MAO'S STER HELDER COURVOISIER wmtj cognac SONNET door J. W. F. Werumeus Buning door Cyril Ray EEN EEUW KERKELIJKE HIËRARCHIE door prof. mr J. A. van Hamel Godsdienstig leven liar®*'' II Cortlever biedt remise aan Zaterdag 14 Maart 1953 ELSEVIERS WEEKBLAD 33 Bartolomê de Argensola (1562—1631) „Dime, Padre comün" „Zeg mij toch, vader God, die zijt gerechte, Hoe uw voorzienigheid het toe kan laten, Dat de onschuld wordt vertrapt door onverlaten, En 't recht verkracht wordt door de ongerechten? Wie schenkt de kracht aan de armen van de knechten. Die uwe wet vertreden en verlaten, Terwijl die zijn uw ware onderzaten Verzwakken in de dwingelandij der slechten? De palmen takken der victorie vielen Den valsche in de hand. De deugd aanzag Ontsteld, dat onrecht zegeviert op lijden." Ja, dit zei ik waarop er met een lach Een hemelsch gast verscheen, die tot mij zeide Blinde! Is de aard' het eenig rijk der zielen?". LONDEN, Maart Tot dusver weet het Russische volk weinig van Malenkow. Het is moei lijk te zeggen of hij datzelfde hoogste geestelijke gezag over zijn medeburgers zal verwerven dat Stalin bezat, en vóór hem Lenin. Men moet evenwel bedenken dat dit niet, zoals in het Westen, alleen afhangt van de persoonlijkheid van -de leider. Propaganda kan hier veel berei ken. Wie zou met zekerheid kunnen zeg gen hoeveel van Stalins prestige in het binnenland te danken is aan zijn persoon lijkheid en hoeveel aan propaganda? De Rus heeft trouwens behoefte aan een autoritair leider. Ik zelf kan daarom niet geloven dat Stalins dood duidelijke en onmiddellijke veranderingen in de Sowjet-Unie met zich mee zal brengen. Ondanks hongersnood, chaos en een afschuwelijke oorlog heeft hij zijn land tot een van de twee grootste mo gendheden der wereld gemaakt, tot een militaire en industriële kolos. Dit had on getwijfeld ook bereikt kunnen worden op een menselijker manier, met minder offers aan mensenlevens en menselijk leed, maar het is ten slotte bereikt. I Alle tekenen wjjzen er op dat de binnen- landse politiek principieel onveranderd zal blijven, want Stalins binnenlandse politiek is ongelofelijk doeltreffend geweest. „Onveranderd" behoeft nog niet te be tekenen „onaangepast". Reeds kort voor Stalins dood waren nieuwe zuiveringen be gonnen, en nieuwe reorganisaties van de partij en haar machinerie. Zuiveringen zijn inhaerent aan de dictatuur, of het nu de dictatuur van een enkele tyran of van een partij is, want dictatuur kweekt spanningen en verdenkingen. De ene zuivering zou op de andere kunnen volgen zonder dat dit enige belangrijke verandering zou brengen in de hiërarchie of in de plannen op lange termijn. Hetzelfde geldt voor administra- Ds Vastenbrief, dezer dagen van de preekstoelen onzer R.K. Kerken en Kapellen voorgelezen heeft zaken van wezenlijk gewicht voor de geest ge bracht. Herdacht wordt, dat de 4e Maart 1853 bij het besluit Ex qua die van Paus Pius IX, voor de R.K. Kerk in Noord- Nederland het normale bestuur door bis schoppen kon worden hersteld, dat sinds de vrijheidsopstand gedurende meerdere eeuwen had ontbroken. Onder de naam „Honderd jaar Kromstaf" hebben onze katholieke landgenoten dit gevierd. Wel licht is van andere zijde, hier en daar, teruggedacht aan verdere gebeurtenissen, uit de Aprilmaand daaropvolgende. Doch men mag ook wel nü, in 1953, voor ge héél Nederland de vraag overzien, wat dit weder-voortbestaan van een Neder landse R.K. Kerkelijke hiërarchie te be tekenen heeft gekregen. Van de grote Engelse, ja, Europese leider W. E. Gladstone stamt het gezegde, dat te wei nig staatslieden zich rekenschap geven van het gewicht der verhoudingen tussen de kerken en de moderne maatschappij. De krachten kennende van de geestelijke stromingen in de wereld, moet men be grijpen, dat menige kwestie van wereld politieke vermaardheid geringer gewicht in de schaal legt, dan die van kerkelijke aard. Het herstel der bisschoppelijke hiërarchie fn ons land was een onderdeel van 't gehele feit, dat zich in de loop van de 19e eeuw in ons land heeft voltrokkende emanci patie der rooms-katholieken. Dit is ook zo in andere landen geweest. Elders is zij nog nauwelijks voltooid. Zweden bijv. heeft eerst verleden jaar, onder de doorwerking van het internationaal statuut der „Rechten van den Mensch" de benoembaarheid tot alle staatsambten opengesteld. In Nederland is, met de kwestie der processies nog aan hangig, de gelijkstelling van de katholieke bevolking het resultaat van een vurig voort gezet streven, van een reeks van maat regelen en praktische uitvloeisels voor en na de grondwetsherziening van 1848 op 't gebied van burgerschapsrechten druk pers school- en onderwijswezen enz. De vrije wederinvoering van de Nederlandse bisdommen is hierin een markant feit. Niemand moge de betekenis onder schatten der volledige opneming in het nationale bestel van een belangrijke bevol king, die zich voordien had gezien als een „achteruitgezet, lijdzaam en onderworpen deel". Onderschatten ook daarom niet, wijl er grond was geweest, en bleef, voor tegen stellingen tot in de diepste grondslagen, waarop onze vaderlandse staat zich heeft gegrondvest. Een merkwaardige evolutie, bij verge lijking van het tijdstip honderd jaar terug, met dat van heden! 1853 ging met een niet geringe wrijving en wild gerucht over en weer gepaard. Wederzijds ontzag voor elkanders gevoeligheden schoot te kort. Het zou geen nut hebben, nu nog te citeren, hóe een pauselijke allocutie gewaagde van de Hervorming in de Nederlanden. Noch de bezorgdheden van een massa-adres tot de Koning, op het Paleis aan de Dam, ter ge ruststelling van de protestantse onderdanen voor gevaar door hen geducht. Dit is de Aprilbeweging geweest. Op parlementair gebied voortgezet, heeft zij tot de val van het eerste ministerie Thorbecke gestrekt. Achteraf bezien heeft Thorbeoke op waar lijk indrukwekkende wijze de taak van de vrijzinnige staatsman vervuld daarbij eoh- ter ook in zijn visie op de omstandigheden een onverschillig indif ferentisme betoond, dat thans verbaast. Hoe anders is de stand van zaken nu, honderd jaar later, dan toen leek. Verhou dingen hebben zich ingeleefd, anders dan mogelijk scheen. Er heeft zich een door- éénleving ontwikkeld, die speciaal in ons land moeilijker sCheen dan elders. 1815— 1830 had nog eens aangewakkerd, wat in vroegere strijd was opgevlamd. Stellig is het tussen rooms en anders denkenden te onzent nog niet voor honderd procent har monisch. In dorp en stad, in bedrijf en samenleving duren afscheidingen voort. Menig misverstand nog spruit ook uit in geleefd wederkerig ón-begrip, of uit histo rische traditie. Partijpolitiek draagt het hare bij. En er blijven in 's lands verleden hoofdmomenten waarbij men aan verschil lende kanten heeft gestaan. In grote mate evenwel heeft zich een tustige verdraging baan gemaakt, nog in 1853 niet voorzien. Gevaren, toen ge lucht, hebben zich met de Kromstaf in Nederland niet ontwikkeld. Een kuituur- oorlog, als waarin Bismarck is verward, bleef ons bespaard. Een „no popery" be weging trad niet op de voorgrond. Ultra- montanisme kwam weinig aan de orde. De jongste Vastenbrief, ter herdenking van 1853, ademt uitsluitend voldoening van innerlijke vroomheid. Het blijft onder een natie, gebouwd als de onze, plichtte vermijden uitbun dig, uitdagend te zijn. In vele opzichten heeft het laatste tijdvak van de 19e eeuw grote winst voor onze verdere tijd medegebracht. Met het weg vallen van de wereldlijke macht des Pauzen, gevolgd door de bevrijde positie van het Vaticaan, en met het optreden van een figuur als Paus Leo XIII, en degenen die hem opvolgden, hebben duistere wolken in sterke mate de plaats geruimd voor heil zamer sfeer. Dies is ook in Nederland, anno 1953, te zien, wat in 1853 nog vaak anders gedacht werdeen ingeleefd bevolkings deel, rijkelijk zijn aandeel bijdragend in de sociale vooruitgang onzer natie. In hare moderne beschaving en geestesleven. Kunst (bouwkunst) en letteren. In de welvaart. Een sterke bijdrage tevens tot de christe lijke zuurdesem onzer samenleving. Terwijl in 1853 de te vormen bisschop pelijke hiërarchie nog van verschillende zijden kon worden gezien als een vréémd element in den lande, ondoorzichtbaar, ón- nationaal van allure, hebben de afgelopen 100 jaren in toene mende mate een in stelling getoond, die begeert te wortelen in het eiigen volk. Een Nederlands episcopaat in de ware zin des woords. Ieder weet, hoezeer dit ook nog laatstelijk is uitgeko men bij de worsteling, onder en boven gronds, tegen het juk van de Duitse onder drukker. Een volks deel, gehecht aan het streven om tegelijk goed Katholiek en goed staatsburger, goed vaderlander te zijnaan het behoud van ons Nederlandse volkskarakter. Wij herinneren ons levendig, in de span nendste weken van de hongerwinter een be dekte samenkomst van gemengde kring, waar een onzer meest begaafde Nederlandse letterkundigen een tin telende voordracht hield over de karak tertrekken van ons volk. Hij wees er o.a. op, hoe in ons land het Katholieke element in uitgesproken mate opkomt met fleurigheid, vrolijkheid en op gewektheid des levens. Zonder dit te be twisten, werd toen daaraan toegevoegd, dat voor ons volk de kracht toch altijd blijft liggen, en zal blijven liggen in zijn refor matorisch karakter, metzijn onverzette lijkheid, zijn vasthouden aan de strenge eisen des levens, zijn zin voor het prin cipiële. Tevensdat van zulke inslag de stempel ook aan te wijzen is bij andere richtingen. Bij onker- kelijken. En stellig bij onze Katholieken. Zo is er iets geza menlijk eigens van Nederland. In dit kader ziende, vallen verder kwes-' ties van partijformatie en partijpolitiek, van K.V.P., K.N.P. en P.v.d.A. ditmaal buiten de beschouwing. Zij behoren tot het bin nenlandse spel van krachten, waarin zich het Nederlandse staatsbestel voltrekt. Som migen zouden de banden tussen partij vorming en geestelijke levensbeschouwing minder ondoorbroken willen zien. In ons volkskarakter evenwel zijn deze een vast verschijnsel. Voor het Nederlandse staats- gezin a.h.w. een onmisbaar artikel van huis houdelijk gebruik. Om nog een bijzondere reden van zeer actueel belang heeft de aanwezigheid van het R.K. element in dit Nederlands staats- gezin o.i. betekenis. Ieder weet, dat Nederland zich tegenwoordig ten nauwste geeft in de beweging tot internationale integratie, thans zozeer aan de orde. In deze beweging is over de gehele lijn de Katholieke invloed groot. In het alge meen reeds uit analoge grond als bij andere grote groeperingen, die met be paalde vezels aan kosmopolitische ten- denzen zijn gehecht. Speciaal echter is onmiskenbaar, dat in de zg. „Klein- Europese" integratie, waarin ons land nu zo actief opgaat, in hoge mate Katholieke machtsinvloeden samenkomen. Men behoeft slechts de namen der zes landen na te gaan! Sprekend zijn ook, naar een toonaangevend buitenlands dagblad (de „Times") onlangs aanwees, de namen der toonaangevende figuren dezer beoogde statengemeenschap Schuman, de Gasperi, Adenauer. Het zijn alle drie kwekelingen van de Duitse rooms-katholieke hogescho len. Wij wijzen hier alleen maar op, om er op te wijzen! Zonder kritiek. Het is echter kinderachtig, te willen denken dat in deze aangelegenheden nationale gezichtspunten en persoonlijke instellingen geen rol meer blijven spelen. Wij zullen ongaarne ons land geheel In de schaduw zien geraken, en voor wie ge hecht is aan de bevestiging van een Nederlands element, ook voor onze toekomst, is het geruststellend, dat in die kringen op de waakzaamheid ook van een wasecht N e d 'rrcTn d s Katholiek element mag worden vertrouwd. De woorden, waarmede in 1853 koning Willem III in een geroerde redevoering als het ware de toenmalige beweging besloot: „Ik zal God bidden, dat hij mij nog lang moge sparen voor het welzijn niet van een gedeelte, maar van de gehele natie", vragen nog steeds de volle kracht. MAO TSE-TOENG nimmer een echo tieve hervormingen der partij. Tijdens het negentiende partijcongres dat verleden Oc tober werd gehouden, werden de partij- organen gereorganiseerdhet Politburo en Orgburo werden samengesmolten in het Presidium van het Centrale Comité waar Stalin zelf de voorzitter van werd. De nieu we maatregelen waren kennelijk bedoeld om schoonschip te maken en de partij te ratio naliseren. De verdere vereenvoudiging der party organisatie die onmiddellijk na Stalins dood werd aangekondigd, is slechts een nieuwe stap in deze richting een stap waarvan wij mogen aannemen dat hij door Stalin nog tijdens ztfn leven werd goedgekeurd. Wij mogen dus verwachten dat de ont wikkelingen binnen de Sowjet-Unie de zelf de zullen zijn die wij tijdens Stalins leven hadden kunnen verwachten, maar welke uitwerking zal zijn dood hebben op de be trekkingen der Sowjet-Unie met de buiten wereld? Dertig jaren van onafgebroken Sowjet- DE COGNAC MET HET MOOISTE BOUQUET "KÜE5-Ï- 'M'r TTf" $1 Naar een tekening van Jan Toor op propaganda hebben zowel de leiders als de geleiden verzadigd met Stalins interpretatie der Marxistische levensbeschouwing die de grondslag der Russische buitenlandse po litiek vormtde westerse wereld is bedor ven de westerse wereld zal de Sowjet-Unie aanvallen als en wanneer zij dit kan het is de historische plicht der Sowjet-Unie om het Westen van binnenuit dusdanig te ver zwakken dat zulk een aanval onmogelijk wordt of, zo hij toch wordt ondernomen, tot mislukking zal zijn gedoemd. Stalins succes, gezien vanuit het stand punt der Sowjets, heeft hieruit bestaan dat hij een op deze historische inter pretatie gebaseerde politiek volgde zon der een belangrijke diplomatieke neder laag te lijden of ook maar één enkele Sowjet-soldaat in het veld te brengen. Zijn opvolger zal hier gemakkelijker fou ten kunnen maken dan op het terrein der binnenlandse politiek. In het binnenland zal juist het gewicht van het bestuursapparaat niet alleen zorgen voor continuïteit in de politiek, maar ook voor het rechtstrijken van eventuele ver gissingen en misrekeningen. Maar wij we ten nog niet of Malenkow Stalins geduld en scherpzinnigheid in de buitenlandse po litiek zal kunnen evenaren. Malenkow is altijd een bestuursman ge weest, een man van binnenlandse zaken, maar in buitenlandse aangelegenheden zal hij geadviseerd worden (tenzij~ er persoon lijke rivaliteiten bestaan waar wij slechts naar kunnen gissen) door mannen als Molo- tow en Wisjinski. die gedurende lange tijd Stalins instrumenten zijn geweest bij zijn transacties met het Westen. Waar wii zeker van kunnen zijn is dat de strategie op lange termijn niet zal ver anderen. De dagelijkse tactiek misschien wel, zoals trouwens ook reeds in het ver leden geschiedde. Het zou echter roekeloos zijn te veronderstellen dat zij met minder list zon worden geleid dan tot voor kort. Het enige wat wij zeggen kunnen, is dat er misschien meer kans is op onhandige zetten in de buitenlandse politiek dan op het gebied der binnenlandse politiek en onhandigheid in de buitenlandse poli tiek der Sowjet-Unie zou gevaren kunnen brengen. Te meer nu de leiding der Ver enigde Staten eveneens in nieuwe en on ervaren handen ligt, en de Amerikaanse openbare mening lichtgeraakt en ongedul dig is, en misschien al te zeer bereid om gebruik te maken van een schijnbare ge legenheid tot een avontuurlijk gebaar. Het interessantste schouwspel zal echter de uitwerking zijn van Stalins verdwijning van het wereldtoneel op Mao Tse-Toengs gezag. Deze is thans de enige leider ter wereld die een groot land door middel van een revolutie machtig heeft gemaakten hij is een denker en een uitlegger van het Marxisme van Stalins formaat. En wat nog belangrijker ishij heeft zelfstandig over het Marxisme nagedachthij is nimmer een echo geweest van zijn Russische tegenhan ger. Het is waar dat hij voor de Koreaanse oorlog Russische wapens nodig heeft, en voor de wederopbouw van China Russische machines, technici en kapitaal. Niettemin zal zijn ster des te helderder stralen nu de andere grote ster gedoofd is, en China is meer dan ooit tevoren een wereldmacht ge worden waar men rekening mee moet hou den. Misschien is het enige wat wij van de nieuwe wereldsituatie mogen zeggen dat de westerse staatslieden, terwijl zij ten opzichte van de Sowjet-Unie even behoedzaam, geduldig en voorzichtig moeten blijven als tot dusver, verstandig zouden doen zich ten opzichte van China opnieuw te oriënteren. In de komende periode zal het Westen het Verre Oosten en de koloniale landen gemakkelijker kunnen beïnvloeden via China dan via de Sowjet-Unie. Mao Tse-Toeng zal misschien menen dat Stalins mantel niet om Malenkows schouders is komen te vallen, maar om de zijne. Waar de partij na de nogal opwindende belevenissen der laatste zetten in een rustiger vaarwater was gekomen, mocht verwacht worden, dat nu er meer keuze tussen verschillende goede voortzettingen was de meningen verdeeld zouden zijn. Doch zie, het tegendeel was het geval en zo besloten 18 van de 31 inzenders tot het resolute ant woord 35. a4a5 Avanceert de vrije a-pion zonder zich te be kommeren om het pionverlies, dat deze zet met zich brengt. Het zou ondoenlijk ge weest zijn te trachten de witte pluspion te handhaven, want in elke variant heeft zwart een schaak ter beschikking, waardoor een der pionnen komt te sneuvelen. In de wijze van heroveren wordt spvart thans weinig keus ge laten en zo volgt dan 35. Df4—-d4t Waarvoor we voor wit vanzelfsprekend lieten volgen 36. Kgl—fl Dd4xdS Ook hierop ligt het antwoord van wit voor de handvandaar, dat we ook dit meteen lieten volgen •f. Het oprukken van deze pion is zeer be langrijk, aangezien dit zwart in zijn be wegingsvrijheid beperkt. Reeds moeten maat regelen worden getroffen om een verdere op mars van deze zo lang op zijn kans wachten de candidaat tegen te houden. Vandaar 37. Dd5—c5 Toen we Gortlever hierna vroegen, wat hij van de stelling dacht, was zijn antwoord, dat hij van verdere winstpogingen afzag en met remise tevreden- was. DusCortlever biedt bjj deze remise aan! Daar voor dit resultaat beide partijen moe ten worden gehoord, is de vraag van deze week „Hoe denken de lezers hierover?" De stand is ZwartN. Cortlever A Aim m m 4 ''H W i S3 91 M&i M M H4T A S 1 WitLezers Elseviers Weekblad De keus van wit is 38 Inzendingen met in de linker-bovenhoek „Schaken Elsevier" vóór Woensdag 18 Maart 1953 te richten aan T. D. van Scheltinga, Boterdicpstraat 11II, Amsterdam-Zuid. xntge reeds de) prij» c«t& Ptlt, \In '8 i'an VRAAGT ZE UW WINKELIER! Sfnaa& 8emèer.

Krantenbank Zeeland

Watersnood documentatie 1953 - kranten | 1953 | | pagina 3