Meerderheid Kamer voor (evt.) tweede TH in Eindhoven Uitgewekenen nu tijdelijk Hordenloop Wat gebeurt er met zijdelingse schade? Taak voor landbouw Zakgeld Dr J. v.Baal gouverneur Paardenhandel zal herleven Spreeu wenpraa t HET VRIJE VOLK DONDERDAG 26 FEBRUARI 1953 PAGINA 2 Voor de tweede maal na de oorlog staat de Nederlandse landbouw voor een zware liersteltaak, en dit betreft niet alleen de door de watersnood getroffen gebieden. Want de ramp van 1 Februari stelt de landbouw voor een nationale taak, waar onze gehele agrarische wereld bij is betrokken. De grootste problemen levert daarbij de akkerbouw. Een aantal producten, die voor de voedselvoorziening van Nederland en voor de export van betekenis zijn, zullen in ieder geval in dit oogstjaar niet in de getroffen gebieden kunnen worden verbouwd. Een deel van die producten zal nu in 's lands belang zo veel mogelijk een plaats moeten vinden in het bouwplan van de boeren in andere delen van het land. Dat betekent dat elders minder belangrijke gewassen het veld moe ten ruimen. Voor de boeren in de overige delen van het land kan dat een offer betekenen. Zij zullen voor de noodzakelijke teeltverschui vingen grond moeten vrijmaken. In landbouwkringen ziet men dit wel in. De vraag is echter, of het op basis van vrijwilligheid in voldoende mate zal gebeuren. De meeste boeren hqbben hun bouwplan voor het komende seizoen al volledig vastgesteld en velen zullen hun bestellingen voor zaaizaad, pootgoed en andere benodigdheden reeds hebben gedaan. In verschillende landbouwkringen vraagt men zich dan ook af, wat de overheid zal doen om de noodzakelijke verschuivingen te stimuleren. Nu is voor velen ..stimuleren" synoniem met het stellen van aantrek kelijke prijzen voor landbouwproducten. Zou de overheid echter deze weg inslaan, dan zou de nood van de boeren in het zuidwesten van ons land een verhoging van de inkomsten voor een aantal boeren elders kunnen betekenen. Dit lijkt ons zeer ongewenst en onnodig. De enige juiste vergoeding zou naar onze mening zijn het vergoeden van alle bewijsbare schaden als gevolg van wijzigingen in het bouw plan ten behoeve van meer gewenste gewassen. Ondanks de moeilijk heden van zo'n regeling lijkt het gewenst, dat de landbouworganisaties zich in deze zin tot de boeren richten. De voorjaarszaai staat voor de deur en de tijd dringt. Voor een dwingende regeling zal noch bij de regering, noch bij de boeren veel enthousiasme te vinden zijn. Maar indien men wil voorkomen, dat de indirecte schade van de ramp nog toeneemt door het uitgeven van grote bedragen in vreemde valuta voor agrarische importen, zal aan een dwingende regeling, bijvoorbeeld in de vorm van koppeling van teelten, niet kunnen worden ontkomen. Wordt er echter op basis van vrijwilligheid voldoende bereikt, dan is een derge lijke regeling niet nodig. De voorzitter van de Stichting voor de Landbouw, de heer H. D. Louwes, heeft in het mededelingenblad van de Stichting behartigens waardige woorden geschreven. „Laten wij elkander op handslag beloven, de getroffenen bij te staan en trouw te blijven tot het einde toe. Daarnaast willen en moeten wij met werkelijkheidszin en bezonnenheid onder ogen zien. wat er nu komt en wat er nu moet gebeuren." Wanneer men de taak, waarvoor wij staan in deze zin opvat, zal ook de landbouw de taak waarvoor hij nu staat, wel kunnen volbrengen Wat heeft West-Europa de laatste vijf jaar aan zijn integratie gedaan? Op economisch terrein stichtte het de Gemeenschap voor kolen en staal (met zes leden). Op militair terrein sloten negen landen zich aan bij de Noordatlantische Verdragsorganisatie en teken den zes het verdrag betreffende de Europese Defensiegemeenschap, dat nog op goedkeuring door de parlementen wacht. En ten slotte is er op politiek domein de Raad van Europa, bestaande uit afgevaar digden wn vijftien staten. Misschien zijn deze resultaten van vijf jaar ontwikkeling nog zo kwaad niet naar Europees begrip. De éénwording van Rotterdam met zijn randgemeenten heeft langer dan vijf jaar geduurd. Het door breken van tradities is moeilijk; men kan er ongeduldig bij worden, vooral als vreemdeling uit een werelddeel, waarvan de staten hun grenzen trokken met de lineaal. In elk geval staat de Europese integratie voor een nieuwe, heel zware hordenloop. Wat zal er terecht komen van de Europese Defen siegemeenschap nu Frankrijk daarin een positie wil gaan Innemen, ongeveer zoals. Engeland, dat- er uit bleef? Het supra^nlitionaal karakter, dat juist Frankrijk aan deze militaire samenwerking gaf niet in de laatste plaats in het belang van Frankrijk zelf wordt op die manier nogal radicaal om zeep gebracht. En de ministers der zes landen, die in de K.S.G. samenwerken, en die nu in Rome bijeen zijn, staan dus voor een vraagstuk, dat tot in zijn fundament is ontzet. Ook de vèr-strekkende integratie-plannen op politiek terrein stui ten op grote bezwaren. Als het ontwerp Europese grondwet, dat volgende week te Straatsburg in behandeling komt, zou worden aan vaard. dan zouden we pijlsnel stijgen van een zuiver consultatief orgaan naar een Europese regering met een tweedelig parlement en Europese verkiezingen. En dit als bovenbouw van de jonge K.S.G. en de verfomfaaide Europese Defensiegemeenschap. Zoveel drukte voor een omelet? zouden de Fransen vragen. Het is geen wonder.dat Nederland de zware eerste etage van Euro pa's eenwording wat sterker wil stutten, want tot nu toe is er nog maar één paal met wat draagkracht: de Kolen- en Staal-Gemeen- schap. Dat is wat weinig voor een Europese regering met een parle ment en een senaat. Als de „groene pool" van Mansholt en de douane unie van Beyen eens naast de K.S.G. werden gezet, dan zou het hele bouwsel al een veel reëler karakter krijgen. En in elk geval moeten Europese regering en parlement in het tot stand brengen van meer functionele samenwerking een belangrijk deel van hun taak kunnen vinden. Dat is minister Beyen nu in Rome aan het bepleiten en het is te hopen dat de E.D.G.-puzzle niet alle aandacht zal opeisen in de volgende weken. Want de eenwor ding van Europa staat of valt met de geneigdheid om het als eenheid economisch te ordenen. Wie daarvoor terugschrikt, heeft geen Euro pese regering en geen Europees parlement nodig, omdat hij er geen agenda voor heeft. De „New York Times" van 22 Februari heeft ons een verrukkelijk beeld voorgehouden Van hetgeen Europa zou vermogen als het ver enigd was: bevolking Europa 248 millioen, Sowjet-Unie 215 millioen, Verenigde Staten 157 millioen. Jaarlijkse staalproductie: Europa 61 millioen ton. Verenigde Staten 83 millioen ton, Sowjet-Unie 35 millioen ton. Wereldhandel: Europa 230 milliard guldens. Verenigde Staten 110 milliard guldens, Sowjet-Unie 16 milliard guldens. We kunnen dus nog wel wat en we hebben ook wel wat om botje bij botje te leggen. Maar dat het vooral maatregelen zullen zijn op sociaal-economisch gebied, die deze kracht van Europa in bewe ging moeten brengen, dat ligt voor de hand. En dat dient allereerst begrepen te worden door de staten, die nog niet op een al te voorbeel dige sociaal-economische orde in eigen huis kunnen bogen. Om de slachtoffers van de watersnood met de grootst mogelijke spoed te kunnen helpen, heeft de regering de oude regeling „Hulpverlening Oorlogsslachtoffers 1940—1945" op hen van toepas sing verklaard. Deze regeling onderscheidt in hoofdzaak twee groepen: zij, die hun gewone werk niet meer kunnen verrichten en zij, die hun werk én hun zelfstandige huisvesting hebben verloren en die dus bij anderen zijn ingekwartierd. Het is duidelijk, dat een reeds jaren bestaande regeling op ver schillende punten tekort moet schieten als zij plotseling voor een ver gelijkbare, maar toch op verscheidene punten weer heel andere ge beurtenis tot leven moet worden gewekt. Met name de bepaling omtrent het zakgeld voor ingekwartierde évacué's is voor verbetering vatbaar. Een bedrag van drie gulden per week voor boven 18-jarigen en van twee gulden voor beneden 18-Jarlgen lijkt ons te laag. Het laat nauwelijks ruimte voor de bestrij ding van de meest noodzakelijke uitgaven, zoals bijvoorbeeld schoen reparaties. contributies, de kapper, abonnementen enz. Naar wij hebben vernomen, heeft de Raad van Vakcentralen deze kwestie reeds aangesneden bij de minister voor Maatschappelijk Werk. Het lijkt ons gewenst, afgezien van de andere verbeteringen, die In de bestaande regeling moeten worden aangebracht, in ieder geval het zakgeld te verhogen, opdat de geëvacueerden zich wat ruimer kunnen bewegen. maar hij ging vooraf ook uitvoerig (Van onze parlementsredacteur) De Tweede-Kamerfracties van de P.v.d.A. en de K.V.P. zijn m e t de regering- van oordeel, dat een eventueel op te richten tweede technische hogeschool in Eindhoven gevestigd dient te worden. De andere partijen willen het vraagstuk van de vesti gingsplaats voorlopig nog open laten: zij willen de mogelijk heden zowel van Êindhoven als die van Arnhem eerst nadei onderzocht zien, alvorens tot een beslissing te komen. De heer Tilanus (c.h.u.) heeft gisteren een motie in dere «in aange kondigd, voor het geval minister Cals hem vandaag geen bevredigende toezegging «ou doen. Intussen zijn namens de P.v.d.A.-fractie door ir Post humus enige voorwaarden gesteld ten aanzien van een eventueel te creëren tweede technische hogeschool. De inwilliging daarvan is noodzakelijk voor de definitieve steun van de P.v.d.A. aan de regeringsplannen. De P. v. d. A. is de regering er kentelijk voor haar opzet de even tuele tweede technische hogeschool een rijksinstelling te doen zijn. Maar zo verklaarde ir Posthumus gis teren aan het eind van een gedegen beschouwing het is niet minder noodzakelijk, dat er een bestuur komt voor het gehele technisch hoger onderwijs in Nederland. Dat wil zeggen, dat er een cura torium moet komen zowel voor Delft als voor Eindhoven als voor een eventueel nog weer later op te rich ten derde technische hogeschool in het noodoosten des lands, waarvan de mogelijkheid aan de orde moet komen, wanneer de tweede T. H. meer dan 1000 studenten zou gaan tellen. Voorts zal voor „Eindhoven" moe ten worden vastgehouden aan de be perkte opzet van drie afdelingen. Voorkomen dient te worden, dat er als het ware bij verrassing een dupli caat- van de T. H. in Delft zou ont staan. Pater Stokman (kvp) liet op dit punt een ander geluid horen. Hij kon wel aanvaarden, dat de studie welke de regering wil laten onder nemen gericht wordt op een Rijks hogeschool, maar ten aanzien van de bestuursvorm daarvan wilde hij zich nog geenszins vastleggen Daaruit bleek, dat dus ook de voor standers van het regeringsvoorstel op een essentieel punt van mening ver schilden. Wel spreekt de mogelijkheid van een voortgezette decentralisatie van ons hoger onderwijs in de vorm van een derde technische hogeschool ook de KVP aan In dat opzicht was Pater Stokman eveneens van me ning, dat de inrichting in Eindhoven inderdaad van beperkte opzet zal moeten blijven. Hoge eisen Posthumus beoordeelde de plannen tot decentralisatie van ons technisch hoger onderwijs in het licht van de noodzakelijke industrialisatie. Neder land moet producten van hoge kwa- lfteitt kunnen exporteren, maar daar toe zijn ook technische krachten no dig, die aan hoge eisen voldoen, Dat geldt niet alleen voor de ho gere, maar ook voor de lagere en middelbare technische krachten. De decentralisatie van het hoger onder wijs aanvaardde Posthumus dus als geboden door het belang van de werkgelegenheid en onze volkswel vaart. Daarbij achtte hij het met name gewenst, dat in toenemende mate intellectuele krachten ook uit de kringen der arbeiders kunnen voort komen. Pas wanneer de maatschap pelijke emancipatie in dat opzicht voltooid is. zullen de begaafdheden cn het intellect van ons volk ten volle kunnen worden gebruikt. De socialistische woordvoerder vroeg In dit verband het oordeel van minister Cals over de gedachte aan technische studenten na een ver antwoorde selectie een ruime toe lage te geven ter bestrijding van alle kosten van studie en levensonderhoud. Na afschaffing van de collegegelden zou men met 2500 per Jaar per stu dent een heel eind komen. Posthumus' voorkeur ging uit naar een beperkte technische hogeschool te Delft tot 3500 studenten met een of twee gedecentraliseerde insti tuten elders, die dan geen doublures van Delft mogen zijn. Of Arnhem De plaats waar een tweede T.H. zal moeten komen speelde ook gis teren de belangrijkste rol in het debat. De heer Tilanus (c.h.u.) vond het vreemd, dat de regering haar nader onderzoek alleen op grond van vestiging in Eindhoven wil on dernemen. Hij vond dat de in te stellen commissie tegelijkertijd een plan voor Arnhem moet ontwerpen, zodat de Kamer later haar besluit omtrent de plaats kan nemen. Zijn standpunt werd gedeeld dooi de heren Roos jen (a.r,). Gort zak (c.p.n.) en Van Dis (s.g.p.). Dinsdag hadden ook mevr. For ta nier de Wit (v.vd.) en de heei Weiter (k.n.p.) zich reeds in ge lijke geest uitgelaten. Voor pater Stokman stond van meet af aan vast, dat de decentrali satie van het technisch hoger onder wijs in het zuiden moet beginnen en dat Eindhoven daarbij de aangewe zen gelegenheid is. Ir Posthumus constateerde op zijn beurt, dat de regering door het vast leggen van haar plannen op Eindho ven de Kamer min of meer in een dwangpositie heeft gebracht. Maar hij achtte dit op zichzelf nog geen reden, zich tegen het wetsontwerp Ie keren. Ook hij concludeerde, tenslotte tot het aanvaarden van Eindhoven. op de kwaliteiten van andere steden welke zich hebben aangemeld. Als ernstigste reflectanten hield hij daarvan het noord-oosten (Twente.", het midden-oosten (Arnhem) en het zuiden (Eindhoven) over. En daar van zei hij, flat elke duidelijke keuze eigenlijk als onmogelijk moet worden beschouwd. 1 Niet af le wijzen Daarom meende Posthumus, dat ei ook geen overtuigende argumenten met. beslistheid tegenover de keus van de regering kunnen worden gesteld. En waar dat in een zo belangrijke zaak toch de plicht dient te zijn van de volksvertegenwoordiger die anders wil, achtte hij zich niet in staat de keuze van Eindhoven af te wijzen. (In verband met de mogelijkheid van een verdergaande decentralisatie die wellicht over 20 of 25 jaar aan de orde kan komen, kwam vestiging in het noord-oosten of het zuiden Posthumus overigens wel verkies lijker voor dan die in het midden oosten). De heer Stokman heeft zijnerzijds zijn best gedaan, aan te tonen, dat Eindhoven in ieder geval de voor keur verdient boven een van de andere candidaten. Daarbij bestreed hij o.m. het argument van mevr. Fortanier-De Wit. (v.vd.v dat Am- nem om culturele redenen verkies lijker zou zijn. Hij betoogde ook. dal de provincies Brabant en Limburg thans veel minder studenten vooi het hoger onderwijs opleveren dan met Arnhem en omstreken het geval is. zodat ook uit hoofde van een goede spreiding van het. hoger onder- wits door het land Eindhoven hem de plaats leek. Veel op te helderen De heer Tilanus, die voorshands van de noodzaak tot vestiging van een tweede technische hogeschool nog allerminst overtuigd scheen hi.i had, na de nationale ramp, de behandeling liever willen uitstellen bleek echter voor de Arnhemse argumenten meer waardering te heb ben. De heer Roosjen (a.r.) zei, dat. ook hij daarvan alsnog sterk onder de indruk was gekomen. Minister Cals, die vanmiddag aar het woord komt. zal in ieder geval nog heel wat hebben op te helderen voordat het wetsontwerp er door is, De Kamer heeft besloten af te zien van haar plan, nog deze week het ontwerp voor een nieuwe Zondags wet te behandelen, Aangezien zij de volgende twee weken niet zal ver gaderen, zou dat debat te veel op haastwerk zijn uitgelopen. Wanneer de Kamer op 10 Maart weer bijeen komt, zal dit onderwerp opnieuw op de agenda worden geplaatst. H Vervolg van voorpag. Hij gaat ervan uit. dat zijn taak zwaar zal zijn en de moeilijkheden groot in aantal. Maar hij voegt er bemoedigend aan toe: „Je moet ook een beetje humor hebben" Deze humor zal hem vermoedelijk wel te stade komen want de heer Van Baal heeft ondanks zijn begrijpelijke gereserveerdheid rond het tijdstip van zijn benoemihg stellig zeer uit gesproken ideëen over het bestuur van Nieuw Guinea. Daarvan heeft hij ?n dat zonder reserve, doen blijken :n de rede, welke hij als Kamerlid n December jl. heeft gehouden. Bij die gelegenheid achtte dr Van 3aal een totale heroriëntering van ie koers op Nieuw Guinea noodzake tijk. Hij beval daartoe een soort pro gram voor een vijfjarige periode aan, dat een eind zou kunnen maken aan de „telkens opduikende stelselloos heid" welke hij in de gang van zaken meende te moeten vaststellen. Met name zei hij„Wij hebben ons los te maken van cliché's, boven alles van het oude Nederlands-Indië, dat thans nog te zeer de gedachten en het denken der bestuurders van hoog tot laag beïnvloedt. Voor zulk een nieuwe koers zullen ook nieuwe amb tenaren nodig zijn. Ik wil er op aan dringen dat met hun opleiding spoed gemaakt wordt." Behalve zeer concrete denkbeelden ten aanzien van een noodzakelijke herziening van de bestuursorganisatie heeft dr Van Baal in de hier aan gehaalde rede gepleit voor een be wuste bevolkingspolitiek. Hij pleitte in dat verband tevens voor wat hij de „economische inte gratie" van het platteland noemde. De Papoea's moeten ook een rol spe len in het economische leven van Nieuw-Guinea als geheel. Daartoe beval hij de oprichting aan van coö peratieve verenigingen, aanvankelijk onder overheidstoezicht en door de overheid van bedrijfskapitaal voor- P roef bedrijven Overheidskapitaal achtte dr Van Baal ook noodzakelijk voor het in stand houden of oprichten van proefbedrijven, die tevens voor het wetenschappelijk onderzoek van be lang kunnen zijn. Intussen zullen met deze uitgaven Aanvankelijk z.L zeker geen millioe- nen gemoeid zijn: de werkelijkheid is hu eenmaal dat Nieuw-Guinea tot ilusverre in geen enkel jaar het be drag. dat het op de begroting toe gewezen kreeg, geheel heeft kunnen verwerken. Volgens berichten uit Hongarije ziin twee van premier Rakosj's naaste medewerkers, de ministers Geroe Revai, „om gezondheidsredenen in een sanatorium opgenomen". (Van onze parlementsredactie) Een oplossing: van een gedeelte van de moeilijkheden, waar voor het vluchtelingenvraagstuk Nederland stelt, staat voor de deur. Minister Donker heeft nl. de hand weten te leggen op een buitenverblijf in Gelderland. Politieke vluchtelingen, die rechtstreeks van achter het ijzeren gordijn komen, zullen daar tijdens hun onderzoekperiode kunnen verblijven. Tot dusverre werden zijl in politiebureau's ondergebracht De minister van Justitie heeft dit fisteren in de Eerste Kamer meege- eeld, nadat hij uitvoerig de moeilijk heden van het vluchtelingenvraagstuk had geschetst. Een van die moeilijkheden is. dat West-Duitsland politieke vluchtelin gen van achter het ijzeren gordijn, die in Duitsland hebben vertoefd en daarna illegaal naar ons land zijn uitgeweken, kort daarna niet meer wil opnemen. De minister hoont, dat Vervolg van voorpag. m- Voor gewassen denkt men aan aen regeling, die uitgaat van de op brengst, die een landbouwer zou heb ben genoten, als de ramp hem niet had getroffen. Van zijn vergoeding worden afgetrokken de kosten, die hij nu niet heeft kunnen maken. BedrljfsuitrustJngen wor den waarschijnlijk vergoed op basis van de kosten voor opnieuw aan schaffen, maar ook verminderd met ie afschrijving. Die afschrijving kan telfs vrij hoog worden; in sommige gevallen misschien zelfs wel meer dan de helft. Voor handelsvoorraden en vee geldt de inkoopwaarde van Januari 1953. Voor de vergoeding van huis- raadschade zorgt hét Rampen fonds. De regeling, die hiervoor in eerste aanleg zal gelden, hebben wij dezer dagen gemeld: voorlopig gaat men uit van een „standaarduitrus ting". die varieert naar de samen stelling van het gezin. In de vergoeding van verloren kleding zal door het Rode Kruis worden voorzien. Daar het Rode Kruis bijzonder veel heeft gekregen zal hier wel ruimschoots vergoed kunnen worden. Een moeilijkheid is de verdeling van de kleding. Het Rode Kruis werkt uitsluitend met vrijwilligers en zal wel niet voor een lange duur over mensen kunnen beschikken. OI er uitreikingsinstanties moeten, ko men, of dat de winkeliers ingescha keld moeten worden, is een nog niet beantwoorde vraag Bijzondere gevallen Overigens blijven er problemen. Ei bestaat materiële schade en ze is vaak niet gering die voorals nog geen voet vindt in de wet. Om een voorbeeld te noemen: er zijn in vrij veel dorpen café's of ont span ningslokalen, die droog bleven. Hun eigenaars hebben de deur wijd opengezet, eerst voor het redding- werk, later voor hen, die aan het herstel werkten. Hun inboedel en interieur hebben aanzienlijk geleden, want het werd zeer intensief gebruikt voor doeleinden waarop het niet was berekend. Een ander voorbeeld: Iemand had, laat ons zeggen, een welva rende bakkerij in een gebied waar velen geëvacueerd zijn. Zelfs al is zijn zaak niet getrof fen, dan lijdt hij schade, omdat hij niet verkopen kan. Om maar niet te spreken van mensen, die taken hebben buiten het ramp- ?:ebied, maar die plachten te everen aan bedrijven, die nu niet meer bestaan. Dit alles is uiteraard ook schade, die uit de ramp voortvloeit, maar ze valt niet onder het begrip storm- en waterschade, zoals ze destijds niet viel onder het nu tot voorbeeld ge kozen begrip oorlogsschade. Daar voor Is (nog) geen wettelijke rege ling. Wat nuf Problemen zijn er ook voor de mensen, die straks weer hun bestaan moeten gaan opbouwen. Voor velen zal de vergoeding hun schade geens zins dekken. Geld voor de afschrij ving op hun bezit hebben ze niet in een potje zitten, maar de staat lelt het wel mee. Bovendien zijn er de kortingen. Zij zullen meer geld nodig heb ben, dan ze van het rijk krijgen. Hoe moeten ze daar aan komen? Een hypotheek? Het is twijfelachtig ol' ze die zullen krijgen. Deskundigen cp dit terrein houden het voor on waarschijnlijk, dat de hypotheekban ken voldoende geld op tafel kunnen (en ln verband met hun bedrijfs- t'olitiek mogen) leggen, als alle be trokkenen daar aankloppen. Wat da®? Een financicringsrege- Ifng is er (nog) niét. Het enige, dat wij vooralsnog kunnen zeggen is: er 7ijn mensen, die vinden, dat boven de vergoeding een herstelcrediet bij voorbeeld via de Middenstandsbank met faciliteiten voor rente en af lossing mogelijk moet worden ge maakt. hiervoor alsnog een regeling kan worden getroffen. Een tweede categorie vormen de vluchtelingen, die rechtstreeks uit een bedreigd gebied naar Nederland komen. De bonafiden kunnen hier blijven, de anderen moeten weer over de grens. Het is moeilijk uit le maken, wie van deze mensen goed is. wie slecht. Zo is het voorgekomen, dat een communistische functionaris hier ge ruime tijd heeft vertoefd, nadat hij zich gemeld had als gedroste sche peling. Minder moeilijkheden dan zij, die illegaal de grens overschrijden, leve ren de vluchtelingen op. die als groep worden binnengelaten, bijv. na inter nationaal overleg. Zij vormen alleen een probleem in verband met onze bevolkingsaanwas. De minister heeft o.m. verklaard, dat in Nederland sinds Mei 1945 ruim 25.000 politieke vluchtelingen zijn opgenomen, onder wie 2.300 •Polen, 4.200 „displaced persons" en 461 Russische Mennonieten. De A.R. prof. Diepenhorst maakte er be zwaar tegen, dat de minister onder het totale aantal ook de 13.000 Am- bonnezen begreep. Mr Cam mei be eek (arb.) heeft gisteravond een artikel van mr Jan Derks in „De Bazuin" aangehaald In dit R.K. weekblad wees de oud- hoofdredacteur van De Tijd er op dat de meeste oorlogen uitbreken door binnenlandse onlusten bij de aanvallende partij. Hij herinnerde aan dit verschijnsel naar aanleiding van de hernieuwde felle aanvallen can katholieke zijde op het humar tnsjne Op verzoek van mr Cammelbeeck, alsmede van prof. Beaufort (k.v.p.) en prof. Diepenhorst (a.r.) gaf minister Donker nogmaals zijn standpunt in zake de geestelijke ver zorging van gevangenen weer. Bij zijn optreden als minister lag er i) een ontwerp-regeling, die het voor oultenkerKelijke groeperingen moge lijk maakte, deze verzorging ter hand te nemen. De minister beeft hierin twee be langrijke wijzigingen aangebracht: 1. vertegenwoordigers van deze groeperingen kunnen alleen worden toegelaten op vergunning van de minister. Hierdoor is het mogelijk, bijvoorbeeld politieke mantelorgani saties en anti-christelijke verenigin gen te weren. 2. Buiten-kerkelijke verzorgers krij gen alleen toegang tot gevangenen, als deze nadrukkelijk het contact met godsdienstige verzorgers hebben afgewezen. „Hieruit blijkt wel", aldus de mi nister, „dat ik de buitenkerkelijke ïeestelijke. verzorging geenszins op zoet van gelijkheid wil stellen met de godsdienstige. Zowel in rooms- catholieke. als in protestante krin gen is hierover al waardering uitge sproken." Meer beveiliging Van verschillende kanten is be zorgdheid uitgesproken over het ge vangeniswezen na de ontsnapping van de oorlogsmisdadigers uit Breda Hiervoor is geen reden, verzekerde d« mipisjer. De gestichtfin te Breda Hoorn, Leeuwarden en Groningen zijn sterk beveiligd. In Breda houdt een detachement politie de wacht tot definitieve voorzieningen zijn ge troffen. Recreatie bestaat hier nu nog slechts voor groepen, niet voor alle gevangenen te zamen dus. Voor het overige is er in het gevangeniswezen niets veranderd. De verbetering, sinds 1945 ter hand genomen, vindt normaal doorgang. Er is, zo zei de minister van Justi tie. geen reden voor de vrees, in een aantal r.k. dagbladen geuit, dat de verbetering van het gevangeniswezen gestuit zou worden door de ver scherpte beveiligingsmaatregelen. Mr Donker heeft meegedeeld, dal hij binnenkort een wetsontwerp bij de TVeede Kamer zal indienen, dat sowel de pensioenen als de leeftijds grens voor notarissen regelt. Ook aan een vlottere uitreiking 'an bewijzen van goed zedelijk ge- irag wordt gewerkt. Een geheel nieuw wetsontwerp is in voorberei ding. De Eerste Kamer heeft de begro ting van Justitie z.h,st. aangenomen. De CPN was tegen. Advertentie Hoest Uw Kind. Nederland heeft in 1952 7359 paar den in het buitenland gekocht en in gevoerd. Het exporteerde 3098 vier voeters en wel in hoofdzaak naar België: 2360 stuks. Uit West-Duitsland werden veel paarden voor de slacht ingevoerd, maar een groot deel van deze import werd hier gebruikt als werkpaard, waardoor de handel in jonge. Neder landse paarden werd bemoeilijkt. De eigen Nederlandse fokkerij heeft hier door ernstige bezwaren ondervonden. Daarom werden in de loop van 1952 de geïmporteerde slachtpaarden van een brandmerk voorzien en deze paarden mag men niet op het bedrijf hebben. Men verwacht, dat in 1953 de binnenlandse paardenhandel wat levendiger zal ziin. aldus lezen wij in het verslag van de Centrale Bond van Paardenhandelaren in Neder land. „Lufthansa" wil bij Fokker bestellen De toekomstige nieuwe Duitse Lufthansa heeft voor het vliegver keer binnen Europa haar keus laten vallen op Nederlandse vliegtuigen. De commissie van voorbereiding van de Lufthansa wil bij de Fokkerfabrie ken twaalf tvveemotorige toestellen van het type F 27 bestellen. Voor het overzeese verkeer komen volgens onze informaties slechts Amerikaanse viermotorige machines in aanmer king. ln Numansdorp werd een kat door het wa ter ingesloten.Drie weken heeft het dier in een badcel geze ten. Toen werd het door de Dierenbe scherming uit zijn benarde positie ver lost. Dolgelukkig na men de Numans- dorpse évacué's in Rotterdam, poes in ontvangst! De R'damse Dieren bescherming heeft in de voorbije weken en ook nu gaat dit werk nog door heel wat dieren uit het bedreigde gebied gered. Iedere dag trekken de inspecteurs er met hun auto op uit en zij doen wat zij kunnen om de dieren in veiligheid te brengen. Soms is dat erg moeilijk en kan er alleen maar wat voer neer gelegd of uitgestrooid worden. Maai de dagenlang onbereikbare Abben- broekse" kippen konden op deze ma nier in leven worden gehouden. Zij zijn inmiddels gered. Een periode van bruisende activi teit heeft de Dierenbescherming ach ter de rug. Het evacuatiebureau is een groot succes geworden. Zoveel aanmeldingen kwamen binnen dat men op het ogenblik onderdak heeft voor 3000 kippen, 600 konijnen, 250 honden en 125 katten. Het aanbod overtreft de aanvraag en nieuwe aan meldingen zijn derhalve op het ogen blik niet meer nodig. Eén ding was duidelijk: ook aan het dier werd in deze rampspoedige tijd door duizen den gedacht. Want niet alleen Rot terdam bood onderdak aan geëva cueerde dieren, ook uit vele andere steden kwamen spontane aanbiedin gen binnen. Honderden évacué's hebben van de diensten van de Dierenbescherming gretige gebruik gemaakt. Soms wilden „pleegouders" wel de vluchtelingen, maar niet hun huisdieren opnemen. Vaak kwam men naderhand tot de conclusie: „Het huis is eigenlijk te vol. Kunnen we die hond niet ergens anders onderbrengen?" Anderen re deneerden: „Wij willen graag een poes opnemen en stuur dat meisje, dat er zo aan gehecht is, er meteen maar bij". In al deze gevallen verleende de Dierenbescherming bemiddeling en zo kunt u op het ogenblik zien hoe de leerlingen van de Klimopschool in de Jensiusstraat gezamenlijk een marmot opvoeden. In de stal van Van Gend en Loos staan twee gee va-, cueerde geiten, waarvan er één tij dens het transport het leven schonk aan een jong geitje Er zijn natuurlijk honderden huis dieren, waarvan geen eigenaar be kend is. Deze worden met uitvoerig signalement opgeschreven door de Identificatiedienst in Den Haag (adres Prinses Mariestraat 40). Een evacué die zyn huisdier kwijt is, kan daar informaties inwinnen omtrent de verblijfplaats. Op deze manier zijn heel wat mensen en dieren op geluk kige wijze herenigd. De Dierenbescherming heeft hard gewerkt om ook het leed van de die ren zoveel mogelijk te verzachten. Moge dit werk ons aller sympathie hebben. En wanneer u bovenstaand stukje goed gelezen heeft, zult u natuurlijk onmld- lijk meewerken aan het opsporen van drie verdwenen „évacué's". Dat zijn een witte fox met zwart bruine kop, afkom stig uit 's-Graveudeel en ondergebracht bij de fam. Prins. Zwaerdecroonstraat 50; de zwart-wltte reu loekle met pluim staart. uit Middelharnls en onderge bracht bij de fam. Katteetaart, Kooiwal- weg 37: en de Cyperse kater Florls uit '8-Gravendeel, gehuisvest bij mevr. Kops. Drcsselhulsstraat 20. Voor hun eigenaars zou het erg sneu zijn. wanneer de die ren. ondanks de redding, toch verloren zouden gaan. Rampenfonds Wim Prins uit de Vlasakkerstraat heeft het voorbeeld van de kijkdoos met succes gevolgd. Met zijn mi niatuurtheater begaf hij zich naar 't Stadion. Toen de wedstrijd Feij en- oordEindhoven afgelopen was wil den zoveel liefhebbers ten bate van het Rampenfonds in die doos kijken, dat Wim een gulden naar Pieter kon sturen. „Waar blijven de klaverjassers?", vroeg een week geleden een klaver jassend spreeuwenvriend. Wees ge rust, hier komen ze: De klaverjasver- eniging Schanswyck met 70,27, zijnde de opbrengst van het 20 Febr. gehouden prijsconcours en de klaver jassers van Hollandia, die 14 Februari maar liefst 130 by elkaar speelden. Graag nog meer van die troevenEen troef was óók de jeugdvereniging De Hoek uit de Beverstraat, die zoveel filmde en tombola-de, dat wy 125 aan het Rampenfonds kunnen afdra gen, Dit geld is voornamelijk door de jeugd bij elkaar gebracht! En tot slot acht gulden van de heer Van Z., een bouwvakarbeider in Ziektewet. Flo- ï'ine heeft twee uitroeptekens achter dit aanbod gezet!! Aanbod Ook vandaag wear een groot aanbod van ledikantentweepersoons ledikanten van Van B, uit de Prof. Schoenmaker straat te Delft (ook nog een eenper soons), van W. uit de Godschalkstraa*,, van De J. uit de Zwaerdecroonstraat (met spiraal), van Vsn V. van de Spie gel nlsserka de; eenpeisoons ledikanten van V. uit de Heemraadsstraat (plus kle ding). van Van der H. uit de Zestlen- hovenstraat en van L. uit de Rusthof- laan; een kinderledlkantje van H. uit de Eikendaal. Ook de kledinglij3t is weer verheugend lang. WIJ noteerden kleding van Van G uit de Putselaan, van H. uit Rockanje van B. uit de Beukelaarstraat, van M. uit de Mr Arentstraat, van De G. uit de Madellefstraat, van N.N. cn van D. uit de Corveretraat. Voorts kachels van L uit de Groepstraat en Van T. uit de 3e Carnlssestraat, lampen van K. van de Boezemsingel en L. van de Groene Hilledljk, een tweellngklnderwagen van N N. uit de Joh. Brandstraat, een kin derwagen van De G. van de Kortekade, warm waterstoven voor de bejaarde ge- evacueerde vrouw van V. uit Vlaardin- gen en S. uit de Vosmaerstraat, een luid spreker van N.N., een tafel van D. uit du Borselaerstraat. rijwielonderdelen van C. uit de Akelelstraat, twee stoelen van B uit de Voorschoterlaan. een weeftoe- stel. lectuur en postzegels van B. uit de Poarlstraat, postzegels van P. van de Varkenoordseweg, capsules en zilverpa pier van N.N.. lectuur van V. van dé Splegelnlsserkade cn een legdoos plus prentbriefkaarten van Van der S. uit de Vosmaerstraat. Hartelijk dank voor dit grote aanbodI Verlies Het dochtertje van de fam. Buyten- dijk. Rob. Frulnstraat 27. verloor 21 Fe bruari tussen haar nuls en de Josephlaan zeven en een halve gulden. Een pols horloge met bruin lederen bandje werd 22 Februari tussen Dortmondstraat er. Stadion vermist door de heer Leentjes. Dortmondstraat 46. De fam. Le Blanc, Kleine Vlsserljstr. 23. wacht ln spanning op het petje, dat Zondagmiddag ln die straat door een wat oudere Jongen van het hoofd van een zesjarig Jongetje werd geslagen. Waar is dat petje gebleven? Mevr. Bolle, Vlaggemanstraat 22. raakte vorige week Dinsdag twee zakjes met drie nylonkousen kwijt. Het doch tertje van de fam Hacgberg. geëvacueerd op het adres Coloninstraat 31, verloor eind vorige weer een rood wollen h a n d- -choentje. Vondst Een rood kindertasje met een pakje siaalwol is ln de omgeving Matheneseer- dijk gevonden door J van Duffelen, Bus ken Huetstraat 13a. Op het adres Sik kelstraat 24c wachten een paar bruin* glacé dameshandschoenen op de eigena res. De heer Vollegraaf. Hordijk 288 vond 22 Februari op de Geldersekade een zwart kinderlakachoentje. maat 22. PIETER SPREEUW

Krantenbank Zeeland

Watersnood documentatie 1953 - kranten | 1953 | | pagina 2