riifsplan voor 1953 AAN DE GETROFFEN FRUITTELERS Rijksdienst voor Landbouwherstel In een voorgaand artikel werd reeds opgemerkt, dat de te verwachten winst alléén niet doorslag gevend is bij het opstellen van een bedrijfsplan. Elke praccisclie landbouwer weet dit uit ervaring en kan direct enkele punten noemen die eveneens de volle aandacht verdienen. Zo zal de arbeids verdeling door velen zeer belangrijk worden ge acht. Daar dit punt inderdaad van groot belang is, zal hierop nader worden ingegaan. Het maken van een winstbegroting voor elk ge was heeft tot gevolg dat in de komende periode aan verbouw van bepaalde gewassen de voorkeur zal worden gegeven. Dit houdt in, dat eigenlijk voor rangsgewassen zijn ontstaan waarvan een zo groot mogelijke oppervlakte zal worden verbouwd.' Genoemde oppervlakte wordt echter door vele factoren beperkt. Naast vruchtwisseling zal de be nodigde arbeid er oorzaak van zijn, dat die voor rangsgewassen slechts een deel van het bedrijf kunnen beslaan. 1-Iet werk aan deze gewassen moet immers op tijd kunnen gebeuren; ook tijdens de drukste periode (meestal de oogst) (moeten de beschikbare arbeiders het werk aankunnen. Dit houdt in, dat de oppervlakte van de voorrangsge wassen niet te groot mag zijn, daar de te verwach ten arbeidsbezetting deze op tijd moet kunnen af werken. Een heel jaar door zullen de aanwezige arbeiders echter geen werk hebben aan deze gewassen. De arbeidstijd die over is, dient nu zo goed mogelijk te worden benut door het verbouwen van aanvul lende gewassen. Juist van de keuze van deze ge wassen hangt het af of de beschikbare arbeid zo goed mogelijk zal worden besteed. Naast een winstbegroting zal voor de samen stelling van het bouwplan dus een arbeidsbegroting moeten worden gemaakt. Deze heeft in de eerste plaats het doel om de toelaatbare oppervlakte voorrangsgewassen te bepalen en daarna om na te gaan welke aanvullende gewassen moeten worden toegevoegd om tot de beste arbeidsverdeling over het gehele jaar te komen. Bij het maken van een arbeidsbegroting moet worden uitgegaan van normen die de waarschijn lijk benodigde arbeid aangeven bij de te verwach ten werkwijze. Om een voorbeeld uit te werken, wordt aangenomen dat volgende normen en werk methoden voor het denkbeeldige bedrijf gelden. De te werken manuren zijn per ha aangegeven: zie tabel 1. Bij deze normen is er op het volgende gerekend: de granen worden met eigen paardenzelfbinder gemaaid; de tarwe en haver worden in de schuur gebracht, de gerst van het land gedorst; de erwten worden met de hand gepikt en in de schuur gebracht; de urén voor dorsen in de schuur zijn niet opge nomen, omdat niet vaststaat in welke periode zal worden gedorst; het koolzaad wordt met de hand gesneden, het blauwmaanzaad met de paardenzelfbinder ge maaid en beide gewassen met een maaidors- machine door derden op het land gedorst; het vlas is met de hand getrokken en op een klamp gereden, de aflevering is niet opgenomen; de bruine bonen zijn in de schuur gebracht en nog niet gedorst; de aardappelen, ras Bintje, zijn gepoot met één- rijïge halfautomatische pootmachine en met de rooier gerooid, 2/3 werd in September en October afgeleverd, de rest ongesorteerd aan de kuil ge bracht. Het aanbrengen van een winterdek is niet opgenomen; de suikerbieten zijn met de hand gerooid, 2/3 kon rechtstreeks worden afgeleverd; de voederbieten zijn voor 2/3 in de kuil en voor 1/3 in de schuur gebracht; de klaver is met eigen maaimachine gemaaid en normaal gehooid; de maïs is met de hand geoogst en door derden gedorst en gedroogd. Wanneer verder nog bekend is, dat het bedrijf 26 ha bouwland omvat cn per ha en per maand 40 manuren beschikbaar zijn voor directe werk zaamheden aan de gewassen, (dit is normaal bij een vaste kern arbeiders) dan kan de begroting worden gemaakt. Allereerst wordt nu bepaald welke gewassen als voorrangsgewas in aanmerking komen. Het voor gaande artikel volgende zouden dit zijn: suikerbie ten, erwten, eons.-aardappelen, maïs en zomer- gerst. Dit vasthoudende zou de begroting er als volgt kunnen uitzien: zie tabel 2. In Mei is er iets teveel werk, maar over het al gemeen is deze kleine speling wel verantwoord. Wat de arbeidsbehoefte en de te verwachten winst betreft is nu alles in orde. Of de vruchtwisseling het berekende plan toe laat is echter een volgende vraag, dit zal voornamelijk afhangen van de grond en de vruchtwisseling in voorgaande jaren; hier zal nu niet nader op worden ingegaan. Het bouwplan moet echter ook zijn afgestemd op de beschikbare trekkracht en de doelstelling die het bedrijf in zijn geheel heeft. Mogelijk komen wij hierop nog nader terug. Nu is in elk geval aan gegeven hoe een arbeidsbegroting wordt gemaakt wanneer rekening wordt gehouden met voorrangs gewassen en de aanvullende gewassen die bedoeld zijn, om een zo goed mogelijke benutting van de beschikbare arbeid te verkrijgen. De Hoofdassistent, L. NIEUWENHUIJSE. Goes, Februari 1953. in Zeeland en West Noord-Brabant Mededeling No. 1. Ter bevordering van een spoedig herstel van de grond in de geïnundeerde bedrijven, kunnen de volgende aanwijzingen worden gegeven: 1. Zorgt, zodra de polder is drooggevallen, voor een goede, snelle ontwatering. Controleert de uitmondingen der drainreeksen en laat even tueel oppervlaktewater door middel van on diepe greppels afvloeien. 2. Laat de grond overigens absoluut met rust zo lang deze niet voldoende droog is en past voor al geen grondbewerking toe. 3. Voorts wordt er met nadruk op gewezen, dat geen bomen gerooid mogen worden. Dit in verband met de zo spoedig mogelijk uit te voeren registratie van de schade. Let, wat dit laatste betreft, ook op de publicatie van de Rijksdienst voor Landbouwherstel. Een en ander komt dus vooral neer op: snel ont wateren, de grond met rust laten en niet rooien. Onderneemt niets, vóór U advies hebt ingewon nen bij de Rijkstuinbouwvoorlïchtingsdienst, Rave lijn de Groene Jager 8, te Goes. Aanvullende mededelingen zullen te zijner tijd volgen. De Rijkstuinbouwconsulent voor Zeeland en West Noord-Brabant, Ir W. VAN SOEST. Bovengenoemde dienst is belast met de regeling van de agrarische schade, uitgezonderd boerderijen en tuinbouwopstallen, welke onder het Ministerie van Wederopbouw ressorteren. Tevens draagt deze Dienst zorg voor het herstel van de bescha digde cultuurgrond. Wat betreft de regelirfg van de agrarische scha de is een ambtenaar van.de Dienst aanwezig op de Rampschade-bureaux, welke voor Zeeland geves tigd. zijn in TERNEUZEN: Nieuwstraat 2 OOSTBURG: Volderstraat 12 MIDDELBURG: Koepoortstraat 6 GOES: A. J. Kade 28 THOLEN en ZIERIKZEE (voorlopig adres: Rampschade-bureau Middelburg). Aanmelding van alle schade van agrariërs kan bij de Plaatselijke Bureauhouders geschieden. Ter financiering van het herstel van dode en levende 1 GEWAS Maart April Mei Juni Juli Aug. Sept. Oct. Nov. Dec. Wintertarwe 6 20 14 16 44 14 Zomergerst 15 18 15 31 51 Haver 15 18 17 23 41 Erwten 15 25 75 110 Winterkoolzaad 18 28 10 132 18 4 Blauwmaanzaad 29 90 30 25 30 Vlas 19 30 40 175 50 Bruine bonen 71 125 10 120 14 Consumptie-aardappelen 45 45 23 8 13 154 104 Suikerbieten 12 49 80 50 15 39 90 80 15 Voederbieten 58 78 50 15 20 80 60 Klaver 58 50 Maïs 20 40 65 20 - 2 121 10 2 GEWAS Opp. in ha Maart April Mei Juni Juli Aug. Sept. Oct. Nov. Dcc. Suikerbieten 5.~ 60 245 400 250 75 195 450 400 F5 Erwten 2.- 30 50 150 220 Consumptie-aardappelen 4.— 180 ISO 92 32 52 616 416 Maïs l.~ 20 40 65 20 121 10 Zomergerst 8.- 120 144 120 248 408 Ji*. Haver 1.— 15 18 17 23 41 Voederbieten 0.50 28 38 25 8 10 40 30 Klaver 1.50 - m 87 75 Vlas 2.— 38 60 80 350 100 >- Bruine bonen - 71 125 10 - 120 14 - - Totaal Per ha 26.- 263 745 1096 644 986 676 941 1041 440 75 10 29 42 25 38 26 36 40 27 3 inventaris en andere bedrijfsuitgaven kunnen hier tevens voorschotten worden aangevraagd. Het ligt in de bedoeling de agrarische schade in eerste instantie op de Plaatselijke Bureaux te re gistreren. Bij deze registratie zullen plaatselijke commissies worden ingeschakeld. De uiteindelijke vaststelling geschiedt door de Dienst Landbouw herstel met behulp van deskundigen. In verband hiermede zullen boomgaarden niet gerooid mogen worden vóórdat de schade getaxeerd is door de Rijkstuinbouwconsulent. Plet herstel van de grond zal ongeveer op de zelfde wijze plaats vinden als na de inundaties in '44—'45. De voorlichting over de bewerking van de grond en de opstelling van het bouwplan enz. zal namens Landbouwherstel geschieden door de Rijksland- bouwconsulenten in samenwerking met de Weten schappelijke Afdeling van de Dienst. De adviezen dienen nauwkeurig te worden gevolgd. Een regeling voor vergoeding voor onvermijde lijke oogstdepressies zal getroffen worden. Afhankelijk van de gesteldheid van de grond zal gips in verschillende aanvoerhavens gratis be schikbaar gesteld worden. De betrokkenen moeten :de door de Voorlichtingsdienst verstrekte bonnen inleveren bij hun gipsleveraneier, die het vervoer naar het bedrijf zal regelen. De beoordeling en financiering van de cultuur technische herstelwerken van grondgebruikers en waterschappen zullen tevens door de Dienst Land bouwherstel behandeld worden. Belanghebbenden wordt aangeraden hierover tijdig contact met de Dienst op te nemen. De Dienst is gevestigd te Goes, Grote Markt 1, telefoon 2543. De werkzaamheden verbonden aan de ontrui ming van de getroffen gebieden, berusten onder verantwoordelijkheid van de Provinciale Voedsel- commissaris. WERKTUIGEN: In de eerste plaats wordt gedacht aan het ber gen van trekkers, maaidorsers en andere kostbare landbouwwerktuigen. De berging geschiedt onder verantwoordelijkheid van de P. B. H.'s. Voor werktuigen, welke niet dooi de landbouwers zelf gered kunnen worden, kan het Bureau Oogstvoorzïening worden ingeschakeld. De geborgen werktuigen worden geregistreerd en zo mogelijk wee in beheer bij de eigenaar over gedragen en anders opgeslagen in centrale berg plaatsen. De herstelkosten zullen volgens nog vast te stel len richtlijnen worden vergoed. Tenslotte wordt iedere getroffene aangeraden reeds nu een lijst op te maken van de verloren ge- gane producten, levende en dode inventaris en verdere gegevens, welke bij de registratie van bei lang kunnen zijn. De Inspecteur van de Rijksdienst vodr Landbouwherstel,

Krantenbank Zeeland

Watersnood documentatie 1953 - kranten | 1953 | | pagina 3