Naturellen wijk in Pretoria A1,he' HART Reis naar het heilige meer van Afrika (III) „Moge de regen in stromen op Uw edel hoofd kletteren Smokkelaffaire berecht Deze zomer weer talrijke vreemdelingen verwacht 'I Zii vasi vaster mei V E L P A F S N Donderdag 19 Februari 1953. NIEUWE APELDOORNSE COURANT Tweede bïafö (Van A. Kaptein in Kaapstad) T)RETORIA heeft, zoals iedere stad in de Unie, zijn natur ellenwij ken. De grootste is Atteridgevilie en daar heb ik, in alle vrijheid pratend met blanke geleiders en zwarte bevolking, enige uren vertoefd. Overal waar wij gingen, werden wij omstuwd en aangegaapt en vrolijk toe gelachen door vrouwen en kinderen. De mannen bleven iet wat gereserveerd op de achtergrond, maar zij gaven, zo dra zij werden aangesproken, op de meest welwillende (en vooral zéér wijdlopige) manier alle gewenste inlich tingen. Atteridgevilie is door de blanken gebouwd voor de zwar ten. Het ziet er uit als eenvoudiger editie van de voor industrie-arbeiders gebouwde buitenwijken van Rotterdam; echter met dien verstande, dat alle huisjes er een apart tuintje hebben en dat nergens een huis van twee verdie pingen wordt gevonden. Voor de tien duizend bewoners zijn niet alleen kerken en scholen gebouwd, maar ook een zeer moderne kliniek, waar behandeling en medicijnen gra- Bezoek aan een Mapoche-nederzetting 's Middags was ik er, als gast van het gemeentebestuur, getuige van, hoe de in paarse toga geklede burgemees ter van Pretoria op het sportveld een vergadering van naturellen toesprak. Hij was, met een staf van ambtenaren, gekomen om uiteen te zetten, dat een nieuwe woonbuurt geopend zou wor den, waarin de naturellen door een afbetalingsschema hun eigen huizen zouden kunnen verwerven. Honderden vertegenwoordigers der zwarte bevol king zaten op de tribune; een gramo- foon-installatie speelde over een luidspreker inheemse muziek en zwarte politie-agenten stonden stram in de houding. De burgemeester, de heer Visser, werd ingeleid door de onofficiële „bur gemeester" der naturellenwijken, een oudere, verstandige Bantoe, die ken nelijk eerbied en gezag wist af te dwingen. Hij zei tot zijn mensen: „Jullie bent hier gekomen om onze blanke vaders te zien. Wij begroeten de heer burgemeester, onze opper- vader, met de oude stamgroet: „Moge de regen in stromen op uw edel hoofd neerkletteren!" Ik moet op dat ogenblik vreemd hebben opgekeken, want de stads bouwmeester boog zich tot mij over en verduidelijkte: „Dat is de beste zegenwens, die zij hebben. In een droog land als Afrika is regen de rijkste gave des hemels".... Ik begreep- het. Maar ik moest toch even glimlachen bij de gedachte, wat een Nederlandse burgemeester zou zeggen, als zijn stedelingen hem toe riepen:,, Moge de regen op uw sche del vallen met emmers tegelijk!" Enfin, 's lands wijs, 's lands eer. Daarom riepen de naturellen, toen de burgemeester zijn toespraak had gehouden, in koor: „Poela! Poela!" Hetgeen, overgezet zijnde, beduidt: „Regen! Regen!" Een „nieuwe orde". Na bm'gemeester Visser sprak de secretaris van naturellenzaken, de zendelingszoon dr Eiselen. Hij zei: ,,Wat hier gaat gebeuren zal van he den af overal in de Unie worden aan gepakt. Wij leiden thans uw zonen INGEZONDEN MEDEDELINGEN. Ook Ow ingewanden moeten op tijd „gewassen'worden. J Neem eens per week één of twee Kou,Hoesten,Ziek Vooral dan Uw kinderen beschermen liegen de gevolgen! Snel en zeker helpt: op tot timmerlieden en metselaars. Wij leiden uw zonen op tot politiemannen' en kantoorhouders. Uit eigen kracht zult gij in de toekomst, met onze hulp, uw woonplekken bouwen en besturen. Gij zult de eigenaars worden van de huizen, gij krijgt de zorg voor de kerken en de scholen. Toont u dat vertrouwen waardig. Handhaaft de orde!" Onmiddellijk na dr Eiselen kwam weer de zwarte „burgemeester" voor de microfoon. Hij herinnerde er aan, dat een wijs man leerde: de grootste strijd moet de strijd met woorden zijn! „Wij hebben thans de kost ge zien, die onze blanke vaders voor ons hebben uitgeschept en wij zijn ver heugd. De Grote Kapitein heeft ge sproken en om het woord van de kapitein wordt een muur gebouwd, zodat het niet verstrooid kan worden op de winden. Het woord staat: wij krijgen een nieuw dorp! Welnu: wij beloven onze vaders, dat wij ons hun ner goedheid waardig zullen betonen. Poela!" B(j de Mapoche's. De volgende ochtend reed ik naar de fraai beschilderde hutten van een groep Mapoche's, tien mijl buiten tis worden verstrekt. Omdat de huishuren binnen het be reik van de naturellen moeten blijven, legt het stadsbestuur alléén reeds op Atteridgevilie ieder jaar een bedrag van 800.000 gulden toe. „Dat betalen de blanke belastingbetalers, die in uw buitenlandse pers nog maar al te vaak worden voorgesteld als uitbuiters," zei een blanke Pretorlaan. „Deze woon plek Is ideaal, maar zij zou driemaal groter moeten zijn om alle toestromende naturellen onderdak te kunnen geven," zei een der zwarte leiders. Een vriendelijke verpleegster liet mij de statistieken zien van het kliniekwerk: t.b.c.-bestrijding, zuigelingen zorg, kraamhulp, tandheelkundige hulp en prae-natale controle. En schrikwekkende cijfers van venerische ziek ten! Vijf dokters en een staf verpleegsters werken hier samen voor het heil der zwarte bevolking; het blanke stadsbestuur voteert de gelden. En de leiders der na turellen handhaven er zelf de orde en dat gaat uit stekend. De Mapoche's zijn de enige leden van het grote Bantoe-volk, die blijk geven van kunstzinnigheid bij het bou wen hunner hutten. Weliswaar zijn die hutten uiterst eenvoudig, maar de gevels zijn beschilderd met oeroude figuren, in heldere kleuren. De man nen dragen allen Europese kleding, maar de vrouwen en de kinderen zijn nog gekleed in de traditionele ge vlochten hals-, arm- en beenbanden. En ook die banden zijn vrolijk ge kleurd. De Mapoche-nederzetting buiten Pretoria omvat slechts vijftien hutten. De hoofdman heet „Speelman", maar hij was, toen ik in gezelschap van de Pretoriaanse „skakelbeampte", de heer H. P. H. Behrens, zijn erf betrad, niet thuis. Een zijner volwassen zonen zat met drie andere jonge kerels bier te drinken onder een afdak. Hij gaf ons met koninklijk gebaar toestemming om de vaderlijke woning binnen te gaan. Gebukt gingen we door het lage poortje. De hut was een rondavel, dat wil zeggen cirkelvormig gebouwd met een rond dak, dat in een punt eindigt. Vóór die rondavel staat een losse ge vel, die in grijze, gele, rode en blauwe kleuren beschilderd is. De hut had een doorsnede van on geveer vier meter. Er was niets te zien, behalve een paar slaapmatten, wat gedroogd vlees, een paar pom- poenbasten (die als drinkgerei worden gebruikt) entwee nieuwe fietsen. met nikkelen velgen! „Pa heeft twee vrouwen" De vloer bestond uit een nauwkeu rig gladgestreken mengsel van klei en koemest; zij was zo hard als gewapend beton. Rondom het grote vertrek lie pen gangetjes: links voor de meisjes, rechts voor de jongens. De heer Behrens vertelde mij, dat de kinderen in het ouderlijke huis blijven tot aan de puberteitsleeftijd. Dan gaan zij in aparte huizen, die achter het huis van de vader worden gebouwd. Omdat het hem bevreemdde, dat er twee „ouder"-hutten naast eikaarston den, vroeg hij een verklaring aan de zoon van „Speelman". Die verklaring was nogal simpel. „Mijn pa heeft twee vrouwen, mijnheer." Toen wij uit het schemerduister van de hut weer in het felle zonlicht tra den, stonden er keurig uitgedoste vrouwen en naakte kinderen op ons te wachten. Zij staken begerig de han den uit en vroegen om geld. Ik schud de mijn broekzakken leeg in ruil voor het voorrecht een paar foto's te mogen nemen. Zij waren het er allemaal mee Twee Mapochc-kinderen, gefotogra feerd voor de kunstig beschilderde hut van hun ouders. Bantoc-mocdcr met liaar kind. Deze vrouwen dragen om armen en benen tientallen strengen koperdraad, die met elkaar ongeveer vjjf kilo wegen. eens, behalve een klein kereltje, dat zich krampachtig vastklemde op de rug van zijn broertje en dat met grote, angstige ogen naar de camera keek. Een jonge vrouw verkocht me een kralensnoer en ze vroeg vijfmaal de winkelprijs. De Mapoche's, die zo dicht onder de rook van Pretoria le ven, hebben de waarde van het geld terdege leren beseffen! Gevoelige straf voor landbouwer De meervoudige Economische Kamer van de Zutphense rechtbank heeft thans uitspraak gedaan in een serie strafzaken, die het gevolg zijn geweest van het oprollen van een uitgebreide smokkelaffaire. Er stonden vijftien verdachten terecht, die o.m. ruim 30.000 kg koffie, 47.000 shawls, 250 da mesmantels en een partij klederdracht- doeken zouden hebben gesmokkeld. De hoofdverdachte, G. H. uit En schede, werd veroordeeld tot anderhalf jaar gevangenisstraf met aftrek, plus f 10.000.— boete en verbeurdverkla ring van twee auto's. De confectie- fabrikant H. P. A. M. L. uit Enschede kreeg tien maanden met aftrek, waar van drie maanden voorwaardelijk met drie jaar proeftijd en verbeurdverkla ring van een auto en 130 shawls. De overige straffen luiden: H., loon- dorser, Eibergen, 10 maanden m. a., waarvan 3 voorwaardelijk; Van L., bakker, Eibergen, twee maanden; L., brandstoffenhandelaar, Eibergen, twee maanden, waarvan 1 voorw.; N., land bouwer, Eibergen, idem; mej. Te N., Eibergen, 4 maanden, waarvan 78 da gen voorwaardelijk; II., loondorser, Eibergen, tien maanden, waarvan drie NOODWERING BIJ HALSTEREN Voor West-Brabant is het gevaar van een nieuwe ramp nog niet ge weken. Een storm uit het Noord westen zou noodlottige gevolgen heb ben, want de dijk tegenover het stadje Tholen is over een lengte van zeven kilometer vrijwel geheel vernietigd. Daardoor lopen de polders rondom Geen verkiezingen in Utrecht? UTRECHT. De gezamenlyke in de Utrechtse gemeenteraad vertegen woordigde partijen zyn er in onderling eensgezind overleg toe gekomen, te overwegen om op 14 April slechts 39 candidaten voor de gemeenteraad in totaal te stellen (overeenkomende met het aantal leden van de Utrechtse ge meenteraad). Deze 39 candidaten zul len dan bü enkele candidaatstelling gekozen zyn. Dit denkbeeld is gerezen, omdat het zeer waarschijnlijk is, dat de behan deling van de grenswijzigingsvoorstel- len van Utrecht door de Staten-Gene- raal nog dit jaar zal geschieden, waardoor in het najaar toch de' ge meenteraad van het vergrote Utrecht zal moeten worden gekozen. De qp 27 Mei a.s. te verkiezen Utrechtse ge meenteraad, die pas in September zitting zal nemen, zou daardoor slechts enkele maanden kunnen fungeren. Koningin opent Flora 1953 H.M. de Koningin heeft aan de directie van de Nationale Bloemen tentoonstelling Flora 1953 medege deeld, dat zij de openingsplechtigheid op Vrijdag 13 Maart a.s. te Heemslede zal verrichten, en dat zij dit beriuit heeft genomen in verband met de wenselijkheid, dat manifestaties van het economische en culturele leven normaal doorgang vinden. Halsteren groot gevaar. Met inspan ning van alle krachten trachten Rijks waterstaat en de Nederlandse Heide maatschappij de dijken van een nood- zeewering te voorzien. Wanneer ge durende de eerste week geen storm uit het Westen komt opzetten heeft men een goede kans met de werk zaamheden zo ver te zijn, dat de be treffende polders behouden blijven. Een aantal liet zich echter afschrikken Verkeerde voorstellingen over omvang noodgebied (Van onze Haagse redacteur) DEN HAAG. Velen in het buiten land schijnen zich moeilijk een voor stelling te kunnen maken van de omvang van het gebied in ons land, dat rechtstreeks door de watersnood ramp getroffen is. Dat blijkt o.a. uit de brieven, die particulieren, wonen de op de hoog gelegen gebieden, waar het water geen kwaad heeft kuqnen doen, van in het buitenland wonende familieleden of kennissen ontvangen en waarin gevraagd wordt, of men veel geleden heeft De gedachte, dat ons land bijna ge heel is overstroomd, wordt bij velen voorwaardelijk; O., schillenboer, En schede, zes maanden m. a.; D. S., land bouwer, Eibergen, 1 week voorw., plus f 30.of tien dagen; J. H. S., fa brieksarbeider, Eibergen, idem; E. H. S., landbouwer, Eibergen, f 25.-*' of tien dagen; O., bakker te Winterswijk, 1 maand voorw., plus f 250.boete en verbeurdverklaring van koffie; A., landbouwer, Winterswijk, 10 maanden, waarvan drie voorw.; mej. B., En schede, twee maanden met aftrek; S. twintig dagen hechtenis. vlekvrije koudlijm van CETA BEVER FEUILLETON spreekt door RENéE SHANN HOOFDSTUK XI Barbara vond de volgende dagen de moeilijkste, die ze sinds haar verblijf bij de Melroses had door gebracht. Mevrouw Melrose lag blijkbaar met ieder een overhoop. Joan was lusteloos en nijdig.- Heather even moeilijk als toen ze met de nieuwe behandeling was begonnen voor Jinks haar in Londen was komen bezoeken. Bryan bleef weg en zijn moeder merkte bitter op, dat ze niet wist wat er van hem geworden was. Jinks kwam de hele week maar eenmaal thee drinken en verdween daarna zo gauw hij maar kon, met de vage belofte, dat hij nog wel eens zou terug komen; hij zou Heather dan opbellen. Misschien moest hij de stad uit. Op wanhopige toon en met tranen in de ogen vroeg Heather, wat Barbara er van dacht; wat er gebeurd kon zyn. „Ik heb hem zeker op de een of andere manier gekwetst. En toch kan ik me maar niet voorstellen, wat ik zou hebben gezegd of gedaan. Maar ik weet wel, dat hij sedert die dag, dat we samen naar de bioscoop zijn geweest, anders is geworden". Barbara wist niet wat te antwoorden. Ze dacht er over zich met Jinks in verbinding te stellen. Mis schien kon ze Iets uitrichten. Ze kon hem zeggen, dat hij Heather niet in de steek moest laten; dat zij, Barbara, dan liever haar betrekking bij de Mel roses zou opgeven. Maar ja, vreesde ze weer, zo'n samenkomst onder vier ogen met Jinks kon voor alle partijen noodlottig zijn. Neen, ze moest zich maar liever stil houden. Op een avond, toen ze juist naar bed wilde gaan, liep Joan haar kamer binnen en zei met wanhoop in haar stem, dat ze haar moest spreken. „Sedert jij met Benny gesproken hebt, heb ik niets meer van hem gehoord. Niet een enkel woordje". „Waarom kom je mij dat vertellen, Joan?" vroeg Barbara langzaam. „Ben je er zeker van, dat jij daar niets van weet?" Even aarzelde Barbara, maar voor ze nog kon ant woorden, zei Joan verbitterd: „Als jij er niets mee te maken hebt, houdt moeder zeker zijn brieven achter". „Heb je 't haar gevraagd?" „Waar zou dat goed voor zijn? Ze zou het me tóch niet vertellen, want ze is al dagenlang in een ellendig humeur. Een van de redenen is natuurlijk, dat Bryan naar Zuid-Afrika gaat". Barbara keek verbaasd op. „Sinds wanneer heeft hij daartoe besloten?" „Wist je het niet? Hij heeft er 't een of ander baantje gekregen", zei Joan met een spotlachje. „Joost mag weten wat hem bezielt! Vroeger heb ik nooit ook maar iets bemerkt van een verlangen om zijn eigen brood te verdienen". „De meeste mensen doen dat", merkte Barbara droogjes op. „Geen mensen zoals Bryan. Hy is een geboren nietsdoener". Tot haar eigen verbazing nam Barbara zyn ver dediging op zich. „Ik begrijp niet, waarom je dat zegt". „O, maar jij kent hem niet zo goed als ik". Barbara sliep die nacht slechts bij tussenpozen Ze ontwaakte met hoofdpijn en in een sombere stemming, 's Middags bracht ze Heather naar de specialist voor haar behandeling. Na afloop vroeg dr Risling, die Barbara even terzijde had geroe pen: „Wat is er met mijn patiënte aan de hand?" „Bedoelt u, dat het minder goed met haar gaat?" „Juist. De paar laatste weken is ze erg achteruit gegaan". Hij keek met zijn scherpe ogen Barbara onderzoekend aan. „Is alles thuis in orde?" „O, ja, dat geloof ik wel". „Ziet u, juffrouw Newcombe, de geestesgesteld heid van een patiënt is voor zijn of haar lichame lijke toestand van groot belang. Daarom verzoek ik u dringend mij mede te delen, of er in dit geval iets is, dat de beterschap kan tegenhouden. Een liefdes geschiedenis bijvoorbeeld, die verkeerd dreigt te gaan?" Aarzelend antwoordde Barbara: „Misschien zou het dat kunnen zijn". „Ik dacht al zoietsdat is jammer. Kan er niets aan gedaan worden?" „Dat weet ik heus niet". „Als het mogelijk zou zijn, zou dat haar veel goed doen". „Waarom wilde dr Risling je spreken?" vroeg Heather, toen Barbara zich in de wachtende taxi bij haar voegde. „Hij sprak alleen over je behandeling". (Wordt vervolgd> over onze grenzen bovendien ver sterkt door de vernengende, spon tane hulpacties in bijna de gehele wereld, die grote sommen aan geld en enorme hoeveelheden aan goede ren hebben opgebracht, In werkelijkheid bestaat, het gehele rampgebied 11.1 percent en maken de direct getroffen gemeenten 7.8% van de totale oppervlakte van Ne derland uit, In het algemeen zijn de Zeeuwse en Zuidhollandse eilanden en het Westen van Nooi-d-Brabant niet de streken, die veel door vreemdelingen die hun vacantie in ons land komen doorbrengen, worden bezocht. Niette min hebben enige reisbureaux, die zich. hoofdzakelijk belasten met het aantrekken van buitenlanders, mode deling ontvangen, dat een aan'al trips naar Nederland is geannuleerd. De Algemene Nederlandse Vereni ging voor Vreemdelingenverkeer - de A.N.V.V. heeft alles in het werk gesteld, om het buitenland duidelijk te maken, dat de overstro mingen, geheel uit toeristisch oog punt beschouwd, meevallen. Toeris.i- sche plaatsen hebben niet geleden. Het is schromelijk overdreven te denken, dat reizen naar Nederland gevaar zouden opleveren. Het buitenland geïnformeerd. Reeds enkele dagen na de ramp heeft het reisbureau Lissone-Linde- man in een extra Newsletter cn European Travel, die regelmatig aan alle belangrijke Europese cn buiten Europese reisbureaux wordt ver strekt en waarin informaties over toeristische mogelijkheden in Neder land en Europa worden gepubliceerd mededelingen over de omvang van de ramp en over de ontstane toestand verstrekt. In deze Newsletter is er de nadruk op gelegd, dat de toeris tische streken niet getroffen zijn en dat geen gevaren aanwezig zijn. Dezer dagen wordt een tweede extra Newsletter verzonden met de vermelding, dat de situatie zich ge consolideerd heeft. Daarin wordt er nogmaals de aandacht op gevestigd, dat er geen enkele reden is om geen toeristen naar Nederland te sturen. De spoorlijn Roosendaal—Rotterdam wordt zo spoedig mogelijk-hersteld. Scheveningen een graag door vreemdelingen bezochte badplaats zal deze zomer geheel van de gesla gen wonden hersteld zijn en plaatsen als Alkmaar met zyn beroemde kaasmarkt, Marken en Volendam zijn onaangetast gebleven. De vreemdelingenindustrie vormt de laatste jaren een aanzienlijke bron van inkomsten voor ons land. Zij verwacht, dat wanneer men in het buitenland van de eerste schrik bekomen is deze zomer weer zeer veel Amerikanen, Engel sen, Fransen, Belgen, Duitsers en anderen ons land zullen bezoeken en dat reeds voorgenomen reizen naar het kleine, dappere Nederland door gang zullen vinden.

Krantenbank Zeeland

Watersnood documentatie 1953 - kranten | 1953 | | pagina 3