Afsluiting zeegaten zou binnen twee jaar kunnen beginnen OUD PROBLEEM VOOR RIJKSWATERSTAAT Reeds lang proeven met natuurgetrouwe nabootsing ïïrnm Davitamon Wil Evacuatie-drama Zierikzee INAUGURELE REDE VAN PROF. DR. J. C. HOEKENDIJK Sanapirirt Haait goed De Drummer der Demonen Dagelijhs feuilleton Dinsdag 17 Februari 1953 TROUW (Van onze Haagse redacteur). TVE niets ontziende watermassa's, die het Zuidwesten van ons land hebben overspoeld, hebben in het Waterloopkundig Laborato rium in Delft een nieuwe actualiteit verleend aan het model van de benedenrivieren en de zeegaten, dat daar een jaar of vijf geleden gebouwd werd. In deze wereldvermaarde werkplaats, waar weten schap en practijk elkaar reeds in tal van waterbouwkundige proble men de hand gereikt hebben en waar in de loop der jaren de stro mingen en de golfslag van vele zeeën en rivieren natuurgetrouw nagebootst en bestudeerd zijn, heeft het vraagstuk van de afsluiting der zeegaten met veel geheimen meer. Vijf jaar lang heeft men hier proeven genomen met dammen en dijken en met kunstmatig opge wekte Noordwesterstormen. Hand in hand met deze proeven zijn door de Rijkswaterstaat ingewikkelde berekeningen opgezet en belangrijke conclusies getrokken. Conclusies, die wellicht binnen afzienbare tijd in practijk gebracht zullfen worden. OVER deze studie en over de resul taten er van hadden wij een ge sprek met prol. ir. P. Fh. Jansen, hoogleraar in de waterbouwkunde aan de Technische Hogeschool te Delft. De bestudering van de waterstanden en de meteorologische verschijnselen, zo ver telde prof. Jansen or,s, heeft jaren gele den reeds geleid tot de berekening van de kans op het optreden van een be paalde zeer hoge stormvloed die nog niet was voorgekomen dodh die thans, in de ramp-zalige eerste dagen en nach ten van Februari, didht benaderd is. De berekening van deze wat men zou kunnen noemen super-stormvloed heeft de Rijkswaterstaat aan hetdenken e aan het studeren gebracht. Zou de ver dediging van het land tegenhet gevaar van een mogelijke stormvloed van bd zonder grote omvang gevonden moeten worden in verhoging van de dijken langs de kust en langs de brede stro men of zouden deze geheel voor de invloed van stormvloeden gevrijwaard moeten worden door afsluiting van de 316Opte deze vragen bezonnen zich de Delftse Ingenieurs, toen ook het pro bleem van de verziltmg der landbouw gronden een belangrijke rol ging *pe len. Het zoute water dringt steeds ver der het land binnen tot voor land- «n tuinbouw en in bepaaWe streken zelfs voor het drinkwater. D grote afmetingen, die dit euvel te gaan aannemen, hebben duidelijk gemaakt, dat slechte drastisch ingrijpen een op lossing zal kunnen brengen en zo werd dit vraagstuk, naast dat van mogelOKe stormvloed, de tweede factor, die het denkbeeld van afsluiting der zeegaten actueel maakte. De verz.ilting stond de laatste jaren zelfs zodanig in het middelpunt van de belangstelling, dat het de voornaamste achtergrond ging vormen van de stu die der benedenrivieren en zeegaten totdat de grote ramp van deze maand er wreed aan herinnerde, dat niet alleen het zout, maar ook en in heviger mate het water zelf een vijand is, die in onze lage landen grote waakzaamheid ver eist. Honderd proeven TOEN deze pijnlijke herinnering kwam en vele pennen In beweging gebracht werden om het afdammen van de zeegaten aan te geven als de op lossing die herhaling van een catastro phe zou kunnen voorkomen en om aan te dringen op studie en op een spoedige beslissing, waren In het Delftse labora torium reeds meer dan honderd moge lijkheden beproefd en berekend. Schot ten waren geplaatst en verplaatst in Haringvliet en Brouwershavense gat, in Krammer en Holandsdh Diep, storm winden waren opgewekt en de invloed van de ontstane stromingen in het wa ter op oude en nieuwe dijken was be studeerd. Men staat bij de Rijkswater staat geenszins voor een nieuw vraag stuk, waarop men zich nog vele jaren sou moeten bezinnen, alvorens tot uit voering overgegaan zou kunnen wor den. Prof. Jansen meent, dat over een Jaar of twee met het gigantische werk zou kunnen worden begonnen, een werk dat zou kunnen bestaan uit afsluiting van Haringvliet, Grevelingen en Oos- terschelde en uit onderlinge verbindin gen tussen de Zeeuwse eilanden. De sterke dammen, die de zeegaten moeten afsluiten zullen niet aan de koppen van de eilanden, op de grens van de open zee, gebouwd moeten worden, maar meer binnenwaarts, omdat het uitvoe ren van de werken daardoor minder moeilijk wordt. Van een plan, zoals hier in grote trek ken weergegeven, springen enkele voordelen direct in het oog. De be staande dijken langs de eilanden zullen voor een groot deel slaperdijken wor den. De enlanden krijgen dus een dub bel* beveiliging en de lengte van de directe zeeweringen zal veel korter zijn dan de totale lengte van de dijken thans, hetgeen voor onderhoud en ver- sterfring een groot voordeel is. Andere voordelen zijn gelegen in de teruggang van de verziltmg en in de mogelijk heid van landaanwinning en in het feit, dat de kustlijn geleidelijker zal verlo pen. Dit laatste betekent dat de stroom langs d« gebogen kustlijnen, b.v. aan de kop van Goeree en van Schouwen, minder sterk sal worden. Moeilijkheden NAAST deze en andere voordelen zal d« uitvoering van dit grote plan ook moeilijkheden voortbrengen, die nog een nauwkeurige studie vragen. Tot die moeilijkheden behoort niet, aldus prof. Jansen, het gevaar dat bij een eventuele stormvloed, nadat de zee gaten zijn afgesloten, de watermassa's de Nederlandse of Belgische kusten op andere plaatsen zodanig zouden beu ken, dat de zeeweringen daar het zou den begeven. Men mag het niet zo stel len, dat in de eerste dagen van Februa ri al het opgestuwde water een uitweg gezocht en gevonden zou hebben in de l auviTl ONTVELLING IN SCHRALE EN RUWE HUID Up bovenstaande Kaan wordt aangegeven hoe cLe ingenieurs van de Rijkswaterstaat zich de afsluiting van de zee-wrmen ongeveer denken De te bouwen dijken komen niet aan de koppen van de eilanden, maar meer binnenwaarts Het uitvoeren van de gigantische werken wordt daardoor minder moeilijk. De plaatsen tvaar de geweldige afsluitdam- men eventueel zullen verrijzen, moeten nog nauwkeurig worden be- naald Dp tussenwateren binnen de bedijkingen blijven „binnenzeeën" Het Haringvlietzoals dit vijl jaar geleden in het Waterloop kundig laboratorium te Delft ge bouwd werd als onderdeel van het tientallen meters grote model van de benedenrivieren en de zeegaten, dat daar nog steeds eon onderwerp van studie en on derzoek vormt. De foto werd ge nomen op de plaats waar het Ha ringvliet in zee uitmondt. Rechts de dijk langs Goeree en Over- flakkee met inhammen op de plaatsen waar zich de havens van Stellendam en Middelharms be vinden. Links de dijk langs VoornePutten. Ongeveer op de plaats, waar een van de mede werkers van het laboratorium een meting verricht, bevindt zich het grootste gat in deze dijk. Op de achtergrond, midden in het Haringvliet, ligt het eiland Tien- gemeten. In opdracht van Rijks waterstaat wordt dit model thans met spoed uitgebreid met de wa teren tussen d-e Zeeuwse eilan den, ten einde ook daarvan een nauwgezette studie te kunnen maken. In een ander gedeelte van het laboratorium wordt hard. gewerkt aan het gereedmaken van ruimte, waar, indien nodig, proeven kunnen worden geno men in verband met de herstel werkzaamheden aan de verniel de dijken. stromen tussen de eilanden van Zuid- Holland en Zeeland en daardoor de kust op andere plaatsen met rust heeft gelaten. Het water heeft ook de duinen aangetast, maar het heeft daar niet de vernuelingskansen gekregen die zich bij de dijken voordeden. Zeer 'hoge water standen bij zrware stormen zullen altijd de duinen belagen en misschien, zo zei- de ons de hoogleraar, zullen wij op den duur niet kunnen ontkomen aan het aanleggen van kunstmatige zeewerin gen daar, waar thans nog de duinen voldoende bescherming bieden. Wij moeten de consequenties trekken uit het feit, dat wij lage landen bewonen en dat wij die willen beschermen tegen de zee. Wel zullen andere moeilijkheden overwonnen moeten worden, die uit het afsluiten van de zeegaten zullen voort vloeien. De waterstanden in de af te dammen rivieren zullen veranderen. De hoogwaterstanden kunnen lager en de laagwaterstanden hoger worden. Dat kan bezwaarlijk zijn voor polders die een natuurlijke lozing hebben. Bere kend zal moeten worden waar dit ver schijnsel zal optreden en dan zullen gemalen gebouwd moeten worden waaraan polderbesturen en waterschap pen zullen moeten meewerken. Reke ning zal moeten worden gehouden met de afvoer van het water in de grote rivieren, wanneer zich daar hoge wa terstanden voordoen. De zeegaten kun nen niet zonder meer afgesloten wor den, maar in de dijken zullen sluizen van grote afmetingen moeten komen. Enige oplossing ET al deze dingen moet rekening gehouden worden, waarbij dan nog niet eens gesproken is over de proble men, die aan de eigenlijke uitvoering van een plan als dit verbonden zijn. Er zal soms gewerkt moeten worden op een diepte van omstreeks dertig meter, op plaatsen waar sterke stromingen staan en in wateren, die onderling met elkaar verbonden zijn en waar grote moeilijkheden in de Noord-Zuid verbin dingen kunnen optreden wanneer de afsluitingen niet gelijktijdig tot stand gebracht worden. Toch is bil de huidige stand van we- tensohap en techniek de uitvoering van een dergelijk plan mogelijk en het is wellicht de enige oplossing om geva ren van overstroming en verzilting te verminderen. Het klimaat is thans gun stig om over te gaan tot de voorberei ding van een van dt grootste werken, zo niet het grootste, dat Nederlandse waterbouwkundigen ooit tot stand brachten. Enorme bedragen zullen er voor beschikbaar moeten komen en en kele tientallen jaren zal er aan gewerkt moeten worden. Hei zal een bewijs zijn van de geestkracht van het Nederlandse volk wanneer het tot deze grote daad durft besluiten en het zal een antwoord kunnen zijn van de Nederlandse dijken bouwers op de twijfel aan hun kundig heid. die men, onder invloed van de jongst, gebeurtenissen, bier en daar boort uitea, Een 10 voor gezondheid hef aangewezen preparaat voor de aanvulling van vitamine-tekorten ói Uw voedseL Flacon. 50 dragèest I 2.25 I 100 dragêes zl)» flacon a 100 dragéestf 3.25 I voldoende voor I vul» 3 maanden Bij Koninklijk Besluit zijn benoemd tot raadsheer in het gerechtshof te Arnhem rnr. I. M. Croockewit, thans kantonrechter te Dordrecht en mr. H. Th. Schaepman, thans rechter in de rechtbank te Maastricht. Advertentie Maak üw bloed zuiver met Kruschen Salts. En voorkom zo Bheomatische Pijnen. De bloedzuiverende organen tot jeug dige, krachtige werking brengen, het bloed vrij maken van pijnverwekken- de onzuiverheden, die zich anders vastzetten in spieren en gewrichten; dat is het wonder dat zich voltrekt bij een regelmatig gebruik van Kruschen daarmee bevrijd ge Uzelf van de jam mer en de chagrijnige pijnen die U het leven maken tot een last. Koop vandaag Kruschen bij Uw apo theker of drogist en begin morgenoch tend die heilzame kuur. Vervolg van pag. 1 Daarbij komt echter bovenal het wei nige vertrouwen, dat men heeft gekre gen in de kracht van het gemeentebe stuur. Enikele vooraanstaande burgers, die beschouwd kunnen worden als woordvoerders van de anti-evaouatie- groep, wezen ons op de reeks van uit eenlopende argumenten waarmede men sinds 3 Februari van gemeentezijde de evacuatie heeft willen doorzetten. Reeds op die dag verschenen de eerste aan plakbiljetten en inderdaad is toen een aantal inwoners vrijwillig vertrokken. Het voornaamste argument was op dat moment dreigende dijkdoorbraak. Zou dat gebeuren, dan zou er immers slechte een oude terp van honderd meter breed en 500 meter lang droogblijven. Nu het springtij zo rustig is verlopen en de militairen van de Limburgse jagers en het regiment Johan Willem Friso in een bijna bovenmenselijke krachtein spanning de Schouwse dijk hebben ge consolideerd, gelooft niemand echter meer in dat gevaar. Vooral niet, nu van daag die prachtige mannen van majoor Fatoer een gehard officier die zijn soldaten tot grote prestaties heeft aan gespoord en over wie geheel Zierikzee een en al lof is vertrekken en 4000 arbeiders hun plaatsen zullen gaan in nemen. Reeds liggen de woonschepen van de aannemingsmaatschappijen in de binnenhaven gemeerd en hun aankomst was voor de middenstanders een argu ment te meer om zich tegen evacuatie te verzetten. Waarom moeten slechts een kruidenier, bakker en slager al deze nieuwe bewoners bedienen? Waarom is er voor deze arbeiders géén besmet tingsgevaar? Dit zijn slechts enkele van de veront waardigde vragen die men stelt. Onderduikers Ongeveer 2 tot 300 onderduikers zijn er nu. Er zullen geen razzia's worden gehouden in Zierikzee, daarvoor is de toestand te delicaat en hebben de autori teiten te veel oog voor die droeve kant van de situatie. Wanneer zo'n illegale inwoner wordt aangetroffen dan zal er met hem gepraat worden teneinde hem alsnog van de noodzaak te overtuigen. Wij betwijfelen echter of het veel nut zal hebben. Van de 3100 vergunninghou ders zullen er nog ruim 600 over veer tien dagen moeten vertrekken. Of zij gaan zullen? Wij hebben de indruk, dat de achterblijvers er hoe langer hoe meer van overtuigd raken, dat zij beter kun nen blijven, vooral nu wel vaststaat, dat geweld niet zal worden gebruikt. Er wordt in de huiskamers 's avonds over vrijwel niets anders gesproken. En elk gesprek brokkelt het vertrouwen in de overheidsmaatregelen af. Men ont dekt steeds meer tegenstrijdigheden in orders en tegenorders. Men gaat nu pas inzien welk een chaos er op organisato risch en administratief gebied in Zie rikzee heerst. Want die situatie kan niemand ontkennen. Er zijn 17 instan ties geweest die de evacuatie moesten regelen en dat zou nog zo erg niet zijn geweest als er een strakke centrale lei ding was geweest. Die ontbrak evenwel geheel. De dagelijks stafvergaderingen op het stadhuis zijn in geheel Zierikzee berucht geworden als nutteloze praatcol leges. Vanaf vandaag is Zierikzee zo de meest trieste stad van Nederland ge worden. Er is nog leven, doch het wrokt en mokt voort. Er ligt voor vier millioen aan voorraden bij de middenstand. Een groot gedeelte daarvan kan niet opge slagen worden en zal bederven, want maatregelen om dat te voorkomen zijn niet genomen. Nog niet althans. Burgemeester en wethouders hebben de evacuatie doen doorgaan omdat zij er oprecht van overtuigd zijn, dat het zo het beste is voor de burgerij. Zij denken aan die openliggende, rottende straten. Aan dat schaarse drinkwater. Maar de geëvacueerden en zij die vol gens plan nog moeten afvloeien, delen die overtuiging niet, omdat zij te weinig een vaste lijn en een rustig beleid heb ben kunnen ontdekken in de bestuurs maatregelen van de afgelopen dagen. Het apostolaat in de laatste decennia (Van een onzer redacteuren). hi het laatste der dagen kan de kerk niet anders dan ongeduldig zijn. De dingen roepen om voleinding en in deze sfeer ontstaat een gelovig anticiperen op het meerdere, waarvan de tekenen getuigen. Het weten echter, dat God zelf het subject blijft in al deze ver schijnselen en dat Hij Zijn plan vol voert, tempert het ongeduld door de verwachting, een zich voegen naar Gods besluit. Aldus karakteriseerde prof. dr. J. C. Hoekendijk de situatie van de kerk in de inaugurele rede, waarmee hij gistermiddag zijn ambt ais kerkelijk hoogleraar aan de rijksuni versiteit te Utrecht aanvaardde. Prof. Hoekendijk schetste de wijze, waarop het apostolaat in de Laatste decennia steeds meer op de voorgrond is getreden in het leven der kerk, nu deze zich in dienst gaat stellen van de „confrontatie tussen wereld en rijk". Spr. kwam tot de conclusie, dat een kerk, die in zulk dienstbetoon haar taak ziet, heel haar organisatie en handelwijze op apostolaire bruikbaar heid dient te gaan onderzoeken. Zij al daarbij herhaaldelijk de neiging erva ren om haar grenzen te overschrijden en met ongeduld ook de gedeeldheid der kerken opmerken. Het apostolaat is uitgangspunt en doel der oecume nische beweging. Of de kerken waarachtig het aposto laat willen dienen, zal blijken uit haar bereidheid om prijs te geven wat haar bij de uitoefening van de apostolaire taak scheidt en belemmert. Ook ten opzichte van de practische theologie achtte prof. Hoekendijk in de nieuwe situatie verschillende ingrij pende verschuivingen onvermijdelijk. Hierbij zal vooral het lekenwerk cen traal komen te staan, omdat de leek representant is van de gemeente, die weer als de eigenlijke draagster van het apostolaat moet worden gezien. De pogingen tot omvorming in deze richting, zoals deze tot nu toe in de Hervormde Kerk zijn ondernomen, zag prof. Hoekendijk als experimenten. Een bepaald programma is er niet en dat is ook niet zo gewichtig. Het belang rijkste is het visioen op rijk en wereld en het eschatologische ongeduld. In een korte toespraak gaf prof. Hoekendijk uiting aan zijn erkente- met het kerkelijke gebeuren had mee-i geleefd. Zich tot de Utrechtse studen ten richtend, verklaarde de nieuwe hoogleraar, dat hij met hen het liefst losse stijl" zou samenwerken nu het „avontuur van de theologische studie" met elkaar ging wagen. De inaugurele rede werd aangehoord door een zeer groot aantal belangstel lenden, onder wie zich vele vertegen woordigers uit zendingskringen be-t vonden. Prof. dr. Hoekendijk zal onder wijs geven in wezen en geschiedenis van het apostolaat, bijbelse godgeleerd heid en practische theologie. Aan de Koninklijke Landmacht en' de Luchtmaoht is bij ministeriële be schikking bekendgemaakt, dat met „toestemming van Z.K.H. de Prins der Nederlanden de „Cadettendrumband": in den vervolge zal heten „Cade1tten-i drumband Prins Bernhard". Advertentie tegen kou - koorts - griep Koltw 50 Ufclotten 80 el 25 ublalt. Prof. Hoekendijk tijdens het uitspreken van zijn rede. lijkheid jegens de Ned. Herv. Synode, die hem een plaats als kerkelijk hoog leraar en opvolger van prof. dr. S. F. H. J. Berkelbacb v. d. Sprenkel had waardig gekeurd. Daarnaast zeide spr. echter ook gevoelens van „stijgende verbazing" te constateren, omdat men iemand voor deze functie had gekozen, die tot nu toe slechts „vanuit de verte" BIJ het standbeeld van de gebroeders De Witt in Dordrecht (men zegt hier: dit zijn Johan en Cornelis de Witt, de een staal en de ander zit), had ik nogal bekijks De oorzaak was mijn gezelschap, dat bestond uit een me disch studente in loden jas, die Duits sprak en uit twee geüniformeerde of ficieren met ski-petten, leren jassen, koppels etc., die ook Duits spraken. „Daar zijn ze weer", hoorde ik iemand zeggen. Nu waren „ze" er juist niet.I Het drietal vormde een onderdeel oanj het Oostenrijkse Rode Kruis-team, dat! ten onrechte voor de beruchte „ze" werd aangezien De spontaan naar Ne derland gekomen Oostenrijkers leden er kennelijk onder Het toas daar bij' dat standbeeld niet de eerste maal, dat ze als de resten van het grote leger aangekeken werden. Ze waren ook al met het gerenommeerde ,Jieil" be groet, doch hadden wel begrepen, dat dit weljcom geen „Küss' die Hand" in hield. Ik vond het een nare situatie en| legde derhalve de grimmige kijkers uit, dat het gezelschap uit Oostenrijkers bestond, van het Rode Kruis, dat kwam helpen enz. enz. Ik heb het die dag nog tienmaal moeten doen, in Dordt, in Leiden en in Amsterdam. Het viel al tijd in goede aarde. Als het misver stand was weggenomen, werden han-i den gedrukt, vriendelijkheden uitge wisseld, excuses aangeboden. In win kels niets betalen, alles voor het Oos tenrijkse Rode Kruis. Het werd een ware tromftocht. Tot er een man naar ons toekwam. Hij vroeg mij „z(Jn dat Duitsers?" „Nee, dat zijn artsen van het Oostenrijkse Rode Kruis", zei ik voor de 567ste keer Zij komen hel pen in het Rampgebied". „O", zei de man teleurgesteld. „Nee, ziet u, mijn vrouw is een Duitse, dus ik dacht, dat is aardig. Dan kan ze nog es wat zeg ge. Maar als het Oostenrijkers zijn. nee Iaat maar". ALIAS Militairen betaalden zware tol Vanmorgen om 6 uur zijn de militai ren van de derde militaire afdeling naar hun garnizoenen teruggekeerd. De mili taire bijstand in de noodgebieden kon de afgelopen nacht om 12 uur als geëin digd worden beschouwd. Ruim 12.000 militairen zijn behulp zaam geweest bij het reddingswerk en incidenteel ook aan het herstel van de dij'ken. Zeven militairen werden gedood, onder wie vier verdrinkimgsgevallen. 122 C schuwt z'n vader. „Ik heb eer lijk opgenoemd wat er allemaal mooi is.... of mooi lijkt.... Ik heb jullie ook gezegd, hoe moeder er destijds over dacht en nu mogen jullie zeggen wat je het liefste zou willen; gaan, of blijven? Ik zeg niet dat ik zou gaan, omdat jullie willen gaan, of blijven omdat jullie willen blijven, maar ik vind het wel belangrijk dat je zegt !wat je graag wilt. Theo?".... „U moet daar kunnen werken, vader. Het is hier erg druk en wat we de laatste tijd hebben meegemaakt Maar als moeder wilde blijven Hij glimlacht wat onzeker. Jij kan toch niet beslissen voor een ander? Maar moeder en vader hebben destijds toch al besloten om hier te blijven, waarom dan niet? „Goed, dus Theo wil blijven. En jij, Rudi?" „Ik ga wel naar Wageningen, maar moeder is toch hier begraven? En mis schien kan ik ook wel werk in deze omgeving krijgen als ik klaar ben „Rudi wil dus ook blijven Ga jij liever weg, Nellie?" Ze krijgt een kleur als vuur en ze schudt koppig nee. „Nou, Daantje hoeven we niet te vragen, waar Daan? Die zou alleen weer teruglopen als we gingen." Daantjes mond zakt open Dan zegt hij ineens: „Dus we gaan niet Gaan we niet, vader? Jongens, we gaan niet! We gaan toch niet. vader?" Dominee Dalman kijkt het kringe tje rond Wat kennen we elkaar goed en wat kennen we elkaar toch ook weer erg weinig. Jullie zijn allemaal I al zo groot, hoelang is het helemaal I geleden, dat Theo leerde lopen? „Nee, ik geloof, dat de Here wil, dat ik hier blijf. Mijn werk hier is nog kog ni*t af. £r te aoveel, dat m* hier wil houden en zo weinig, dat me naar ginds trekt. Och, ze krijgen daar gauw genoeg een dominee, maar hoelang zou den ze hier niet moeten wachten?" Was je bang, dat vader weg zou gaan? Waarom was je daar bang voor? Ja, vader zal zeker een beroep naar de stad aannemen! Toch zitten ze er even over te dui zelen. Het gevaar was toch wel erg dichtbij Dan geeft Theo Rudi een kletsende klap op z'n brede schouder, zodat Rudi direct een robbertje wil vechten. Daan tje smeert 'm de trap op en hij doet voorzichtig de deur van de logeerkamei open. Slaapt opa? Dan maak ik hem wakker, want opa zal vast ook blij zijn. Als je toch denkt, dat we bijna weg gingen! Daantje luistert. Slaapt opa? „Opa?" „Ben jy het, Daan?" „Opa. we blijven!" „Dat dacht ik wel, jongen. Het Is goed. dat jullie blijven Kom eens bij opa, Daannee, laat het licht maar uit." Hij schuifelt op de tast naar het hoge ledikant met de springveren bak, waarop je stiekem dansen kon, zon der dat je je haast hoefde op te geven „Toen je moeder pas gevallen was, Daan „Ja. opa. „Je was bang, dat je naar de hel moest, omdat het jouw schuld was." „Ja, opa." „En nu?" Het blijft stil. Weet Daantje het ant woord niet? „Geloof je dat nog, Daan?" „Nee opa." „Waarom niet?" Het zijn dingen, die Daantje zo moei lijk kan zeggen; moeilijke grote mensen-woorden zijn het. „Heb je begrepen, wat vader be doelde, toen hij het over die trap naar de hemel had?" „Ja opa." „Jij dacht, dat moeder je moest hel pen om die trap op te komen, hè?" .Misschien wel, opa, ik weet niet goed. „Hoe kon dat nou! De engelen had den haar immers naar boven gedra gen Toen jij dacht, dat je naar de hel zou glijden, stond daar de Here Jezus klaar om je weer op de trap te zetten. Het gaat niet zo makkelijk, jongenHoe hoger je komt, hoe banger je wordt. Maar het uitzicht is er al erg mooiZal je voortaan de Here vragen, als je in de war zit?". Daar weet Daantje ook al niet goed een antwoord op. Weet je: het is zo moeilijk om daarover te praten, zelfs met opa Je kan daar beter over den ken. Plotseling begint opa te lachen. „Jö, ik weet wat moois: jij gaat morgen direct naar die dikke bakker en dan zorg jij er voor. datmorgen is het door r G TH VERHAREN Donderdag, nietwaar?.... morgen avond moeten jullie hier voor de deur een serenade geven voor je vader. Om dat hij hier blijft, goed? Dat kan jij best voor elkaar brengen." Je moet toch een beetje lachen om die ouwe opa. Zulke gekke plannetjes als die heeft! Daantje kan er bijna niet van slapen Stel je toch voor hoe dat zijn zal: de hele fanfare voor de kerk en dan spelen. Ik moet dat morgen eerst tegen de meester zeggen Als die het goed vindt, zal het wel gaan mis schien Goeie, dan sla ik de trom voor vader, omdat we zo blij zijn, dat hij hier blijft. Als de mensen toch zo blij zijn als hun dominee blijft, zou jij best zelf die dominee willen zijn En dan zo tegen de mensen preken, dat ze nooit bang zijn Ze hoeven immers ook niet bang te zijn, want de engelen maken dat je niet valt en als je dan toch valt, komt de Here je weer op de trap zetten Hij zet je op de trap an dan klim je naar boven,Hoor. ik daar trommels?En muziek? Hoe kan dat nou, als ik nog maar helemaal onder aan de ladder sta? Toch muziek? Hij klimt en klimt. Nee, ik kijk niet om, want die muziek komt boven van daan. Zie maar; de hemel staat open en er zijn allemaal engelen om me heen. Gek, dat je helemaal niet moe wordt, ook niet nu je al zover ge klommen bent, dat je helemaal over d.e bergen heen kunt kijken.... Het is net of het klimmen vanzelf gaat. Misschien komt dat wel doordat er zo'n mooie maat zit in die muziek Zou het een harmonie-orkest zijn?.. Een wind waait hem naar boven. Hij hoeft alleen z'n voeten nog maar te verzetten op de sporten van de hemelladder. Alles wat hem hinderde valt naar beneden. Verlangend kijkt hij omhoogHoor je? Bazuinen! En een harp! Hij glimlacht in z'n droom. Nu staat hij op de gouden straat en de Here Jezus staat naast hem. Het is allemaal zo licht. Hij kan het nauwe lijks zien. Maar dan staat hij achter een trommel. Hy voelt de stokken in z'n hand en hij roffelt mee in dat mach tige orkest. Moeder zal trots zijn.... Staat daar moeder niet?.... Net zoals in z'n droom staat hij op het voorplein van de_ kerk. Vader alleen op de blauwstenèn stoep voor de kerkdeur en hij glimlacht. Zie, daar staat Daan en kijk die jongen z'n best eens doen.... Eerst de defileermars, waarbij je je armen en benen haast niet stil kunt houden Dan het Wilhel mus en „Wilt heden nu treden...." Het depertoire is niet groot, maar dat is maar goed ook want hoelang houdt een elk het uit. die zo alleen in de storm staat? De dominee kon zich nau welijks goed houden en heb je gezien, dat Daan stond te lachen en te huilen tegelijk?.... filNDfi.

Krantenbank Zeeland

Watersnood documentatie 1953 - kranten | 1953 | | pagina 2