Verboden spel" rond sterven en
dood: ontroerend en zuiver
Gedeeltelij k geslaagd
toneel-evenement
Ons land, de ramp
en Amerika
Kolen en Staal
Dagblad voor de Zaanstreek „De Typhoon" van Donderdag 26 Februari 1953
7
Kinderidylle met eerbied verfilmd
^chter een filmtitel, beginnende met het geliefde dreigement „Verboden", schuilt
in de meeste gevallen rommel, die op een sensationele manier wordt opgediend
om goedgelovige lieden het geld uitt de zak te kloppen. De FYtinse film „Ver
boden spel" is echter een uitzondering op deze droeve regel. En meer, véél
meer dan dut. Want hier hebben we dan eindelijk weer eens zo'n eersterangs
kunstwerk, dat ons de talloze miserabele filmervaringen van de laatste maanden in
een kleine anderhalf uur volkomen doet vergeten.
Bedoelde film is het eerste deel van een trilogie, die „Jeux interdits(Verbo
den spelletjes) is genoemd. Regisseur Revé Clement gaf haar de titel „Croix de
bois, croix de fer" Houten kruisen en ijzeren kruisen) .maar om de een of andere
reden heeft men vor ons land 'f eigenlijk nog wat voorbarige :.Jeux interdits" aan
gehouden en dit in t enkelvoud vertaald. De twee andere delen, die respectievelijk
,.Le bon Dieu sans confession" en Uhistoire de l'aigle" zullen heten, zijn nog niet
in productie. Wel liggen de scenario's voor verfilming gereed.
vrijage van de dochter des huizes rr.et de
zoon van de buren, de vête tussen de twee
boerenfamilies en de tussenkomst van de
pastoor. Het is de humor van een film
kunstenaar, die een poëtisch en zinvol
spel speelt met de begrippen sterven en
dood, die wéét, dat hij zulks doet en daar
om in alles, óók in zijn humor, eerbied
betracht. Eerbied, die de kinderen Pau-
lette en Michel reeds is gegeven door hun
onschuld. Profaan wordt dit „Verboden
spel" dus nooit. Het leert ons evenwel
sommige alledaagse feiten eens door een
andere bril te bezien en daarbij na te
Allemaal „maar
een verhaaltje"
jn de trieste maand October van 1951
konden de eerste scènes van „Verboden
spel" worden gedraaid. Hoewel de ge
schiedenis in Midden-Frankrijk heet te
spelen, trok Clément met zijn mensen
naar de Provence. Voor de vele buiten
opnamen had hij de zon nodig, ja, hij was,
gezien de tijd van handeling van zijn ver
haal, zelfs gebonden aan 'n zomerse illu
sie. In de bergen tussen Cannes en Castel-
lane vond hij de juiste natuurlijke décors.
Maar ook hier regende en mistte het
voortdurend en de daardoor steeds weer
vertraagde productie van de film bezorg
de de technische staf heel wat hoofdbre
kens. Nochtans verraadt „Verboden spel"
ons niets van deze moeilijkheden. De
cameraman, Robert Juillard, heeft, profi
terend van elk zonnestraaltje, kans ge
zien een dromerige Juni-stemming in zijn
beelden te leggen en zo de periode weten
te scheppen, die voorafging aan en volgde
op de Franse nederlaag in 1940.
Met deze zwarte bladzijde uit de Fran
se geschiedenis begint het eigenlijke ver
haal. De Parijzenaars ontvluchten hun
bedreigde stad en werden op de buiten
wegen door de Duitsers gemitrailleerd. Bij
één zo'n aanval verliest de 5-jarige Pau-
lette haar ouders en haar hondje en met
het dode diertje koesterend in haar arm
geklemd dwaalt het kind door de velden.
Tenslotte vindt ze onderdak op een pri
mitieve boerderij, waar de 10-jarige Mi
chel haar vriendje wordt. De voortdurende
confrontatie met de dood beroert de kin
deren evenzeer, maar anders dan de vol
wassenen. Onbedorven als ze zijn kennen
ze nog geen vrees voor dit einde aller
EEN VOLLE Concertgebouwzaal heeft
Dinsdagavond afscheid genomen van de
76-jarige pianist Alfred Cortot ter ge
legenheid van zijn laatste optreden in
Amsterdam. De Franse meester wijdde
deze avond geheel aan Chopin. Hij speel
de voor de pauze de 24 preludes en tot
besluit de eerste 24 études.
Het hieronder staande kaartje geeft een
voorbeeld hoe men in het buitenland de
watersnood in ons land ziet. Bij nauw
keurige beschouwing merkt men op, dat
er wel een zeer verkeerde voorstelling
over ons land heerst, niet alleen van de
ramp, maar ook van onze grenzen, Let U
eens op de tulp in Groningen en op Urk,
dat ergens dicht bij Edam en Volendam
ligt, welke laatste plaatsen even groot als
Amsterdam zijn. De voormalige Zuiderzee
is geheel ingepolderd!
Deze afbeelding, die een telefoto van
United Press is. is in vele bladen in Ame
rika verschenen met onderschrift: „Het
door de watersnood geteisterde Nederland.
Het niet gearceerde gedeelte geeft de
streek aan, die door het water is over
stroomd en waar grote delen van het land
en waardevolle middelen van bestaan door
de vloed werden verzwolgen. Op het on
dergelopen eiland Schouwen en twee na
burige eilanden (in de cirkel) waren 7700
mensen geïsoleerd. Zij verkeerden steeds
opnieuw in gevaar door nieuwe stormen."
Dit kaartje werd ons welwillend afgë-
staan door de heer J. van der Mei. Lin-
denlaan 17, Zaandijk, hoofd van de U.L.O.
aldaar.
mensenlevens en in hun ontwapenende
onschuld betrekken ze het in hun spel,
dat een verbóden spel wordt. Want de
kinderen willen óók begraven en ze leg
gen daartoe in een oude molen een die-
renkerkhof aan, compleet met kruisen,
weggenomen van de dodenakker der grote
mensenAan
geraakt door de
tragiek van een
ontwrichte we
reld creeëren
Paulette en Mi
chel zo hun eigen,
reeds zo vroeg
van de dood ver
vulde leven, dat
echter niettemin
baadt in het licht
van een zuivere
kindervriend
schap. Tot de vol
wassenen ook dé
ze idylle versto
ren en het meisje
naar een wees
huis sturen.
Waarschijnlijk
ten gerieve van
die leden, die
„iets goeds" al
leen waarderen
wanneer hun ver
molmde heilige
huisjes niet in het
geding worden gebracht, heeft regisseur
Clément zijn film na haar zes bekronin
gen van een kadervertelling voorzien. In
een braaf „aanloopje", nog vóór de intro-
ductietitels, zien we de twee kinderen uit
de film, netjes aangekleed, gezellig teza
men. Het jongetje begint voor te lezen uit
een groot boek en daar staan we dan voor
de eigenlijke aanvang van de historie.
Aan het slot van de film: hetzelfde to
neeltje. Het boek is nu uit en het meisje
begint te huilen, waarop haar vriendje
snel een gelukkig einde bij elkaar fanta
seert. Niemand hoeft nu meer in de rats
te zitten: 't was allemaal „maar een ver
haaltje". We kunnen ons afvragen wat
Clément heeft bezield de totaalindruk van
zijn film zó te verzwakken, maar mis
schien geldt het ook hier wel weer zo'n
coir.merciële vondst van een financier, die
alles beter weet dan de kunstenaar. Hoe
het ook zij: de meeste bioscoopbezoekers
zullen het allemaal wel goed en best vin
den.
Deze flauwiteit buiten beschouwing ge
laten bezit „Verboden spél" een overrom
pelende overtuigingskracht. Dit dankt de
film aan Clément's meesterlijke kinder
regie, aan de keuze van de twee jeugdige
hoofdrolspelertjes het meisje Brigitte
Fossey en het jongetje Georges Paujouly
en aan de prachtige dialogen van Jean
Aurenche en Pierre Bost, zo volkomen af
gestemd op de psychologie van het kind.
Daarnaast noerr.en we dan de muziek van
NarcissoYepes, niet. meer dan een teder
harpthema, dat in alle kinderscènes steeds
terugkeert en Juillard's gevoelige beelden
met liefde omspeelt.
Ooit humor
Als we nu schrijven hoe diep ons dit
werk heeft getroffen, hoe we de bioscoop
verlieten, volkomen in de ban van deze
stille maar tezelfdevlijd toch zo wrede ge
schiedenis, dan vergeten we bijna mel
ding te maken van de humor, die de film
óók bezit Doch het is een vreemde, haast
macabere humor, opgéweld uit die vele
andere gebeurtenissen liit hét verhaal, die
parallel -lopen met het spel 'der 'kinderen:
het korte ziekbed van-de boerenzoon, de
gaan in hoeverre het Kind in ons nog
leeft.
Wij kunnen tot besluit nog wat met
superlatieven gaan werken en Clément's
film eeen voldragen meesterwerk" of „een
superieure regieprestatie" gaan noemen.
Maar dat wordt zo afgezaagd en boven-
DE TWEE KINDEREN op het kerk
hof, waar zij door de vele kruisen tot
hun „Verboden spel" worden verleid.
Een prachtige scène uit deze film.
dien: de lezer neemt zo'n gebruikelijk
oordeel slechts voor wat het wel énigs
zins is: een stoplap. Laten we allen daar
om alleen maar adviseren „Verboden
spel" toch vooral te gaan zien. Want deze
film bewijst in elke meter, dat wij, die
in een filmkunst geloven, toch lang niet
zo gek zijn als sommigen wel eens be
weren!
G. L. STAVAST.
Nederlandse première
De Nederlandse première van
René Clements nieuwste film, „Ver
boden Spel" (Jeux Interdits), is
vastgesteld op Vrijdag 27 Februari
a.s. te 8.15 uur in het Tuschinski
theater te Amsterdam.
Regisseur René Clement heeft het
voornemen te kennen gegeven bij
de première aanwezig te willen zijn.
Hij zal worden vergezeld door bei
de kinderen, die op zo boeiende
wijze de hoofdrollen in deze film
vertolken. De zesjarige Brigitte
Fossey en de elfjarige Georges
Poujouly worden begeleid door hun
respectieve moeders.
Penning Van Gogh-herdenking
Ter gelegenheid van de Vincent van
Gogh-heraen'king op 30 Maart a.s. zal de
N.V. ateliers voor edelsmeed- en penning
kunst v.h. Koninklijke Begeer te Voor
schoten een penning slaan, die ontworpen
is door de Haagse beeldhouwer J. B.
Grutters wijk.
Symposion tijdens Van Gogh-
lierdenking
Tijdens de Van Gogh-herdenking zal in
1 Maart a.s in het Gemeentemuseum in Den
i Haag een symposion worden gehouden,
waar de bekendste Van Gogh-kenners
zullen spreken. Het symposion zal op 27
en 28 Maart worden gehouden en even
tueel ook op 29 Maart. Inleidingen zullen
c.a. worden gehouden door dr. Douglas
Cooper (Londen), prof. A. M. Hamir.acher,
directeur van het Rijksmuseum Kröller
Müller, Oscar Kokoschka, Londen, prof.
dr. G. Kraus (Groningen), Jean Leyma-
rie. directeur Musee Grenoble, dr. Carl
Nordenfalk, directeur van het Nationaal
Museum te Stockholm, dr. M. E. Tralbaut
(Antwerpen) en prof. Meyer Chapiro van
de Columbia University te New York.
Cultureel Aspect
VAN ZONDAG 1 Maart af. zal onder
directie van het Toneelgezelschap Johan
Kaart" in de Kleine Komedie te Amster
dam een serie voorstellingeti worden ge
geven van Parijs 1890. In dit werk van de
New Yorkse actrice-schrijfster Cornelia
Ottis Skinner ivorden de 14 vrouwenfigu
ren uitgebeeld door Enny Mols-De Leeu-
we. De bijpassende scène-muziek en de
accompagnementen zullen aan twee vleu
gels worden uitgevoerd door het piano
duo Han BeukerWouter Denijs.
IN DE AMSTERDAMSE Stadsschouw
burg heeft de Nederlandse Opera Dins
dag een eerste opvoering gegeven van
„Der Freischütz", opera van Carl Maria
von Weber. Dirigent was Karl Elmen-
dorff en regisseur Georg Hartmann, die
ook deze taak hebben vervuld bij de eer
ste Lohengrin-uitvoeringen van de Ne
derlandse Opera. De décors en costumes
waren van Emil Pretorius.
TJet is wel tekenend voor de tijd, waar-
in wij leven, dat het eerste gevolg
van de Europese samenwerking is... een
nieuwe belasting. Inderdaad een historisch
feit. Deze eerste Europese belasting is
de heffing, die sinds 10 Februari jl. wordt
gelegd op alle producten van het steen
kool- en bruinkoolmijnbedrijf. Deze pro
ducten vallen thans onder de Europese
Kolen- 'en Staal-Gemeenschap (K.S.G.),
beter bekend als het Schumann-plan, die
op genoemde datum begonnen is met de
controle van het mijnbedrijf. De staalin
dustrie zal over twee maanden volgen.
De K.S.G. zal voor de zes deelnemende
landen (Duitsland, België, Luxemburg,
Nederland, Frankrijk en Italië) één ge
meenschappelijke markt vormen, hetgeen
wil zeggen, dat de producten van de ko
len- en s'aalindustrieën in alle landen
voor dezelfde prijs zullen worden ver
kocht en dat deze landen onderling geen
invoer- of uitvoerrechten zullen heffen
en dat zij ook in spoorweg- of scheepsta-
rieven geen onderscheid zullen maken
tussen de producten van het eigen land
en die van de andere vijf deelgenoten.
T~\e thans ingevoerde belasting bedraagt
voor de eerste twee maanden 0,3%
van de maandelijks geproduceerde waar
de en wordt telkens na twee maanden
met 0,2% verhoogd totdat het maximum
van 0,9% wordt bereikt. De opbrengst
van de heffing komt in de kas van de
K.S.G. en zal dus het eerste Europese
regeringsfonds zijn, dat boven de natio
nale regeringen staat. De regeringen van
de zes landen hebben hun bevoegdheden
ten opzichte van de kolen- en staalindus
trie immers overgedragen aan de K.S.G.
Het hoofdkantoor van dit lichaam is ge
vestigd te Luxemburg, van waar uit de
gehele Europese kolen, en staalmarkt ge
ordend zal worden. De inkomsten van de
nieuwe belasting zullen worden gebruikt
tot betaling van het personeel van de
K.S.G., maar er zullen ook sommen uit
worden getrokken voor onderzoekingen,
voor wachtgelden en voor heropleiding
van mijnwerkers tot andere beroepen.
Het is waarschijnlijk dat enkele niet-
rendabele mijnen zullen worden stilge
legd, waarna voor het personeel moet
worden gezorgd. België heeft bijv. op het
ogenblik vijf mijnen, die te hoge onkos
ten hebben voor hun opbrengst en die
alleen aan de gang gehouden kunnen
worden met subsidies, die afkomstig zijn
van de andere mijnen. Deze taak wordt
nu overgenomen door de K.S.G., die de
betrokken ondernemingen binnen vijf
jaar zo mogelijk zal modemiseven of an
ders zal sluiten. Verder zal de K.S.G., nu
zij eenmaal in bezit komt van eigen in
komsten, leningen kunnen opnemen wan.
neer belangrijke sommen in de bedrijven,
die onder haar beheer staan, moeten
worden gestoken. Waarschijnlijk zal de
eerste lening bij de Wereldbank worden
opgenomen.
^foals men reeds gelezen zal hebben, is
het gevolg van de K.S.G., dat in ons
land de prijs van de kolen en van het
oud ijzer zal stijgen. Nederland heeft
nl. de laagste kolenprijs van Europa met
10 dollar per ton, waartegenover de prijs
in Duitsland bedraagt 11 tot 12 dollar, in
Frankrijk 13. in België 14 en in Italië nog
meer. Het Nederlandse mijnbedrijf zal er
door de prijsverhoging dus beter voor ko
men te staan, maar dat zal ten koste van
de Nederlandse verbruiker gaan. Wij
vrezen dat hierdoor ook het gas en de
electrische stroom duurder zullen wor
den. Ons land is een eiland van goed
koopte in Europa en deze eerste Europe
se overeenkomst begint daaraan al da
delijk te knabbelen. Óp den duur zal het
wel zo worden dat er in geheel West-
Europa een gelijk prijsniveau zal ont
staan, waardoor het handelsverkeer tus
sen de landen veel eenvoudiger zal wor
den. Dat er voor ons land echter bezwa
ren aan zijn verbonden met het oog op
de export buiten Europa, ligt voor de
hand en daarover zal nog wel eens een
hartig woordje worder gezegd. Intussen
is dit toch de eerste werkelijke pas op de
weg naar een vereniging van Europa.
de en sympathieke vakbondsleider; Greet
Groot in de sfeervolle bijrol van de huis
houdster; als Ank van der Moer in de
zeldzaam indringende (ën wonderbaar
lijk „vrouwelijk" geschreven) rol van
Maria, leverden een spelprestatie, die tot
het heugelijkste van afgelopen toneel
jaren behoort. En zo twijfelend als regis
seur De Meester met „Odysseus" om
sprong, zo efficient en stemmingsvol, ook
naar décor, trof hij doel in de „Bezoeker".
Tot lof van de hoop, dat ook in Nederland
de toneelschrijfkunst een hernieuwd le
ven is begonnen.
C. NICOLAï
Advertentie l.M.
Twee premières in één programma:
|s één première van een Nederlands
auteur al zeldzaam bij onze toneelge
zelschappen; twee premières in één pro
gram mag een unicum heten. En tevens
het bewijs hoezeer onze schrijvers de er
varing van het gespeeld-worden ontberen,
want beide stukken waren avondvullend
bedoeld en slechts noodgedwongen door
de Nederlandse Comedie tot één voorstel
ling samengevoegd. Niet tot wederzijds
voordeel overigens, want ,.De Bezoeker"
van de dichter Ed. Hoornik, en „Odysseus
weent" van de romancière Jeanne van
Schaik-Willing, zijn dermate strijdig van
opzet en benadering, van toneelvaardig
heid en tijdsaspect, dat zowel van de 'spe
lers als van .de toeschouwer teveeL geëist
werd om dit op één avond te verwerken.
Over het lyrisch spel van mevrouw Van
Schaik wil ik kort zijn; het lijkt me zin
loos óm, als jongere genératie, een geacht
romancière, te .verwij ten dat zij nog steeds
schrijft in een overladen rhetofiek, die
met toneel slechts dit te maken heeft, dat
zij de voortreffelijkste spelers voor een
onmogelijke opgave stelt. Onmogelijk niet
slechts naar spreken, omdat de verzen te-
zeer op lezen zijn geschreven; onmogelijk
ook naar dramatiek, omdat beide hoofd
rollen.in wezen antagonisten blijven zon-
AMSTERDAMSE
KUNSTBRIEF
der protagonist, zonder de eigenlijke
hoofdrol aan wie zij hun gedachten en
daden waar moeten maken.
Zo werd dit spel van de menselijke be
grensdheid een voor mij als theater on
verteerbaar stuk. Noch Penelope, die zich
de kuisheid van een godin heeft aange
meten en tenslotte toch, zij het naar de
geest, voor aardse verleiding bezwijkt;
noch Odysseus, die zich aan godinnen
heeft verzadigd en nu de waarde van het
kleine en huiselijke mensengeluk begint
in te zien; noch ook de overige figuren
kwamen los van de literaire schrijftafel,
terwijl de over drie bedrijven verdeelde
theatrale spanning hoogstens voor een
eenacter voldoende ware geweest. Zodat
slechts te loven valt dat, in een abomina
bele aankleding van Bons, mét name Ton
Lutz, Ank van der Moer en de door de
regie wel zwaar misplaatste Telemachus
van Allard van der Scheer nog zoveel
natuurlijkheid aan de klingklang der tek
sten wisten te geven.
'jo onbehaaglijk als ik me na de pauze
gevoelde, zo gelukkig was ik daar
vóór. Want de nog vol beginnersfouten
zittende „Bezoeker" van Hoornik bleek
een evenement, zoals ons vaderlands
theater in geen jaren gekend heeft. Hier
nam de ware poëzie een vlucht niet
naar het woord, maar naar de geest die
de toneelfiguren verre uittilde boven de
geschetste personen en hen tot dragers
maakte van algemene levenswaarheden,
waarbij de toeschouwer zich direct be
trokken kon voelen. Hier werd een taal
gehanteerd, nog wat stug en erg rijmge-
bonden, die achter zijn bijna banaal aan
doende eenvoud zulk een stuwing van
ongezegdheden verborg, dat 's toeschou
wers eigen gedachten en gevoelens tussen
voetlicht en zaal tot woorden schenen te
worden.
Het meest frappante was misschien de
zin voor theater die uit Hoorriik's eerste
ling sprak. Alle diepere bedoelingen wa
ren ondergeschikt gemaakt aan een bijna
triviaal, aandoende plot, waarin de ge
heimzinnigheid als spanningbrengend ele
ment niet geschuwd was. Maar zoals de
bijna lijfelijk op het toneel gesugge
reerde „bezoeker" slechts het geweten
van de dramatis personae blijkt, zo blijkt
een bijna banale driehoeksverhouding,
uitgroeiend tot een vierhoeksvèrhouding
van wederzijds huwelijksbedrog, in wezen
de ontleding van één en dezelfde mens
zijn verschillende aspecten; in zijn
aardse streven en metaphysische behoefte
bovenal.
Een triviaal aandoende plot van thril-
ler-achtige structuur, zelfs als men door
die quasie-vierhoeksverhouding heenkijkt.
Maar de zelfbeschuldigingen, die door
deze plot tot uitspraak worden gebracht
in de onogelijke naaktheid van 's mensen
verborgenste gedachten, bevatten een ac
tuele belijdenis en een getuigenis. Een
belijdenis van het ruggegraatloze, het ego
centrische, het animale dat elk van ons,
zowel geestelijk als materieel, in zich
meedraagt en deze tijd tot een donkere
tijd lijkt te maken; een getuigenis van de
kracht en het begrip tot het goede, dat
evenzeer van elke mens is en dat in wezen
deze tijd aanvaardbaar maakt, al ware het
als doortocht naar een betere. Een ge
tuigenis óók van de volledige en weder
zijdse levensverantwoordelijkheid, die de
basis van die betere wereld kan vormen.
jjat deze achtergronden, ondanks de
theatrale tekortkomingen, uit Hoor-
nik's verzen konden doorklinken, is de
reddende verdienste van de onovertref
bare vertolking die zijn stuk verkreeg.
Want op een bijna geheimzinnige manier
vond hier juist dat ideale huwelijk plaats
tussen tekst en spelers, dat de diepste
toverkracht van het toneel uitmaakt. Zo
wel Lutz mij persoonlijk wat te week
van plastiek in de tamelijk vage rol
van de kunsthistoricus; Han Bentz van
den Berg als de tegelijk weerzinwekken-