BOER EN TUINDER VAN DE STORMFLOED KATHOUEKE LAND- EN TUINBOUWBOND Jezuslijden en verrijzenis 14 Februari 1953 Pag. 7 REDACTIEi Secretariaat L.T.B. ADMINISTRATIE: uitsluitend Yoor L.T.B.-Ieden: Parklaan 12, Haarlem. Telefoon 18595. Giro 38204 LTB HET LAATSTE AVONDMAAL 1 Vorig jaar zijn wij gedurende de Vastentijd en de Paastijd aan het ver haal van Jesus' Lijden en Verrijzenis begonnen. We zetten de lofwaardige gewoonte Vastenmeditaties te houden dit jaar weer voort. We bespraken reeds Jesus' voorspellingen van Zijn Lijden en het verloop van de eerste dagen van de Goede Week. Wij volgden de ont wikkeling van Judas' heilloze plannen. De Pharizeën hadden besloten Jesus eerst na Pasen gevangen te nemen, maar Judas ging in het begin van de Goede Week (misschien was dat eerst Woensdag) naar hen toe en zei: „Wat geeft ge mij, als ik Hem aan u over lever?" Reeds de volgende dag kreeg Judas een kans Jesus te verraden. En het Sanhedrin tastte toe tegen de oor spronkelijke plannen in. Jesus had dat trouwens tevoren al gezegd, nl. op Woensdag in de Goede Week: „Gij weet dut het over twee dagen Pasen is; dan wordt de Mensenzoon overgeleverd, om gekruisigd te worden." (Mt. 26/2). In de loop van de volgende dag dron gen de leerlingen ei'op aan, dat Jesus hun zou zeggen, waar zij het Paasmaal moesten gaan bereiden. Vrijdags im mers zou het de eerste dag zijn der ongedesemde broden. De Sadduceën echter vierden dat jaar Pasen een dag later, want zij hadden met de Phari- zeeën onenigheid over de Paasdatum. Zo doende hadden de Sadduceën gelegen heid Jesus op Pasen ter dood te bren gen, op de Paasdag nl. van de Phari- zeeën. Jesus viert echter P^sen op Zijn sterfdag en daags tevoren, Donderdag, houdt Hij in de avond het Paasmaal. Lucas zegt dit het nauwkeurigst: „De dag nu van de ongedesemde broden was gekomen, de dag, waarop het Pascha geofferd moest worden", waarop dan de opdracht volgt het Paasmaal toe te bereiden. Ook Mattheus en Marcus zeg gen, dat Jesus op de eerste dag der ongedesemde broden, die opdracht gaf. De Joden aten de ongedesemde bro den 7 dagen lang. Vandaar dat Pasen de eerste dag der ongedesemde broden was. De nieuwe dag begon echter reeds de dag tevoren om 6 uur 's avonds. Men mag uit een en ander en uit het verdere vc|-haal dan concluderen, dat het kort \oor het aanbreken van die eerste dag der ongedesemde broden was, dus tegen de avond van Donder dag in de Goede Week, dat Jesus op dracht geeft in allerijl het Paasmaal te gaan bereiden. Bij Mattheus en Marcus zijn het de leerlingen, die vragen, om toebereidse len te treffen voor het Paasmaal: „Waar wilt Gij, vragen zij, dat wij de toebe reidselen voor het Paasmaal gaan ma ken?" Bij Lucas neemt Jesus Zelf het initiatief: „Toen nu de dag van de on gedesemde broden was gekomen, waar op het Pascha moest worden geofferd, stuurde Hij Petrus en Johannes heen en zeide: Gaat voor ons het Paasmaal bereiden, opdat wij het eten". Uit het voorafgaande is reeds waarschijnlijk, dat de voorstelling van Mattheus en Mar cus nauwkeuriger is, maar uit het vol gende blijkt dit nog duidelijker. Want Lucas vervolgt: „Zij zeiden Hem: Waar wilt Gij, dat wij het bereiden? Hij zei hun: Zie, als gij de stad binnengaat, zult gij een man tegenkomen, die een kruik water ^draagt; volgt hem in het huis, waar hij ingaat en zegt tot de heer van het huis: De Meester zegt u: Waar is de zaal, waar Ik met mijn leerlingen het Paasmaal kan houden? En hij zal u een grote opperzaal aan wijzen. geheel gereed. Maakt daar al les klaar. Zij gingen heen en vonden het. zoals Hij hun gezegd had: en zij maakten het Paasmaal gereed." Mar cus is nog duidelijker: want hij laat de leerlineen zeggen: „Dit zegt de Meester: Waar is Mijn zaal, waar ik met mijn leerlingen, enz." Wij zullen ons nu wel kunnen voor stellen, dat de leerlingen de gehele dag reeds hadden aangedrongen, waar de toebereidselen voor het Paasmaal moes ten getroffen worden. Zij wisten niet, dat Jesus Zijn zaal reeds besproken had, een zaal. geheel gereed en groot genoeg voor hen allen. Zeer opvallend is natuurlijk, dat Je sus niet ronduit zegt: Gaat naar die en die man. maar dat Hij het teken geeft van de man met de waterkruik. Wii komen daar de volgende week op terug. D. F. G. In korte tijd is door de kracht van het water een ramp over ons land gekomen, die ons lang zal heugen en waarvan de gevolgen nog niet te overzien zijn. Ik ben in de gelegenheid geweest een bezoek te brengen aan het over stroomde gebied en ik wil proberen van het kleine stukje wat ik heb gezien, iets op te schrijven voor het L.T.B.-orgaan. De kranten hebben al zoveel nieuws gegeven en de radio heeft al zoveel berichten verspreid dat het moeilijk is zich in deze stroom van berichten een weg te zoeken, vooral als men familieleden of bekenden in het overstroomde gebied heeft en men allerlei pogingen doet om contacten te leggen. Ik ben niet verder geweest dan een klein stukje van Noord-Brabant en het Oostelijke uiterste gedeelte van Flakkee en verder heb ik de evacué's zien binnenkomen in de Ahoy'-hallen, dus veel gezien heb ik niet, maar misschien toch meer dan vele L.T.B.-leden, die in hun eigen orgaan ongetwijfeld over deze nationale ramp iets willen lezen. De inleiding is al dat men een flin ke omweg moet maken om er te ko men, immers de Moerdijkbrug is ver sperd en men kan er alleen komen over UtrechtDen Bosch, enz. Mijn eerste bezoek was. aan de om geving van Dinteloord, waar enkele pol derdijken bezweken zijn. En als men dan een gat in de dijk ziet van enkele honderden meters, begrijpt men iets van de enorme kracht waarmede het water naar binnen is gespoeld. Stond er toevallig een niet te sterk huis in de buurt, dan werd dit in elkaar geperst. De dijkgraaf van de daar ondergelopen polders vertelde mij, dat de stormvloed van Zaterdag op Zondag 75 cm hoger kwam dan ooit te voren is gemeten. Niemand heeft ooit kunnen denken, dat zoiets mogelijk was en niemand was er op voorbereid. In West-Brabant zijn op Zondagmorgen mensen ter kerke ge gaan, die niet het flauwste vermoeden hadden, dat de dijk, waarover zij reden, plotseling buitendijk was geworden en het water de polders aan de voet van de dijk enkele meters onder had gezet. Toen de geestelijke op de preekstoel in de Vroegmis sprak over de overstro ming, zaten diverse parochianen te luis teren naar woorden, waarvan zij niets begrepen, omdat zij nog van niets wis ten. Ik hoorde nog van een gezin waarvan de ouders naar de kerk waren gegaan en de kleine kinderen hadden thuisgela- ten, alleen, want dat was de gewoon te. Toen zij weer thuis kwamen, stond het huis onder water en konden zij er niet meer in. Deze ramp is zo onver wacht gekomen als men zich maar kan indenken. Nog onverwachter dan de oorlog in 1940. Dat er zoveel mensen bij gevallen zijn, is ook hieraan te wijten. Er was springvloed, maar het is ieder een die bij het buitenwater woont, be kend, dat men dit elke 14 dagen heeft en daarvoor kan men niet wakker blij ven. De combinatie springvloed en stormvloed met N.W. storm heeft dit op zijn geweten en de ellende en ravage is nog ternauwernood te overzien. De normale veerdienst van Dintelsas naar Sluishaven vaart nog, al zijn de diensten tot het uiterste beperkt. De boot kon de haven niet binnenlopen en wij moesten overstappen in een mo torbootje van de genie-troepen, dat ons aan wal bracht. Eenmaal op het eiland is het al modder en water. De normale weg van Sluishaven naar Achthuizen is zwaar gehavend en alleen te berijden met tractoren. Wij dus te voet op stap langs een stuk dijk, dat plotseling ein digt en 400 meer verder weer begint. 400 meter dijk tot de bodem toe we$ Over de grasberm kan men nog gaan en springend vervolgt men zijn weg. Men komt op de dijk van de polder Galathee en men kan weer verder. Plotseling komt men aan een stuk waar van de breedte van de dijk van 5 a 6 meter nog meter over is. Ook het bitumerwegdek is verdwenen. Men kan na deze hindernis per auto verder, Tweede Katholieke Opleiding N XIX Te Bergen N. H. is de opleiding voor de Akte N XIX een feit geworden. Bij K.B. van 14 October 1952 heeft Hare Majesteit de Koningin goedgekeurd, dat de R.K. Landbouwhuishoudschool te Bergen N.H. het leerplan zou uitbrei den met de Opleiding voor de Akte N XIX en wel met ingang van 1 Augus tus 1952. Deze opleiding heeft in de Noordelijke provincies nog steeds weinig bekendheid genoten. Het aantal leraressen is er zeer klein, terwijl de behoefte aan landbouw- huishoudscholen- stijgt. Wij vertrouwen, dat onder Gods zegen deze nieuwe Opleiding moge bijdragen tot een krachtige uitbreiding en bloei van het landbouwhuishoudonderwijs in het Noorden en Westen van ons land. Het Bestuur, als er toevallig een in de buurt is en anders kan men te voet. Aan weerszij den van de dijk staat water, misschien 1 meter a 1 meter 50 hoog. In een week tijd is het al een eind gezakt, want het is zeker een meter hoger ge weest. En overal staan de boerderijen in het water tot aan de ramen of ho ger. Enkele gebouwen staan iets hoger en daar staan de deuren open en is men in de gebouwen doorgedrongen om een en ander te doen en zo mogelijk nog iets in veiligheid te brengen. Maar volgens de mensen is de wan orde in de schuren gewoonweg fantas tisch, evenals trouwens in de huizen. Men vindt een dode koe in zijn slaap kamer. Maandag vond iemand in een boerderij 2 paarden, die nog leefden en daar een week gestaan hebben. Hoe zo iets mogelijk is weet men niet en er wordt ook niet lang over gefilosofeerd, want het wachtwoord is heel eenvoudig: redden wat er te redden valt. In Achthuizen is het leven geconcen treerd op een kort stuk dijk waar de meeste huizen staan en de achtergeble ven bevolking woont en werkt. Er is van alles te doen geweest en er is nog veel te 'doen. Mensen evacueren, die ren evacueren. Zorgen voor voedsel, voor water, voor verlichting, voor laar-, zen, voor brandstof, voor gummi-hand schoenen, voor transport. Men is plot seling verzeild geraakt in een aparte sa menleving met zeer bijzondere belan gen, maar aan alles bemerkt men dat men het niet opgeeft, dat men vertrou wen. heeft in de toekomst, maar dat het zwaar valt omdat dit niet de eerste evacuatie is die men meemaakt en het hard is weer opnieuw te moeten begin nen en straks als men zijn eigen huis weer in kan de oneindige rommel moet gaan opruimen. Men kan nu nog niet overzien wat de schade is en wat er verder gaat gebeu ren. Wel loopt het water door de hui zen met geweld weg bij eb, maar er zijn ook polders die bij vloed weer even hard volstromen. De rommel bij sommige boerderijen, die in de stille kant Yan de polder liggen, is enorm. Daar liggen honderden vierkante meters bedekt met stro, met hout van verwoes te huizen, met lege benzinevaten en hieronder mogelijk cadavers en mis schien nog meer. Waar al deze rom mel ineens vandaan is gekomen, is ook niet gemakkelijk te volgen. In de polders staan de aardappelkui len met de rand boven water; bij een boerderij staat een glazen poterbewaar plaats. De bakjes met poters kun je zo zien staan door het glas heen, maar zij staan in het water en men heeft nog geen gelegenheid gehad ze er uit te ha len. Tractoren, landbouwmachines, wa gens, e.d. staan hier en daar langs de dijk, open en bloot. Onderdak er voor heeft men niet, maar men heeft ze ten minste kunnen redden en dat is al heel wat. In Achthuizen zijn, voorzover thans bekend, geen slachtoffers te betreuren, maar de materiële schade is zeer, zeer groot. In Oude Tonge ben ik niet geweest: de weg er heen is moeilijk en mijn tijd was beperkt. Het is daar nog veel er ger, omdat er zoveel mensen bij geval len zijn. Van wat daar is uitgestaan zul len wij nooit veel weten en nog minder begrijpen, maar de verschrikking moet daar groot geweest zijn. Van alle kan ten is hulp geboden, maar de ellende heeft men zelf moeten dragen. Er ligt ergens een hélicoptère in het water, die door een verkeerde manoeuvre van de dijk gleed en omsloeg. Men wil pro beren deze machine te bergen, want zij hebben onschatbare diensten bewezen bij het reddingswerk. Toen ik vertrok, waren in Sluishaven een paar ducks be zig zichzelf op de kant te werken. Een U.S.A. duck bemand met Duitsers, die geen Nederlands konden verstaan en in ieder geval deden, alsof. Maar zij kwa men helpen, want er liggen duizenden cadavers, die opgeruimd moesten worden en er lag een hélicoptère die geborgen moest worden. Evacuatie-adressen Beleefd doch dringend doen wff een beroep op al onze leden, die door de watersnood zijn getroffen om ons hun evacuatie-adres te willen mededelen. Wilt u hierbij uw oude adres vei* melden? Leden, die dit lezen en leden ttrt de getroffen gebieden kennen, willen deze op bovenstaande mede deling wel attent maken. Adreswijzigingen zenden aam Secretariaat L.T.B., Parklaan 12, Haarlem. POELDIJK Het was begrijpelijk, dat de voorzitter van Poeldijks L.T.B., de heer G. v. d. Berg, zijn tevredenheid uitsprak over het feit, dat een zó groot aantal leden ruim honderd de jaarvergadering bezocht. Over algehele tevredenheid kon hij echter niet spreken, want, hoewel het veilingcijfer hoger lag dan ooit te voren, loopt dit cijfer toch niet parallel met de winst. Deze winst moet door de gestegen productiekosten betrekkelijk worden genoemd. Vervolgens gaf spreker nog een uit voerige toelichting op de verschillende plannen, die aan de orde waren gesteld op de Bondsvergadering van de L.T.B. in Haarlem. Hij zeide, dat de loon- en prijspolitiek zeer nuttig werk heeft ver richt. Deze heeft o.m. de arbeidsrust bevorderd. De secretaris gaf hierna een overzicht van de toestand van de afdeling. Hieruit kon worden opgemaakt, dat het leden aantal 216 bedraagt. De belangstelling van de leden voor de vergaderingen stemde tot tevredenheid. Ook voor het tuinbouwonderwijs is groeiende belang stelling te constateren. De omzetting van de 'debatingclub in een studieclub is een groot succes geworden. Bij de mededelingen belichtte de voor zitter nogmaals het belang van het tuin bouwonderwijs. Ook drong hij er bij da leden op aan, om hun dochters meer gebruik te laten maken van het onder wijs, dat aan de landbouwhuishoudschool wordt gegeven. Bij de rondvraag be pleitte de heer L. Barendse de noodzaak de krentsters vrijgesteld te krijgen van premiebetaling bij de Wachtgeld- en Werkloosheidsverzekering. GEëVACUEERD VEE Landbouwers en anderen, die vee heb ben ondergebracht uit de rampgebieden, dienen, voorzover hun Plaatselijke Bu reauhouder hiervan niet op de hoogte is, een en ander onverwijld ter kennis van deze functionaris te brengen. Het is onder geen enkele voorwaarde toegestaan, dit vee in het district te verplaatsen of weer mede terug te ge ven aan de eigenaar zonder gepleegd overleg en verkregen toestemming van. de Plaatselijk Bureauhouder van de kwartiergever. HULP AAN STAMSELECTIE- BEDRIJVEN IN ZEELAND Uit verschillende delen van Nederland komt bericht dat men stamselectiema- teriaal beschikbaar wil stellen voor ge troffen stamselectiebedrijven. Degenen, die hun uitgangsmateriaal hebben verloren en toch in staat zijn in drooggebleven gebieden hun werk a'la stamselecteur voort te zetten, kunnen, zich wenden tot de Keuringsdienst Zee land, Grote Markt 9, Goes. Bij de opgave dient vermeld te den: 1. Welk ras men wenst. 2. Welke hoeveelheid men wenst. De Directeur van de Keuringsdienst Zeelan<k J. D. Dorst Als men wegvaart en een eind van de kant is, ziet men alleen maar de dijk met in de verte rijen bomen, een wa tertoren, een dorp en een molen. En als men het niet weet, zou men niet zeg gen dat achter die dijken geen land meer ligt, maar water, niets dan water en rommel. En dat is alles wat er van een schoon boerenland met grote vruchtbaar heid is overgebleven. Maar wij laten de moed niet zakken. Als God helpt en de mensen werken willen, komt het weer terecht en zal. al les weer goed worden. Alleen de do den worden begraven en het leven gaat verder, want wij kunnen dit land niet missen.

Krantenbank Zeeland

Watersnood documentatie 1953 - kranten | 1953 | | pagina 4