHOUWBURG: ONVERGETELIJKE FIGUREN
,E avond viel aarzelend over de stad,
en langs de Carl Johamnsgate wer
den de eerste vlaggen al gestreken.
Men kan goed merken dat Noorwegen
een echt zeevarende natie is, waar men
het vlaggebruik respecteert en de pu
blieke belangstelling viel nu op de Na
tionale Schouwburg', waar ter ere van
onze Koningin en de Prins een feest-
voorsteliing werd gegeven van Schillers
drama Maria Stuart. Vele honderden
verzamelden zich op het plein voor de
standbeelden van Ibsen, Björnson -en
Holberg', om getuig'e te zijn van het
voorbijflitsen van fluweel, satijn, bro-
caat, tule en organdi, onder het geroffel
van dichtklappende autoportieren en het
geronk van motoren. Maar wat was het
schouwspel buiten vergeleken met dat
binnen de muren van het theater? De
zaal onder de schitterende lichtkroon,
fonkelde van gala-pracht; met breed
uitwaaierende gewaden, glanzend en
changerend van tint, werden dames
naar haar plaatse geleid door heren in
rokcostuum, veelal schitterend gedeco
reerd.
Aller ogen richtten zich eerst naar
het midden van het balcon, waar de
Koning en zijn gasten plaats zouden
nemen. Voor de Koninklijke zetels
hingen kostelijke bloemstukken over de
rand, in rood, wit en blauw; rode anjers,
met wijdgeopende witte narcissen en
paarsblauwe lelies, met oranje linten en
guirlandes. Tien over acht reeds de ge
hele zaal op. Wij zagen de Koning in
gala, gouden kraag, gouden schouders.
Kóningin Juliana droeg een platina-
kleurig- tulen avondkleed en een juwe
lenschat van zeldzame schittering. Het
orkest zette de volksliederen in. Eerst
het Wilhelmus, dan ,,Ja vi elsker dette
landt". Prins Bernhard, in de mooie
gala-uniform van de huzaren, die hij ook
bij de bruiloft in Luxemburg droeg, ging
naast de Koningin zitten. En aan zijn
linkerhand nam kroonprins Olaf plaats.
Aan de andere kant van koning Haakon
zagen we kroonprinses Bertha, een im
posante verschijning, wel grijs, maar
nog slank en jeugdig, in een rookkleurig
toilet, voor zover wij dit tenminste van
enige afstand konden waarnemen, waar
op h.et brede oranjelint van haar hoge
Nederlandse onderscheiding voortreffe
lijk uitkwam.
De Koningin droeg het rode lint van
het Grootkruis der St Olafsorde. Het
zelfde lint prijkte ook op de uniformen
van minister mr J. M. A. H- Luns en
van de gezant, jhr mr Van Kamebeek,
die in de barokke loge links van het
toneel zaten. Het duurde geruime tijd
voordat men beneden kon uitmaken of
ook de prinsessen Ragnhild en Astrid
van de partij waren. Eerst bij het aan
breken van de eerste pauze (er waren
er twee) kon men beide charmante
jonge meisjes zien achter haar moeder.
De voorstelling ofschoon in het
Noors en dus voor ons en vele andere
Nederlanders niet verstaanbaar was
uitermate schoon en boeiend. Het gevoel
van teleurstelling aanvankelijk dat de
keus niet gevallen was op 'een bekend
Noors stuk van b,v. Ibsen, verdween
totaal bij de groots geënsceneerde ont
moeting tussen Elisabeth en Maria
Stuart in de derde acte, om plaats te
maken tot het einde toe voor bewonde
ring voor wat de actrices Aase Bye en
Gerd Grieg hier te zien gaven: onver
getelijke figuren, vooral ook de getour
menteerde Koningin Elisabeth. Na af
loop van. de voorstelling, die op Engelse
wijze met het spelen van „God save the
King (Queen)" werd besloten, hebben
naar schatting een duizend mensen op
straat het vertrekkende koninklijke ge
zelschap luid toegejuicht. Het was bijna,
twaalf uur, hetgeen voor deze overigens
koele, nuchtere, vroeg naar bed gaande
stad wel 'iets betekent.
LAATSTE DAG IN NOORWEGENS HOOFDSTAD
HET Koninklijk bezoek aan Oslo loopt
nu op zijn eind. Het vertrek is vast
gesteld op vanmiddag half vier.
Dezelfde ceremonie als bij de aankomst,
maai- nu in omgekeerde volgorde, zal
stellig weer velen naar de vlieghaven
Fornebu lokken.
Vanochtend werd de chocoladefabriek
Freia bezïchtig,d, een industrie, die in
Noorwegen bekend staat om de uit
stekende sociale verzorging. Alvorens
daar heen te g'aan wilde H. M. nog een
korte bespreking voeren met verschei
dene jeugdgroepen padvindsters enz. dn
•het Nederlandse legatieg'ebouw. Te half
één vertrokken H. M. en Z. K. H. naar
het buiten Skaugum aan de Oslofjord,
waar zij bij Kroonprins Olaf en Kroon-
prinsés Bertha de lunch gebruikten.
Maar dit was dan ook het allerlaatste
punt op het programma van het Konink
lijk staatsbezoek aan Noorwegen.
De Oslose bladen hebben veel aan
dacht aan dit bezoek gewijd, en elk blad
doet dit natuurlijk op zijn eigen marnier.
De conservatieve Aftenposten lichtte
zijn lezers vooral in over „wie er bij de
galamaaltijd en receptie waren" en
publiceerde grote foto's van de Koningin
en de Prins samen met de Noorse
Koninklijke familie in de salons poserend
of een krans leggend bij het graf van
de gevallen helden. Verdens Gang, een
boulevardblad, het woord is misschien
iets te gewaagd voor Oslo vertelt bij
zonderheden over de feestelijke lunch in
Dronningen en komt met speciale inter
viewtjes van chefkok enz. Het geeft ook
foto's van servies en bestek enz. Het
blad Arbejderbladet, dat zich over het
algemeen weinig om royalty bekommert,
geeft op zijn voorpagina een foto van de
Koningin, die door burgemeester Buil
wordt verwelkomd, en een uitvoerige
beschouwing over H. M.'s woorden be
treffende de noodzakelijke solidariteit
tussen de vrije volken, woorden waar
bij het blad zich gaarne aansluit. Zo
zingt dus ook in de Noorse hoofdstad
ieder vogeltje zoals het gebekt is.
Vierde divisie oefent in
Duitsland
(Van onze Haagse redacteur)
De Vierde Divisie zal in September
deelnemen aan een grote NATO-oefe-
ning, welke in Duitsland zal worden ge
houden.
De Derde Divisie zal in Augustus voor
een mobilisatie-oefening worden opge
roepen.
Critiek op onvoldoende coördinatie tussen
de ministeries
Wat aan de top kan
lagerop onmogelijk
commissie voor de watersnood
uit de Tweede Kamer heeft een
overzicht gegeven van de besprekin
gen, welke zij heeft gevoerd met de
staatssecretaris van Econ. Zaken en,
de directeur-generaal voor de midden
stand over een aantal aangelegenhe
den, die de middenstand in het ramp
gebied betreffen.
Aanleiding tot deze bespreking was de
ongerustheid in middenstandskringen
over het uitblijven van de schaderege
ling. Deze zorg betreft niet de vraag of
er schadevergoeding zal worden uitge
keerd daarvan is iedereen wel over
tuigd maar wel de wijze waarop, de.
snelheid waarmede, en langs welke
wegen tot eeh bevredigende oplossing
van deze problemen kan worden geko
men.
De commissie had de indruk.dat
van een goede coördinatie tussen de
ministeries, zoals die van Financiën,
van Maatschappelijk Werk en van
Econ. Zakendie bij deze problemen
zijn betrokkenweinig of geen sprake
Ook was de commissie van meer
dan één zijde bericht., dat op véle
plaatsen de schade nog niet eens is
opgenomen.
De staatssecretaris heeft verklaard,
dat de coördinatie thans aan de top zeer
goed genoemd mag worden. Een zo som
bere uiteenzetting had hij dan ook niet
verwacht. Overigens achtte hij het be
grijpelijk, dat niet alle moeilijkheden tot
een oplossing kunnen worden gebracht,
zolang de watersnoodschadewet niet is
tot 'stand gekomen.
Het wachten op de totstandkoming
van deze wet achtte de commissie
zeer ongelukkig. Zij opperde de mo
gelijkheid, dat de interdepartemen
tale commissie voor de middenstand,
waarvan de staatssecretaris voorzit
ter is, zachtzinnig, indien het kan,
doch hard, indien het moet, op de
deuren van de betrokken departemen
ten zou kloppen om deze zaak in be
weging te brengen.
De staatssecretaris bracht hiertegen
in, dat persoonlijk ovei'leg in vele geval-
g'oed werkt en zelfs beter en meer
bevredigend.
Van de zijde van de commissie werd
voorts opgemerkt, dat in de meeste ge-
•allen de slachtoffers niet weten tot
welke instantie zij zich moeten wenden.
Ook de besturen van de organisaties van
de middenstand kennen de weg vaak
niet, evenmin als ambtenaren in vele
gemeenten. Het was leden der commissie!
bij bezoeken aan plaatsen in het ramp
gebied gebleken dat, zelfs wanneer aan
een middenstander de weg wordt gewe
zen, hij zijn doel niet kan bereiken, om
dat ambtenaren hem meestal bij het be
gin de pas afsnijden met de opmerking,
dat zij over een regeling' niets hebben
gehooixl of dat zij, indien zij hiervan wel
hebben gehoord, geen toestemming heb
ben om de regeling toe te passen.
Wanneer de leden van de commissie
zich echter voor een bepaald geval wen
den tot b.v. de minister van Maatschap
pelijk Werk of tot hoge ambtenaren van
diens departement, dan blijkt telkenmale,
dat voor zeer vele gevallen wel regelin
gen en richtlijnen zijn getroffen en dat
aan de uitvoering hiervan niets in de
weg staat. De conclusie is, dat hetgeen
aan de top klopt, lagerop niet wordt
begrepen, of dat het contact tussen hoog
en laag ergens is onderbroken.
De staatssecretaris bleek bereid met
andere departementen te overleggen, of
het mogelijk is een eenvoudige publicatie
samen te stellen ten behoeve van ramp
slachtoffers, waarin de getroffen rege
lingen worden samengevat. Intussen
heeft de staatssecvetai-is de centrale
middenstandsorganisaties reeds volledig
laten documenteren, waardoor deze in
de gelegenheid zijn haar leden voor te
lichten.
Opbouwdag Rotterdam
Nieuwe treinverbinding
en helicopters
(Van onze correspondent)
Rotterd am, 8 Mei
Op 18 Mei, de Rotterdamse Opbouw
dag, zal de eerste passagierstrein van
Gouda via Nieuwerkerk aan de IJssal
naar Rotterdam D.P. rijden. Deze eer
ste trein van de nieuwe dienstregeling
der N.S. zal om 9.22 uur uit Gouda
vertrekken en om 9.51 uur in Rotter
dam aankomen.
Een aantal genodigden, dat met deze
trein reist, zal op het station D.P.
namens de directie van de N.S. worden
ontvangen. Hierna volgt een rondrit
door de Maasstad, tijdens welke o.a.
het' Hofje van Gerrit de Koker officieel
zal worden geopend. Ook Hoogvliet,
waar onlangs 928 woningen gereed zijn
gekomen, zal worden bezocht. Hier za!
wethouder J. Meertens een plaquette
onthullen, 's Middags zal aan de Blaak
het door P. Starreveld vervaardigde
beeld De Welvaart worden onthuld.
Aan Katshoek worden omstreeks
4 uur twee helicopters uit Brussel ver
wacht. Om 5 uur zullen deze toestellen
de terugtocht aanvaarden.
De Opbouwdag zal worden besloten
met een concert in de Rivierahal ten
bate van het orgelfonds van de St.
Laurenskerk, Burgemeester Van Wal-
sum zal tijdens de pauze een rede uit
spreken.
(Ingez. med.-advertentie)
HET afstemmen'van een toenemend
deel der productie op de afzet naar
het buitenland moge een eerste
voorwaarde zijn om het economisch
doel, dat Nederland zich heeft gesteld:
opvoering van de export tot het schep
pen van levensonderhoud voor de aan
was der bevolking, te bereiken, men
heeft daarvoor ook hulpmiddelen nodig.
Tot die hulpmiddelen rekenen wij het
individueel bewerken van afzetgebieden
alsmede het geven van bekendheid in
het buitenland aan hetgeen de Neder
landse export weet te bieden. Met dit
doel wordt er tegenwoordig veel meer
literatuur over Nederland in het buiten
land verspreid dan vroeger het geval
was.
Een bijdrage hiertoe levert een En
gelse vertaling van het verleden jaar
verschenen en in ons blad besproken
werkje: Een wereld van groei, uitgege
ven door het Verbond van Nederlandse
werkgevers.
Dit boekje' van ruim 100 pagina's
vangt aan met een algemeen overzicht
over de industriële ontwikkeling, pro
ductieindexcijfers der verschillende in
dustrieën en van de cijfers van de bui
tenlandse handel alsmede de betalings
balans. Hier en daar hadden de gege
vens op het laatste moment missehïen
nog iets bijgewerkt kunnen worden.
Maar niettemin geeft het overzicht een
indruk van de oogaande lijn in de eco
nomische ontwikkeling van Nederland.
In de volgende hoofdstukken worden de
verschillende takken van bedrijf afzon
derlijk behandeld, zodat buitenlandse
importeurs zich gemakkelijk kunnen
oriënteren over de positie van een be
paalde tak van industrie hier te lande.
De vertaling' uit het Nederlands was
in goede handen. Het was de heer H. G.
Franks, Engels journalist in Nederland
en voorzitter van de Buitenlandse pers
vereniging, die deze taak uitvoerde,
zodat het boekje voldoet aan de eisen,
die aan een dergelijke uitgave mogen
worden gesteld.
UIT DE STAATSCOURANT
De titulaire rang van generaal-majoor
is toegekend aan de gepens. kolonel tit.
der infanterie W. A. Boswijk, thans
woonachtig in Amsterdam.