FIAT
VERLOREN GEBOREN
Aziatische socialisten gingen
in Rangoon hun eigen weg
SCHAAKPARTIJ MET
VERANTWOORDING
Mannekracht en vrouweschoon
1900
Revolutionnair en - zo nodig -
ongrondwettelij k
door
Parijse boekenwereld gaf steun
aan watersnood slachtoffers
Ondeugdzaamheid als broodwinning
NIEUWS op het
witte doek
6
HET PAROOL
ZATERDAG 14 FEBRUARI 1953
EEN SCHITTERENDE GLANS
IN EEN WIP!
(Van een medewerker)
Ondanks het feit dat de Westers georiënteerde Socialistische Inter
nationale een van haar prominentste woordvoerders, namelijk Attlee,
als afgevaardigde naar de Aziatische socialistische conferentie te
Rangoon had gestuurd, was zijn overredingskracht niet voldoende om
de Aziaten er toe te brengen, lid van de SI te worden. Met algemene
stemmen besloten zij een onafhankelijke organisatie in het leven te
roepen. Deze Aziatische Socialistische Conferentie zal op elk gebied
contact opnemen met de SI en verder zal zij nauwere betrekkingen
aanknopen met de socialistische partijen in de gehele wereld, de Com
munistische Liga van Joegoslavië inbegrepen. Maar het zal een afzon
derlijk orgaan zijn met een eigen bureau, eigen secretariaat en eigen
conferenties.
Een Indische Socialist vertelde me, wegingen". alsmede op^het beroep van
dat de gedelegeerden zeer goed beseften 3 -- --- -- -
aan welke binnenlandse druk zowel
op politiek als op economisch gebied
Attlee en de andere Europese socialisten
zijn blootgesteld. Derhalve, zo zei hij
waren de Aziaten genoodzaakt deze ge.
legenheid om een tegenwicht te vormen,
volledig uit te buiten.
Het waren niet alleen de debatten
over koloniale onderwerpen die verschil
van inzicht tussen de Oosterse en Wes
telijke socialisten aan het licht brachten.
Het Westen bekommert zich in de eerste
rlaats om de problemen van de v e r d
i n g. verklaarde Asoka Metha van
India. Maar de Aziatische volken, „die
gebukt gaan onder de algemene armoe
de". kunnen geen kapitaal bijeenbrengen.
Vandaar worden zij voornamelijk in be
slag genomen door de problemen van
voortbrenging en ontwikkeling. In de
resolutie over „Gemeenschappelijke
Aziatische Problemen" constateren de
godelegeerden „het gebrek aan een ge
meenschappelijk denken en doorzicht"
in Azië en spreken de beschuldiging uit,
dat „een belangrijk deel van de politici
aandringt op ingrijpende hervormingen,
maar zelf in strijd met hun uitlatingen
handelen. Hun opmerkingen zijn radi
caal, maar hun daden conservatief."
Slechts een gemeenschappelijke socialis
tische gedachte kan teleurstelling voor
komen en leiden t< vooruitgang.
In deze resolutie wordt verder nog
gezegd dat, hoewel de democratische en
nivellerende tendenzen en prestaties van
het Europese socialisme de bewondering
van Azië hebben gewekt, het Aziatische
socialisme revolutionnair in plaats van
evolutionnair, en zo nodig ongrondwet
telijk moet zijn. Het is bekend dat de
Indonesische delegatie, die te maken
heeft met een concrete dreiging van de
guerilla-strijders, bandieten en fanatieke
.Moslims, in eigen land niet zeer ingeno
men was met de term „ongrondwette
lijk zelfs in de geweldloze betekenis,
cue Gandhi er aan heeft gegeven.
Compromis
De resolutie welke betrekking had op
„Azae en de wereldvrede" vertoonde alle
Z** een veelomvatttend compro-
tussen de groep van de „derde
+en de westers georiënteerden,
n .Attlëp en de Israëlische
minister van Buitenlandse Zaken, Siarett
(Kregen. Na aanvaarding van de resolutie
wezen de Indische afgevaardigden, die
volhielden dat hun positie als derde
macht ondanks het feit dit niet met
even zoveel woorden was gezegd was
gehandhaafd, op de gemeenschappelijke
veroordeling van het kapitalisme en de
door Moskou geïnspireerde „vredesbe-
decentralisatie van economische en poli
tieke macht en productie.
Sutan Sjahrir, de eerste premier van
Indonesië, hield een inleiding over „Na
tionalisme en Internationalisme", welke
een hoogtepunt was \an de overladen
agenda. Kjj hield zieli bezig met de
vraag: Zal het Aziatische nationalisme
dat tot dusverre een progressieve rol
heeft gespeeld by de bevryding van de
volkeren, een democratische of een im
perialistische macht worden?
De gedelegeerden die in Rangoon wa-1
ren verzameld, zullen natuurlijk op deze
vraag antwoorden dat alleen een breed-
ongezette socialisatie in Azië in staat zal j
zijn elke neiging naar nationalistische
expansie onschadelijk, te maken en dat
het derhalve van hun welslagen of falen
in de diverse landen zal afhangen of in
de nabije toekomst bet economische im
perialisme zich van de Europese hoofd
steden zal verplaatsen naar, bij voor
beeld de grote steden op het Indische
continent óf dat alle vormen van econo
mische penetratie van buiten af werke
lijk tot het verleden behoren.
Verdubbel de glans
en de levensduur
van uw schoenen
met KIWI
Donkerbruin
Middelbruin
Lichtbruin
Blauw Oxbloed
Kleurloos Mahonie
de conferentie op de ALZiaten, de verde
ling van de wereld in twee machtsgroe
pen tegen te houden. Maar de resolutie j
bevatte ook zinsneden die aanzienlijk af
weken van de beginselen die de „derde
macht"-groep aanhangt. In de reso
lutie werd namelijk geconstateerd, dat
de bijdrage van Azïe tot het behoud van
de wereldvrede niet noodzakelijkls
gelegen in toetreding tot enig militair
beveiligingsstelsel, maar voornamelijk in
pogingen om zich zelf sterker te maken.
Hoewel men zonder veel overdrijving
zou kunnen zeggen dat op deze belang
rijke socialistische conferentie, de bedrei-
eine van Azië door Moskou steeds op de
achtergrond aanwezig was, kan men met
evenveel juistheid opmerken, dat de
zuurdesem van Gandhi's gedachten en
filosofie was overgebracht door de Indi
sche delegatie en zich deed gelden. Dit
was vooral te merken aan de aandacht
welke werd geschonken aan de ellende
waarin de Aziatische boer verkeert, en
verder aan de resolutie over de econo
mische ontwikkeling van Azië. De con
ferentie legde niet alleen nadruk op ge
leide economie, socialisatie en verbeterde
omstandigheden, maar ook op de
Mr. O. U. der Wets: Ik zie geen
oplossing voor het opbergen van
mijn duizend en één artikelen.
Mr. F. I. Sjent: Neem een voor
de hand Hggende oplossing:
Neem een „Lundia"-magazijn-
lnrlchtlng. Demonteerbaar en
verstelbaar: dus daardoor effi
ciënt.
LUNDIA VARSSEVELD
(GLD.) TELEFOON 256
Vraag onze grote catalogus
BU het zoeken naar een schaakpartij,
geschikt voor publicatie en analyse,
zijn overwegingen in het geding die
verband houden met kwaliteit, nut,
aotualiteit, reputaties, curiositeit
smaak. Soms is in een geheel tournooi
geen enkele krachtmeting goed genoeg
om de collectie, waarvan zij deel uit
maakt te vertegenwoordigen. Maar er
zijn ook obscure partijen, die dank zij
de een of andere pointe, staat kunnen
maken op publieke belangstelling.
Deze reis kwam lk op zoek naar ma
teriaal bijvoorbeeld het volgende staaltje
tegen uit een wedstrijd in Joegoslavië.
Wit: Maric. Zwart: Tot. 1. e2e4,
e7—e5. 2. f2—f4, d7do, 3. e4Xd5, c7
c6, 4. Ddle2, c6Xd5. 5. De2Xe5t,
Lf8—e7, 6. Lfl—b5t, Pb8—c6, 7. Pgl
—f3, PgS—f6, 8. De5e2, 0—0 9. d2—
d4, Le7b4t, 10. Kei—dl, Tf8—e8, 11.
De2fl, Lc8—g4, 12. c2—c3, Lb4—d6,
13. h2—h3. Lg4—f5, 14. g2—g4, Lf5—
e4, 15. Till—<h2, Dd8—aö, 16. Lb5—d3,
Le4Xf3f, 17. DflXf3, Pc6Xd4, 18. c3X
d4, Te8—elf, 19. Kdlc2. TelXclt,
20. Kc2 X cil, Da5elt, 21. Df3—dl, TaS
c8f, 22. Ld3c2, Ld6Xf4f, 23. Th2—
d2, Del—e3 24. Pbl—c3, Lf4—h6, 25.
a2—a4, Tc8Xc3, 26. b2Xc3, De3Xc3,
27. Kclbt, Lh6 X d2 28. Tala2,
Ld2—«3, 29. Ddld3. Pf6—e4, 30.
Ta2—a3, Dc3—b4f, 31. Kbl—a2, Le3X
d4, 32. Dd3b5, Db4Xb5 33. a4Xbö.
Pe4G31, 34. Ka2—b3, Pc3Xb5, 35.
Ta3a5, Pb5c7, wit geeft hot op.
Niet onaardig, ofschoon 4. De2 en 9.
d4 ons gevoel beledigen, om met Lasker
te spreken. Maar vier of vijf partijen
later kwam het volgende geval opda
gen, dat zich voor enige weken in het
Hcogoventournooi laad voorgedaan.
Wit: G. H. Trott. Zwart: N. Rosso-
limo. 1. e2—e4, d7—d6, 2. d2—d4, g7—
g6, 3. c2—c4, Lf8g'7, 4. g2—g3, Pb8—
c-6 5, d4d5, Po6d4, 6. Lfl—g2, c7
c5, 7. Pblc3. a7—a6, 8. a2—a4, Dd8
b6, 9. Tal—a3. PgS—f6, 10., h2—li3,
Db6!b1, 11. Ddl—«33, Pfö-f—o 7, 12 f2
—f4, Pd4—b3, 13. Kei—dl, Pd7—b6'l4,
Lg2—fl, Lc8—d7, 15. Thl—h2.
Dat was nu toch wel merkwaardig:
alweer deze geïmproviseerde vijftiende
zet als een soort consequentie van Kei
dl. Toch was het geval weer geen
analyse waard om de eenvoudige reden,
dat wit al gevoegelijk had kunnen capi-
GOETHE heeft eens gezegd, dat zijn beste invallen van
de zetter stamden, wiens vergissingen in zijn werk
hij als origineler en leerzamer toevoegingen be
schouwde dan hij zelf had kunnen vei-zinnen. Zo her-
innert veel in de poëzie van onze jongste „experimen
tele dichters mij aan zetterscapriolen. Ik verdenk iemand
als Lucebert er van, dat hij zetfouten, die hy bij de correctie
ontdekt (als hij tenminste zoiets ouderwets als het ver
beteren van drukproeven beoefent) soms laat staan en aan
de andere kant moeite heeft zorgvuldig beraamde fouten
tegen het koeler inzicht der zetters in te handhaven. Ik
vraag mij b.v.^af wie verantwoordelijk ïs voor de volgende
fi - onlangs
,IVeel lachen als rook omgeeft de krachtige zwemmer
Die tussen de dakens spartelt"
De opmerkzame lezer, enigszins gewend aan Luceberts
beeldenwereld, weet dat de dichter oorspronkelijk „lakens"
bedoelde, maar dat de associatie met „daken" hém evenmin
onwelkom was. Ofschoon hij ergens anders meedeelt „Niet
gaan we spieken bij goethe", hoop ik toch dat hij in dit geval
het Goetheaanse voorschrift heeft gevolgd, want de gedachte
dat iemand opzettelijk zulke infantiele prutserijtjes heeft
zitten construeren ïs onplezierig.
Overigens is Lucebert het prototype van een onmaat
schappelijk, zich pathologisch voordoend dichter in de
traditie van Rimbaud en de surrealisten. De experimentelen
worden gewoonlijk boos als men zegt dat hun methode niet
nieuw is en ais verwijt mag een dergelijke vaststelling inder
daad niet gelden, want de traditionele poëzie is ook niet
nieuw. Dat zij een goede reden hebben om zich van deze
Êrimitieve vorm te bedienen, kan men hun bovendien niet
etwisten. Ook de gebruikelijke poëzie heeft iets primitiefs
ten opzichte van het proza en er is niets tegen, lijkt het,
om een zo groot mogelijke primitiviteit na te streven als
men meent daarmee de fundamenten
van het menselijk bestaan beter te
bereiken. Ook de dichter die zich in
rijmende alexandrijnen uit, is in zeker
opzicht door een onvermijdelijk ge-
schaaf en gemeet een „prutser", die
niet in een andere categorie valt dan
de constructeur van zinvolie zet-
foutjes. De experimentele dichter
vindt zijn reden om op zijn manier te
prutsen in de bekende normloosheid
van ons tijdsgewricht, in zrjn „ont-
worteldheid", die Hugo Claus in „tan
credo infrasonic" doet dichten: „ik
ben verloren geboren".
„The lóst generation" Is een club
geworden zonder enige deba'tlotage:
iedereen kan er bij. Als men aanneemt,
dat him „verloren zijn" het belang-
rükfcte is wat deze dichters hebben
uit te drukken, dan moet ten slotte de maatstaf voor de
waarde van hun poëzie zijn de mate waarin zij daarin slagen.
Indien men begint met hun conventies te accepteren (en
dat moet men bij iedere poëzie), dan slagen Lucebert en
Claus hierin vrij aardig. Beiden zijn muzikaal gevoelig en
verrassen vaak met speelse en parodistische invallen. Claus
is iets stroever en tegelijk in zijn associaties gemakkelijker
achterhaalbaar. Hun gedichten laten mij ten slotte onver
schillig omdat hun trucs en eigenaardigheden op den duur
zc eentonig en bot aandoen. Deze poëzie bewijst voor mij,
dat men resultaten van menselijke ontwikkeling niet onge
straft verwaarloost. Ook van een verwarde situatie kan men
helder getuigen. Wat men ook tegen de gewone logica en
intelligentie kan aanvoeren, zij vervelen veel minder gauw
dan dë warhoofderij en de quasi-primïtiviteit. De fundamen
ten van het bestaan zijn nu alleen nog te bereiken, lijkt mij,
als men rekening houdt met de afgelegde weg. Gestamel kan
verrassend en amusant zijn. voor langere tijd kan men toch
meer beleven aan een helder articulerende stem.
/TiWEE iets oudere dichters, die niet minder aanspraak
hebben op het lidmaatschap van de verloren generatie,
zijn Max Nord en A. Marja, die ook onlangs bundels
publiceerden, maar in een traditionele trant. Nords „Suite
pathétique en andere verzen" is de belangrijkste van deze
bundels, omdat de dichter een aantal vroegere, vaak
minuscule en onvindbaar geworden publicaties er in heeft
verenigd, zodat deze uitgave hem in een aantal facetten
vertegenwoordigt. De liefdesverzen van de afdeling „Buiten
^"u meeslependheid eerder aan de hartstochtelijke
toon dan aan vorm en beeldspraak ontlenen, laten de waarde
van Nords dichterschap nog onbeslist. Zij hebben een
ti effende gevoelsladlng, maar men hoort er te veel echo's
van andere dichters in, om op grond van deze lvriek van
een nieuw geluid te kunnen spreken.
De eigenlijke „Suite pathétique", een reeks gedichten die
vroeger gepubliceerd is als „Strofen uit bezet gebied" ken
merkt zich door een consequente vergroting zowel van de
deugden als van de ondeugden van „Buiten schot". Het is
verzetspoezie, doortrokken met patriotisme, edele veront
waardiging tegen de vyand en vrijheidsrhetoriek. Er is geen
twijfel aan, dat de dichter zijn nobele sentimenten diep heeft
doorleefd, maar bij gebrek aan een levende traditie van dit
soort poëzie, moest hij voor de expressie er van vaak bij
Helmers, Tollens of de terminologie van de geschiedenis
boekjes aankloppen. Het merkwaardige is dat hij door een
volkomen gebrek aan terughoudendheid in het gebruik van
deze rhetoriek, meermalen slaagt in het zuivere overbrengen
van de emotie. Juist door de verregaande exploitatie van
cliché's slaat de kwantiteit hier vaak in de kwaliteit om
en schrijft Nord verzen die indrukwekkend zijn door hun
hartstochtelijk bezwerende toon, door wat hij zelf zo juist
als de „pathetiek" er van heeft herkend. Om een indruk van
een dergelijk slagen te geven schrijf ik hier de negende
strofe over:
Sterf ik vandaag, wil dit nog van mij horen:
IJc heb een vrouw zoveel ik kon bemind
Blijf niet alleen, het hart is als het koren
Eens is het rijp en buigt zich voor de wind
En valt de korrel niet, is 't al verloren.
Dan dit nog, gistren werd mijn kind geboren
Zeg haar dat niets dan dit haar aan mij bindt
Al wat ik zocht gaat met mijn dood verloren
Wanneer zij niet het zoeken weer begint
Daar waar ik ophoud en mijn einde vind.
Van de gedichten, die Nord na de
bevrijding schreef, lijken mij „Weer
zien" en „Opnieuw" sterker dan de
overigens charmante „Kwatrijnen uit
Sestrl Levante". In de onregelmatige
blanke verzen van het gedicht „Weer
zien" vooral kan zijn neiging tot pa
thetiek een natuurlijker bedding vin
den dan in de vormvaste gedichten,
waarin het poëtische cliché te vaak
uitkomst biedt. „Weerzien" heeft de
aan deze dichter eigen verbale harts
tochtelijkheid kunnen opvangen in een
persoonlijke dictie, waardo r het een
gaafheid kreeg die men elders in dit
boekje soms mist. „De verloren
generatie" komt hier inderdaad
articuleerd en zonder zich te ver
schuilen achter oude of nieuw
vert.'es aan het woord.
In deze literaire kroniek icor-^
den vier dichtbundels bespro
ken: „de amsterdamse school'
van Lucebert (A. A. M. Stols,
f2.90), „tancredo infrasonic
van Hugo Claus (A. A. M. Stols,
f2.90), „Suite pathétique en
andere verzen" door Max Nord
Querido, f 3.90) en „Confiden
tieel" door A. Marja (Arbeiders-
Wpers, f 1.90).
MARJA S bundeltje „Confidentieel" is van een heel ander
karakter, al heeft hij de articulatie met Nord gemeen.
Deze dichter heeft alle pathetiek uitgebannen. Hij
probeert een zo nuchter mogelijke diagnose van het „ver
loren geboren" zyn te bereiken met uitschakeling van alle
poëtische halftinten, uit afkeer van de zo dicht aan comedie
grenzende „door tranen verstikte stem". Marja is een tech
nisch bijzonder knap verzenschrijver, wat men o.a. al kon
weten uit zijn onvolprezen „Bajesballade". Zijn mentaliteit
komt het meest overeen met wat bekend staat als de
„Forum-poëzie": droog en cynisch, maar met een gevoels-
ondergrond van ontgoocheling en berusting. Het verschil met
Nord is opvallend in deze strofe, die in haar thema sterk
aan diens hiervoor geciteerde gedicht herinnert:
Is het weinig wat het leven bood
als men zeggen kan bij het verscheiden:
Ik hield van een vrouw. Wij werkten, vrijden.
En wij brachten samen kind'ren groot
Marja is een dichter die met de „dromen" heeft afge
rekend en zich heeft neergelegd bij de ervaring, dat het
maatschappelijk leven schade aan de ziel toebrengt. Men
vraagt zich af na de lezing van deze puntig geformuleerde,
bescheiden verzen of deze instelling niet een te smalle basis
is geworden voor de poëzie.
H. A. GOMPERTS
tuleren. Er volgde: 15Pb3Xcl, 16.
Kdl X cl. Pb6Xa4, 17. Pc3Xa4, Ld7X
a4, 18. Pgl—f3. La4d7, 19. Ta3—b3.
DMa5, 20. Tb3Xb7, Ld7c8, 21. Tb7
b3, 0—0, 22. g3—g4, Lc8—d7. 23. g4
g5, TfSb8 24. Tb3a3, Da5c7,
25. b2b3, Tb8—b4, 26. Th2—a2 a6—
a5, 27. Pf3d2, aö—a4 28 h3—h4,
TaS—bS, 28. Lfl—e2, e7—e6, 30. d5X
e6, f7 Xe6, 31. Le2—dl, Ld7—c6, 32.
Ldlg4, Lc6d7. 33. h4—h5 Dc7—b6.
34. Kcl—c2, a4Xb3t. 35. Pd2Xb3, g6
Xh5, 36. Lg4Xh5, Ld7—a4. 37. Ta3X
a4, Tb4 Xb3, 38. Dd3—dl, Tb3—h3, 39.
Lh5g4, Db6b3f, 40. Kc2cl, Db3-
bit, 41. Kcld2, Th3d3f wit geeft
het op.
Eindelijk
Het naspelen van nog een aantal par
tyen leverde eindelijk een voorbeeld op,
waarin de fouten betekenis verkregen
door de voorbeeldige manier, waarop
zij waren weerlegd.
Wit: N. Gortlever. Zwart: G. H. Trott.
1. Pgl—f3, Pg8—f6, 2. g2g3 d7—
d5, 3. Lfl—g2 Pb8d7, 4. d2—d4, e7
e6, 5. 0—0, Lf8—e7. 6. b2—b3, 0—0,
7. Lel—b2, b7b6 8. c2—c4, c7—c6,
9. Pbl—d2, Lc8—b7, 10. Ddl— c2, TaS
c8, 11. e2-e4 (gericht tegen c6c5,
waarvan zwart zich zoeven nog goed
had kunnen bedienen, maar dat nu
wegens 12. eö. Pe8, 13. dc5: en dan
Tadl, niet bevredigend zou zijn. Toch
nemen zwarts terreinmoeilrfkheden pas
ernstige vormen aan, nadat de gelegen
heid tot c6c5 nog meermalen is veT-
zuimd.) 11Dd8c7, 12. Talcl,
Dc-7b8 13. Tfl—el, Tf8—dS, 14. Dc2
bl, Pf6Xe4 (in verlegenheid geraakt,
kiest hij het beste-.uit enige kwaden.
Merk op dat 14Lf8 wegens 15. e5
er) dan Pg5 ook op bezwaren zou zijn
gf-tmt. Nu wits artillerie in het open
•'v| kan komen, zonder dat zwart noe-
Innswaardig meer bewegingsvrijheid
hwiiet dan tevoren, ft&aint het onweer
zich samen te trekken'), 15. Pd2Xe4,
doXe4, 16. Tel X e4, c6—c5 (hij kiest
voor deze zet die zo lang bruikbaar ter
.beschikking ls geweest, wel het ongun
stigste ogenblik uit! Er had zonder de
minste twijfel eerst 16. Lf6 moeten
gebeuren) 17. d4d5, Le7f6, 18. Te4
g4, e6 X d5> 19. c4Xd5, h7—ih5 (niet
19. Ld5; wegens 20. Pg5. Er was
redelijkerwijs niets beters dan 19.
Lb2en het verzwakken van de konings
vleugel na 20. X>b2: door 20. g6 of
20. f6. Daarentegen schreeuwt 19.
h5 om een elegante weerlegging en
krijgt die ook), 20. Pf3—g5.
Onberispelijke combinaties: 20.
Pf8 dan 21. Lf6:, gf6: (of 21hg4:,
22. Ld8: gevolgd door Dbl—f5Xg4), 22.
Pe4t. hg4:, 23. Pf6:f en dan 24. Db2.
Zie verder 20. g6, 21. Pf7:. hg4:, 22.
Dg6:j mitsgaders Lf6:, niet minder
overtuigend.
0. h5Xg'4, 21. Dbl—<h7f, Kg8—
f8, 22. Telel, Pd7e5, 23. Lb2xe5.
Lf6 X eö, 24. Dh7—h8t. ,Kf8—e7, 25.
E>h8Xg7 (met de val van ~Le5 is zwarts
lot bezegeld), 25. Td8—f8. 26. Telx
eot. Ke7—d7, 27. Pg5Xf7. Tf8—g8. 28.
Dg7f6, opgegeven, gezien 28. Tce8,
29. Df5t- Ke7, 30. d6 mat.
LOD. PRINS
AANGl
l\ hele
ANGEZIEN het al een t
tijd geleden is, dat f
's heren Walter Scott'
„Ivanhoe" las, moet ik be
kennen dat de intrige mij
niet meer in details voor
ogen staat. Maar de film
kan toch niet noemens
waard verschillen van het
boek, dacht ik zo. Bij het op
het doek brengen van deze
romantische kluif heeft
men gelukkig de biceps niet
nog eens extra laten op
zwellen, maar vaardig ge
daan wat men kon om ons
verbleekt nakroost dit
kleurige, middeleeuwse rid
derleven smakelijk op te
dissen. Het krijgt dan iets
van een sprookje van man
nekracht en vrouweschoon,
dat men dan wel niet
koortsachtig gadeslaat,
maar toch met een zekere
verhoging.
Voor de nieuwelingen:
graaf Wilfred van Ivanhoe
is de kruisridder (Robert
Taylor), die onversaagd en
herhaaldelijk zyn leven op
het spel zet om zijn koning
Richard Leeuwenhart uit de
gevangenschap te verlossen. Zijn meest
verbeten tegenstander is de Norman-
dïër De BoisGilbert (George Sanders),
daarentegen mag hij zich gesterkt
weten door de genegenheid van Rebecca
(Elisabeth Taylor) en Rowena (Joan
Fontaine). Voor de eerste is zyn hart,
de laatste redt hij in een fraai gegar
neerd slotduel van de brandstapel, die
HAiN G. HOEKSTRA
nog even keurig opgestapeld in
het beeld schuift.
Kasteelbestorming, riddergevechten,
kistjes vol juwelen, moed, beleid, trouw
met vakmanschap en onverdroten
werden ze aaneengeregen tot de bonte
kralenketting, die u in Cineac-Damrak
en Plaza onder de titel „Ivanhoe" wordt
aangeboden.
„Ernst"
OVER „De ernst van Ernst", de film.
bewerking van Oscar Wilde's satyre
19de-eei - -
heb ik enige tijd geleden al geschreven.
Ik kan u alleen maar aanraden deze
verrukkelijke comedie, gespeeld door een
uitgelezen acteursbent (Joan Green
wood, Dorothy Tutin, Edith Evans,
Redgrave, Dennison, Matthews) in Al-
hambra niet over te slaan.
Vlieger
ALS „tough guy" van het documen
tair aangelengde bandietenwezen is
Richard Widmark destijds naar
voren gesprongen. Om hem de kans te
geven te bewijzen, dat hij ook andere
sectoren kan bestrijken, is hij in „Ge
vaar klopt aan" (Don't bother to knock)
een ietwat cynische, jonge vlieger, die
tijdens plotseling opdoemende moeilijk
heden bewijst, dat hij wel degelijk een
warmvoelend hart heeft en begrip voor
de medemens. Als zulks duidelijk is ge
worden wil het zangeresje in de hotel
bar hem tooh wel hebben.
De moeilijkheden worden veroorzaakt
door een uit het lood geslagen meisje,
dat in het hotel waar ook de vlieger
woont, als baby-sitter optreedt, maar
een vreemde opvatting van haar taak
heeft. Natuurlijk kan ze het niet helpen
ze moest eigenlijk in een inrichting
zitten, en daarheen gaat ze ook in de
laatste meters van de film, die Roxy
op het programma heeft genomen.
Marilyn Monroe speelt het geestelijk ge
stoorde meisje Nell. Vorig jaar is deze
actrice in Amerika om de een of andere
reden bovenaan de lijst van rijzende
sterren geplaatst. Vooral om de andere
reden, veronderstel ik. Want aan
acteren is zij voorzover ik haar onder
ogen kreeg, nog niet toegekomen.
Champagne
DAT is in Luxor met „Carson City"
weer raak slaan en schieten. Het
toneel van de strijd bevindt zich in
Nevada deze keer en die strijd speelt
zich af tussen bandieten, die voor de
gelegenheid gek op champagne zijn en
nobele kerels, die bezig zijn een spoor
lijn aan te leggen dwars door het weer
barstige rotsgebergte. De grote held is
de baas van de spoorwegarbeiders. Ran
dolph Scott heeft hem gestalte gegeven,
en als u aan dit stormachtige werk toe
komt zult u ontdekken, dat het niet
goed is als schurk de champagnefles te
hanteren. Tè verraderlijk.
op de j
Engelse society,
Advertentie)
Luistert ook in uw auto naar
nieuws- en weerberichten!
LEVERING EN INBOUW VAN
PHILIPS AUTO RADIO
NIJKERK'S RADIO N.V.
Warmoesstraat 94, Amsterdam.
Telefoon 36883—37337
Om Zilveren Tulp
Haarlem krijgt weer
orgeleoneours
Het internationaal orgelconcours te
Haarlem om de Zilveren Tulp wordt 16,
17 en 18 Juli in de Grote Kerk en in heit
gemeentelijk Concertgebouw gehouden,
De winnaar van 1951, Louis Toebosch,
en die van 1952, prof. Anton Heiller uit
Wenen, zullen wedijveren met een Belg,
een Duitser, en twee Nederlanders.
De jury bestaat uit de Engelse orga-
niste, Lady Susi Jeans, Dorking, de orga
nist Alf Linde-r uit Stockholm en Albert
de Klerk.
Op de laatste avond, waaraan meewer
ken de H.O.V. onder Antoon Verhey en
de organist Albert de Klerk als solist,
wordt de première gegeven van het in
opdracht geschreven concert voor orgel
en orkest van Sem Dresden.
Gré Brouwenstijn in
Matthaus Passion
Aan de uitvoering van Bachs Matthaus
Passion, onder auspiciën van de Amster
damse Bach kring, op 1 April in de
hoofdstedelijke Ronde Lutherse Kerk,
werken o.l.v. Bertus van Lier als vocale
solisten mee: Gré Brouwenstijn, Mary
Jarred, Peter Pears, Herman Schey.
Car el Willink, Wiebe D ray er.
Instrumentale solisten zijn o.a. Paul
Godwin, Everard van Royen en Haakon
Stotijn. Verder werken mee het Ned. Vo
calistenensemble, het koor der Delft.se
studenten, het jongenskoor der Wille-
brordus te Rotterdam en koor en orkest
der Rotterdamse Volksuniversiteit,
(Advertentie)
De fascinerende auto
Vloeistofkoppeling Ongekend
snel optrekkend 135 km p.uur
Uiterst vast op de weg
Imporirice Fa. J. Leonard Lang
STADHOUDERSKADE IMF. AMSTERDAM-Z-. TEL 27100
Barmeisje
MOCHT New Orleans u nader aan het
hart liggen dan Nevada, dan biedt
Royal met „Café De Rode Engel"
(Scarlet angel) een dergelijke in schut
terij en knokwei'k gedompelde historie.
Wjj maken hier kennis met een vinger
vlug barmeisje, dat bezig is zich snel
rijk te stelen om zich uit het louche
leven terug te kunnen trekken. Midden
in de uitoefening van die functie komt
Roxy (Yvonne de Carlo) een door de
wol geverfde, onverstoorbare kapitein
tegen (Rock Hudson), die aan haar
leven een beslissende wending geeft.
Eerst moet zij echter nog enkele jaren
onder valse naam in de hogere kringen
doorbrengen.
Wel moet zo'n kapitein als deze Trus-
cott van alle markten thuis zyn, pas nog
heeft hij met enkele cafébezoekers de
grond aangedweild of diie zelfde vuisten
doen het barmeisje voor hoe ze liefde
vol een luier moet aanleggen.
EEN BEETJE ONWENNIG loopt taxi
chauffeur Amstel (Johan Kaart) door
de then ter gangen om een koffertje
terug te brengen. „Sterren stralen
overal" in Tuschinski.
/1/fARTINE CAROL zal de wereld trach
ten te overtuigen, dat Lucretia
Borgia volstrekt niet de perfide vrouw
is waarvoor men haar eeuwen gehouden
heeft. In een film die haar echtgenoot,
Christian-Jacque, maakt, icordt Lucre
tia niet alleen als een mooi, maar ook
als een gevoelig, edelmoedig natuurtje
getekend, overeenkomstig de jongste
publicaties van de Franse historicus
Varennes. Het wordt de eerste Franse
Technicolor.
Voor de oorlog werd in Frankrijk reeds
een film aan Lucretia Borgia toen nog
volop ffifmengend gewijd; Edwige
Feuillère speelde toen de hoofdrol.
Getrouwd
heeft rechter Meivin Bush een week
lang dames en heren in de echt ver-
oonöen voordat hij daartoe de bevoegd
heid bezat. Het komt pas geruime tijd
later uit; dan krijgen vijf mannen een
brief thuis met de mededeling, dat zij
met wettig gehuwd zijn. En hoe staan
de zaken op dat moment, en hoe rea
geren zy?
Op dit gegeven heeft Edmund Gol
ding een geslaagde kettingcomedie ge
regisseerd. U moet mij ontslaan van de
verplichting de vijf episodes voor u te
beschrijven. Ik vond het eerste geval het
mooiste. Daar maakt men kennis met
een radio-echtpaar, dat voor de micro
foon een suikerzoete eensgezindheid aan
de dag legt, maar thuis wordt er alleen
maar niet gescholden omdat er geen
woord gewisseld wordt. Ginger Rogers
en Fred Allen doen dit hijzonder fraai,
met de woordeloze opstaan-scène als
hoogtepunt. Ik heb ook genoten van
Paul Douglas als de echtgenoot in een
beschaafd sleurhuwelyk met vertraagde
reacties.
Louis Calhem krijgt in de vierde
episode, die van „plot" het meest inge
nieus is, gelegenheid een oliemagnaat te
spelen, die dank zij de brief zyn halve
fortuin weet te redden. Hij maakt er een
amusant type van.
Zodat ik maar zeggen wil, dat Rialto
met „Zo zijn we niet getrouwd" (We're
not married) een vermakelijke film in
huis heeft gehaald.
ACHTER het orgel in Royal gezeten,
vergast Bernard Drukker zijn luis
teraars op een keur van Amster
damse liederen. Hij heeft dat al eerder
gedaan, maar ditmaal geschiedt het in
een decor, dat vroeger feeëriek heette,
en waarop u in bloeiend rood en vlam
mend 'blauwpaars Westertoren, Munt,
Rembrandt en andere stadsgezichten te
genkomt.
OP toneel brengt City deze week het
duo Safar die een soort pantomime
brengen, geïnspireerd op het
sprookje van „de kikvors en de prinses".
Dit variéténummer ontleent zijn nood
zakelijkheid aan het gymnastisch ver
mogen van de mannelijke partner. Als
lakker springt hij lenig, maar overigens
volkomen zinloos over het toneel. Dat
laatste heeft zijn vrouwelijke partner
met hem gemeen.
Andere beweegredenen dan genoemde
hebben wij helaas niet kunnen ontdek
ken.
EEN prettig soort comedie
deze week.
Grootse verkoping in
Palais de Chaillot
(Van onze correspondent)
PARIJS, Zaterdag. Toen de
Nederlandse ambassadeur gister
middag om half zes de grote
schouwburgzaal van het Palais de
Chaillot binnentrad, vergezeld van
onze culturele attaché Robert de
Roos en in gezelschap van de
Engelse en Belgische zaakgelastig
den, was daar een grootse ver
koping van boeken aan de gang ten
bate van de watersnoodslacht
offers in Nederland, België en
Engeland.
Donderdag was de „Cercle de la Li-
brairie" in Parijs op het idee gekomen
deze te organiseren, en boekhandels zo
wel als uitgevers bleken onmiddellijk
bereid gratis hun boeken af te staan
voor dit doel. Jean Vilar, directeur van
het theater, stelde zijn grote zaal ter
beschikking en ruim 50 van de belang
rijkste Franse schrijvers toonden zich
direct bereid aanwezig te zijn om bun
werken van hun handtekeningen te voor
zien. Dat is geen kleinigheid, op zulk
een tennyn.
De Nobelprijswinnaar Franqois Mau-
riac was er, de winnaressen van d(
Femina en de Goncourt, Gabriel Marcel,
Albert Camus, André Maurois, Paul
Géraldy en Maurice Dekobra. Acteurs
en actrices hadden zich eveneens tele
fonisch bereid verklaard de helpende
hand bij de verkoop te bieden. Ik z<
o.a. Jean Marais, Maria Casarès
Gerard Philippe. De danskunst was o.
vertegenwoordigd door Janine Charrat
en Serge Lifar.
Eén Nederlandse, Frans schrijvende,
dichter was eveneens aanwezig, Sadi de
Gorter, hoofd van de persafdeling der
Nederlandse ambassade, die bij zijn boe
ken ook werkjes over Nederland had. In
een half uur had hij al voor 10.000 francs
verkocht; de belangstelling mocht dan
ook overweldigend genoemd worden.
Vele duizenden zullen deze Franse ma
nifestatie van goodwill in het boeken
bedrijf bezocht hebben. Op de trapper,
van het Palais de Chaillot stonden hon
derden queue te maken; om het kwar
tier werd een aantal toegelaten en bin
nen kon men zich nauwelijks bewegen.
Het zou mij dan ook niet verbazen als
de opbrengst van deze verkoping de som
van een millioen francs ver overschreed.
De verkoping zal over de radio en de
televisie ook naar Nederland worden
uitgezonden. Onze ambassadeur is alle
stands langs gelopen, drukte vele handen
en toonde zich zeer enthousiast e-n dank
baar.
Drie Parijse schouwburgen geven vol
gende week een voorstelling geheel ten
bate van de watersnoodslachtoffers in
Nederland.
City,
,Mylord steelt juwelen"
heet het en het behelst een lange
reeks van handelingen die u buiten, in
het Kleine Gartmanplantsoen b.v., im
moreel dient te noemen: een ambitieuze
dienstmaagd komt anno 1900,
met de ondeugdzame tweelingbroer van
een millionnair, via inbraken en vals-
spelerïj aan de kost. Dat mag niet. Ze
worden dus telkens van hun operatie
terrein verdreven of besluiten zelf tot
n over haaste vlucht.
Tot ze in Califomië een rijke in
dustriële treffen op wier snobisme wel
een paar indrukwekkende wissels ge
trokken kunnen worden. Daar blijven
ze dus op him gemak wonen en laar
vindt ook de ontknoping plaats, die alle
charmante misdaadjes voor de toekomst
overbodig maakt. U beeft dan intussen
een spitse dialoog en een aantal goed
moedige spotternijen met het gang
bare fatsoen kunnen waarderen.
Greèr Garson is een onvolprezen die
vegge. In alle situaties is het kijken
naar haar een behaaglyke vrije-tyds-
besteding; voor my althans.
Grens
IN Nöggerath ligt het er te dik op en
dat is jammer, want het gegeven van
„De gouden poort" was stellig boei
end genoeg om er iets heel goeds van
le maken. Het verhaal speelt zich gro
tendeels af in een Mexicaans hotel dat
een riant uitzicht biedt op de grens van
de Verenigde Staten. De mensen die
daar van aangezicht tot aangezicht
leven met Amerikaanse douaniers koes
teren slechts één vurige wens: aan de
andere kant van die grens te wonen.
Sommigen wachten er jaren op en één
van hen is een nogal onduidelijke man
met-een-verleden (Charles Boyer) die
met veel cynisme een marriage-de-rai-
son afsluit met een jonge Califomische
onderwijzeres (Oliva de Havilland) om
aldus het begeerde Amerikaanse staats
burgerschap machtig te worden.
Dat het meisje lief genoeg is om de
wrede trekjes bij zijn mond glad te
strijken ligt voor de hand. Maar er is
nog een auto-ongeluk nodig vóór ze
samen aan een gezin gaan denken.
J. A. BLOKKER
van Nederland een
ongewoon stil beeld
te zien gaven. Ont
roerende hulpacties
uit het buitenland
en ten slotte prins
Bemhard, die zijn
indrukken voor ca
mera en microfoon
geeft na een zyner
vele bezoeken aan
het rampgebied.
Ook de buiten-
HET gehele bin
nenlandse jour
naal van Poly
goon is ook deze
week weer gewijd
aan een uitste
kende reportage
uit de rampgebie
den. Uitgestorven
steden en dorpen,
vernielingen, maar
ook een stug en
waarlijk heroïsch
werken hij het landse journaals
dichten der dijken, wijden reportag.
waarbij Nederlan
ders worden bijge
staan door Fran
sen en Amerika
nen. De prinsessen
Beatrix en Irene
bezochten geëv=-
cueerden
aan de watersnood
in Nederland, de
Wereld van Week
tot week vloog
mee in een der
Amerikaanse
vliegtuigen die
zandzakken en
Koningin sprak op rubberboten
herdenkings- wierpen boven de
Zondag voor
radio, een dag
waarop de steden
Reprises en prolongaties
DON CAMILLO NU IN BIO
VOOR de negende week ver
toont De Uitkijk de En
gelse comedie „The gal
loping major", een renpaar
dengeschiedenis met vele
mooie staaltjes van Angel
saksische humor.
„Don Camillo" heeft zich
dan losgescheurd van Roxy
en staat nu in Bio te kijk;
dat gaat de 20ste Amster
damse week worden.
Onze „Sterren stralen over-
is Tuschinski nog niet uit.
Met al zijn goede en minder
geslaagde fragmenten ligt
het werkstuk van Rutten en
Toonder op Uw bezoek te
wachten, compleet met cou
leur locale uit de hoofdstad.
„Klokslag 12" is een Wes
tern van niveau. Cary Cooper
speelt er een plichtsbetrach-
tende sheriff in en het liedje
dat hij heeft te zingen heeft
zich inmiddels via de radio
enige bekendheid verworven.
Te zien en te horen in Van
Swinden.
In Hallen wordt „De ge
luidsbarrière" vertoond dat
de barre strijd om steeds
maar sneller te kunnen vlie
gen in beeld. Voor minnaars
van James Mason is er een
kans in Corso waar ze „Ope
ratie Cicero" laten draaien,
het verhaal van de Duitse
spionnagezaak in Turkije.
geïsoleerde dorpen,
een prachtige reeks
opnamen.
In Hannover
werd de laatste
vorst van Hanno
ver begraven en in
San Marino, 's we
relds kleinste re
publiek, gaan de
zaken minder goed
door een „koude
oorlog" met Italië.
In Duitsland heeft
men een nieuw
soort x-eddingboot
uitgevonden en
Koning Hoessein
van Transjordanië
heeft zijn militaire
opleiding in Euro
pa beëindigd.
Percy BassetS
werd wereldkam
pioen vedergewicht
en in Buenos Aires
verreden ze da
Grand Prix d'Auto
mobile: tien doden
onder 't publiek...