TUINBOUPF
Is de kruidenteelt
lonend
BLOEMEN
in deze week
Marlctnotities
De vroege vollegronds-bloemkool
Pag. 4
BOER EN TUINDER
14 Februari 1953
Overleg met Kruiden-coöperatie en Voorlichtings
dienst is noodzakelijk
Zoals bij alle land- en tuinbouwgewas-
ten is een lonende kruidenteelt van ver
schillende factoren afhankelijk. Voor de
kruidenteelt zijn deze in hoofdzaak de
volgende:
1* Past het te verbouwen kruidengewas
in uw bedrijf.
2. Is de grond geschikt voor het te ver
bouwen gewas.
3. Juiste bemesting.
4. Prima plaatmateriaal en/of zaaizaad.
5. Goede verzorging.
6. Doelmatige ziektenbestrijding.
7. Zorgvuldige en juiste oogst.
Indien een van bovengenoemde fac
toren ontbreekt, zal de teelt niet aan de
te verwachten resultaten voldoen.
Er worden een groot aantal kruiden
gewassen verbouwd. De z.g. bladgewas
sen (Digitalis lanata, Digitalis purpurea,
Viola tricolor, Atropa Belladonna, Lobe
lia inflata) zijn veel intensiever dan de
z.g. wortelgewassen (Valeriana off., Le-
vistieum off., Taraxacum, off., Archange-
lica off., Rheum palmatüm). Het gewas
dat u gaat verbouwen moet passen in
het teeltplan van uw bedrijf. Zo zijn de
wortelgewassen over het algemeen ge
nomen niet op hun plaats op een tuin
bouwbedrijf, daar deze te extensief zijn.
Hiervoor zijn de z.g. bladgewassen het
geschikst. De wortelgewassen zijn over
het algemeen het best op hun plaats op
de gemengde bedrijven.
Of men een bladgewas of een wor
telgewas gaat verbouwen hangt verder
af van de beschikbare arbeid in de
plant- en oogsttijd. Neem dan ook
nooit een grotere oppervlakte dan in
verband met de arbeid mogdlijk is.
Dit geldt speciaal voor de z.g. blad-
gewassen.
Het is niet zoals men voorheen wel
eens hoorde, kruiden groeien nog wel op
de slechtste grond. De financiële uitkom-
steix zijn op de slechte gronden dermate
laag, dat de teelt over het algemeen op
dergelijke gronden niet lonend is. De
verschillende gewassen stellen natuurlijk
hun bepaalde eisen aan de grond. De
z.g. bladgewassen eisen over het alge
meen een vochthoudend humusrijk zand,
zavel of lichte kleigrond. De z.g. wortel
gewassen vragen over het algemeen
HtllllllllllllllllllllltllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllilllillilllllHII
De aanvoer onderging deze week geen
merkbare verandering, evenmin als
de prijzen dit deden. De seringenaan-
voer bleef ruim, terwijl de prijs iets
steeg. Goede kwaliteit lila seringen
brachten het tot ongeveer 40 ct, uitge
zonderd de Lavaliënsis, die het tot 75
ct bracht. Groot is ook het verschil in
piïjs tussen de beide witte variëteiten
Madame Stepman en Marie Legraije,
waarvan 4-koppers resp. noteerden 60
90 ct en 2540 ct. Toch is de Legraije
een veel sterker soort en langer houd
baar op water. De Stepman heeft echter
een rechtere steel als voordeel en is lich
ter in gewicht, zodat deze meer voor
export gevraagd wordt, hetgeen in de
prijs tot.uitdrukking komt.
Rozen werden schaars aangevoerd en
noteerden voor de prima kwaliteit goe
de prijzen. Hiervan werd de Dame Edith
Helen met als topprijs 1.25 per stuk
het duurst betaald.
Anjers bleven schaars en in het al
gemeen matig in prijs. De Freesia aan
voer nam iets toe, vooral van de ge
kleurde knolfreesia's. De prijs voor de
prima kwaliteit was goed, voor iets min
dere kwaliteit echter zeer matig. Het
verschil in prijs is hier reeds de gehele
winter in verhouding veel groter dan het
verschil in kwaliteit, hetgeen wel gewe
ten moet worden aan de export.
Calla's noteerden 5565 ct; eixkele
zeer schaarse pai-tijtjes Gerbera tot
30 ct; een regelmatige kleine aanvoer
Van Convallaria 1520 ct.
Op de potplantenmarkt werd de Cycla
men aanvoer beduidend minder, evenals
de kwaliteit hiervan. De prijs liep even-
eeixs terug. Azalea's bleven vrij talrijk
en redelijk in prijs (f2,—f6,). Cinera
ria's en Calceolaria's, aankondigingen
van het naderende voorjaar, kwamen
ruimer ter veiling in goede kwaliteit.
De prijzen waren resp. 80 ctf 1,60 en
4060 ct, de laatste in kleine pot.
vochthoudend zand of zavelgrond.
Voorkeur voor organische bemesting
De thans voornaamste kruiden zijn al
le zeer dankbaar voor een organische
bemesting met compost of oude stal
mest. De kunstmestgïft die u straks ziet
aangegeven in de teeltinstructies van de
gewassen voor 1953- (als u gaat telen)
zijn alleen richtlijnen.
Deze bemesting is in grote mate- af
hankelijk van de bemestingstoestand van
de grond. Ga dus niet zonder meer de
bemesting geven die in de teeltinstruc
tie staat aangegeven, maar vraagt u
eerst af welke bemesting het betreffen
de perceel nodig heeft. Indien u niets
bekend is van de bemestingstoestand van
de grond, laat dan eerst een grondmon
ster onderzoeken.
Bij verschillende gewassen gaat men
uit van planten. Voor de thans belang
rijkste z.g. wortelgewassen zijn dit: Va
leriana off., Levisticum off., Rheum pal
matüm en de z.g. bladgewassen Digita
lis purpurea en Digitalis lanata.
Als men zelf de planten heeft geteeld,
plant dan alleen die uit, welke aan de
gestelde eisen voldoen. Verder sorteert
men ze in planten van dezelfde ontwik
keling, welke afzonderlijk worden uitge-
plant.
Men ziet jaarlijks nog plantmateri-
aal gebruiken, dat niet aan de gestel
de eisen voldoet. Vergeet niet dat van
een slechte plant geen goede opbrengst
verwacht kan worden en dat tijdig
(afhankelijk van het gewas) geplant
moet worden.
Vele planten worden echter niet door
de teler zelf gekweekt, maar betrokken
van de coöperatie, die ze laat telen bij
bepaalde plantentelers. Het is dan ook
een zeer voorname factor voor het be
stuur der coöperatie er voor te zorgen
dat alleen planten aan de telers afge-
De teelt van vrijsters wordt betrek
kelijk weinig toegepast, omdat er en
kele x-isico's aan verbonden zijn. Al
lereerst is het mogelijk dat de weers
omstandigheden de uitzaai onder plat-
glas niet tijdig toelaten, zodat het pro
duct aan de late kant zal zijn. Nu kan
men wel in de kweekkas zaaien. Hier is
de temperatuur gewoonlijk te hoog, bij
het uitplanten is de overgang te groot,
zodat er. klemharten zullen optreden.
Vooral als na het uitplanten droog en
schraal weer optreedt, heeft men er last
van. Ook de platglasplanten ontkomen
er niet aan, maar ze zijn toch minder
gevoelig. Weeuwenplanten hebben minder
last van klemhart, wel van harteloos
heid, maar- procentsgewijze is de uit
val bij vrijsterplanten veel groter.
Nu zijn er nog een aantal andere fac
toren, die invloed hebben op het optre
den van klemharten. Door hieraan de
nodige aandacht te schenken, kunnen
we het percentage klemharten ver
minderen, wanneer men vrijsterplanten
teelt om de gevaren van de winter
te ontlopen.
Voorkom groeistoringen.
De rassen van de Alpha-Recordgroep
zijn gevoeliger dan Lecerf. Merkwaar
dig is dat bij weeuwenteelt Lecerf meer
hartloosheid vertoont dan de Alpha-Re-
eordrassen, hoewel beide verschijnsel
len een gevolg zijn van groeistoornissen,
die een voortijdige overgang naar bloei-
rijpheid veroorzaken. Men moet dus
groeistoring zoveel mogelijk voorkomen.
Op vroeg bewerkte grond Is het aan
tal klemharten kleiner dan op grond
die vlak voor het uitplanten is gespit.
Hoe zwaarder de grond, hoe vroeger
men moet spitten. Gronden, die rijk
voorzien zijn van organische stof ge
leverd worden, die aan al de gestelde
eisen voldoen.
Voor wortelgewassen ondergronden.
De goede verzorging begint bij het
ploegen. Voor wortelgewassen is het over
het algemeen noodzakelijk om het be
treffende perceel te ondergronden. Het
is meermalen gebleken dat deze wortel
gewassen een diepe losse grond vragen
en dat ondergronden dan ook zeer goe
de resultaten gaf.
Het planten moet zorgvuldig geschie
den. Men mag nooit uitgaan van het
idee: een kruidenplant duwt men maar
zonder meer in de grond en hij groeit,
ook niet bij Valeriana off. Op het per
ceel waar geplant wordt zet men een
aantal planten oan eventueel tussen te
planten. Als er uitval is mag dit tussen
planten onder geen enkele voorwaarde
achterwege blijven. Ook niet als men
op het eerste gezicht meent dat er maar
zeer weinig uitval is. Bij het tussenplan
ten blijkt vaak dat er nog heel wat le
ge plekken zijn. Direct na het planten
wordt de grond los gemaakt.
Het is noodzakelijk, om een zo hoog
mogelijke opbrengst te verkrijgen, ook
de ziektenbestrijding voor 100 pet uit te
voeren. Ik denk hier b.v. speciaal aan
de zwamziekten, Septoria digitalis Pas
ser, bij Digitalis lanata, die kleinere en
grotere donkerbruin-paarse vlekjes op
het blad vertoont en die rond tot onre
gelmatig van vorm zijn en vooral in de
maanden Juni en Juli optreedt.
Oogst een prima product!
Als de verzorging in orde is, verge
makkelijkt dit in sterke mate de oogst.
Bij levering aan de drogerij moet het
product aan de gestelde eisen voldoen.
Zo mag bij de z.g. bladgewassen bij le
vering geen ziek en geel blad en zand
voorkomen. Denk aan de leveringseisen,
want de bedrijfsleider van uw coöpera
tie zal hieraan nog veel sterker dan
voorheen de hand houden. Als het pro
duct bij levering niet aan de gestelde
eisen voldoet, zal het zonder meer wor
den afgekeurd en men krijgt niets uit
betaald. Dit is noodzakelijk om met een
kwaliteitsproduct (dat afzet vindt) op de
markt te komen.
Als u de bovengenoemde factoren met
juist uitvoert, zal dit de opbrengst aan
zienlijk drukken. Wanneer u met kruiden
teelt begint, denk dan aan het spreek
woord: niet het vele is goed, maar het
goede is veel. Als we genoemd spreek
woord in de praktijk toepassen, zal de
kruidenteelt voor u geen mislukking
worden maar zeer zeker voor vele be
drijven een goede lonende teelt.
Voordat u aan deze teelt begint is over
leg met uw Kruidencoöperatie en de
Rijkstuinbouwvoorlichtingsdienst nood
zakelijk.
P.COUWENBERG.
ven minder klemharten. Organische
bemesting werkt zeer gunstig.
Hiervoor zijn twee verklaringen: or
ganische mest bevat het spore-element
molybdeen. Regelmatige bespuiting met
een 0,010,1 pet. oplossing van ammo-
niummolybdaat tijdens het opkweken
van weeuwenplanten van Alpha en na
het uitzetten in een serie voorkwam
klemhart. Onder de niet-bespoten plan
ten kwamen wel klemharten voor. Bo
vendien laat organische mest de stikstof
geleidelijker ter beschikking komen.
Snelwerkende stikstof en overmaat
stikstof veroorzaken eveneens klemhar
ten. Geef dus in geen geval snelwer
kende stikstof, voordat de kool na het
uitplanten ruim over het kritieke sa-
dium heen is, en dien ze dan in twee of
drie keer toe met tussenpozen van en
kele weken. Bij voorraadsbemesting ge
bruikt men kalkammonsalpeter of zwa
velzure ammoniak.
Planten goed afharden
Planten, die in potten zijn opge
kweekt, zijn minder gevoelig dan vol-
velds verspeende, de zogenaamde trap-
planten, die zonder kluit worden uitge
zet. Planten in perspot kunnen even goed
zijn als planten in stenen pot, als men
zorgt dat de perskluiten niet uitdro
gen.
Als laatste punt geldt dat de over
gang bij het uitplanten niet te groot mag
zijn. De planten moeten goed afgehard
worden, maar niet Overmatig, want dan
kunnen de klemharten al in de bak op
treden. Plant zo mogelijk uit bij groei
zaam weer, waarbij geen grote tempe
ratuursverschillen, .schrale winden en
droogte verwacht kunnen worden. Zet
de planten anders op een beschutte
plaats, het gevaar van klemharten is
dan ook minder.
Ir. L. M. BOUTEN.
In verschillende delen van het land,
vooral in de teelt-centra van specifieke
winterproducten, zijn tengevolge van de
watersnood prijsstijgingen voorgekomen,
die in de afgelopen verslagweek, die
Dinsdag 10 Februari. eindigde in het
bijzonder betrekking hadden op uien,
prei, spruiten en in mindere mate op
witlof en waspeen. Dit is rxiet verwondex'-
lijk als men bedenkt dat juist de over
stroomde eilanden belangrijke productie
gebieden waren voor de meeste van deze
artikelen.
Het valt neg niet te overzien of deze
stijvere markt zich in de komende we
ken zal handhaven, want ten aanzien
van b.v. uien kunnen wellicht enige spe
culatieve tendenzen werkzaam zijn, die
op korte termijn verandering in het
marktbeeld kunnen veroorzaken. Verheu
gend is het dat de uitvoer van tuinbouw
producten tengevolge van deze hogere
prijzen nog geen terugslag heeft gekre
gen, zodat de verladingen uit alle delen
van het land, behalve uit de getroffen
gebieden, normaal voortgang vonden.
De uien vertoonden wel de grootste
prijsstijging, nL van 30 via 40-45 enige
dagen na de ramp, tot 50-60 ct per kg
in het begin van deze week. Regelma
tige uitvoer naar de buurlanden, Frank
rijk, Zwitserland, Ierland, Zweden en
Noorwegen werd gehandhaafd ondanks
het hogere prijspeil. Op Flakkee en
Schouwen-Duiveland zijn grote hoeveel
heden uien verloren gegaan, zodat de
handel in dit product zich momenteel
concentreert op Noord-Holland, dat na
de overstroomde gebieden het belang
rijkste productie-centrum voor dit arti
kel is. Ook voor het binnenland zijn de
uienprijzen opgelopen, hoewel de ver
schillen plaatselijk nogal groot zijn; min
dere kwaliteit kwam tot 18-34 et per kg.
Ook de handel in prei verliep vlot
met hogex-e prijzen tot om- de 60 ct per
kg, hier en daar tot 70 ct. Voor het bin
nenland was voldoende prei beschikbaar
omdat veel partijen niet voor export
geschikt waren. Tweede soort, mits van
goede kwaliteit, ging voor export weg
van 28 tot 42 ct. De belangrijkste af
nemers in het buitenland waren Duits
land, Zwitserland en België.
Hoewel de wortelgewassen in het al
gemeen nog niet een dergelijke prijsstij
ging vertoonden, kwam de fijne was
peen toch al tot 30 ct per kg, vooral
die uit Rijnsburg-Katwijk. Overig'ens van
17 tot 25 ct, grove peen van 9 tot 13 ct
per kg.
In de krotenhandel bleef het kalm ver
lopen. Voor export was niet veel animo,
zodat de meeste partijen van de hand
gingen voor 6 tot 16 ct per kg. Tegen
over de kroten waren de schorseneren
goed gevraagd, hoewel dit artikel vrij
wel alleen voor exportbestemming hoge
prijzen opbracht; goede tot 60-70 ct, sor
tering II van 33 tot 42, overigens 18 tot
26 ct.
De afzet van witlof was niet onbete
kenend, omdat steeds meer aanvoerders
met dit product ter veiling komen. Niet
temin zijn de prijzen gestegen; de goe
de partijen kwamen weer boven de 50
ct per kg, plaatselijk tot 57, mindere
kwaliteit van 40 tot 46 ct. Er is nog
steeds geringe uitvoer naar Duitsland.
De afzet van sluitkool heeft nog wei
nig opleving te zien gegeven. Behalve
de kleine maat rode kwam nu ook de
gele kool boven een dubbeltje per kg,
maar het gros van deze kool kwam niet
boven de 8 ct, hoewel een regelmatige
uitvoer, o.a. naar Duitsland, Engeland,
Frankrijk, Oostenrijk en Italië, gehand
haafd werd. Gi'oene kool, waarvan de
aanvoer geringer is, werd beter gewaar
deerd en ook de boerenkool van goede
kwaliteit is de laatste dagen in prijs
gestegen, zodat plaatselijk werd besteed
tot 40-45 ct, maar overigens tegen sterk
uiteenlopende prijzen in verband met de
kwaliteit.
Met de spruiten ging het eveneens
niet onbevredigend. De prijs, die vrijwel
onmiddellijk na de ramp reeds opliep,
bleef ook de laatste dagen rond de 70
ct per kg voor de beste kwaliteit, mede
dank zij de slechte weersomstandighe
den, die de aanvoer in nietgetroffen ge
bieden aanzienlijk deden teruglopen.
Knolselderij was hoog in prijs, vooral
op die veilingen waar nog voor export
werd geladen. Grote knollen gingen tot
30-35 ct per stuk, overigens tegen geva
rieerde prijzen van de hand.
Van de glasproducten waren het in
hoofdzaak de andijvie en de kropsla, die
werden aangeboden voor resp. rond een
gulden per kg en 30 ct per krop. En
kele partijtjes spinazie noteerden van
58 tot 1,00 per kg, raapstelen van 7.80
tot 10.00 per 100 bos, radijs 10 tot 16
ct per bos en rabarber van 43 tot 56 ct
per kg. Druiven noteerden van 2,00 tot
2.30 per kg.
De handel in fruit heeft nog geen op
leving te zien gegeven. Nu verschillende
soorten van de markt verdwenen zijn,
komen nog in hoofdzaak Jonathans en
Goudreinetten voor de klok, die in door
snee niet meer opbrengen dan 25-30 ct
per kg wegens de nog altijd teleurstel
lende vraag voor export.
Percentage klemharten zo veel mogelijk beperken
Voor de voorjaarsteelt van bloemkool onder glas is het beslist nodig om
weeuwenplanten te kweken. De laatste jaren is er wel een neiging om de
traditionele zaaidatum van 21 September te verlaten en omstreeks 25 Septem
ber tot zelfs begin October te zaaien. Men gaat dan met een kleiner plantje
de winter in en dit kleinere plantje is beter bestand tegen de gevaren van de
winter. De vroege vollegrondsteelt kan echter ook gebruik maken van vrijster
planten. Afhankelijk van het weer moet dan in Januari tot begin Februari
onder glas gezaaid worden.