Koude maar kalme Noordooster
deed Krabbendijke geen kwaad
Bil] artballen tikten rustig
ac ht er de dijk van Tholen
Karweitje
Hoogste waterstand bleef tien cm
beneden het verwachte peil
.Klipfc
Bemanning van de
fontein"
thuisgekomen
Ijzig beeld uit een warm hart
Stevenson: geen critiek
op regering Eisenhower
Waarschuwing:Amerika heeft
zijn geallieerden hard nodig
Eén dode en één
gewonde bij
treinongeluk
De heer De Clercq ontkende
op gewestelijke vergadering van AVRO
aan de lopende band
ROD NE Y or DISCO VER Y
WentM.,
Minder lust tot
emigratie
&ERM0GÉNE
TIENDE DODENLIJST
MAANDAG 16 FEBRUARI 1953
HET PAROOI.
3
(Van een onzer verslaggevers)
KRABBENDIJKE, Maandagmorgen. Het eerste deel van het springtij, dat
vooral in deze hoek van Zuid-Beveland en op Tholen met zoveel vrees tegemoet
was gezien, is in Krabbendijke zonder enig noemenswaardig voorval gepasseerd. Zo
als het KNMI ook had voorspeld, bleef de hoogste stand van het springty nog ruim
een decimeter beneden de verwachte hoogte. En omdat men in de afgelopen twee
weken, sinds de rampnacht van 1 Februari in deze streken al hoger water heeft
gezien, toen het normale ty gepaard ging met harde Westenwind, heeft men er
zich in Krabbendijke vannacht weinig zorgen over gemaakt.
Men wist, dat er weinig of geen wind
zou komen en inderdaad heeft de kalme,
maar bitter koude Noordoostenwind op
deze nacht geen enkel kwaad aangericht.
Het water steeg, toen wij vannacht tus
sen vier en vijf uur een tocht over de
dijken rond dit gevaarlijk gesitueerde
dorpje maakten, snel doch niet abnor
maal. Overal bleef het beneden de kruin
van de dijken, die de overgebleven 800
mannen en 70 vrouwen in het plaatsje
beveiligen. Dat feit zegt al veel voor de
rust van het getij, want de binnendijkjes
in deze omgeving, die hier en daar met
zandzakken zijn opgehoogd, zouden bij
acuut dreigend gevaar weinig gewicht in
de schaal leggen.
Het wachten is nu nog slechts op de
tweede springvloed van half zes van
middag. Als dat even rustig verloopt
en de voorspellingen daarvoor zijn gun
stig is het gevaar voor Krabbendijke
waarschijnlijk geheel van de baan. Waar
schijnlijk, want er blijft een risico over
voor deze kleine tuindersgemeente: de
twee enorme gaten in de zeedijk brj
Kruiningen zijn nog lang niet gedicht.
Men is er zelfs nog niet aan begonnen,
en wanneer op dit ogenblik of binnen de
eerste twee weken een sterke Noord
wester zou opsteken zou deze niet van
een springty vergezeld behoeven te gaan
om de slanerdijkjes en binnendijkjes in
de Oostelijke punt van Zuid-Beveland
ernstig te bedreigen.
Maar daarover praat men liever niet
in Krabbendijke, dat op de eerste Fe
bruari op het nippertje voor de water
massa bleef gespaard.
Alleen dit: „Ik zou mijn vrouw en
kinderen toch nog niet naar hier willen
laten terugkomen. Dat is nog niet ver
antwoord". En dat de mannen in dit
„dorp zonder vrouwen" zoiets zeggen,
betekent wat. Want ze missen het vrou
welijk deel van de bevolking. Krabben
dijke telt normaal ongeveer 3000 in
woners en daarvan zijn nu byna alle
vrouwen ein kinderen naar Eindhoven,
Breda en Oosterhout geëvacueerd. De
mannen proberen zelf hun huishoudingen
te regelen, maar dat gaat niet zo best.
I (Van een onzer verslaggevers)
Na drie weken als passagiers te heb
ben gevaren, stapten Zaterdagmiddag
117 leden van de bemanning van dë
„Klipfontein", het schip, dat op 8 Januari
voor de Afrikaanse kust op een klip liep
en binnen enkele uren zonk, aan de Su-
matrakade te Amsterdam van de „Zui
derkruis", waarmee %(j uit Kaapstad
aankwamen. Het 118de bemanningslid,
kapitein J. Oosterhuis, die al eer
der per vliegtuig thuis kwam, was in
IJmuiden aan boord van de „Zuider
kruis" gegaan, zodat op het laatste stuk
de bemanning voltallig was.
„Het was om twintig minuten over
een", zo vertelde een der leden van de
bemanning over het vergaan van het
schip. „Ik was aan het werk in de eet
salon, toen wij een schok voelden, die
een beetje lijkt op het „paaltje pikken".
Zo noemen wy het, als het schip op een
bepaalde manier plat op de golven slaat.
Alleen was de schok toen veel harder.
De passagiers, die net aan tafel zaten,
schrokken. Een deel sprong overeind, er
klonk wat gerinkel van glaswerk, dat op
de grond viel. De helft van de passagiers
heeft de lunch plus het dessert echter
rustig afgemaakt."
„Tegen tweeën gaf de kapitein order,
dat de mensen him kostbaarheden bij
elkaar moesten pakken. Daarna moesten
zij naar de sloepen. Intussen hadden wij
de „Bloemfontein Castle", die een paar
uur varens achter ons zat. geseind."
„Ik zat in de laatste sloep, die om
ongeveer kwart voor vier van het schip
weg voer. Met de kop omlaag is het
schip in het water verdwenen. Er is ab
soluut geen paniek geweest."
Voedsel na de ramp
OOK KOKSSCHOOL
WAS PRESENT
(Van onze correspondent)
STEENBERGEN, Maandag. Met de
andere militairen die uit het noodgebied
worden teruggetrokken gaat Woensdag
ook de koksschool naar huis. De mili
taire koksschool te Leiden, waar elke
kok uit het Nederlandse leger is ODge-
leld. heeft direct op 1 Februari een eerste
ploeg naar de noodgebieden gezonden
en later meer manschappen om de
evacué's van warm voedsel te voorzien.
Enkele uren na aankomst te Breda was
deze koksploeg. die later naar Steen
bergen, aan de rand van het ramDgebied.
is gegaan in staat 1400 liter gloeiende
erwtensoep te verstrekken aan de uit
geputte en verkleumde vluchtelingen.
In Leiden zat majoor Gerth van Wijk
als een spin in zijn web. waarvan de
draden door heel Zuidholland. Zeeland
en Noordwest-Brabant liepen. Op ver
scheidene plaatsen in dit gebied bevon
den zich ploegen van zijn school. De
ravitaillering geschiedde soms zelfs
door het parachuteren van ingrediënten.
Ze willen niets liever dan hun echt-
;enotes terug. Maar nog niet nu.
Wie vannacht in Krabbendijke kwam,
kon daar al heel weinig merken van het
feit, dat een deel van het tweede spring
tij van Februari deze bedreigde gemeen
te als een zwaard van Damocles boven
het hoofd hing. Wij vonden twee mannen
op wacht in een eigenlijk gesloten café-
tje, twee anderen in het gemeentehuis
en hier en daar nog wat vertegenwoor
digers van de Nederlandse en Ameri
kaanse legers en van de rijkspolitie. Ver
der sliep het dorp; in het goede vertrou
wen, dat „De Bilt" wel gelyk zal krijgen
en dat het springtij dus onschuldig zou
zijn.
Van deze twee mannen in het ge
meentehuis was de een een rijkspolitie
man uit Limburg, die hier tijdelijk is
gedetacheerd, de ander een rijkstuin-
bouwconsulent, de heer P. Huissen, die
wel in dit plaatsje woont en deze nacht
de telefoonwacht had. Maar er kwam
geen telefoontje. Er was niets bijzon
ders te melden. Af en toe kwam een
soldaat van de verbindingsdienst die
boven in het raadhuis een kamer heeft,
beneden een kopje koffie drinken en een
babbeltje maken. Dat was voor iedereen
een welkome afleiding.
D3 Oostdijk bij de N'fniwl and nolder
ten Wésten van Krabbendijke en de nog
veel magerder dijk van het gehuchtje
Gawegen ten Zuiden van het dorp, ver
tonen geen spoor van moeilijkheid en
alles was onder controle Het was er
stil, zoals het alleen 's nachts In een
plattelandsdorpje kan zijn. En consu
lent Huissen deed wachtmeester Beiss-
man uit XJbach over Worms (L.) lange
verhalen over het belang van Zuid-
Beveland als tuinbouwgebied.
Waakzame slaap
Verder werd er geslapen. Er werd
overal in het Zuidwesten van Ne
derland geslapen en het was een
waakzame slaap. Want te lang
heeft Nederland by ervaring op- I
gedaan dat men de aartsvijand het
water toch nooit helemaal kan ver- I
trouwen. Daarom stonden er van
de 5000 militairen in dit gebied een
goede 800 paraat en sliepen de
overige 4200 in uniform.
Bij de Wilhelminakazeme in Bergen I
op Zoom. het centrum van de militaire
hulpverlening, stonden 44 auto's vol
geladen met zakken zand klaar cm te
helpen, waar dat nodig mocht zyn en i
24 andere wagens waren eveneens ge- j
consigneerd. Daarmee waren de mili-
tairen trouwens beter op hun hcede dan j
de burgers. Want bij de Oostdijk heb
ben wij vergeefs gezocht naar een dijk-
wacht, die een opkomende vloed of het j
ondergelopen land in het oog zou kun
nen houden. Hij was er niet. Evenmin
als een dijkwacht, die er volgens de
berichten zou zijn bij Gawegen.
In dit gehuchtje vertelde iemand ons.
dat de dijkgraaf elke paar uur kwam
kijken hoe alles liep. Verder was hij
vol vertrouwen, dat er inderdaad niets
zou gebeuren.
Toen de verlichte torenklok van
Krabbendijke. waarvan drie kanten door
water worden omgeven, zes uur sloeg,
zijn wij vertrokken. Het water begon
alweer te dalen. Om elf uur vanochtend
zal het zijn laagste stand bereiken en
daarna komt dan nog even het spannen
de moment van het volgende springtij,
om half zes 's middags. Maar er is
goede grond om aan te nemen, dat het
water dit deel van de rampgebieden
met rust zal laten. In Krabbendijke
vinden de mensen de dykgaten bij
Kruiningen trouwens aanzienlijk be
langrijker dan het springtij.
J~iE Deense beeldhouwer Max
Kravse stimuleert op zijn wijze
de actie in Kopenhagen voor hulp
verlening aan het Nederlandse rani-
pengebied. Uit sneeuw en ijs ver
vaardigde hij deze beeldengroep, die.
in de stad geplaatst, een goede aan-
sporing blijkt te zijn om een steentje
bij te dragen aan liet Deense fonds.
(Van onze correspondent)
NEW YORK, Maandag. Stevenson te horen spreken is werkelijk een voor
recht. Hy hoort tot de zeldzame redenaars, die hun overtuigingskracht niet
zoeken in rhetoriek maar zich richten tot hart en hoofd van de luisteraars. Voor
het eerst sinds begin November richtte de verslagen democratische candidaat
voor het presidentschap zich weer via radio en televisie tot het Amerikaanse volk
In een naar taal en inhoud magistrale rede uitgesproken tydens het jaarlijkse
Jefferson Jackson diner, waar kopstukken van zijn partij by aanwezig waren.
Stevenson heeft de gedachten gefor
muleerd die vele Amerikanen de laatste
tyd bezighouden. Namelijk: de rol van
de democraten als oppositiepartij. Ste
venson riep zijn partijgenoten op voor
verjonging en zuivering van de eigen
gelederen en tot constructieve steun aan
de nieuwe regering zolang deze het be
lang van alle volksgroepen blijkt te be
hartigen.
Hij oefende geen critiek op het
jonge kabinet; maar wa&'raönuwde wel
voor enkele tekenen van gevaar ten
opzichte van de buitenlandse politiek.
Amerika heeft zijn geallieerden even
zeer nodig als omgekeerd, zei hij
niet door dwang of intimidatiepoli-
tiek. noch door het kweken van geme
lijke gehoorzaamheid of satellieten
geest. maar door het streven naar
wederzijds begrip en samenwerking
in goede nabuursohap.
Sprekend over de noodzakelijkheid
van de gedachten vrijheid stelde Steven
son tegenover de benauwende sfeer van
wat hij noemde het „McCarthyisme", de
veelzijdigheid van krachten en gedach
ten die Amerika maakten tot wat het is.
Wie naar Stevenson luistert heeft het
gevoel dat hij de man is die het type
leider voor zijn land en de gehele wereld
zou kunnen worden voor wie politiek en
wijsheid uit dezelfde beginselen putten.
In Argentinië ontspoorde Zondag
trein23 personen kwamen om het Fei
42 passagiers werden gewond,
iUj. is overgebleven van liet diesel-
electrisclie treinstel dat Zaterdag
middag bij Gouda in botsing kwam met
een locomotief.
(Van onze correspondent)
GOUDA, Maandag. Bij het. reeds
Zaterdag gemelde treinongeluk te Gouda
is de bestuurder van de electrische trein,
die op een locomotief botste, om het
leven gekomen. Het Is de heer G. J.
Griffioen uit Utrecht, 54 jaar oud
en vader van twee kinderen. Er werd
één passagier gewond, de heer Th. II.
de Jong uit Gouda.
De losse locomotief was op een ver
keerd spoor terechtgekomen. Hij moest
naar Rotterdam doch reed op de baan
naar Alphen a/d Rijn. Van deze plaats
kwam de electrische trein, die by de
nadering van het station al vaart had
geminderd. Niettemin werd de bestuur
derscabine ongeveer zes meter in het
treinstel gedrukt. De machinist van de
losse locomotief bleef ongedeerd. De
electrische trein werd zwaar beschadigd.
Het treinverkeer tussen Gouda en
Alphen is geruime tijd gestagneerd ge
weest.
(Van onze correspondent)
ARNHEM, Maandag. Het bestuur
van de A.V.R.O. was voltallig aan
wezig op een gewestelijke vergadering
van deze omroepvereniging, die Zater
dagavond in Musis Sacrum werd gehou
den. Daar heeft voorzitter G. de Clercq
For my honey 'and for meSyA
Brits ministerieel bezoek
De Britse minister van Binnenlandse
Zaken, sir David Maxwell Fyfe, en lady
Maxwell Fyfe zullen Zaterdag een bezoek
aan ons land brengen. Zij zullen per
vliegtuig reizen.
Minister Maxwell Fyfe, die voorzitter
is van het Engelse ministerscomité, dat
zich met de na de overstromingen in
Engeland te nemen maatregelen bezig
houdt, zal een vlucht boven de ramp
gebieden maken.
r^7 KeelFÜ"7
I Sis* ü^or.j"
Bij een NIPO-enquête onder honder
den mannen en vrouwen is gebleken dat
er een dalende tendens te constateren
valt in de lust om te emigreren. Er werd
gevraagd: „Wat zoudt u het liefste doen
als u de keus had: in Nederland blijven
of in een ander land gaan wonen?"
De antwoorden van vroeger en nu
luiden:
blyv.
1947 60
194S 56 i
1949
1950
1951
Nu:
De mensen boven 50 jaar voelen aan-1
zienlijk minder voor emigratie dan de
jongeren. Van de leeftijdsgroep tot 50
jaar zou één op de vier wél willen
emigreren. Bij de groen 5065 jaar is
dat er één op de S a 9, bij de nog
ouderen slechts één op de twintig.
Bij de vraag, naar welk land men wil
emigreren zegt 5Canada; dit ant
woord wordt op de voet gevolgd door
Australië en Noord-Amerika (beide
i%): 3kiest Zuid-Afrika. In 1950
en 1951 nrykte Australië bovenaan en
kwam Canada op de tweede plaats.
Oneerlijke vertegenwoordiger
nu bij Amsterdamse politie
(Van onze correspondent)
HAARLEM, Maandag De Haar
lemse politie heeft de 32-jarige Am
sterdamse vertegenwoordiger H.O.,
die ervan verdacht wordt 15.000 te
hebben verduisterd ten nadele van de
Haarlemse technische uitgeverij waar
bij hij werkzaam was, aan de Amster
damse politie overgeleverd. Gebleken
is. dat de strafbare feiten In Amster
dam werden gepleegd. O. gaf aan de
directies van vers-heidene technische
scholen ln Nederland boeken in con
signatie. Wanneer deze werden ge
kocht, droeg liii h^t te ontvangen geld
slechts ten dele af.
De verduisteringen begonnen reeds
ln 1946.
DIT IS DE NACHT VAN HET SPRINGTIJ
ST. ANNALAND, Zon
dagnacht Dit is dan de
nacht van het springtij. Ik
zit in hotel de Gouden
Leeuw, het enige hotel
van St Annaland, de noor
delijkste punt van Tholen.
St .Annaland, bastion in
een van de twee verdedi
gingslinies tegen het wa
ter, die de rijkswaterstaat
op de binnendijken van dit
eiland heeft opgetrokken.
In de gelagkamer klin
ken de biljartballen, aan.
de keu staat Jan Quist,
oud elf jaar. Hij biljart
goed, die Jan. Hij speelt
met een gemiddelde van 2
en dat is hoog voor een
jongen van elf jaar.
Vanmiddag zat ik in de
Wilhelminakazeme in
Bergen op Zoom tegenover
de majoor Engel, een van
de mensen, die in deze
nacht van het springtij
volkomen paraat zijn. „Wij
hebben op Tholen bij St
Annaland en Sint Maar
tensdijk en op Beveland bij
Krabbendijke 800 man in
de voorste linies liggen",
zei hij. „Wij hebben bij Os-
sendreeht, Bergen op Zoom
en bij Rucphen 4200 man
geconsigneerd liggen, Ne
derlanders en Fransen. Wij
hebben 44 vrachtwagens
met duizenden zandzakken
klaar staan en er zijn
„dukws" op alle bedreigde
plaatsen. Er zal niets ge
beuren, want het is Noord
oostenwind. Maar als er
iets gebeurt, zijn wij
klaar."
En er gebeurt hier niets.
Aan de biljarttafel staat
Jan Quist en hij speelt.
Het is twaalf uur en naar
mijn bescheiden mening
zoïi Jan Quist al hoog en
breed in bed moeten lig
gen. Maar dat is niet zo,
omdat zijn vader en moe
der in de huiskamer van
de baas, achter de gelag
kamer, van een glaasje
rood genieten en omdat er
morgen toch geen school
is. Het Rode Kruis zit in
de school, zegt Jan. Jan
is hier niet omdat er „iets"
gebeurt, maar alleen om
dat vader en moeder zo
van een glaasje rood hou
den. En dat komt weer
doordat er niets gebeurt.
Springtij
Ach ja. zeggen ze hier.
Wij zitten hier in de storm
vorige week na de
stilte. Nee, niet de stilte
voor de storm. Niks. Nie
mendal, hè?
Maar daarom dacht
ik zo is het misschien
toch beter, als Jan naar
bed ging.
Het is vreemd, dat je
aan die dingen kunt den
ken, terwijl het water en
„het gevaar" wat een
groot woord in deze situa
tie zo dicht bij zijn.
Want 7J km verder ligt
Stavenisse. Burgemeester
L. A. Verburg zit daar
met een paar politieman
nen en wat burgers op een
opgegeven buitenpost en
veertien km hier vandaan
ligt Sint Maartensdijk. Van
lier naar Sint Maartensdijk
loopt een van die twee li
nies, die het vredige land
hier achter moeten be
schermen.
Als hoongelach
En hier biljart dan
doodgewoon Jan Quist.
Het klikken van de ballen
klinkt toch soms bijna als
een hoongelach.
Vanavond ben ik de dijk
hier opgelopen. Op die dijk
lag het veilinggebouw,
waar de soldaten lagen,
die hier de zaak bewaak
ten. Een paar honderd
man in het stro, een vaan
drig in een soort wachtlo
kaal, die zei. dat hij zich
dood verveelde". De man
nen liggen half gekleed. De
mensen van het water
schap lopen langs binnen
dijken met walkie-talkies.
De soldaten zijn er zö by,
als er iets gebeurt. Ze zijn
moe. Ze zijn sinds Dinsdag
in touw. Ze hebben dag in
dag uit zandzakken de
dyk opgedragen en ze zijn
verschrikkelyk trots, dat
ze dat sneller deden dan
de DUW-arbeïders. Ze
vinden het alleen jammer
dat ze vandaag. Zondag,
moesten werken, terwijl
het streng staatkundig-
gereformeerde St Anna
land op Zondag de café's
sluit. En toen om tien uur
vanavond het laatste appèl
werd gehouden vielen ze
moe in het stro.
Weer de dijk op. St An
naland is niet zwaar ge
troffen. Het water drong
die Zondag, veertien da
gen geleden, over de vloed
planken en vernielde een
aantal huizen. Verder ge
beurde er niets, doordat er-
een paar aannemers wa
ren, die iets van dijken
dichten wisten en die die
Zondagmiddag een wering
tegen de nieuwe vloed
bouwden, waar het dorp
nu nog de mond vol van
heeft.
Over de zandzakken van
die wering klauterde ik
naar het water, dat in de
verte ruiste. Mijn zaklan
taarn bescheen de onder
gelopen boomgaard, een
vernield huis. En tegen dat
huis drie zwanen, die ver
baasd wakker werden. Het
was doodstil op de einde
loze watervlakte. In de
verte moest Stavenisse lig
gen, het prijsgegeven land.
De sterren schenen erg
helder, de zwanen
schreeuwden geschrokken.
Het dorp sliep. Voor het
springtij draaide men zich
hier nog eens om. Een
dorp, na een meer dan
completeZondagsrust.
Nieuw-V ossemeer
Vanmiddag stond ik nog
vele kilometers verder
r.aar het Oosten, in Nïeuw-
Vossemeer, een totaal ver
nield dorp midden in het
water. Ze hadden daar een
gat gedicht in een binnen
dijk. Franse genie-troepen
en Hollandse soldaten met
poldenverkers. Daarom
wapperde er op die zand-
zakk#ndijk een gecombi
neerde Frans-Nederlandse
vlag. Vol victorie. Met
zandzakken om het hoofd
tegen de kou als grote ka
bouters, liepen daar de
werkers af en aan om de
zwakke wering te verster
ken. Even stokte het werk
toen enkele achtergebleven
inwoners van het geëva
cueerde dorp met een paar
rijkspolitiemannen een
juist gevonden lijk, van
een vrouw van '27 jaar.
over de pas gebouwde dijk
naar de bewoonde wereld
droegen.
Een beeld uit een film.
De zandzakken-gemutste
dijkwerkers in rust. voor
de laatste gang van dit
slachtoffer. En zoals over
al op deze dagen, vond ook
hier weer een totaal onbe
kende man in dit geval de
voorman van de polder
jongens, het juiste woord
in zo'n situatie: „We ne
men nog even een zakje
zand. mannen en dan gaan
we maar weer door, want
die dijk hiér moet nog
sterker. We moeten ldaar
zijn voor vannacht." Voor
vannacht, dat springtij.
En hier, op een van die
buitenposten, lijkt, het alle
maal zo veilig. Het is nu
half een en 'ik vind ge
woon, dat Jan Quist echt
naar bed moet.
een kruisvuur van, dikwijls scherp ge
stelde, vragen beantwoord.
Een motie, waarin de gewestelijke
vergadering werd voorgesteld te verkla
ren, dat, gezien de geruchten rondom
zijn persoon, de voorzitter zijn mandaat
ter beschikking zal stellen tot de ko
mende algemene vergadering, kon niet
in behandeling komen. De heer De
Clercq verklaarde, dat zulk een motie
geen zin had. De Arnhemse vergadering
was niet bevoegd te spreken namens de
A.V.R.O.-leden Daarmee was deze
motie van het tapijt. Een lid van het
Actie-comité betreurde het. dat zoveel
leden wegliepen en de A.V.R.O. in dls-
crediet werd gebracht door een gecom
promitteerd bestuur. Volgens de heer
De Clercq was het aantal afvallers niet
zo groot.
Na het ontslag van de heer Vogt had
den 600 leden bedankt, in de rampweek
900, maar toen zouden zich aldus
spreker 1260 nieuwe leden hebben
gemeld. Volgens de voorzitter zou de
A.V.R.O. gemakkelijk een half millioen
leden kunnen tellen, als zij haar vroe
gere kwaliteit zou weten te herkrijgen.
„Hierop Is al mijn activiteit gericht
Niet de leden, maar de concurrenten
willen mij weg hebben", aldus de heer
De Clercq, „daarom negeren zij de
A.V.R O., zoals nog onlangs bleek, toen
de andere omroepverenigingen gezamen-
ilijk reportages gingen verzorgen."
I Het juiste aantal leden wist de
I A.V.R O.-voorzitter niet uit het hoofd
Wel kon hij meedelen, dat de oplaag van
|de Radiobode 300.000 exemplaren v
waarvan 15 000 in losse verkoop.
I heer De Clercq heeft op deze vergade-
r-'ng nogmaals ontkend, dat de regering
I zendtijd van de A.V R.O. had gevorderd
hij ontkende dat hij het T.V -cabaref-
I programma in de rampweek had willen
I laten doorgaan, hij ontkende dat de
A.V.R O. sedert de rampweek na de
communisten het meest gehaat was,
I hij ontkende dat er onenigheid had be
staan tussen hem en de heer Vogt.
(Advertentie)
HOEST, GRIEP...
De weldadige warmte van Ther
mogene stilt de pijn ln keel
borst en verjaagt de aanval.
JAE padvinders vjaren precies evep
groot. Met zuinig geknipte welpen-
I petjes op het hoofd stonden zij, halt en
frontvoor de deur en keken my aan
l met de gereserveerde ernst van mannen*
I die zich niet ongebreideld kunnen laten
gaan, omdat ze in uniform zijn.
,,Hebt li soms iets voor ons te doen f
Een karweitje?" vroeg de rechtse, wiens
terra sproeten mooi bij het groen van
het petje kwamen.
Gaat het om een goede daad of zo-
iels?" vroeg ik, want ik heb wel eens
horen vertellen dat die jongens door
oudere mannen met blote knieën it
clubhuizen worden aangezet elke dag
ets opbouwends te verrichten.
..Neen neen, 't is voor geld", riep het
ventje haastig en de ander zei, om te
bewijzen dat ze niet voor zichzelf begon
nen waren: „Alle padvinders doen ton-
daag kleine werkjesEn de centen die
ze er mee verdienen zijn voor het ram
penfonds."
„O, op dié manier", zei ik begrijpend.
Ik stond 7iu geheel open voor de zaak
maar wat moet je twee tot je middenrif
reikende jongens zo opeens laten doènf
„Kun je een andere staart aan de kat
zetten?" vroeg ik, om eens lollig te
.cezen, maar ze keken zó druilerig
terug, dat ik mij haastig hernam. Eens
kijken... Ik krabde mij achter het oor.
'De uitdrukking „zich achter het oor
krabben" heeft dus wel degelijk een
reële achtergronddacht ik. Ik verkeer
in verlegenheid en zie. ik krab mij ach
ter het oor. Curieus is dat. Maar hoe
zou het nu staan met: de haren rezen
hem te berge Eerlijk gezegd heb ik nog
nooit.
„Ahum", klonk het.
De jongetjes stonden er nog altijd. Ze
verveelden zich,
„Wi; kunnen alles", zei de sproet en
keek toch bescheiden, „óok herstellin
gen in huis. Wy zijn op een temmer-
schuit."
„En verven?" vroeg ik.
Even keken ze elkaar aan, in een
korte paniek. Toen hadden zij besloten
dat zij ook het verven machtig waren.
„Ja meneerzeiden ze gelijktijdig
„Goed, dan moeten jullie hier even kij
ken", vervolgde ik bedrijvig, „die lam
brisering is Helemaal Icaal, omdat er
altijd fietsen iegenaangesmeten worden.
Nou, hier is tachtig cent ga nu een
potje gele lak kopen bi; Willekens, kom
terug en verf dit stuk muur netjes bij,
dan krijg je een rijksdaalder voor het
rampenfonds van me."
Ze bleven staan niet dat-gaat-zó-
maar-niet koppen, Probleemstele vroeg
de ene:
„En waar is die Willekens?"
„Daarginds", wees ik, „Eerste straat
rechts en dan weer links, een winkel
met een rode deur."
Weer keken zij elkaar even aan en
bleven waar zij waren.
„Dat vinden we vast niet", zei de
sproet zorgelijk.
„Maar jullie kunnen toch spoor
zoeken", Hep ik om de stemming icat
minder Strindbergiaans te maken.
„Ja, maar hier is geen sprake van een
spoor", sprak het linker ventje, met de
ergernis van iemand die iets heel moois
en teers door onbevoegden ziet neer
halen. „I-let .zou beier zijn als u even
een kaartje tekende."
Toen ik het gedaan had borgen zij
het weg in een diepe borstzak, die met
een gevlochten lederen knoopje werd
toegesloten. Daarop gingen zij ernstig
heen met lcerkgangtred, zonder groeten
of omkijken. Pas na een half uur keer
den zij terug
,,De kaart deugde niet", zei de sproet,
,,er ontbraken verschillende straten. Wij
hebben het tenslotte aan een agent moe
ten vragen."
„En dat doen wij padvinders niet
graag", sprak de andere jongen, „het
maakt een gekke indruk. Wij zijn juist
om aan gevraagd te worden."
Ik dacht aan de onderwijzer die eens
had geklaagd over de permanente on
gewassenheid van een meisje en ïoen
van haar moeder een handschryven
ontving met de klassiek geworden woor
den „Marietje is niet om aan te ruiken
maar om aan te leren." Mij tot ernst
vermannend zei ik: „Hier is de kwast.
Gaan jullie nou maar mooi verven."
En ik trok mij in de kamer terug.
In de verte hoorde ik ze nu allerlei ge
luiden maken knisperen met papier,
tinkelen met btikwerk en onbestemd
schuren. Nu een minuut of vijf vielen
zy stil, maar kort daarop begonnen zij
een doordringende terpentynlucht door
het pand te verspreiden. Zo nu cn dan
hoorde ik hun stemmen bedompt mom
pelen, maar te zien kreeg ik niets, want
ze kwamen geen trapjes, keukenstoelen
of puimstenen vragengelijk beroeps
schilders altijd doen. Eindelijk ilc was
ze net vergeten hoorde ik „méneer!"
roepen, angstigals uit een put. Ik
snelde naar de gang. De muur glom
koortsig als een moerasmcer vol waan
zinnige gnomen, maar de jongetjes zélf
waren er veel erger aan toe. Van onder
tot boven met geel bespet zagen zij et
uit of zij een geweldig aantal zachte
eitjes zonder tafelmanieren hadden leeg
gelepeld Vooral de handen en de blote
kniecn verkeerden in een deerlijke staat.
Wij zyn klaar", zei de sproet, die
door de verf tussen de ogen was ge
troffen.
„Hier is het geld", antwoordde ik.
„Moeten jullie je niet eerst even was
senf"
..Dat doen we thuis wel", sprak de-
andere jongen en hij wreef het bank
biljet glad, waardoor een brede, gele
streep het fletse blauw van de rijks
munt kwam besluipen.
Kleverig doch voldaan gingen zij heen.
Het is al twee dagen geleden, maar de
muur vertoont nog niet de geringste
neiging tot opdrogen. Ze zullen wel de
een of andere essentiële huisschilders
behandeling hebben verzuimd, waardoor
gerede kans bestaat dat hun verf set
eeuwig zal blijven dragen, gelijk een
wond, gebeten door een tot no-g toe o:*-
bekende diepzeekwal. Hoe het ook zij
n zou ik wel wat te doen hebbe
i.-oor die twee. Vlekken verwijderen uit
textiel. Want we zijn er allemaal al een
paar keer tegenaan gelopen.
KRONKEL
De chauffeur van een autobus die
op weg was van Ilocos naar Manilla vi\T
in slaap, de'bus reed in een ravjjn en
vloog in brand 23 personen kwamen
om het leven.
Lawines hebben Zondag in Oosten
rijk zes mensenlevens geëist het totaal
aantal doden van deze winter door lawines
la daarmee gestegen tot veertig.
Heden ontvingen wjj de tiende lijst
van slachtoffers van de watersnood.
Het Rode Kruis kan, in verband met
de omstandigheden, waaronder de ge
gevens van deze lijst werden ver
zameld, niet de volledige garantie geven
voor de betrouwbaarheid. Het komt
voor dat een enkele wijziging achteraf
noodzakelijk blijkt.
KORTGENE. Jan van Vliet. 16.2.48:
Daniël Verburg, 5.2.29; Ferdinand
Dierkx. 20.2.52; Gustave A. Dierkx.
28.750.
NIEUWE TONGE. Plona Koppenaa!
Palingdood. 13-10.64; Johannes Kop
penaal. 22 1.65; Maria Prince. 15.1.G*:
Catharina Zweerus—van 't Ilof, 25.2,85;
Pieter Wesdorp, 12.6.87; Johanna M.
WesdorpHaanenberg, 24.5.S9: Leen
den Zweerus, 22.S.S5; Arentje W.
KievitHers, 21.12.73Huïbrecht Tim
mer, 13.3.82; Kryn Meyer, 24.10.40; Jo
hanna E Brooshoofd, 1.10.91; Anna L.
SneepVerweij, 7.1.83; Aagje Hoog-
straate, 9,6,42; Marinus Bruggeman,
11.4.46; Cornelus Bruggenmn. 9-12.50;
Maria BruggemanJansen. 3.2.10; Ma
ria du PreeBestman. 3.10.88; Adriaan-
tje Brooshoofd. 24.6.88; Laurens Ereur,
21.599.
STAVENISSE. Geïdentificeerd
Adriana Mol. 20 7 39; Cornelia G. der
Braber—Moerland. 20 9.15: Jannetje
Ha,gevan Iwaarden. 2,1,97,
E. Voshaart.