TNSPIEGEL Politie schuift twee vluchtelingen grens over Rampenfonds zal contanten geven Ten tijde van de Germanen waren er ook al imprimeetjes! Noodgebied behoeft veel verbeteringen Na herstel van dijken Heimachine valt in Oude IJsel Men wil snel werken Geen tarieven - geen vervoer Franse vrouwentypen Eten no een1 t HET VRIJE VOLK DONDERDAG 19 FEBRUARI 1953 PAGINA 3 Vervolg van voorpag. ue cnenucus is met een tweede Hongaar, die hij tijdens het trans port naar Siberië heeft leren kennen op ongeveer 20 October in ons land aangekomen. Zij hadden, zo luidt hun verhaal, als verstekelingen aan boord van een schip Danzig omstreeks 10 Octo ber verlaten. De kapitein van dit schip moet hen in open water heb ben overgegeven aan een andei schip, dat. naar Engeland koerste. Langse de Nederlandse kust varende heeft deze kapitein echter, aldus het verhaal, de twee Hongaren gelegen heid gegeven met een vlet naar de Friese kust te varen. Volgens éen van onze zegslieden verkeerden de Hongaren in de veron derstelling, dat zij in Engel-and waren, want zij moeten een Friese boerin de weg naar Londen hebben gevraagd. Ongewenst Hoe dan ook, kort daarop zijn dc twee vluchtelingen door de Neder landse politie opgepakt. En in Gro ningen aan een blijkbaar summier verhoor onderworpen. Het Nederlandse gedecentraliseerde systeem geeft de plaatselijke politie autoriteiten de bevoegdheid „onge wenste" vreemdelingen on verwijl over de grens te zetten, een gang van zaken, die bijvoorbeeld gevolgd wordt bij bedelaars en Zigeuners. Men verzekerde ons. dat de eerste fout, die hier is gemaakt, ligt in het onvolledige onderzoek naar de antecedenten van de betrokkenen Hun beroep op het as.vlrechtschijnt daarbij nauwelijks te zijn behan deld. De tweede fout is, dat men ge tracht heeft deze opgejaagde mensen onmiddellijk naar Duitsland af te voeren, terwijl niet was komen vast te staan, dat zij via Duitsland ons land waren binnengekomen. Toen deze „terugleiding" afstuitte op gebrek aan medewerking van de Duitse grensbewaking, heeft men de twee Hongaren in een Volkswagen gezet en onder begeleiding van de marechaussee helemaal naar Lim burg gebracht om ze daar. bij donker over de Belgische grens te schuiven Het duurde niet lang of de Bel gische gendarmerie pakte beide Hon garen op. De metgezel van de chemi cus had bepaalde relaties in Brussel die borg voor hem wilden staan. Hij werd dan ook spoedig vrijgelaten. De chemicus echter werd geruime t'id in de gevangenis van Ver- viers vastgehouden, waarna hij wederom naar Nederland werd „teruggeschoven". Weer opgesloten Met wat geld, dat hij in de ge vangenis had verdiend, kocht hij in Maastricht een kaartje naar Den Haag, waar hij op 12 December in de vroege ochtend aankwam en zich onmiddellijk meldde bij het Rods Kruis, waarheen hij reeds vanuit Groningen had geschreven. Nog diezelfde dag werd hij dooi de vreemdelingenpolitie opgepakt en opgesloten. De man. die zijn leven riskeerde en naar de vrijheid vluchtte, zon vermoedelijk nog in de gevangenis aan de Casuariestraat in Den Haag hebben gezeten, als niet de aan dacht van de minister op het geval was gevestigd. Het spreekt vanzelf, dat een on derzoek naar de politieke betrouw baarheid en naar de aannemelijkheid van het verhaal van de politieke vluchteling, nodig, maar moeilijk is. Maar, zo vraagt men zich in be paalde kringen in Den Haag af. waarom ls dit niet behoorlijk ge schied. waarom heeft men tot twee keer toe getracht de mannen kwijt te raken in een nabuurland, waar zij niet vandaan kwamen en waarom moet een politiek vluchteling tijdens het onderzoek naar zijn betrouw baarheid (dat in dit geval dus later wel plaats vondi in de volledige af zondering van een cel worden ge houden? Het ziin deze Dunten die nasr het scni.mt. de minister van justitie thans intens bezighouden. Interneren Een van de eerste dingen, die hier uit zullen voortvloeien zal waar schijnlijk zijn, dat de minister het besluit neemt politieke vluchtelingen tijdens het onderzoek niet te detine ren (opsluiten in een cel) maar te interneren (afzondering in een kamp). Er zijn in de afgelopen Jaren ln ons land ook Poolse vluchtelingen aangekomen Deze mensen, van wie het aantal op ongeveer vijftig kan worden gesteld voor de laatste twee en een half Jaar. waren veelal be manningsleden van Poolse trawlers. Voor zover bekend heeft men ech ter in deze gevallen niet de grens- schuiftechniek toegepast. Nederland weet echter weinig anders te doen, zo deelde men ons mede, dan deze mensen vier, vijf, zes maanden opgesloten te houden totdat zij, of anderen voor hen, er in zijn geslaagd buiten Nederland een bestemming te vinden. Nog dezer dagen zijn twee Polen volgens onze zegsman echte zee bonken na een ontmoedigend, op gesloten wachten van zes maanden op een verblijfsvergunning vertrok ken naar een baantje ln Duitsland bij het Amerikaanse leger, waarvoor zij menselijk gesproken volkomen ongeschikt geacht moeten worden. De zorg van de politie voor de be waking van deze mensen gaat zelfs zo ver, dat toen twee gedetineerde Polen in verband met hun voorgeno men emigratie naar een ander land, op een legatie in Den Haag moesten komen, twee politie-agenten hen tot in de kamer van de betrokken buiten landse immigratieambtenaar wilden vergezellen. Hun werd evenwel netjes maar dringend de deur gewezen. De tijd lijkt gekomen, aldus de conclusie van gesprekken, die wij met verschillende tot oordelen bevoegde personen hebben gehad, dat er in Nederland een meer bevredigend systeem van behandeling van poli tieke vluchtelingen wordt ingevoerd. En in dit opzicht doet het persoon lijk optreden van minister Donker verheugend aan. 9 van de 10 vrouwen zeggen „Ja" als U ze vraagt of ze wel MAÏZENA DURYEA ge bruiken. Maar er zyn er onder, die zich vergissen. Die vroegen wel - en welbewust - MAÏZENA DURYEA, maar zij waren te goedgelovig en letten niet op de naam DURYEA, die beslist op 't pak moet staan. Jawel - wit de resultaten bleek 't gauw genoeg. Wat 'n verschil.' Niet zó maar is MAÏZENA DURYEA wereldvermaard geworden als het ideale bind middel voor groenten, soepen en sausen. Vraag dus niet alleen MA1ZENADURYEA, maar let op dat U ook DURYEA krggt. (Van onze parlementsredactie) HET IS EEN PLICHT, waar nodig, de rampgebieden beter toe te rusten, schrijft de directeur van de Rijksdienst voor het Nationale Plan, mr J. Vink, in een voorwoord tot een voorlopige planologische documentatie over het rampgebied. Uit deze documentatie blijkt, dat er inderdaad heel wat verbeteringen in deze gebieden kunnen worden aangebracht als eenmaal de dijken zijn hersteld. De eerste bèlangrijke punten zijn: a. herverkaveling; b. vervanging één- en tweeka merwoningen c. verbetering drinkwatervoor ziening; d. verbetering gasvoorziening. Uit de gepubliceerde kaarten blijkt, dat er in het rampgebiea 5,6 fó van de woningen in het geheel geen open bare voorzieningen heeft, met name Noord-Beveland 10 Tr. Zuid-Beveland 8,8 Tholen en St.-Philipsland 9,6 Te en Voome-Putten en Rozenburg Bij brugbouiv te Vlft Dinsdagmiddag om 5 uur is onder hevig gekraak een heimachine, die gebruikt wordt bij de bouw van een nieuwe brug te Ulft, in de Oude IJsel gestort. Het apparaat viel rakelings langs de oude brug. Een der arbeiders, J. B. uit Groningen, werd door een der palen geraakt en liep schaafwonden en kneuswonden op aan een zijner voeten en een arm. By onderzoek bleek een oude breuk in een der schoenen (een stuk metaal waarop de steunpalen der heistelling rust) de oorzaak van het ongeluk te zijn. De materiële schade is aanzienlek. (Van een onzer verslaggevers) RUIM VIJFTIG MILLIOEN gulden staan vandaag geboekt op de rekening van het Nationaal Rampenfonds bij de Nederlandse Bank. Geboekt. Maar grote bedragen zijn nog onderweg uit binnen- en buitenland en de acht bankiers, die over het beheer van de millioenen adviseren, zullen nog met een aanzienlijk grotere som te maken krijgen. Afgezien van de 1,2 millioen gulden, die het Nationaal Ram penfonds vorige week aan het Rode Kruis en het Katholiek Huisves tingscomité gaf, voor het bekostigen van de allereerste hulpverlening, heeft het fonds inmiddels deze week alle burgemeesters gemachtigd aan cvacué's uit het noodgebied een uitkering ineens te doen. Het bestuur van het Nationaal Rampenfonds beseft terdege al dus vertelde ons luitenant-generaal Alons, de directeur van het fonds dat deze bedragen niet meer zyn dan een druppel op een gloeiende plaat. Deze uitkeringen lopen in geen en kel opzicht vooruit op toekomstige schaderegelingen. Ze zullen niet in mindering worden gebracht op latere uitkeringen. Hoe groot die „latere uitkeringen" van het Rampenfonds zullen zyn, kan nog niet worden gezegd. Het is juist dit „de grootte van de eerste bedragen" waarover op het ogen blik hard wordt gestudeerd. Voor men iets kan ondernemen, is het be slist noodzakeiyk, dat men althans een idee heeft van de totale schade aan bezittingen in „de persooniyke sfeer". Hieronder te verstaan: meu bilair, kleren, beddegoed, keukenge rei, etc. Geen rompslomp Wel staat al het volgende vast: de uitkeringen zullen geschieden via de Rampschadebureau's van de rege ring. Wanneer het personeel van de ze bureau's echter zullen optreden ten behoeve van het Rampenfonds een zuiver particuliere instelling zullen ze dat niet doen als rege ringsambtenaren, doch louter als personen, die door de regering aan het Rampenfonds ter beschikking worden gesteld. Dit om kosten te M illioenenzaak! Met hoeveel gedupeerde perso nen moet het Nationaal Rampen fonds rekenen bij het maken van begrotingen? Op totaal ongeveer 180.000, namelijk 120.000 évacué's, die in hun eigen omgeving onder dak vonden cn 60.000, die naar andere streken zijn vervoerd Zelfs het uitkeren van een klein bedrag ineens zoals nu gebeurt wordt dus onmiddellijk een mil- lioenenzaak! sparen, die op het fonds zouden gaan drukken, wanneer 't fonds een eigen apparaat zou moeten oprichten. Vaststaat ook, dat de eerste uitke ringen gedaan zullen worden met de minst mogelijke administratieve rompslomp. Bij het bepalen van de grootte der schade zal men gebruik maken van de locale kennis van plaatselijke autoriteiten (burgemees ters, geesteiyken, etc.). Zeer waar- schynlijk zullen de gedupeerden con tant geld ontvangen. In elk geval hoopt men de eigen- ïyke taak van het fonds te kunnen beginnen op het ogenblik, dat de eer ste evacuë's, wier woningen en inboe dels grotendeels werden vernield, weer naar hun woonplaatsen terug keren. 9,4 De gasvoorziening in de getroffen streek staat voor een groot deel ach ter bij andere landsdelen. Meer dan de helft van de woningen heeft geen aansluiting tegenover een gemiddel de van een derde voor het hele land. Verschillende gemeenten op Voorne- Putten en Rozenburg, Goeree en Noord-Beveland hebben nog geen centrale drinkwatervoorziening. De helft van de Zeeuwse gemeen ten had in 1947 een woningvoorraad, waarvan meer dan 30 bestond uit één- en tweekamerwoningen. Nu- mansdorp, Oude Tonge, Kortgene, Stavenisse, Nieuw Vossemeer byv. hadden van veertig tot vyftig procent en zelfs meer één- en tweekamerwo ningen. Ruilverkaveling kan de gebreken in de cultuurtechnische en ook in de ju ridische indelingstoestanci van grote delen van het getroffen gebied verbe teren. Verkaveling urgent Voor geheel Zeeland bedraagt de oppervlakte, waar ruilverkaveling zeer urgent is, rond 20 van de provincie. De behoefte aan een ruilverkaveling bestaat vooral op Schouwen-Duive- land, Tholen, Zuid-Beveiand en tot op zekere hoogte ook op westelijk Goeree. Voorne-Putten en Rozenburg en de Alblasserwaard. De voorlopige planologische docu mentatie van de Ryksdienst is Woensdag verschenen en zal onge twijfeld een bijdrage kunnen leveren tot een inzicht van wat nodig is om tot een verbetering van de woon- en leeftoestanden in het getroffen gebied te komen. Voor Nederland geldt geen bijzon der transitotarief in het verkeer met Oostenrijk en dit heeft voor de Ne derlandse havens de mogelijkheden zoal niet geheel, dan toch goeddeels weggenomen. Dit zegt het antwoord van de ministers van Verkeer en van Buitenlandse Zaken op de door het Tweede-Kamerlid Schilthuis (arb.) gestelde vragen. In de conferentie te Linz brachten de Duitse spoorwegen een brief in het geding, die de Duitse verkeers minister Seebohm aan zyn Neder landse collega minister Algera zou hebben gezonden. Zulk een brief werd in Den Haag niet ontvangen. De kwestie der tarieven werd reeds te Baden-Baden tussen de ministers Seebohm en Algera besproken. De regering, aldus het antwoord, blyft ter zake diligent. De Canadese luchtmacht heeft de beschikking gekregen over een nieuw straalvliegtuig, dat 60 raketten kan vervoeren. Het nieuwste Ameri kaanse toestel van deze klasse kan slechts 24 raketten meenemen. De wereld wemelt van patroontjes. Patroontjes, die op stoffen zijn gedrukt. U hebt natuurlijk ook wel zo'n patroontjes jurk. Met fraaie boeketten of met stippen en kringetjes om draaierig van te worden, als je er lang naar kijkt. Je hebt zelfs al patroontjes van steigerende paarden en zonnebadende juf frouwen tegenwoordig. De patroontjes rollen in series de textiel fabrieken uit en wij vinden het maar heel gewoon, dat we kunnen kiezen uit duizend en één soorten. Maar hebt u er wel eens over nagedacht, dat er in de tijd van de in berenvellen gehulde Germanen óók al ergens op aarde mensen in zo'n imprimeetje rondliepen? O. wist u dat niet? Nu. in een oud Egyptisch graf. uit het begin onzer jaartelling heeft men een kinder jurkje gevonden, dat vandaag in een winkel kon zijn gekocht. Dal jurkje was bedrukt met patroontjes, keurig boven, onder en naast elkaar. Alleen, het hele proces van weven, drukken en kleuren was met de hand gebeurd. De patroontjes waren er één voor één met een stempel op gezet. Want tex tielfabrieken had men toen nog niet. In de Middeleeuwen, zo omstreeks 1200, is men er in West-Europa ook mee begonnen en het moet een werk zijn geweest, dat enorm veel geduld en tijd heeft gevergd, want de textiel- bedrukkers van toen sneden eerst het dessin uit een stuk hout. Als dit enorme stempel men nam dikwijls een vrij groot stuk klaar was, werd het met olie of waterverf bestreken en op de stof gedrukt net zo lang tot de hele lap vol was. in verbasterde Arabische lettertekens zitten en Perzisch aandoende plan tenmotieven en uitheemse vogelfigu ren? Waarom nemen ze niet. eens de eerste zo omstreeks 1600 door de Oostindische compagnie uit Brits-In dië ons land binnengevoerde katoen Beivijs: een kinder jurkje van bijna twintig eeuwen... Fantastisch mooi en decoratief waren deze patronen, vergeleken bij die bloemen, strepen en stip pen van óns. Veel is er niet uit die middel eeuwse tijd bewaard gebleven en het weinige heeft men dikwijls, als in Egypte, in graven gevonden. Het is te zien op een unieke tentoonstel ling in het museum in Enschede. De daar geëxposeerde handbedruk- te stoffen zijn zo mooi dat ze onwillekeurig de vraag doen rijzen: waarom maken onze fa brikanten niet meer eens zoiets? Waarom copiëren ze niet gewoon zo'n vroeg-middeleeuws dessin, waar- tjes tot voorbeeld, die een kleuren rijkdom en een verfijndheid van des sin vertonen, waar de tegenwoordige patroonontwerpers meestal niet meer aan kunnen tippen? Weet u, wat u ten antwoord krijgt als u deze vraag in de Ensehedese textielwereld durft stellen? „Wij zou den het wel willen doen, maar we durven het niet. De. geschiedenis heef! bewezen, dat de meeste vrouwen deze patronen tegenwoordig niet meer wil len kopen. Er zijn fabrikanten, die de proef hebben genomen. Ze zijn met de stoffen blijven zitten..." Wanneer men dit hoort, staat men met de mond vol tanden. Het is niet te begrijpen, dat men tegen zo'n 17de-eeuwse katoenen lap (zwart of crème, bedrukt met bloemenstillevens, die bij de bloemmotieven van tegen woordig afsteken als een waardevol schilderij bij een bizar bazarspull „nee" zegt. Eigenlijk hadden alle vrouwen m ons land die tentoonstel- De Sportieve: De Sportieve isFrankrijksJongste p^sot, Josette Aubertol, aeven- tieri'jaar oud. Ze is leerhnge van het lyceum te Troyes, en ze wil het natuurlijk heel ver brengen in haar vak. Zij is moedig en buitengewoon zelfverzekerd. Wat kan ik je geven voor deze prestatie, vroeg haar vader, toen hij het goede resultaat van haar examen vernam. En Josette antwoordde: een scooter. Want het vliegveld ligt één hele kilometer van haar huis af, en zij heeft nu eenmaal iets tegen de «nelheid van een fiets. De Zakelijke: Zij heeft een stand op de „Salon de l'Enfance", Salon van familie leven. een expositie die te Parijs wordt gehouden. Een stand vol cho colade, koek en bonbons, te midden van vele andere. Voor de kinderen zijn er attracties in overvloed, dus is zo een tentoonstelling, waar boven dien schommels, wippen en poppen kasten aanwezig zijn, in de winter wel een uitkomst Het jongetje Claude loopt, er rond met zijn moeder en bekijk: alles. Opeens zet De Zakelijke hem zo maar een papieren muts op, dwars over zijn petje heen. Een prachtding: groen, wit en geel. Hij loopt er zin gend mee weg. Dan stopt zij de moeder ook nog een zakje bonbons in de handen: honderd francs, Madame. Maar Madame weigert, ze heeft ze niet nodig, verontschuldigt zij zich. Niet, dan niet, zegt De Zake lijke. En ze roept het kind terug. Hij staat meteen weer voor haar. Wat zal ze hem nu geven? Mooi toch die muts. zegt hij. Maar in plaats van te antwoorden pakt De Zakelijke hem het ding weer af. Niet, dan niet. her haalt ze. Het jongetje staat opeens verloren tussen de menigte. De Idealistische: De zaal is bijna niet verwarmd en er zitten maar tien mensen. Een er van is een wat oudere vrouw. Ze werkt in een warenhuis en komt iedere Woensdagavond hier naar toe om de bijeenkomst te be zoeken. Een bijeenkomst- van wat? Van goed willen en van humaniteit. Zo maar opgericht door een paar mensen. Zonder publiciteit. Vandaag vertelt er bijvoorbeeld een hoe Je des avonds je dag weer in je geest moet reconstrueren. Herzien wat je fout hebt gedaan. De Idealistische zegt: ik had geen tijd meer om in de winkel mijn haren wat in orde te brengen. Ik deed het toen maar in een stille straat. Met behulp van een zakspiegel. Een jonge man stak zijn tong tegen nuj uit. Ik vroeg hem waarom hij dat deed. Hij heeft ge antwoord met nog eens zijn tong uit te steken. Ik heb tegen hem ge lachen. Was dat nu goed of dom? De man voor de lessenaar tracht een antwoord te vinden. De zaal wordt hoe langer hoe kouder. De tien mensen luisteven aandachtig. De Idealistische leeft voor één uur in een atmosfeer verre van lintjes, kant en tussenzetsel. Buiten is Parijs. Binnen is een we reldje voor haar. een wereldje dat zich met haar kleine problemen van goed cn kwaad bemoeit. Ret. is weldadiger dan wat ook. zei ze tegen JACQUELINE. Een Rijnlands patroontje uit de 13e eeuw met verbasterde Arabische lettertekens en vogelfiguren. Die ade laars werden vroeger veel als stof dessin gebruikt. Later vindt men hetzeltde motief in het Duitse wa pen terug. ling in Enschede moeten zien. We verwedden er een lief ding om, dat ze onmiddellijk zouden zijn bekeerd. Die eerste uit Brits-Indië ge- importeerde katoentjes hebben destijds een kleine revolutie te weeg gebracht in West-Europa. Want men was c-r hier tot dat ogenblik wel in geslaagd, patronen op stof te druk ken maar het nare was. dat die stof dan nooit meer gewassen kon worden zonder het patroon le verliezen. De Brits-Indische katoentjes daarentegen bleken was-echt te zijn en dat open de ongekende perspectieven. Men kon er nu zichzelf en de meubels mee be kleden. men kon er gordijnen en ta felkleden van maken en beddespreien. Het was alleen maar zaak om ach ter het „druk-geheim" te komen en het heeft nog ongeveer 75 jaar ge duurd. voordat men dat dóór had. De eerste West-Europese katoendrukkerij, die de Indische katoentjes kon imi teren, verrees in Amersfoort en daar na ontstond er in ons land al gauw een bloeiende industrie op dit gebied. Engeland volgde spoedig, maar in Frankrijk kreeg het bedrukte katoen eerst geen schijn van kans. De rege ring verbood het dragen van katoen met galei-straffen, want wat zou er van de bloeiende Franse zijde- en wol industrie overblijven, als die zo'n con current kreeg? Maar juist dat verbod prikkelde de Francaises tot het dra gen van de nieuwe stof. Zo gauw ze er mee op straat verschenen, werd de japon hun voor straf van het lijf gerukt. Ongeveer driekwart eeuw bleef het verbod van kracht. Toen ging de Franse regering door haar knieën. Tegen die tijd waren onze ka toendrukkerijen net over hun hoogte- Een wandelend foto-album Een nieuw, maar afschuwelijk, snufje op het gebied van het be drukken van textiel komt uit Amerika: men zal in de toekomst ook stoffen gaan fabriceren, be zaaid met portretten. Mannen kunnen dan dus met tientallen afdrukken van Doris Day's stra lende glimlach op hun overhemd rondlopen, als ze deze dame bij zonder adoreren en vrouwen zou den een rok kunnen nemen met hun held er in vijftigvoud op ge reproduceerd. Of desnoods met haar eigen beeltenis... Men is er namelijk in geslaagd direct op stof te fotograferen. De hemel beware ons voor dergelijke uitvinders.' punt heen. De Zuidelijke Nederlanden hadden ons het werk afgesnoept. Wil lem I heeft later nog wel kans gezien weer nieuwe drukkerijen in Haarlem en Leiden gevestigd te krijgen, waar door een groot aantal orders weer in Nederland inplaats van bij onze zui derburen terecht kwamen, maar in het begin var de 20ste eeuw verdwe nen ook die drukkerijen weer van ons textieltoneel. Later hebben de grote drukkerijen, die nu in Enschede. Hel mond, Deventer en andere plaatsen zijn gevestigd, de taak overgenomen. MARIKE Een Franse (arbeiders-I familie van 4 personen: vader, moeder en twee kinderen, geeft per week 8 720 franc uit. dat is ongeveer 85. Voor huur, gas, electriciteit. verwar mine. reparaties en huishoudeiyke artikelen echter slechts tien procent van dit bedrag. Dat is dan in de meeste woningen ook heel goed te zien. Er wordt weinig ver nieuwd en nooit met zo'n ijver schoongemaakt, als dit in Nederland wel het geval is. De kleding neemt •veneens tien pro cent. Ook dit is te zien. Want een Franse huismoeder is erg zuinig op het goed, keert en stopt en lapt en ver andert. Het moet gezegd, de kinde ren zien er steeds proper uit. Apo theek en dokter, grotendeels ge dekt door de Sociale Verzekering, hebben toch nog één procent nodig. Maar om nog eens op dat eten. terug te komen: twee warme maal tijden per dag, zoals dat daar gebrui kelijk is, kosten veel: 60 pet van het inkomen. De Fransman houdt van vlees en één vierde van die zestig procent gaat naar de slager toe. Voor melk alleen al wordt vijf gulden per week uitgegeven, en voor drank, wijn niet te vergeten, 13 procent van die 60. Brood neemt ook een belang rijke plaats in: bijna negen procent. Maar van peulvruchten wordt slechts zéér matig gebruik gemaakt: minder nog dan één procent van die zestig. Al deze gegevens kunnen de basis vormen van een rekenspelletje als u ten minste een kasboek bij houdt! Hoe geeft u uw geld uit? Een ding is zeker: er wordt geen drie vijf de van opgegeten en snoeperijen, die in deze statistiek niet eens belangrijk genoeg waren om een plaatsje te vin den, komen stellig bij u wél voor. Het meisje achter ,,de balie" W'ij hebben vaker met mannen dan met vrouwen te doen, ver telt het meisje van het In lichtingenbureau van de Spoorwegen. Dat ze dat wel plezierig vindt, zegt ze er beleefdheidshalve niet bij. maar je zou het bijna afleiden uit haar volgende woordenMannen zijn makkelijker, ze begrijpen alles veel eerder, ze zijn korter, zakelijker. Vrouwen beginnen altijd eerst hele verhalen af te steken, voordat ze tot de zaak komen waar het eigenlijk om gaat. Ik denk, zegt ze, dat het komt om dat de meeste vrouwen in veel dingen van mannen afhankelijk zijn. Moeten ze eens zelf een zaakje opknappen, dan weten ze er niet goed raad mee. Maar wij moeten al tijd geduldig en vriende lijk blijven en we mogen nooit iemand met een kluitje in het riet sturen. Kunnen we zelf niet direct helpen, dan zoeken we net zo lang toe we iemand vin den. die het een of andere moeilijke karweitje van ons overneemt. Neem bijvoorbeeld het geval met die Pers. Hij verscheen laatst voor onze balie zo noemen we onze toonbank en hij begon een heel verhaal in het Perzisch af te steken. Nu spreken we behoorlijk onze talen, maar niemand van ons kent Perzisch We belden het Perzische consulaat op, maar de con sul bleek ook niet bij machte om ons te helpen. En die Pers stond daar maar We werden er al zenuwachtig van tot iemand op het snuggere idee kwam een zaak in Perzische tapijten op te bellen Daar was gelukkig een Pers, een lévende, die En dan die Engelse ma troos, de vorige week. Hi.i kwam buiten adem om een uur of vijf met een cheque boekje, waarop hij Engels geld wilde hebben Lk belde zouden hebben, als iemand van het grens-wisselkan- toor, dat boven ons in het gebouw zit niet hemel en aarde had bewogen, om het geld te krijgen. De matroos was achteraf in tranen van geluk, en ik heb hem een sterke kop Engelse thee de ene bank na de andere op, maar iedereen zat al dicht. En die matroos raakte zo overstuur, dat hij bijna in huilen uit barstte. Eindelijk kwam het hoge woord er uit: hij was al twee dagen onder weg naar Londen, had ner gens gelegenheid gehad z'n geld te wisselen werd morgen aan de overkant van het Kanaal verwacht door een meisje in bruids tooi. Als hij dat geld niet had, kon hij niet weg en viel z'n hele trouwpartij in duigen We hadden zo'n mede lijden met hem, dat we het geld desnoods geleend Met zulke zaakjes ben je zo maar anderhalf uur zoet. Laatst is een van m'n collega's zelfs een hele dag op stap geweest om een Amerikaan aan een verloren hotel te helpen. Die Amerikaan was in gezelschap van een politie agent. die hij op straat had aangeklampt, omdat hij niet meer wist waar hij de vorige nacht had gelo geerd. Het enige, dat hij zich herinnerde was, dat het bewuste hotel ln een drukke straat stond met een tram en een café op de hoek. De naam was hij ook kwijt na een feeste lijke nacht met een vriend in de stad. „Helpt u me alsjeblieft," zei hij, „alles staat er. m'n koffer, m"n kleren, alles". Dat meisje heeft toen uren met *m door de stad gezworven. Voor elk hotel zei ze: „Herinner je je dat" Maar die Amerikaan bleef maar néé knikken. Tot hij er ten slotte zo moedeloos onder werd. dat hij de zaak maar op wilde geven. Maar dan gaf ze hem een duwtje en zei: „Kop op, doorzetten." Want, wij zijn niet ge wend om een akkefietje niet tot de laatste draad uit te pluizen. Nou, ze heb ben het gevonden. Laat in ae middag. Met de binnenlands» mannen hebben we eigen lijk nooit zoiets. Daar heb je trouwens toch wel eens rare exemplaren bij hoor, die de omweg langs ons bureau maken om te vra gen op welk perron ze moeten zijn, terwijl ze dat overal op de borden kun nen lezen of desnoods aan de kaartjes-controleur kun nen vragen. En de lui, die sich nü al druk maken over hun zo- mervacantie en willen we ten, wanneer er op 16 Juli 's morgens een trein gaat naar Gorssel, zijn óók niet uniek. Maar verder... nee échte lastposten tref je zo goed als nooit. Ik vertelde dat van die Pers en die Amerikaan dan ook alleen maar. zei ze, omdat u geen leuk ver haaltje zou kunnen schrij ven, als ik uitsluitend de mannen noemde, die wil len weten, hoe vaak ze moeten overstappen naar Roodeschool en of er in Alkmaar ook een bus is naar Enkhuizen.

Krantenbank Zeeland

Watersnood documentatie 1953 - kranten | 1953 | | pagina 2