•SRfÈf, Nieuwste technische vondsten zullen worden beproefd RECHTERLIJKE en ADMINISTRATIEVE BEVOEGDHEDEN mtej DE Veertiende lijst van het Rode Kruis ALGEMEEN HANDELSBLAD VAN VRIJDAG 20 FEBRUARI 1953 3 DE volgende week zal te Rome een conferentie worden gehouden van de ministers van Buitenlandse Zaken der zes „Schuman-landen" Klein Europa" voornamelijk ter bespreking van de economische aspecten van de voorgestelde politieke gemeenschap. Men herinnert zich. dat op de ministers- bijeenkomst te Luxemburg op 10 Sep tember 1.1. aan de Assemblée van de Steenkool en Staal Gemeenschap werd verzocht een ontwerp-Europese grond wet op te stellen, een taak, die ae As semblee. zij het als lichaam ad hoe en niet qualitate qua, heeft aanvaard. Zij is reeds met een ontwerp gereed ge komen, dat in Maart aan de ministers zal worden aangeboden. Enkele weken tevoren komt nu deze conferentie te Rome, die, naar gemeld, op Nederlands initiatief is bijeenge roepen. Wie de houding kent, die onze regering heeft aangenomen tegenover dit plan tot politieke „integratie", zal niet verbaasd zijn over deze stap. Her haaldelijk toch heeft onze regering te kennen gegeven, dat zij een politieke integratie slechts aanvaardbaar acht, indien deze gepaard gaat met een aan stonds bevorderen van de economische integratie. Een nuchter Nederlands en practisch standpunt: wij hebben niets aan een „overkoepelend" orgaan, dat slechts een lege ruimte overspant; wij moeten de practische moeilijkheden bij een verdere integratie onder ogen zien en daarvoor een oplossing trachten te vinden. In de Memorie van Antwoord aan de Tweede Kamer van de begroting van Buitenlandse Zaken wordt ook na drukkelijk gezegd, dat Nederland slechts bereid is tot verdere soevereiniteits overdracht, indien daarmede de verwer kelijking van belangenvermenging door integratie op economisch en sociaal ter rein zou worden bevorderd. M.a.w. een verdere politieke integratie heeft alleen zin, wanneer zij in de eerste plaats ten doel heeft de economische integratie tot stand te brengen. MEN zal zich afvragen in welke rich ting de denkbeelden gaan, die de Nederlandse regering te Rome zal ontvouwen. Deze zijn bekend: in de evengenoemde Memorie van Antwoord wordt de noodzaak betoogd van ver mindering, zo mogelijk opheffing van de handelsbelemmeringen en een Euro pese „Gatt" gesuggereerd tot een ge leidelijke doch continue vermindering der handelsbelemmeringen. Onze oud- minister van Economische Zaken, prof. Vaii den Brink, heeft in November 1.1. gepleit voor een Europese douane-unie en zijn opvolger, prof. Zijlstra. heeft dit zelfde denkbeeld enkele weken geleden gelanceerd op de monetaire conferentie te Brussel. Het moeilijke bij al deze plannen echter, dat geen nationale regering haar land kan binden tot de uitvoering daar van: zij is afhankelijk van de nationale parlementi. t en zij moet ook opkomen voor nationale belangen en de nationale politiek verdedigen. De meeste hoog gestemde internationale plannen en overeenkomsten stuiten af of blijven een dode letter, omdat alle internationale commissies of organen voor zover in de overeenkomst geen „escape clause" is opgenomen, die geheel a discrétion van de nationale regeringen kan wor den toegepast -de bevoegdheid mis sen om nationale maatregelen af te dwingen. Aan deze zaak zitten twee kanten: ten eerste: hoe moet men de procedure regelen om de nationale re geringen onder controle te brengen en ten tweede: hoe moet men het haar mogelijk maken om die maatregelen te nemen, m.a.w. hoe moet men haar hel pen de moeilijkheden te overbruggen. Reeds in het plan-Stikker van Juni 1950 werd 'een voorstel gedaan om in het kader van de O.E.E.C. middels een „Europees Integratiefonds" de moei lijkheden op weg naar de integratie ge meenschappelijk te dragen: gemeen schappelijke voordelen kunnen slechts worden bereikt, wanneer de lasten ook voor gemene rekening komen. In de Steenkool en Staal Gemeenschap is dit denkbeeld reeds uitgewerkt in de over gangstermijn en de perequatieheffingen. Op dezelfde wijze zal men bij de prac tische uitwerking van een algemene Europese „marché unique" de nationale regeringen in staat moeten stellen, niet eenzijdig zich achter een ontwijkings clausule te verschuilen, maar hiervoor reeds in de Europese grondwet een procedure moeten vastleggen, die haar ook in staat stelt haar moeilijkheden aan de gemeenschap voor te leggen en daarvoor begrip en hulp te vragen. Op deze wijze wordt bovendien een Euro pese autoriteit direct een constructieve taak gegeven en kan een geleidelijke op voeding tot Europese solidariteit plaats vinden. die men in een adviserende Europese Raad, een „praatcollege", moeilijk kan bereiken. WANNEER men de taak nagaat, die in de Nederlandse gedachtengang omtrent een vruchtbare tot ver dere integratie leidende Europese samenwerking aan een overkoepelend politiek orgaan moet worden toebedeeld, dan zal men de opmerking maken, dat wij in embryonale organische vorm reeds een dergelijk lichaam hebben in de Organisatie voor Europese Economische Samenwerking (O.E.E.C.) te Parijs, die in September 1948 werd opgericht als Europese organisatie voor de Mar shall-hulp, maar die ook ten doel had de handel te liberaliseren en de inte gratie te bevorderen. Thans, nu de Marshall-hulp is geëindigd, is haar pri maire taak vervallen, maar de O.E.E.C. is een uiterst waardevol contactpunt, waar de Europese landen reeds een voorbereidende opleiding tot samenwer king, tot onderling overleg en oplossing van moeilijkheden hebben gehad. Maar de O.E.E.C. is geen Eux-opees politiek orgaan: eenstemmigheid is steeds ver eist; zij mist ook dwingende bevoegd heden. want zij is geen draagster van Europees gezag, al is haar moreel ge zag zo groot, dat geen land nog ooit van zijn formeel veto gebruik heeft durven maken. Men heeft hier reeds door middel van internationale commis sies klachten over gemeenschappelijke maatregelen onderzocht en tot oplos sing gebracht. Het zou er dus maar om gaan deze op atomistische basis ge groeide organisatie een Europees, orga niek statuut te geven. Maar hier komt ïiu weer iets anders op de voorgrond: de O.E.E.C. omvat alle (16) deelnemen de landen, inclusief Engeland het „Groot Europa" de besprekingen te Rome beperken zich tot het „Klein Europa" der zes landen. Het is dus te vrezen, dat deze controverse ook hier bij aan de dag zal treden. Maar dit be hoeft niet te beletten, dat „Klein Europa", wanneer het gerede kansen ziet om de onderlinge integratie te be vorderen, daarmede zou wachten op een veel moeilijker te bereiken groot- Europese integratie. Bovendien staat natuurlijk een kleine integratie steeds open voor uitbreiding. Wij grepen hierboven terug op de O.E.E.C. van September 1948 en het plan-Stikker van Juni 1950; de tyd, ook die van de Europese integratie, gaat zeer snel. Wij allen voelen, dat, willen wij niet blijven staan bij schone leuzen en plannen voor federatie of confede ratie, men moet zoeken naar practische •n ook doeltreffende middelen om die Integratie te bevorderen en binnen af- *enb are tijd te bereiken. W(j hopen, dat Lions International begint sneeuwbalactie voor rampgebied Prins Bemhard ontving gisteravond van „opperleeuw" Edgar M. Elbert uit Chicago een cheque van duizend dollar, als begin van een grote sneeuwbalactie die Lions International voor de Neder landse rampgebieden gaat beginnen. Deze leeuwen-internationale wordt ge vormd door tienduizend clubs, die onge veer 450.000 leden tellen. De heer Elbert zeide, dat de cheque van duizend dollar een begin is van een actie, die zal bewyzen, dat „the miik of •human kindness still flows in the veins! of free people". De „lions" over de gehele wereld zul len hun uiterste best doen om bet leed te verzachten. Behalve de heer Elbert en zijn echtgenote waren enige vertegen woordigers van Lions International uit Frankry'k en Zweden, alsook bestuurs leden van de Lions Clubs uit Den Haag en Rotterdam aanwezig. Amerikaanse vrijmetselaarsloges heb ben een bedrag van 20.000 dollars toege zegd. Een der leden van de expeditie wordt uitgerust met een zuurstofapparaat al vorens het bergachtige gebied in Wales in te trekken om ervaring op te doen. STRIJD OM DE MOUNT EVEREST II Sneeuwkanon, bijzondere schoenen, donskleding, zuurstofapparaten, alles werd speciaal voor deze expeditie geconstrueerd MEN kan zich afvragen, in hoeverre wij meer kansen op de overwinning van de Mount Everest hebben, dan onze voorgangers. Hierop kan onmiddellijk geantwoord worden, dat iedere nieuwe expeditie meer kans heeft dan de vorige, door het stijgende totaal aan ervaring. Wij hopen en geloven, dat in dit opzicht onze plannen en voorbereidingen opgewassen zijn tegen de taak. Belangrijke uitrustingsstukken, zoals tenten, slaap zakken, kleding, voedsel en vooral zuurstoftoestellen, zijn in laboratoria en in de Alpen beproefd, onder omstandigheden die zo dicht mogelijk de verwachte toestanden op de berg benaderden. In de Khumbu-ijswaterval verwachten wij een klein aantal bijzonder brede spleten in het ijs, waar voor wij een bepaald soort bruggenbouw moeten leren. Wij hopen, dat wij nog enig materiaal zullen vinden, dat in de herfst door de Zwitsers werd achtergelaten, doch wij nemen ook een lange ladder van licht metaal als voetbrug, verder touwladders en verschillende takels mee om voedsel en tenten over de spleten te krijgen. VERDER vormen de gevaarlijke sneeuwmassa's op de helling van de Lhotse een groot probleem. Daarvoor hebben wij een speciaal licht gewicht lawinekanon, waarmee wij overhangende sneeuwmassa's zullen los schieten voordat wij de helling betreden. Behalve deze objectieve gevaren, biedt de Lhotsehelling een moeilijke en ge vaarlijke weg voor de dragers. Wij zul len vaste touwen moeten spannen langs de moeilijkste gedeelten. Bovendien be staat er de mogelijkheid het physieke uithoudingsvermogen van de dragers te sparen door een gedeelte van de weg naar de Zuidpas van een slee te voor zien, die door middel van een takel als lift zal fungeren. De klimatologische moeilijkheden van koude en storm zijn minstens even groot. Koude op deze hoogte is natuurlijk gevaarlijk, doch koude en wind zijn vooral een gevaar voor het psychologische uithoudingsver mogen. Alle oplossingen worden be paald door de noodzaak: om het gewicht van de kleding zo laag mogelijk te hou den. Wat dat betreft verschilt de toe stand van die bij poolexpedities. De buitenste laag van de kleren zal bestaan uit een katoenen windjack en broek die gevoerd zijn met nylon. De kleren zullen van verschillende kleur zijn om de identificatie op een afstand te vergemakkelijken. Onder de buitenste kleren worden pakken van eiderdons gedragen, waar de conferentie te Rome daartoe een practische bijdrage zal leveren, al zal zij, nu de Assemblée ad hoe reeds met haar ontwerp-grondwet gereed is, wel wat laat komen om de eventueel te Rome te bereiken overeenkomst insti tutioneel in de Europese grondwet vast te leggen. ui WANKLANKEN in de aether. Hoewel in ons land op het ogenblik nijpen der problemen de aandacht vragen dan de meningsverschillen in en rondom een omroepvereniging, kan het zijn nut hebben een paar hoofdthema's te doen uitkomen in de weinig aetherische en somtijds verwarrende radiopolyphonie. Drie punten, waarvan twee actuele en één van het nabije verleden, vormen de inzet van dit weinig verkwikkelijke radio-gezelschapsspel. De eerste twee betreffen de houding van de AVRO tijdens en na de ramp, Het derde punt kwam opnieuw uitvoerig ter sprake op de Gewestelijke AVRO-vergadering van jl. Zaterdag te Arnhem. Het resulteerde in de tegenstelling tussen twee persoon lijkheden, die vroeger een tandem vorm den of behoorden te vormen: de tandem De Clercq-Vogt. haar voorzitter, de heer De Clercq, de eei'ste week na de watex-snood hebben gevolgd, heeft stellig opzien ge baard. Het feit, dat de heer De Clercq blijkbaar weigerde zich aan te sluiten bij een coördinerende berichtgeving der andere omx-oepverenigingen, heeft op zeer velen een slechte indruk gemaakt. Over het feit van die weigering hebben de beide partijen, nl. de grote drie en de grote eenling, volmaakt tegengestelde verklaringen de werel cl ingezonden. De heer De Clercq wierp op een wel zeer inopportuun tijdstip de kwestie op van de foi-mele vex-antwoordelijkheid ten op zichte van een ï'egeringsinstantie. Ech ter, hieromtrent verklaart de AVRO- voorzitter, dat de dxie andere omroep verenigingen hem gedurende die eerste Maandag na de ramp, buiten het oveiieg zouden hebben gehouden. „De AVRÓ werd volkomen genegeerd." Maar dit sluit weer geenszins met de mededeling in het communiqué der drie omroepver- enigingen, waaxin duidelijk wordt ver meld, dat de pi'ogra.mma-commissai'is van de N.R.U. telefonisch een bevesti gend antwoord kreeg op zijn vraag of het juist was, dat de AVRO aan de samenwerking der drie niet wenste mee te doen. Als reden voor deze „apartheid" gaf de heer De Clei'cq onder meer de kwaliteit van de berichtgeving der „andex'en" gedurende de eerste dag na de watersnood. Wanneer wij het „gepas seerd-zijn" buiten beschouwing laten, kunnen wij niet nalaten te constateren, dat afgeven op het werk van anderen nooit de sterkste vei'dediging van het eigen standpunt voxant. HET tweede geschilpunt wordt even eens op volmaakt tegengestelde wijze door de AVRO-voorzitter en de vei'klaringen van de grote dxie belicht. Volgens de heer De Clercq is het „per tinent onwaar", dat hij de Vrijdag na de ramp via de televisie een cabaret-pro gramma wilde uitzenden. Alweer volgens het communiqué van de KRO, de NCRV en de VARA zou de heer De Clei-cq slechts na aanvankelijk vast houden aan zijn voornemen, eerst daarna in een te dier zake belegde spoedvex-ga- dering van zijn plannen hebben afge zien. Ten slotte is er dan de in de AVRO- vex-gadex-ing te Arnhem blijkbaar op nieuw besproken kwestie van de ont slagneming van de heer Vogt. Het lust ons niet bij de persoonlijke en zakelijke tegenstellingen tussen de heer De Clercq en de heer Vogt te gaan deci'eteren, wie het gelijk aan zijn zijde heeft. Zulk een decreet zou slechts de waax-de houden van een door geen deskundigheid be zwaard oordeel van die nobele critici- op-allen-en-alles, wier devies „zt moestenluidt. Wat nu de twee actuele hoofdzaken betreft, kunnen wij ons juist bij alle controvex-sen en pertinente ontkenningen niet aan de indruk onttrekken, dat de heer De Clercq in zijn drift om de belangen der vereniging, die hem dier baar is, voor duizend percent veilig te stellen, vooruitstox-mt en daarbij feiten vex-geet of van onwaai-de verklaart, welke bij nuchtere beschouwing van be lang kunnen zijn. Men kan, geprikkeld door voortdurende aanvallen van ande ren, voor zich zelf te goeder trouw Menen een volmaakt juiste gedragslijn te hebben gevolgd. Maar in eigen ogen gelijk hebben is iets anders, dan de ogen gesloten houden voor de mening van vele anderen. Het feit, dat men in de AVRO thans blijkbaar besloten heeft de voor zitter zich gedurende een tijdsspanne te laten onthouden van militante en niet- militante uitlatingen, kan dunkt ons slechts bijdragen om alle betrokkenen in het AVRO-milieu tot bezinning te brengen, welke voor een rustige beoor deling van alle beleids- en competentie- vragen nuttig en nodig is. IN hun edele verontwaardiging over de snoodheid van de AVRO-voorzitter - die, het zal duidelijk zijn. een door ons wel begrepen maar niet b e- wonderde afzijdigheid heeft getoond hebben de paladijnen der andere omroep-vererxigingen zich als haviken op de AVRO gestort. Let wel, wij hebben niet op het oog het communiqué der omroep-verenigingen dat al kunnen wij de feiten zonder diepgaande enquête nooit volledig beoordelen in. zeer rustige bewoordingen was gesteld. Maar het is ons geenszins ontgaan, hoe in sommige bladen van de bevriende pers der gi'ote dx-ie. de werkelijke en vermeende fouten van de AVRO met nobel afgrijzen zijn vermeld, Ketter-, jacht, ook met de AVRO als inzet, lijkt ons een weinig verheffend bedrijf, In ieder geval moet xxien. zowel in de radio als op het gehele terrein van het Neder landse maatschappelijke leven met zorg vermijden, dat er. door wie dan ook, rampenwinst wox-dt gemaakt. In het vier-zuilen-systeem, dat men in ons vaderland blijkbaar onmisbaar acht voor het x-adio-bestel, moet er plaats blijven voor de denkrichting der „neutrale" vrij zinnigheid. Wij kunnen het heus niét helpen, maar het geheel van het Neder landse volk kan als men splitsing nu eenmaal onvex-mijdelijk vindt niet slechts volgens drie zuilen, de socialis tische, de Katholieke en de Protestants- Ohristelrjke worden ingedeeld. Met kalm bex-aad, in een sfeer vér weg van een luidruchtige publiciteit of een hoe dan ook doorbroken schijnbare uitsluiting van publiciteit, zal de AVRO ook deze stormen te boven komen. Want ondanks alles staat deze AVRO-zuil op een hecht fundament. door Kolonel Hunt (leider van de Britse expeditie 1953) door het aantal wollen kleren daaronder kan verminderen. Er zal van twee soor ten schoenen gebruik worden gemaakt. Tot 7000 m zal een speciale schoen ge dragen woi'den van leer met bont ge voerd. Voor het laatste stuk gebruiken wij schoenen van propal tussen leer- lagen, van binnen gevoerd met water dicht doek. De zolen zijn van micro- cellulair rubber, dat veel lichter is en beter isoleert dan ander materiaal. Bo vendien zal ieder van ons twee paar schoenen hebben met lichte ijzeren crampons. Ook is veel aandacht besteed aan de KOLONEL HUNT, de leider van de Britse Everest-expeditie en schrijver van dit artikel, uitgerust met een zuur stofapparaat aan het begin van een oefentocht in Wales. Gezagvoerder werkte zeilaanwijzingen niet bij Gestraft door Raad v. d. Scheepvaart (Van een onzer verslaggevers) De Raad voor de Scheepvaart te Am sterdam heeft de gezagvoerder van de kustvaarder Twin uit Groningen de be voegdheid om op zeeschepen als kapitein te varen voor de tijd van één maand ont nomen. De opgelegde straf is conform het advies van de inspecteur voor de scheepvaart. Door een onjuiste navigatie van de kapitein was de Twin, op reis van Delf zijl naar Geffle, in de Kalmarsund aan de grond gelopen. Het bleek, dat de gezagvoerder voor zijn vertrek zijn kaarten en zeilaanwij zingen niet had bijgewerkt Hij vertrouw de op zijn bekendheid met het vaar water. Wijzigingen in de lichtsectoren deden zijn navigatie op een stranding uitlopen. „Het blijkt geregeld, dat de kapiteins een te hoge dimk hebben van hun eigen kennis", merkte de inspecteur voor de scheepvaart ter zitting op. Unicef steunt getroffen moeders en kinderen (Van onze Haagse redacteur) Unicef, het kindemoodfonds van de Verenigde Naties, heeft aan het Natio naal Rampenfonds een bedrag van 26.000 dollar overgemaalkt ten behoeve van de slachtoffers van de watersnood. Het Is de bedoeling, dat deze gelden in het bijzonder voor moeders en 'kinderen, die door de stormramp zijn getroffen, worden bestemd. bescherming van de handen die niet mogen bevriezen, doch anderzijds nog in staat moeten zjjn knopen te leggen, trappen in het ijs te slaan en kleren recht te trekken. Dichtgeweven katoen over eiderdons of wol, daaronder een zijden handschoen, zodat de buitenste handschoen gemakkelijk kan worden afgenomen tijdens korte perioden, waar in het gebruik van de vingers nood zakelijk is. meeste zorg werd besteed aan tenten en slaapzakken. Over het algemeen zullen wij gebruik ma ken van tweepersoonstenten met een gat aan heide zijden, zodat zij tegen elkaar kuixnen worden gezet en er een interne verbinding tussen de tenten blijft bestaan. De tenten zijn van katoen met nylon-decatex, bovendien nemen wij twee grote ronde tenten mee voor twaalf man elk, bestemd voor de hoofd kampen. Uiteindelijk zijn ook drie zeer kleine en zeer lichte tenten gecon strueerd, die boven de Zuidpas gebruikt zullen worden. Elk daarvan weegt slechts twee pond. Onze, slaapzakken worden in Canada en Nieuw Zeeland gemaakt. Zij zullen bestaan uit een binnenste en een bui tenste donszak die met nylon is be kleed. De segmenten van dons zijn zo geconstrueer-d, dat de isolatie langs de naden niet is verminderd. Onze lucht matrassen zijn ook zeer verbeterd. Zij zijn horizontaal in twee afdelingen ge splitst. Door het onderste gedeelte ge-, heel op te blazen en het bovenste ge deelte slechts gedeeltelijk te vullen, verkrijgt men een zeer gemakkelijk lig- oppervlak en goede isolatie. Bovendien nemen wij twee radio-installaties mee om de verbinding tussen de kampen te verzorgen en weerberichten uit India te horen. Een groot probleem vonnt de noodzaa.k om op grote hoogte zeer veel te drinken. Wij nemen primus en bu taan gasbranders mee, die speciaal zijn omgebouwd om snel sneeuw te kunnen smelten. Twee soorten voedselpaketten van bet leger zullen ons hoofdzakelijk moeten dienen. Allereerst een leger „Compo"-rantsoen voor 13 mandagen en dan een „sneeuw"-rantsoen, één mandag-pak, speciaal samengesteld voor grote hoogten. Onze zuurstof apparaten zijn zeer verbeterd. De zuur stof zal komen uit een fles, die op de rug wordt gedragen. Op deze wijze hopen wij, dat een goed getrainde klim mer 200 m per uur zal kunnen stijgen, Doch hoe goed onze uitrusting ook is, en hoe perfect ook onze plannen, uiteindelijk zal alles afhangen van het weer. De ervaring heeft geleerd, dat een periode, zoals wij die nodig hebben, van rustig mooi weer vóór de moesson, eerder een uitzondering is dan regel. Deze gedachte is mis schien een goede correctie op ons op timisme. Doch deze gedachte zal ons vertrouwen niet verzwakken en onze vastbeslotenheid niet verminderen. (Copyright Handelsblad-Times) (Nadruk verboden) Advertentie-Ingez. med.) Wanneer U 2ich een ogenblik met helemaal 6t gevoelt, neem din KIN'G pepermunt De heer lijke smaak brengt U veer in de juiste stemming, de verkwikkende eigenschappen herstellen Uw werkkracht de natuurzuivere NORMALISATIEDAG IN HILVERSUM Minister De Bruyn wijst op voordeel voor export (Van onze correspondent) Hilversum, 20 Februari In tegenwoordigheid van de commis saris der Koningin in de provincie Utrecht, een vertegenwoordiging van het Hoge Commissariaat van Indonesië en verschillende andere autoriteiten, is vandaag in Hotel Gooiland te Hilversum een zeer druk bezochte Normalisatiedag gehouden onder auspiciën van de Con tactgroep Opvoering Productiviteit. Minister De Bruyn zeide, dat er nog steeds veel vooroordelen tegen normali satie en standaardisatie zijn. Men vreest een culturele vervlakking, maar men realiseert zich niet voldoende welke bij dragen de normalisatie reeds nu levert. In dit verband wees de minister op het vrijwel uniforme buizennet in woningen en gebouwen. Hierdoor wordt zowel een besparing der kosten als een mogelijk heid tot sneller repareren bereikt. Nor malisatie en standaardisatie, zo ver volgde de minister, bepalen doorgaans slechts de onderdelen en niet het eind product, zoals duidelijk blijkt bij de rijwielindustrie en de radiofabricage. De minister wees op de mogelijkheden van normalisatie, op kwantiteit maar vooral op kwaliteit. Dit laatste is uiterst belangrijk voor onze handelspositie tegenover de goedkope serieproductie van b.v. Japan en de Zuidamerikaanse landen. Een zestal deskundigen hield daarna causerieën over de mogelijkheden met normalisatie op verschillend terrein. Drie Nederlandse zeerovers uit Tanger uitgewezen Drie Nederlandse opvarenden van het piratensehip Esme, dat op 4 October j.l. in de Middellandse Zee 'het schip De Combinatie overviel en leegplunderde, zijn op verzoek van de Nederlandse ge zant in Tanger bij een besluit van liet internationale bestuur buiten het terri torium van dit gebied uitgewezen. Het zijn de kapitein E. J. Engelsman en de beide opvax-enden F. Berghuis en J. J. van Delden. Een verzoek van de gezant is voor een uitwijzing bij het speciale statuut aldaar vereist. De drie mannen zullen nu naar Mar seille worden overgebracht óm aldaar te worden berecht. Veerboot uit Kruininger- polder gesleept Stormvloed had de boot drie km meegesleurd Tegen de verwachting in, is Blijkers Aannemingsbedrijf uit Gorkitm ex-in ge slaagd de veerpont Willemsdorp uit de Kruiningex-polder te slepen. Deze voor malige Moerdijkpont ondei-hield de dienst tussen Perkpolder en Kruiningen. In de rampnacht is het schip dwax-s door de dijk 3 kilometer de polder inge slagen, op zijn weg huizen en boerderijen vernielend. UNICUM IN DE WERELD DER PHILATELIE Het is niet mogelijk, gezien onze be- perkte plaatsruimte, uitvoerig melding te maken van de stroom van berichten die ons uit het buitenland bereiken over daar georganiseerde steunacties voor de getroffenen door de watersnood in Ne- dex-land. W(j betx-euren dit, omdat ztf vaak zo treffend weergeven hoe harte lijk de bevolkingen in bijna alle delen van de wereld nxet het lot van de slacht offers en met ons land meeleven en op welke wjjze zij aan haar gevoelens uiting geven. Een uitzondex-ing willen wy maken voor IJsland en Denemarken die speciale zegels met een toeslag hebben uitge geven, welke aan de slachtoffex-s in Ne derland ten goede zal komen. Het is nl. in de philatelistische wereld, voor zover wij weten, nog niet voox-gekomen, dat speciale zegels in omloop werden ge bracht ten bate van slachtoffers in andere landen. Ook Nieuw-Guinea heeft een sexie (van drie zegels) met opdruk uitgegeven voor hetzelfde doel en Suriname zal volgen met een serie van twee. Advertentie-Ingez. med.) 'n Tip voor treuzelaars en slomen, die langzaam in beweging komen Zendt spoedig geld, Niet uitgesteld, leunt U er over „bomen" Daarna 1 I'M H SLACHTOFFERS WATERSNOOD HET Informatiebureau van het Nederlandsche Roode Kruis zendt ons de veertiende lijst van slachtoffers van de watersnood. DUSSEN (HANK) Geborgen en geïdentificeerd: Comelis Jacobus Verbeek, geb. 11-4-1947, HALSTEREN Geborgen en geïdentificeerd: Comelis Adrianus Hoetelmans, geb. 20-1-1907, echtg. van Cornelis Stoffels, B 334; Adrianus Cornelis Maria Laanen, geb. 8-10-1934, B 313; Adriana Langenberg, geb. 29-9-1919, echtg. van Joh. van Meer, B 336; Marinus Maas, geb. 20-11-1914, echtg. van Johanna Raats, B 304; Mi- chiel Maas, geb. 1-5-1949 B 304; Adriaan van Meer, geb. 23-5-1870, weduwn. van Henrica van Reijen, B 337Cornelis Paulus, geb. 30-12-1877, weduwn. van Johanna Maria van Aert, B 340; Johan na Maria Raats, geb. 4-9-09, echtg. van Johannes Paulus, B 329; Petrus Anto- nius van Tillo, geb. 11-9-1931, Kladsedijk 12. Overzicht Tweede Kamer (Van onze parlementaire redacteur) 's-Gr av en ha ge, 20 Föbr. TTET is minister Donker wel toever- trouwd, een niet zo heel gemak kelijke materie helder te behandelen de daarop betrekking hebbende voorstellen scherpzinnig te verdedi gen. De kwestie van bet ontslag-! recht, waaraan wij ook gisteren reeds aandacht hebben gewijd, vormt een belangwekkende materie, welke vele vragen van juridische en processuele! aard oproept op het gebied van het met het dagelijkse maatschappelijke leven zozeer verweven arbeidsrecht. De minister vond echter op het voor naamste punt: de vraag van de wense lijkheid van het naast elkander bestaan van de preventieve regeling van het ontslag-vei'gunningenstelsel (zoals dat bij wetsbesluit in 1945 is tot stand ge bracht) en de repressieve regeling van de rechterlijke controle op de „redelijk heid" van een ontslag, twee niet minder schei-pzinnige tegenspelers tegenover zich. En wel de heren prof. Oud (v.v.d.) t mr Van Rijckevoi'sel (k.v.p.). Minister Donker vreest geen moei lijkheden voor het (voorlopig) naast elkander voortbestaan van het admini stratieve contrölerecht en dat van de i-echter, Uiteindelijk echter ziet de minister het toch zo, dat de regeling van de artikelen 6 en 9 van het Buiten gewoon Besluit Ai-beidsvex-houdingen (B.B.A.) met een goed geoutilleerde en een competente rechtex-lijke instantie niet zou zijn te combineren. In deze gedachtengang gaat het dus om de vraag of de rechter (kantonrech ter) ten aanzien van deze vraagstukken inderdaad reeds goed geoutilleerd en volledig competent is. Het antwoord daai-op is voor de minister en voor velen met hem: neen. En de redenex-ing van mr Donker is nu dat, mede aan de hand van hetgeen ook bij dit debat naar vox-en is gebracht, gestreefd kan worden naar een dusdanige outillage, dat ook hij snel kan wei-ken en bijvoox-beeld in ontslag kwesties ook tot onmiddellijke voor lopige voorzieningen kan komen, latex- gevolgd door de definitieve beslis sing. Tegelijk echter wijst de minister en terecht o.i. op het grote voordeel en het nut, dat de inschakeling van de directeuren van de gewestelijke arbeids bureaus voor de rustige ontwikkeling van de arbeidsverhoudingen te onzent in de na-oox-logse jaren heeft gehad. Behalve de kwestie van de redelijkheid is er echter ook die van de belangen van de arbeidsmarkt, waarop minister Donker zich bex-oept. In noodomstandig- heden, zoals zich thans door de waters nood hebben voox-gedaan, kan het zelfs een absolute noodzaak zijn, langs deze weg ook mogelijke onvoldoende gemoti veerde ontslagnemingen tegen te gaan. Hier nu echter ligt voor prof. Oud het aangrijpingspunt voor zijn bestrij ding. Hier zijn wij gekomen op het ter rein van het beieid, dat het terrein is van de ovex-heid en van de wetgever. Een beslissing in andere zin van de zijde van de rechter doorkruist dat beleid. Men schept vex-wai-x-ing van bevoegd heden en men legt een verantwoordelijk heid op de rechter op een terrein, dat het zijne niet is. Die verwarring van bevoegdheden dient voorkomen en vandaar de motie van de heren Van Ryckevorsel en Oud, waarin zij de regeiïng uitnodigen, de bepalingen omtrent de rechterlijke con trole (het waken tegen „kennelijk onre delijke ontslagen"), in dit wetsontwex-p opgenomen, niet in werking te doen treden voor het bepaalde bij de artike len 6 en 9 van het B.B.A. tot een slui tend geheel met die repressieve i-echter- lijke controle is gemaakt. Ook over de vooralsnog vrij theo- x-etische vraag van de wenselijkheid van een wettelijk geregelde bedrijfsrecht- spraak (dus niet uitsluitend bjj onder ling goedvinden) bestaat tussen minis ter Donker en prof. Oud wel enig ver schil van mening. Minister Donker zegt: Wanneer de burgerlijke rechter een maal goed uitgerust zou zijn voor de behandeling van arbeidszaken in volle omvang (eventueel door bijzitters) dan ben ik, als minister van Justitie, ,,na- tuux-lijk" voor de toewijzing van deze taak aan de gewone, burgerlijke x-ech- ter. Prof. Oud stelt daar tegenover, dat. dit helemaal niet zo natuurlijk is. Een minister moet zijn voor een zo goed m o g e 1 ij k e x-egeling en de heer Oud dat is wel duidelijk neigt sterk in deze richting, dat hij „bedrijfsrecht- spraak" in een belangrijk deel van deze materie de meest aangewezen vorm van rechtspraak acht. Definitieve beslissingen over dit alles zullen bij dit wetsontwerp uiter aard nog niet kunnen vallen, maar voor een nadere bezinning op het, ge hele complex van problemen, welke met deze materie samenhangen, is dit debat zeker van groot belang. Het zal, ten dele, ook zijn voortzet ting kunnen vinden, wanneer het ont werp omtrent de nieuwe regeling van de civiele kantongerechtprocedure aan de orde komt. Ook minister Donker heeft daarop reeds gewezen. BOEREN HELPEN BOEREN Giften in natura uit Drenthe en Groningen Drentse boeren hebben voor de geteis terde gebieden 76 vaarskalveren, 103 pinken, 36 vaax-zen, 18 koeien, 3 volbloed stieren, 3 veulens, 219 biggen, 70 opfok- zeugen, 3 opfolkberen, 18 zeugen, 15 varkens en 1 schaap beschikbaar ge steld. Voort 460 ton hooi, 1100 ton stro, 750 ton voederbieten, 380 ton voeraard- appelen, 200 ton goedgekeurde poot- aax-dappelen, 50 ton goedgekeurde zaai- haver, 400 ton kx-achtvoeders en 70 ton kuil- en pex-svoer. Wanneer deze hoeveelheden per spoor zouden moeten worden verzonden, zou den voor dit transport 334 wagons nodig zijn. Ged. Staten van Overijssel stellen voor een kwart millxoen beschikbaar te stel len voor het Nationaal Rampenfonds. Hulp aan vluchtelingen uit Oost-Europa Regering voelt sympathie voor plannen tot internationale samenwerking Op vragen van het Tweede Kamerlid Goedhart (arb.) over internationale hulp aan uit de Oost-Europese staten ge vluchte personen deelt minister Drees mede dat. ook de regering van oordeel is, dat internationale hulp wenselijk ls. De Hoge Commissaris voor het vluchte lingenvraagstuk heeft eind Januari medegedeeld, dat hij in overleg met de West-Duitse regering het initiatief nam tot internationale samenwerking en dat hij zich daartoe ook in verbinding had gesteld met de Raad van Europa, De regering staat sympathiek tegenover deze gedachte. Echter zad hetgeen Nederland kan doen worden beïnvloed door de ramp, die inmiddels over ons land is gekomen, Veroordeeld wegens het geven van voorlichting over emigratie De kantonrechte? in Den Haag heeft hedenmorgen twee bestuursleden van de stichting Emigrantenbelangen veroor deeld tot respectievelijk tweemaal 7.50, subs_. 6 dagen hechtenis en eenmaal 7.50, subs. 3 dagen hechtenis. Hun was ten laste gelegd zonder vergunning van het ministerie voorlichting op het gebied van emigratie te hebben gegeven. Een derde betrokkene werd voor een zelfde tenlastelegging tot 75 subs. 20 dagen veroordeeld. De vonnissen waren conform de eisen.

Krantenbank Zeeland

Watersnood documentatie 1953 - kranten | 1953 | | pagina 2