•SRfÈf,
Nieuwste technische vondsten
zullen worden beproefd
RECHTERLIJKE en ADMINISTRATIEVE
BEVOEGDHEDEN
mtej
DE
Veertiende lijst van het Rode Kruis
ALGEMEEN HANDELSBLAD VAN VRIJDAG 20 FEBRUARI 1953
3
DE volgende week zal te Rome een
conferentie worden gehouden van
de ministers van Buitenlandse Zaken
der zes „Schuman-landen" Klein
Europa" voornamelijk ter bespreking
van de economische aspecten van de
voorgestelde politieke gemeenschap.
Men herinnert zich. dat op de ministers-
bijeenkomst te Luxemburg op 10 Sep
tember 1.1. aan de Assemblée van de
Steenkool en Staal Gemeenschap werd
verzocht een ontwerp-Europese grond
wet op te stellen, een taak, die ae As
semblee. zij het als lichaam ad hoe en
niet qualitate qua, heeft aanvaard. Zij
is reeds met een ontwerp gereed ge
komen, dat in Maart aan de ministers
zal worden aangeboden.
Enkele weken tevoren komt nu deze
conferentie te Rome, die, naar gemeld,
op Nederlands initiatief is bijeenge
roepen. Wie de houding kent, die onze
regering heeft aangenomen tegenover
dit plan tot politieke „integratie", zal
niet verbaasd zijn over deze stap. Her
haaldelijk toch heeft onze regering te
kennen gegeven, dat zij een politieke
integratie slechts aanvaardbaar acht,
indien deze gepaard gaat met een aan
stonds bevorderen van de economische
integratie. Een nuchter Nederlands en
practisch standpunt: wij hebben niets
aan een „overkoepelend" orgaan, dat
slechts een lege ruimte overspant; wij
moeten de practische moeilijkheden bij
een verdere integratie onder ogen zien
en daarvoor een oplossing trachten te
vinden. In de Memorie van Antwoord
aan de Tweede Kamer van de begroting
van Buitenlandse Zaken wordt ook na
drukkelijk gezegd, dat Nederland slechts
bereid is tot verdere soevereiniteits
overdracht, indien daarmede de verwer
kelijking van belangenvermenging door
integratie op economisch en sociaal ter
rein zou worden bevorderd. M.a.w. een
verdere politieke integratie heeft alleen
zin, wanneer zij in de eerste plaats ten
doel heeft de economische integratie tot
stand te brengen.
MEN zal zich afvragen in welke rich
ting de denkbeelden gaan, die de
Nederlandse regering te Rome zal
ontvouwen. Deze zijn bekend: in de
evengenoemde Memorie van Antwoord
wordt de noodzaak betoogd van ver
mindering, zo mogelijk opheffing van
de handelsbelemmeringen en een Euro
pese „Gatt" gesuggereerd tot een ge
leidelijke doch continue vermindering
der handelsbelemmeringen. Onze oud-
minister van Economische Zaken, prof.
Vaii den Brink, heeft in November 1.1.
gepleit voor een Europese douane-unie
en zijn opvolger, prof. Zijlstra. heeft dit
zelfde denkbeeld enkele weken geleden
gelanceerd op de monetaire conferentie
te Brussel.
Het moeilijke bij al deze plannen
echter, dat geen nationale regering haar
land kan binden tot de uitvoering daar
van: zij is afhankelijk van de nationale
parlementi. t en zij moet ook opkomen
voor nationale belangen en de nationale
politiek verdedigen. De meeste hoog
gestemde internationale plannen en
overeenkomsten stuiten af of blijven een
dode letter, omdat alle internationale
commissies of organen voor zover in
de overeenkomst geen „escape clause"
is opgenomen, die geheel a discrétion
van de nationale regeringen kan wor
den toegepast -de bevoegdheid mis
sen om nationale maatregelen af te
dwingen. Aan deze zaak zitten twee
kanten: ten eerste: hoe moet men de
procedure regelen om de nationale re
geringen onder controle te brengen en
ten tweede: hoe moet men het haar
mogelijk maken om die maatregelen te
nemen, m.a.w. hoe moet men haar hel
pen de moeilijkheden te overbruggen.
Reeds in het plan-Stikker van Juni
1950 werd 'een voorstel gedaan om in
het kader van de O.E.E.C. middels een
„Europees Integratiefonds" de moei
lijkheden op weg naar de integratie ge
meenschappelijk te dragen: gemeen
schappelijke voordelen kunnen slechts
worden bereikt, wanneer de lasten ook
voor gemene rekening komen. In de
Steenkool en Staal Gemeenschap is dit
denkbeeld reeds uitgewerkt in de over
gangstermijn en de perequatieheffingen.
Op dezelfde wijze zal men bij de prac
tische uitwerking van een algemene
Europese „marché unique" de nationale
regeringen in staat moeten stellen, niet
eenzijdig zich achter een ontwijkings
clausule te verschuilen, maar hiervoor
reeds in de Europese grondwet een
procedure moeten vastleggen, die haar
ook in staat stelt haar moeilijkheden
aan de gemeenschap voor te leggen en
daarvoor begrip en hulp te vragen. Op
deze wijze wordt bovendien een Euro
pese autoriteit direct een constructieve
taak gegeven en kan een geleidelijke op
voeding tot Europese solidariteit plaats
vinden. die men in een adviserende
Europese Raad, een „praatcollege",
moeilijk kan bereiken.
WANNEER men de taak nagaat, die
in de Nederlandse gedachtengang
omtrent een vruchtbare tot ver
dere integratie leidende Europese
samenwerking aan een overkoepelend
politiek orgaan moet worden toebedeeld,
dan zal men de opmerking maken, dat
wij in embryonale organische vorm
reeds een dergelijk lichaam hebben in de
Organisatie voor Europese Economische
Samenwerking (O.E.E.C.) te Parijs,
die in September 1948 werd opgericht
als Europese organisatie voor de Mar
shall-hulp, maar die ook ten doel had
de handel te liberaliseren en de inte
gratie te bevorderen. Thans, nu de
Marshall-hulp is geëindigd, is haar pri
maire taak vervallen, maar de O.E.E.C.
is een uiterst waardevol contactpunt,
waar de Europese landen reeds een
voorbereidende opleiding tot samenwer
king, tot onderling overleg en oplossing
van moeilijkheden hebben gehad. Maar
de O.E.E.C. is geen Eux-opees politiek
orgaan: eenstemmigheid is steeds ver
eist; zij mist ook dwingende bevoegd
heden. want zij is geen draagster van
Europees gezag, al is haar moreel ge
zag zo groot, dat geen land nog ooit
van zijn formeel veto gebruik heeft
durven maken. Men heeft hier reeds
door middel van internationale commis
sies klachten over gemeenschappelijke
maatregelen onderzocht en tot oplos
sing gebracht. Het zou er dus maar om
gaan deze op atomistische basis ge
groeide organisatie een Europees, orga
niek statuut te geven. Maar hier komt
ïiu weer iets anders op de voorgrond:
de O.E.E.C. omvat alle (16) deelnemen
de landen, inclusief Engeland het
„Groot Europa" de besprekingen te
Rome beperken zich tot het „Klein
Europa" der zes landen. Het is dus te
vrezen, dat deze controverse ook hier
bij aan de dag zal treden. Maar dit be
hoeft niet te beletten, dat „Klein
Europa", wanneer het gerede kansen
ziet om de onderlinge integratie te be
vorderen, daarmede zou wachten op een
veel moeilijker te bereiken groot-
Europese integratie. Bovendien staat
natuurlijk een kleine integratie steeds
open voor uitbreiding.
Wij grepen hierboven terug op de
O.E.E.C. van September 1948 en het
plan-Stikker van Juni 1950; de tyd, ook
die van de Europese integratie, gaat
zeer snel. Wij allen voelen, dat, willen
wij niet blijven staan bij schone leuzen
en plannen voor federatie of confede
ratie, men moet zoeken naar practische
•n ook doeltreffende middelen om die
Integratie te bevorderen en binnen af-
*enb are tijd te bereiken. W(j hopen, dat
Lions International begint
sneeuwbalactie voor
rampgebied
Prins Bemhard ontving gisteravond
van „opperleeuw" Edgar M. Elbert uit
Chicago een cheque van duizend dollar,
als begin van een grote sneeuwbalactie
die Lions International voor de Neder
landse rampgebieden gaat beginnen.
Deze leeuwen-internationale wordt ge
vormd door tienduizend clubs, die onge
veer 450.000 leden tellen.
De heer Elbert zeide, dat de cheque
van duizend dollar een begin is van een
actie, die zal bewyzen, dat „the miik of
•human kindness still flows in the veins!
of free people".
De „lions" over de gehele wereld zul
len hun uiterste best doen om bet leed
te verzachten. Behalve de heer Elbert
en zijn echtgenote waren enige vertegen
woordigers van Lions International uit
Frankry'k en Zweden, alsook bestuurs
leden van de Lions Clubs uit Den Haag
en Rotterdam aanwezig.
Amerikaanse vrijmetselaarsloges heb
ben een bedrag van 20.000 dollars toege
zegd.
Een der leden van de expeditie wordt
uitgerust met een zuurstofapparaat al
vorens het bergachtige gebied in Wales
in te trekken om ervaring op te doen.
STRIJD OM DE MOUNT EVEREST II
Sneeuwkanon, bijzondere schoenen, donskleding, zuurstofapparaten,
alles werd speciaal voor deze expeditie geconstrueerd
MEN kan zich afvragen, in hoeverre wij meer kansen op de overwinning
van de Mount Everest hebben, dan onze voorgangers. Hierop kan
onmiddellijk geantwoord worden, dat iedere nieuwe expeditie meer kans
heeft dan de vorige, door het stijgende totaal aan ervaring. Wij hopen en
geloven, dat in dit opzicht onze plannen en voorbereidingen opgewassen
zijn tegen de taak. Belangrijke uitrustingsstukken, zoals tenten, slaap
zakken, kleding, voedsel en vooral zuurstoftoestellen, zijn in laboratoria
en in de Alpen beproefd, onder omstandigheden die zo dicht mogelijk de
verwachte toestanden op de berg benaderden. In de Khumbu-ijswaterval
verwachten wij een klein aantal bijzonder brede spleten in het ijs, waar
voor wij een bepaald soort bruggenbouw moeten leren. Wij hopen, dat wij
nog enig materiaal zullen vinden, dat in de herfst door de Zwitsers werd
achtergelaten, doch wij nemen ook een lange ladder van licht metaal als
voetbrug, verder touwladders en verschillende takels mee om voedsel en
tenten over de spleten te krijgen.
VERDER vormen de gevaarlijke
sneeuwmassa's op de helling van
de Lhotse een groot probleem.
Daarvoor hebben wij een speciaal licht
gewicht lawinekanon, waarmee wij
overhangende sneeuwmassa's zullen los
schieten voordat wij de helling betreden.
Behalve deze objectieve gevaren, biedt
de Lhotsehelling een moeilijke en ge
vaarlijke weg voor de dragers. Wij zul
len vaste touwen moeten spannen langs
de moeilijkste gedeelten. Bovendien be
staat er de mogelijkheid het physieke
uithoudingsvermogen van de dragers te
sparen door een gedeelte van de weg
naar de Zuidpas van een slee te voor
zien, die door middel van een takel als
lift zal fungeren. De klimatologische
moeilijkheden van koude en storm zijn
minstens even groot. Koude op deze
hoogte is natuurlijk gevaarlijk, doch
koude en wind zijn vooral een gevaar
voor het psychologische uithoudingsver
mogen. Alle oplossingen worden be
paald door de noodzaak: om het gewicht
van de kleding zo laag mogelijk te hou
den. Wat dat betreft verschilt de toe
stand van die bij poolexpedities.
De buitenste laag van de kleren zal
bestaan uit een katoenen windjack en
broek die gevoerd zijn met nylon. De
kleren zullen van verschillende kleur
zijn om de identificatie op een afstand
te vergemakkelijken.
Onder de buitenste kleren worden
pakken van eiderdons gedragen, waar
de conferentie te Rome daartoe een
practische bijdrage zal leveren, al zal
zij, nu de Assemblée ad hoe reeds met
haar ontwerp-grondwet gereed is, wel
wat laat komen om de eventueel te
Rome te bereiken overeenkomst insti
tutioneel in de Europese grondwet vast
te leggen.
ui
WANKLANKEN in de aether. Hoewel
in ons land op het ogenblik nijpen
der problemen de aandacht vragen
dan de meningsverschillen in en rondom
een omroepvereniging, kan het zijn nut
hebben een paar hoofdthema's te doen
uitkomen in de weinig aetherische en
somtijds verwarrende radiopolyphonie.
Drie punten, waarvan twee actuele en
één van het nabije verleden, vormen de
inzet van dit weinig verkwikkelijke
radio-gezelschapsspel. De eerste twee
betreffen de houding van de AVRO
tijdens en na de ramp, Het derde punt
kwam opnieuw uitvoerig ter sprake op
de Gewestelijke AVRO-vergadering van
jl. Zaterdag te Arnhem. Het resulteerde
in de tegenstelling tussen twee persoon
lijkheden, die vroeger een tandem vorm
den of behoorden te vormen: de tandem
De Clercq-Vogt.
haar voorzitter, de heer De Clercq,
de eei'ste week na de watex-snood
hebben gevolgd, heeft stellig opzien ge
baard. Het feit, dat de heer De Clercq
blijkbaar weigerde zich aan te sluiten bij
een coördinerende berichtgeving der
andere omx-oepverenigingen, heeft op
zeer velen een slechte indruk gemaakt.
Over het feit van die weigering hebben
de beide partijen, nl. de grote drie en de
grote eenling, volmaakt tegengestelde
verklaringen de werel cl ingezonden. De
heer De Clercq wierp op een wel zeer
inopportuun tijdstip de kwestie op van
de foi-mele vex-antwoordelijkheid ten op
zichte van een ï'egeringsinstantie. Ech
ter, hieromtrent verklaart de AVRO-
voorzitter, dat de dxie andere omroep
verenigingen hem gedurende die eerste
Maandag na de ramp, buiten het oveiieg
zouden hebben gehouden. „De AVRÓ
werd volkomen genegeerd." Maar dit
sluit weer geenszins met de mededeling
in het communiqué der drie omroepver-
enigingen, waaxin duidelijk wordt ver
meld, dat de pi'ogra.mma-commissai'is
van de N.R.U. telefonisch een bevesti
gend antwoord kreeg op zijn vraag of
het juist was, dat de AVRO aan de
samenwerking der drie niet wenste mee
te doen. Als reden voor deze „apartheid"
gaf de heer De Clei'cq onder meer de
kwaliteit van de berichtgeving der
„andex'en" gedurende de eerste dag na de
watersnood. Wanneer wij het „gepas
seerd-zijn" buiten beschouwing laten,
kunnen wij niet nalaten te constateren,
dat afgeven op het werk van anderen
nooit de sterkste vei'dediging van het
eigen standpunt voxant.
HET tweede geschilpunt wordt even
eens op volmaakt tegengestelde
wijze door de AVRO-voorzitter en de
vei'klaringen van de grote dxie belicht.
Volgens de heer De Clercq is het „per
tinent onwaar", dat hij de Vrijdag na de
ramp via de televisie een cabaret-pro
gramma wilde uitzenden. Alweer
volgens het communiqué van de KRO,
de NCRV en de VARA zou de heer De
Clei-cq slechts na aanvankelijk vast
houden aan zijn voornemen, eerst daarna
in een te dier zake belegde spoedvex-ga-
dering van zijn plannen hebben afge
zien.
Ten slotte is er dan de in de AVRO-
vex-gadex-ing te Arnhem blijkbaar op
nieuw besproken kwestie van de ont
slagneming van de heer Vogt. Het lust
ons niet bij de persoonlijke en zakelijke
tegenstellingen tussen de heer De Clercq
en de heer Vogt te gaan deci'eteren, wie
het gelijk aan zijn zijde heeft. Zulk een
decreet zou slechts de waax-de houden
van een door geen deskundigheid be
zwaard oordeel van die nobele critici-
op-allen-en-alles, wier devies „zt
moestenluidt.
Wat nu de twee actuele hoofdzaken
betreft, kunnen wij ons juist bij alle
controvex-sen en pertinente ontkenningen
niet aan de indruk onttrekken, dat de
heer De Clercq in zijn drift om de
belangen der vereniging, die hem dier
baar is, voor duizend percent veilig te
stellen, vooruitstox-mt en daarbij feiten
vex-geet of van onwaai-de verklaart,
welke bij nuchtere beschouwing van be
lang kunnen zijn. Men kan, geprikkeld
door voortdurende aanvallen van ande
ren, voor zich zelf te goeder trouw
Menen een volmaakt juiste gedragslijn
te hebben gevolgd. Maar in eigen ogen
gelijk hebben is iets anders, dan de ogen
gesloten houden voor de mening van vele
anderen. Het feit, dat men in de AVRO
thans blijkbaar besloten heeft de voor
zitter zich gedurende een tijdsspanne te
laten onthouden van militante en niet-
militante uitlatingen, kan dunkt ons
slechts bijdragen om alle betrokkenen in
het AVRO-milieu tot bezinning te
brengen, welke voor een rustige beoor
deling van alle beleids- en competentie-
vragen nuttig en nodig is.
IN hun edele verontwaardiging over de
snoodheid van de AVRO-voorzitter -
die, het zal duidelijk zijn. een door
ons wel begrepen maar niet b e-
wonderde afzijdigheid heeft getoond
hebben de paladijnen der andere
omroep-vererxigingen zich als haviken
op de AVRO gestort. Let wel, wij hebben
niet op het oog het communiqué der
omroep-verenigingen dat al kunnen
wij de feiten zonder diepgaande enquête
nooit volledig beoordelen in. zeer
rustige bewoordingen was gesteld. Maar
het is ons geenszins ontgaan, hoe in
sommige bladen van de bevriende
pers der gi'ote dx-ie. de werkelijke en
vermeende fouten van de AVRO met
nobel afgrijzen zijn vermeld, Ketter-,
jacht, ook met de AVRO als inzet, lijkt
ons een weinig verheffend bedrijf, In
ieder geval moet xxien. zowel in de radio
als op het gehele terrein van het Neder
landse maatschappelijke leven met zorg
vermijden, dat er. door wie dan ook,
rampenwinst wox-dt gemaakt. In het
vier-zuilen-systeem, dat men in ons
vaderland blijkbaar onmisbaar acht voor
het x-adio-bestel, moet er plaats blijven
voor de denkrichting der „neutrale" vrij
zinnigheid. Wij kunnen het heus niét
helpen, maar het geheel van het Neder
landse volk kan als men splitsing nu
eenmaal onvex-mijdelijk vindt niet
slechts volgens drie zuilen, de socialis
tische, de Katholieke en de Protestants-
Ohristelrjke worden ingedeeld. Met kalm
bex-aad, in een sfeer vér weg van een
luidruchtige publiciteit of een hoe dan
ook doorbroken schijnbare uitsluiting
van publiciteit, zal de AVRO ook deze
stormen te boven komen. Want ondanks
alles staat deze AVRO-zuil op een hecht
fundament.
door Kolonel Hunt
(leider van de Britse
expeditie 1953)
door het aantal wollen kleren daaronder
kan verminderen. Er zal van twee soor
ten schoenen gebruik worden gemaakt.
Tot 7000 m zal een speciale schoen ge
dragen woi'den van leer met bont ge
voerd. Voor het laatste stuk gebruiken
wij schoenen van propal tussen leer-
lagen, van binnen gevoerd met water
dicht doek. De zolen zijn van micro-
cellulair rubber, dat veel lichter is en
beter isoleert dan ander materiaal. Bo
vendien zal ieder van ons twee paar
schoenen hebben met lichte ijzeren
crampons.
Ook is veel aandacht besteed aan de
KOLONEL HUNT, de leider van de
Britse Everest-expeditie en schrijver
van dit artikel, uitgerust met een zuur
stofapparaat aan het begin van een
oefentocht in Wales.
Gezagvoerder werkte
zeilaanwijzingen
niet bij
Gestraft door Raad v. d.
Scheepvaart
(Van een onzer verslaggevers)
De Raad voor de Scheepvaart te Am
sterdam heeft de gezagvoerder van de
kustvaarder Twin uit Groningen de be
voegdheid om op zeeschepen als kapitein
te varen voor de tijd van één maand ont
nomen. De opgelegde straf is conform
het advies van de inspecteur voor de
scheepvaart.
Door een onjuiste navigatie van de
kapitein was de Twin, op reis van Delf
zijl naar Geffle, in de Kalmarsund aan
de grond gelopen.
Het bleek, dat de gezagvoerder voor
zijn vertrek zijn kaarten en zeilaanwij
zingen niet had bijgewerkt Hij vertrouw
de op zijn bekendheid met het vaar
water. Wijzigingen in de lichtsectoren
deden zijn navigatie op een stranding
uitlopen.
„Het blijkt geregeld, dat de kapiteins
een te hoge dimk hebben van hun eigen
kennis", merkte de inspecteur voor de
scheepvaart ter zitting op.
Unicef steunt getroffen
moeders en kinderen
(Van onze Haagse redacteur)
Unicef, het kindemoodfonds van de
Verenigde Naties, heeft aan het Natio
naal Rampenfonds een bedrag van
26.000 dollar overgemaalkt ten behoeve
van de slachtoffers van de watersnood.
Het Is de bedoeling, dat deze gelden in
het bijzonder voor moeders en 'kinderen,
die door de stormramp zijn getroffen,
worden bestemd.
bescherming van de handen die niet
mogen bevriezen, doch anderzijds nog in
staat moeten zjjn knopen te leggen,
trappen in het ijs te slaan en kleren
recht te trekken. Dichtgeweven katoen
over eiderdons of wol, daaronder een
zijden handschoen, zodat de buitenste
handschoen gemakkelijk kan worden
afgenomen tijdens korte perioden, waar
in het gebruik van de vingers nood
zakelijk is.
meeste zorg werd besteed aan
tenten en slaapzakken. Over het
algemeen zullen wij gebruik ma
ken van tweepersoonstenten met een
gat aan heide zijden, zodat zij tegen
elkaar kuixnen worden gezet en er een
interne verbinding tussen de tenten
blijft bestaan. De tenten zijn van katoen
met nylon-decatex, bovendien nemen
wij twee grote ronde tenten mee voor
twaalf man elk, bestemd voor de hoofd
kampen. Uiteindelijk zijn ook drie zeer
kleine en zeer lichte tenten gecon
strueerd, die boven de Zuidpas gebruikt
zullen worden. Elk daarvan weegt
slechts twee pond.
Onze, slaapzakken worden in Canada
en Nieuw Zeeland gemaakt. Zij zullen
bestaan uit een binnenste en een bui
tenste donszak die met nylon is be
kleed. De segmenten van dons zijn zo
geconstrueer-d, dat de isolatie langs de
naden niet is verminderd. Onze lucht
matrassen zijn ook zeer verbeterd. Zij
zijn horizontaal in twee afdelingen ge
splitst. Door het onderste gedeelte ge-,
heel op te blazen en het bovenste ge
deelte slechts gedeeltelijk te vullen,
verkrijgt men een zeer gemakkelijk lig-
oppervlak en goede isolatie. Bovendien
nemen wij twee radio-installaties mee
om de verbinding tussen de kampen te
verzorgen en weerberichten uit India te
horen. Een groot probleem vonnt de
noodzaa.k om op grote hoogte zeer veel
te drinken. Wij nemen primus en bu
taan gasbranders mee, die speciaal zijn
omgebouwd om snel sneeuw te kunnen
smelten. Twee soorten voedselpaketten
van bet leger zullen ons hoofdzakelijk
moeten dienen. Allereerst een leger
„Compo"-rantsoen voor 13 mandagen
en dan een „sneeuw"-rantsoen, één
mandag-pak, speciaal samengesteld
voor grote hoogten. Onze zuurstof
apparaten zijn zeer verbeterd. De zuur
stof zal komen uit een fles, die op de
rug wordt gedragen. Op deze wijze
hopen wij, dat een goed getrainde klim
mer 200 m per uur zal kunnen stijgen,
Doch hoe goed onze uitrusting ook
is, en hoe perfect ook onze plannen,
uiteindelijk zal alles afhangen van
het weer. De ervaring heeft geleerd,
dat een periode, zoals wij die nodig
hebben, van rustig mooi weer vóór
de moesson, eerder een uitzondering
is dan regel. Deze gedachte is mis
schien een goede correctie op ons op
timisme. Doch deze gedachte zal ons
vertrouwen niet verzwakken en onze
vastbeslotenheid niet verminderen.
(Copyright Handelsblad-Times)
(Nadruk verboden)
Advertentie-Ingez. med.)
Wanneer U 2ich een ogenblik met helemaal 6t
gevoelt, neem din KIN'G pepermunt De heer
lijke smaak brengt U veer in de juiste stemming,
de verkwikkende eigenschappen herstellen Uw
werkkracht
de natuurzuivere
NORMALISATIEDAG
IN HILVERSUM
Minister De Bruyn wijst op
voordeel voor export
(Van onze correspondent)
Hilversum, 20 Februari
In tegenwoordigheid van de commis
saris der Koningin in de provincie
Utrecht, een vertegenwoordiging van
het Hoge Commissariaat van Indonesië
en verschillende andere autoriteiten, is
vandaag in Hotel Gooiland te Hilversum
een zeer druk bezochte Normalisatiedag
gehouden onder auspiciën van de Con
tactgroep Opvoering Productiviteit.
Minister De Bruyn zeide, dat er nog
steeds veel vooroordelen tegen normali
satie en standaardisatie zijn. Men vreest
een culturele vervlakking, maar men
realiseert zich niet voldoende welke bij
dragen de normalisatie reeds nu levert.
In dit verband wees de minister op het
vrijwel uniforme buizennet in woningen
en gebouwen. Hierdoor wordt zowel een
besparing der kosten als een mogelijk
heid tot sneller repareren bereikt. Nor
malisatie en standaardisatie, zo ver
volgde de minister, bepalen doorgaans
slechts de onderdelen en niet het eind
product, zoals duidelijk blijkt bij de
rijwielindustrie en de radiofabricage.
De minister wees op de mogelijkheden
van normalisatie, op kwantiteit maar
vooral op kwaliteit. Dit laatste is uiterst
belangrijk voor onze handelspositie
tegenover de goedkope serieproductie
van b.v. Japan en de Zuidamerikaanse
landen.
Een zestal deskundigen hield daarna
causerieën over de mogelijkheden met
normalisatie op verschillend terrein.
Drie Nederlandse zeerovers uit
Tanger uitgewezen
Drie Nederlandse opvarenden van het
piratensehip Esme, dat op 4 October j.l.
in de Middellandse Zee 'het schip De
Combinatie overviel en leegplunderde,
zijn op verzoek van de Nederlandse ge
zant in Tanger bij een besluit van liet
internationale bestuur buiten het terri
torium van dit gebied uitgewezen. Het
zijn de kapitein E. J. Engelsman en de
beide opvax-enden F. Berghuis en J. J.
van Delden. Een verzoek van de gezant
is voor een uitwijzing bij het speciale
statuut aldaar vereist.
De drie mannen zullen nu naar Mar
seille worden overgebracht óm aldaar te
worden berecht.
Veerboot uit Kruininger-
polder gesleept
Stormvloed had de boot
drie km meegesleurd
Tegen de verwachting in, is Blijkers
Aannemingsbedrijf uit Gorkitm ex-in ge
slaagd de veerpont Willemsdorp uit de
Kruiningex-polder te slepen. Deze voor
malige Moerdijkpont ondei-hield de dienst
tussen Perkpolder en Kruiningen.
In de rampnacht is het schip dwax-s
door de dijk 3 kilometer de polder inge
slagen, op zijn weg huizen en boerderijen
vernielend.
UNICUM IN DE WERELD
DER PHILATELIE
Het is niet mogelijk, gezien onze be-
perkte plaatsruimte, uitvoerig melding
te maken van de stroom van berichten
die ons uit het buitenland bereiken over
daar georganiseerde steunacties voor de
getroffenen door de watersnood in Ne-
dex-land. W(j betx-euren dit, omdat ztf
vaak zo treffend weergeven hoe harte
lijk de bevolkingen in bijna alle delen
van de wereld nxet het lot van de slacht
offers en met ons land meeleven en op
welke wjjze zij aan haar gevoelens uiting
geven.
Een uitzondex-ing willen wy maken
voor IJsland en Denemarken die speciale
zegels met een toeslag hebben uitge
geven, welke aan de slachtoffex-s in Ne
derland ten goede zal komen. Het is nl.
in de philatelistische wereld, voor zover
wij weten, nog niet voox-gekomen, dat
speciale zegels in omloop werden ge
bracht ten bate van slachtoffers in
andere landen.
Ook Nieuw-Guinea heeft een sexie
(van drie zegels) met opdruk uitgegeven
voor hetzelfde doel en Suriname zal
volgen met een serie van twee.
Advertentie-Ingez. med.)
'n Tip voor treuzelaars
en slomen,
die langzaam in beweging
komen
Zendt spoedig geld,
Niet uitgesteld,
leunt U er over
„bomen"
Daarna 1
I'M H
SLACHTOFFERS WATERSNOOD
HET Informatiebureau van het Nederlandsche Roode Kruis zendt ons
de veertiende lijst van slachtoffers van de watersnood.
DUSSEN (HANK)
Geborgen en geïdentificeerd: Comelis
Jacobus Verbeek, geb. 11-4-1947,
HALSTEREN
Geborgen en geïdentificeerd: Comelis
Adrianus Hoetelmans, geb. 20-1-1907,
echtg. van Cornelis Stoffels, B 334;
Adrianus Cornelis Maria Laanen, geb.
8-10-1934, B 313; Adriana Langenberg,
geb. 29-9-1919, echtg. van Joh. van Meer,
B 336; Marinus Maas, geb. 20-11-1914,
echtg. van Johanna Raats, B 304; Mi-
chiel Maas, geb. 1-5-1949 B 304; Adriaan
van Meer, geb. 23-5-1870, weduwn. van
Henrica van Reijen, B 337Cornelis
Paulus, geb. 30-12-1877, weduwn. van
Johanna Maria van Aert, B 340; Johan
na Maria Raats, geb. 4-9-09, echtg. van
Johannes Paulus, B 329; Petrus Anto-
nius van Tillo, geb. 11-9-1931, Kladsedijk
12.
Overzicht Tweede Kamer
(Van onze parlementaire redacteur)
's-Gr av en ha ge, 20 Föbr.
TTET is minister Donker wel toever-
trouwd, een niet zo heel gemak
kelijke materie helder te behandelen
de daarop betrekking hebbende
voorstellen scherpzinnig te verdedi
gen. De kwestie van bet ontslag-!
recht, waaraan wij ook gisteren reeds
aandacht hebben gewijd, vormt een
belangwekkende materie, welke vele
vragen van juridische en processuele!
aard oproept op het gebied van het
met het dagelijkse maatschappelijke
leven zozeer verweven arbeidsrecht.
De minister vond echter op het voor
naamste punt: de vraag van de wense
lijkheid van het naast elkander bestaan
van de preventieve regeling van het
ontslag-vei'gunningenstelsel (zoals dat
bij wetsbesluit in 1945 is tot stand ge
bracht) en de repressieve regeling van
de rechterlijke controle op de „redelijk
heid" van een ontslag, twee niet minder
schei-pzinnige tegenspelers tegenover
zich. En wel de heren prof. Oud (v.v.d.)
t mr Van Rijckevoi'sel (k.v.p.).
Minister Donker vreest geen moei
lijkheden voor het (voorlopig) naast
elkander voortbestaan van het admini
stratieve contrölerecht en dat van de
i-echter, Uiteindelijk echter ziet de
minister het toch zo, dat de regeling van
de artikelen 6 en 9 van het Buiten
gewoon Besluit Ai-beidsvex-houdingen
(B.B.A.) met een goed geoutilleerde en
een competente rechtex-lijke instantie
niet zou zijn te combineren.
In deze gedachtengang gaat het dus
om de vraag of de rechter (kantonrech
ter) ten aanzien van deze vraagstukken
inderdaad reeds goed geoutilleerd en
volledig competent is. Het antwoord
daai-op is voor de minister en voor velen
met hem: neen. En de redenex-ing van
mr Donker is nu dat, mede aan de hand
van hetgeen ook bij dit debat naar vox-en
is gebracht, gestreefd kan worden naar
een dusdanige outillage, dat ook hij snel
kan wei-ken en bijvoox-beeld in ontslag
kwesties ook tot onmiddellijke voor
lopige voorzieningen kan komen,
latex- gevolgd door de definitieve beslis
sing.
Tegelijk echter wijst de minister
en terecht o.i. op het grote voordeel
en het nut, dat de inschakeling van de
directeuren van de gewestelijke arbeids
bureaus voor de rustige ontwikkeling
van de arbeidsverhoudingen te onzent
in de na-oox-logse jaren heeft gehad.
Behalve de kwestie van de redelijkheid
is er echter ook die van de belangen
van de arbeidsmarkt, waarop minister
Donker zich bex-oept. In noodomstandig-
heden, zoals zich thans door de waters
nood hebben voox-gedaan, kan het zelfs
een absolute noodzaak zijn, langs deze
weg ook mogelijke onvoldoende gemoti
veerde ontslagnemingen tegen te gaan.
Hier nu echter ligt voor prof. Oud
het aangrijpingspunt voor zijn bestrij
ding. Hier zijn wij gekomen op het ter
rein van het beieid, dat het terrein
is van de ovex-heid en van de wetgever.
Een beslissing in andere zin van de zijde
van de rechter doorkruist dat beleid.
Men schept vex-wai-x-ing van bevoegd
heden en men legt een verantwoordelijk
heid op de rechter op een terrein, dat
het zijne niet is.
Die verwarring van bevoegdheden
dient voorkomen en vandaar de motie
van de heren Van Ryckevorsel en Oud,
waarin zij de regeiïng uitnodigen, de
bepalingen omtrent de rechterlijke con
trole (het waken tegen „kennelijk onre
delijke ontslagen"), in dit wetsontwex-p
opgenomen, niet in werking te doen
treden voor het bepaalde bij de artike
len 6 en 9 van het B.B.A. tot een slui
tend geheel met die repressieve i-echter-
lijke controle is gemaakt.
Ook over de vooralsnog vrij theo-
x-etische vraag van de wenselijkheid van
een wettelijk geregelde bedrijfsrecht-
spraak (dus niet uitsluitend bjj onder
ling goedvinden) bestaat tussen minis
ter Donker en prof. Oud wel enig ver
schil van mening. Minister Donker zegt:
Wanneer de burgerlijke rechter een
maal goed uitgerust zou zijn voor de
behandeling van arbeidszaken in volle
omvang (eventueel door bijzitters) dan
ben ik, als minister van Justitie, ,,na-
tuux-lijk" voor de toewijzing van deze
taak aan de gewone, burgerlijke x-ech-
ter. Prof. Oud stelt daar tegenover, dat.
dit helemaal niet zo natuurlijk is. Een
minister moet zijn voor een zo goed
m o g e 1 ij k e x-egeling en de heer Oud
dat is wel duidelijk neigt sterk in
deze richting, dat hij „bedrijfsrecht-
spraak" in een belangrijk deel van
deze materie de meest aangewezen vorm
van rechtspraak acht.
Definitieve beslissingen over dit
alles zullen bij dit wetsontwerp uiter
aard nog niet kunnen vallen, maar
voor een nadere bezinning op het, ge
hele complex van problemen, welke
met deze materie samenhangen, is
dit debat zeker van groot belang.
Het zal, ten dele, ook zijn voortzet
ting kunnen vinden, wanneer het ont
werp omtrent de nieuwe regeling van
de civiele kantongerechtprocedure
aan de orde komt. Ook minister
Donker heeft daarop reeds gewezen.
BOEREN HELPEN
BOEREN
Giften in natura uit Drenthe
en Groningen
Drentse boeren hebben voor de geteis
terde gebieden 76 vaarskalveren, 103
pinken, 36 vaax-zen, 18 koeien, 3 volbloed
stieren, 3 veulens, 219 biggen, 70 opfok-
zeugen, 3 opfolkberen, 18 zeugen, 15
varkens en 1 schaap beschikbaar ge
steld. Voort 460 ton hooi, 1100 ton stro,
750 ton voederbieten, 380 ton voeraard-
appelen, 200 ton goedgekeurde poot-
aax-dappelen, 50 ton goedgekeurde zaai-
haver, 400 ton kx-achtvoeders en 70 ton
kuil- en pex-svoer.
Wanneer deze hoeveelheden per spoor
zouden moeten worden verzonden, zou
den voor dit transport 334 wagons nodig
zijn.
Ged. Staten van Overijssel stellen voor
een kwart millxoen beschikbaar te stel
len voor het Nationaal Rampenfonds.
Hulp aan vluchtelingen
uit Oost-Europa
Regering voelt sympathie voor
plannen tot internationale
samenwerking
Op vragen van het Tweede Kamerlid
Goedhart (arb.) over internationale hulp
aan uit de Oost-Europese staten ge
vluchte personen deelt minister Drees
mede dat. ook de regering van oordeel
is, dat internationale hulp wenselijk ls.
De Hoge Commissaris voor het vluchte
lingenvraagstuk heeft eind Januari
medegedeeld, dat hij in overleg met de
West-Duitse regering het initiatief nam
tot internationale samenwerking en dat
hij zich daartoe ook in verbinding had
gesteld met de Raad van Europa, De
regering staat sympathiek tegenover
deze gedachte. Echter zad hetgeen
Nederland kan doen worden beïnvloed
door de ramp, die inmiddels over ons
land is gekomen,
Veroordeeld wegens het
geven van voorlichting
over emigratie
De kantonrechte? in Den Haag heeft
hedenmorgen twee bestuursleden van de
stichting Emigrantenbelangen veroor
deeld tot respectievelijk tweemaal 7.50,
subs_. 6 dagen hechtenis en eenmaal
7.50, subs. 3 dagen hechtenis. Hun was
ten laste gelegd zonder vergunning van
het ministerie voorlichting op het gebied
van emigratie te hebben gegeven.
Een derde betrokkene werd voor een
zelfde tenlastelegging tot 75 subs. 20
dagen veroordeeld. De vonnissen waren
conform de eisen.