Het hemelbed als film Herman Bouber zwerft met zijn troep door de polders Herman Kruvder Hollywood was Rotterdam voor Jan de Hartogs verhaal op het witte doek met getekende overgangen FILMPIONIER OVERLEDEN SVETLANA BERIOSAVA opvolgster van Fonteyn Continuïteit van reputatie verzekerd Schrijvers hebben invloed Alfred Cortot neemt afscheid Maar hij iverkt zonder subsidie bezeten StllIllP schilder Aterdag 14 Februari 1955 ALGEMEt DAGBLAD Pag. 7 door Hugo Lous. PARIJS. Het gebeurt zelden, dat een toneelstuk hier te lande pas in première gaat wanneer er reeds een film van gemaakt is. Meestal zien wij het stuk een jaar of enkele jaren eerder. Zo was het bijvoorbeeld bij Born Yesterday, acteurs, en ook in het dagelijks leven samen getrouwd! Schrijver Jan de Har- log gaat, bij al zijn onmiskenbare kwa liteiten, wel eens over de schreef, en dat heeft in de schouwburg vooral Ko van Dijk verleid tot een vrij ordinaire toon; het valt moeilijk te geloven, dat wij in deze hoofdpersoon te maken hebben met een succesvol romanschrij- Het hoog-Engelse accent van Rex Tramlijn Begeerte, De dood van Harrison in de film komt op zijn beurt een handelsreiziger. Het hemelbed I *'el ®en.s in conflict met de stijl van _t j De Hartog, maar al met al doet de (notabene van de Nederlandse film beschaafder en prettiger aan, auteur Jan de Hartog) is zo'n merkwaardig uitzonderingsgeval Toen het Rotterdams Toneel begin Januari dit stuk op zijn program ma zette, had de Stanley Kramer Mij. te Hollywood haar verfilming daarvan (The fourposter) al ge reed. De Columbia Pictures, die de Kra mer-producties uitbrengt, stelde ons in de gelegenheid om in haar Parijse showroom met de film kennis te ma ken. Dat was natuurlijk dubbel belang wekkend nu Rotterdam de primeur van het toneelstuk heeft gehad. Vergelijkingen tussen stuk en film dringen zich vanzelfsprekend op; te meer omdat de verschillen zo groot blijken. Want terwijl het stuk wordt aangekondigd als een blijspel en de Rotterdamse regie het zelfs vrij sterk naar het burgerlijk-kluchtige laat over hellen, blijkt de film zeer sterk ironie af te wisselen met tragiek en weemoed en als geheel een verfijnder toon aan te houden. Dit is niet alleen bereikt door een andere spelopvattingmaar ook door grote afwijkingen in de tekst. Het toneelstuk, zoals het Rotterdams Toneel het speelt, bevat gehele brokken dialoog, die in de film niet voorkomen. En omgekeerd toont de film ons ganse episoden, die op de planken ontbreken. Wij kunnen niet beoordelen of het oor spronkelijke Broadnuay-toneelstuk voor Nederland sterk is omgewerkt, of dat het juist de filmers zijndie aan het veranderen sloegen. Zoveel is zeker dat De Hartogs gegeven een film op leverde, die dieper ontroert en ons langer bijblijft dan de Rotterdamse toneelvertoning. Jan de Hartogs opzet is, zoals be kend, het weergeven van het huwelijks leven van twee mensen in episoden, die zich met tussenruimten van een aantal jaren afspelen in hun slaapka mer. Het antieke hemelbed, dat in die kamer de pièce de résistance is, geeft de geschiedenis haar titel. Het geval munt nit door de natuur lijke toon en de vele voorbeelden van scherpe observatie, zoals we dat van De Hartog kennen. Voorts is het In één opzicht niets meer of minder dan een stunt: er komen in het gehele j stuk slechts twee mensen voor. Bij het Rotterdams Toneel zijn dat Ko van Dijk en Lily Bouwmeester. In de Amerikaanse film zijn het Rex Harrison en Lilli Palmer.. Engelse Costuums en décors zijn daar ook heel wat beter verzorgd en definiëren de verschillende data van de scènes veel scherper. Verfilmd toneel Aangezien ook in de film zeven kwar tier lang slechts twee personen op het doek komen, kon regisseur Irving Reis er practisch gesproken niet aan ontko men dat zijn rolprent in grote trekken ging bestaan uit verfilmd toneel. Waar hij echter zijn kans zag, heeft Reis een knappe uitdrukkingsvorm gevonden, zo als bijvoorbeeld in de prachtige scène (welke in het toneelstuk hier niet voor komt), waar het speelgoed van de ge sneuvelde zoon in actie komt en al ra telend en hamerend de radeloosheid van de moeder symboliseert. Bij deze Fourposter is tenslotte een experiment toegepast, dat alle aan dacht verdient. Terwijl we bij Walt Disney al enige malen normaal g speelde scènes hebben ontmoet, d dienden om verschillende stukken t kenfilm aan elkaar te lijmen, zien in The fourposter de eerste speelfili waarvan de episoden verbonden zijn door tekenfilm. Columbia beschikte daartoe over Bo- sustows UPA studio's, wier zeer apar te werk in deze kolommen onlangs reeds is gesignaleerd. UPA zag kans om De Hartogs Fourposter-verhaal te completeren met verfijnde stukken te kenfilm. deels humoristisch, deels be paald indrukwekkend. Het is een sys teem, dat bij veelvuldige 'toepassing allicht veel van zijn kracht zou verlie zen. maar dat voor deze film, die een groot tijdperk omspant, een vondst van betekenis mag worden genoemd. Lilly Palmer zegt tegen haar man Rex Harrison, dal zij Item wil verlaten na het hutvelijk van hun dochter. Een scène uit de verfilming van het toneel stuk Het Hemelbed van Jan de Hartog. TENTOONSTELLINGEN ROTTERDAM. Museum Boymans Lucas van Leyden en tijdgenoten; Venster: Benner, tot 6 Mrt. Kunsl centrum De Brug: Jan van Doorn, to 12 Febr.: Scliielandshuis: Prentei •an Wally Elenbaas. tot 1 Maart. DELFT' Het Prinsenhof: Kees Ve- -;ey. tot 15 Mrt. DEN HAAGGemeentemuseum Cerstgroepen uit Italië, Zuid-Duit and. Tirol en Nederland, tot 23 Febr Ierman Kruydcr, tot lfi Maart •Cunstz Bcpupwitz- Oswald ■t'Aumèri' •>t 8 Maart: AMSTERDAMStedelijk Museun 'unstenaars op de bres. collecte Jomnich. tot 2 Maart; Mus. Fodor ollectïe Sin. tot 5 Maart; De Waa? <unst en smaak, tot 19 Febr; Kunst* an Lier: Paut Kerkhof, tot 28 Febr Cunsth. Martinet: Tajiri en Alechins- :y. tot 11 Maart: Artl et Amicitiar Herdenkingstentoonstelling Hendri'- 'an Wolter LAREN: Kunstz. Hamdor-ffere tentoonstelling W. A. Knip. AMERSFOORT: 't Oude Wevers- 'auys: Tien grafici en twee edelsme den, tot 2o Febr. ENSCHEDE: Rijksmuseum Twenther Bont en blauw, tot 23 Febr. GRONINGEN: Provinciehuis: Noor delijke kunstenaars, tot 18 Maart. GREENFORD. De Britse filmpio nier Cecil Hep worth, die door de ver filming van de begrafenis van Konin gin Victoria in 1901 fotografische ge schiedenis heeft gemaakt, is te Green ford in de ouderdom van 79 jaar overleden. Hepworth heeft in 1898 te Walton-on- Thames waar op het. ogenblik de grootste studio's van Set Britse rijk staan de eerste filmstudio ter we reld gebouwd. Hij heeft tientallen zwijgende films geregisseerd en vele van Engcland's eerste filmsterren be roemd helpen maken. In een van Hepworth's, eerste zwijgende films H... Rescued by rover traden hij- geheel nieuwe werken zullen worden g* zelf, zijn vrouw, dochter en hond op. bracht met medewerking van de gre Na de eerste wereldoorlog werd hij prima-prima-ballerina Margot Fonte een vooraanstaande figuur in de film- en de jonge veelbelovende ster Svetla industrie. Hij werkte afwisselend als Beriosava. directeur, regisseur. en scenario- De twee vorige tournées door Am schrijver. Hij trok zich 25 jaar gele-1 rika zijn een groot succes geword den terug, maar hield als technisch en hebben Engeland elk ongeveer t\ adviseur contact met de industrie. millioen gulden aan dollars opgelevc Troef van Sadler s Wells ballet Nieuwsdienst Algemeen Dagblad j En men gelooft dat de resultaten nu niet minder zullen zijn. LONDEN. Het beroemde Sad ler's Wells ballet, het Engelse natio-i Svetlana Beriosava is een voorname nale gezelschap, dat van staatswege I tr°ef handen van hen, die zweren een jaarlijkse subsidie geniet van 'bij de toekomst van Sadler s Wells. zeshonderdduizend gulden, is de laat- Het is een 21-jarige Lithause, die reeds ste tijd nogal een onderwerp van dis- als kind haar opleiding begon en die cussie geworden. Er zijn stemmen op- I nu haar kansen krijgt in belangrijke gegaan, die beweren dat de troep rollen bij het Britse nationale ballet. niet meer in staat zou zijn de schit-;Zij wordt beschouwd als de opvolgster terende reputatie te handhaven, wel- van Margot Fonteyn, die op het ogen- ke hij zich na de oorlog heeft verwor- j blik langzaam herstellende is van een aanval van diphtherie en die overigens met het oog op haar leeftijd zi; is drie-en-dertig wel niet vele jaren meer de eerste danseres van het gezel schap zal kunnen zijn. Ballerina's als Fonteyn duiken slechts eens of tweemaal in een mensenleef tijd op, maar met Beriosava, die door de grootstè meesters is opgeleid, heeft Sadler's Wells het geluk gehad zich tij dig van de continuïteit van zijn reputa tie te verzekeren. Hoe lang die continuïteit en die le gendarische roep nog zullen standhou den? De critici van Covent Garden zijn op dat punt nogal sceptisch, maar dat zijn critici meestal. Er staan trouwens enige nieuwe balletten op stape' van John Cranko en Andrea Howard, die over enkele maanden het repertoire van oude successtukken Swan Lake en Sleeping Beauty zijn nog altijd in trek op welkome wijze zullen aanvullen. En daarna moet het ballet maar zélf tonen dat het tot een renaissance, waar aan velen twijfelen, in staat is. Op het ogenblik schijnt de weegschaal nog in evenwicht. Naar welke kant zal zij door slaan? ven, dat het repertoire een zekere ver starring dreigt te ondergaan, dat men niet meer ondernemend en avontuur lijk genoeg is om meer nieuwe bal letten te brengen en meer jonge ta lenten een kans te geven. Kortom, dat Sadler's Wells op de duur als een soort nationaal monument zou moe ten worden beschouwd inplaats van een levende, culturele kracht. Natuurlijk heeft elk kunstenaarsen semble, dat zich in de gehele wereld roem heeft verworven en een klasse op zichzelf is geworden, wel de nei ging om het bereikte als doorslaggevende maatstaf te accepteren en op de lau weren zijn bed te spreiden. Doch de be wonderaars ontkennen heftig, dat di' met Sadler's Wells het geval zou zijr En inderdaad bereidt de troep zich mt alle vitaliteit voor op zijn derde Ami rikaanse tournée. welke dit najaar begir waarbij naast klassiek werk Engeland leerde Svetlana Beriosaxa kennen als jonge ballerina van het Me tropolitan Ballet uit New York tijdens een tournee in 1949. Nu is deze jonge en leelbelox ende danseres de hoop tan Sadler's IF ells. door Delboy Ba er DEN HAAG. Het maakt even stil: Alfred Cortot, nestor van de Franse pianisten en nu in zijn 76e jaar, zal voor het laatst in ons land te ho ren zijn. Op 24 Februari speelt hij in de grote zaal van het Concertge bouw te Amsterdam, de avond tevo ren te Arnhem, de 25ste in Den Haag en de 27ste te Rotterdam. Zijn lieve lingscomponisten, Chopin en Schu mann Carnaval staan op het programma. komt bij hem pas op de tweede plaats, hetgeen zeker ook te horen is. Zowel op zijn recitals als ook op de talloze gramofoonplaten maakt hij wel eens een misslagje, maar dit Alfred Cortot: Voor hel laatst op de Nederlandse podia. heeft de ware muziekliefhebber nooit gehinderd. Wars van de moder ne virtuositeit is hij een wereldver maard paedagoog die vooral ook do philosofische zijde van het klavierspel aan zijn leerlingen trachtte bij te brengen. Fernandel als Napoleon ROME (AP) José Ferrer en de Franse filmster Fernandel zullen sa men optreden in een film, getiteld Alexander en Napoleon, waarin Fernan del voor het eerst Engels zal spreken. Met de opnamen wordt in April in Ita lië een begin gemaakt. Ferrer zal de regie voeren. Beide sterren zijn voor nemens in 1954 samen een tweede film te maken. AMSTERDAM (AJJ.P.) De Neder landse Comedie neemi voor het seizoen 1953-1954 de Amerikaanse stukken The Crucible van Arthur Miller en Seven Year Itch van George Axelrod op haar repertoire. Hij werd op 26 September 1877 te Nyon bij Genève geboren en studeer de aan het Parijse Conservatorium bij Decombes en Diémer. Als velen werd ook hij koorrepetitor te reuth. Hij kreeg Wagners muzieklief en propageerde deze krachtig als ope radirigent te Parijs. Pas toen hij 28 jaar was, begon hij zich geheel aan de piano te wijden. Met Jacques Thïbaud, die op papier al vele malen afscheid van het po dium heeft genomen, en de cellist Pablo Casals vormde hij een van de meest vermaarde trio's. Op zijn laatste wereldtournée, die nu aan de gang is, bezocht hij reeds Ja pan, Zwitserland en België. Overal nam men geroerd en node afscheid van deze verfijnde Franse cultuur mens, wiens manuscriptenverzame ling muziek en literatuur zeer bekend is. Het zal vreemd zijn Al fred Cortot, die na een zware oogope ratie zeer slecht van gezicht is ge worden, op onze podia te moeten missen. Nieutv procédé voor kleurenfilms Nieuwsdienst Algemeen Dagblad HOLLYWOOD. De 20th Century Fox film heeft een nieuw procédé voor kleurenfilms in gebruik genomen. De kleuren zijn iets minder fel dan bij Technicolor eh het procédé heeft boven dien het grote voordeel dait de produc tiekosten voor het maken van copieën belangrijk goedkoper is dan bij de an dere procédé's. De zeven zuilen der wijsheid in reliëf Nieuwsdienst Algemeen Dagblad HOLLYWOOD. Cinerama, de nieu we Amerikaanse „film in reliëf" gaat een film maken, gebaseerd op „De ze ven ziuiler. der wijsheid", het beroemde boek van Lawrence van Arabië. De fotografie komt in handen van Winton Hoch, die ook The quiet man heeft op genomen. JONGE schrijvers van vandaag willen er zich wel eens over beklagen, dat hun boeken zo'n geringe weer klank vinden. Het is niets gedaan met ons vak, zeggen zij. De i werkelijkheid, die wij uitbeelden, wordt niet aanvaard en in de schoon heid, die wij met zoveel pijn trach- I ten te creëren, gelooft, op een enke- I ie uitzondering na, geen mens. De boeken, die wij schrijven, hadden net zo goed niet geschreven kunnen worden. Welke schrijver met een beetje gezond verstand verbeeldt zich nog, dat hij invloed heeft? Wie zo redeneert, moet toch wel kleinmoedig zijn. Het is immers al tijd zo geweest, dat schrijvers zich de rol zagen toegewezen van roepen den in de woestijn te zijn. De intel- ligentsten legden zich daar dan ook bij neer. Slendha: 'ei in 1830: „Over zestig jaar, i£jÜfei -1"1 za* men mÜ gaan lezen". -jiVj gelijk ge had. Natuurlijk waren er ook, die reeds bij hun leven succes hadden en naar wie van meet af aan met eerbied werd geluisterd, maar dezen bevonden zich altijd in de minder heid. Tegen één Goethe telt men tien Kleists en tegenover één Dickens staan wel honderd Chatter- tons. Men kan zich overigens afvra gen, of het aanzien, de macht en de waardigheid van die enkelen in onze fantasie niet schromelijk over dreven wordt. Het is bekend, dat Goethe, zo beroemd als hij was, als leider van het toneel te Weimar met alle mogelijke bezwaren van preutse oude dames rekening had te houden en dat Dickens, wiens ro mans in afleveringen verschenen, bij het geringste symptoom van het ver flauwen van de aandacht de nodige veranderingen aanbracht in de lot gevallen van zijn helden. HOE vrij is de hedendaagse schrijver, bij die mensen van vroeger verge leken. Zelfs de machtige doctor John son moest zich buigen voor zijn be schermheren, die hem in ruil ervoor, dat hun naam vóór in het boek werd genoemd, met een paar honderd pond aan zich verplichtten. Ongetwijfeld had Johnson meer waardigheid dan een dichter en criticus van zijn rang tegen woordig bezit, maar zijn maatschappe lijke plaats was tevens veel afhankelij ker. Van wie hangen de schrijvers thans af? Van de uitgevers en recen senten. en ook van het publiek. Nu. dat is niet zo erg. want wat de ene uitge ver niet hebben wil, is vaak welkom bij de ander en ook critici hebben geen eensluidend oordeel, terwijl wat de smaak van het publiek betreft is er wel iets, dat ogenschijnlijk grilliger, doch op den duur rechtvaardiger is, te vinden? De waardigheid van de hedendaagse schrijver moet men dus zoeken in zijn vrijheid. Goed, laat hij dan arm zijn en onbekend zijn, maar hij kan in elk geval zeggen, wat hij wil. Dat is enorm veel waard in een maatschappij, waar vrijwel iedereen een of meer bazen bo ven zich heeft, die hem beletten te ui ten wat hij denkt, en waarin een op het stimuleren van de verkoop gericht reclame-apparaat vrijwel al wat echt is, dreigt te overstemmen. Wie zijn thans de grote individualisten? Toch zeker de schrijvers. Wie zijn vrijwel de enigen, die het 'onophoudelijk voort gaan van de staat trachten te stuiten? Alweer, de schrijvers. Toen Hitler in Duitsland de macht aan zich trok, wa ren het de schrijvers, die bij wijze van protest nagenoeg gezamenlijk emigreer den, en het verzet tegen de huidige heksenjacht in de Ver. Staten wordt voornamelijk door de schrijvers geleid. Zij tonen hiermede een onbedrieglijk HET VERGETEN VOLKSTONEEL "pOEN na de oorlog het toneel werd gereorganiseerd, gebundeld, ge coördineerd en gesubsidieerd, schonk de Regering ook aandacht aan het volkstoneel en er werd een flinke som subsidie voor beschikbaar gesteld. Het officiëlegesteunde Volkstoneel heeft, niet aan de verwachtingen voldaan, het is nu weer gereorganiseerd en wéér werd buiten alle besprekingen geschenken de man gehouden, wiens naam en werk een begrip zijn geworden voor waarlijk volkstoneel, Herman Bouber, schrijver van De Jantjes, Bleke Bet, Zeemansvrouwen en vooral het sterk gebouwde en nog steeds levende De Commensaal. Herman Bouber krijgt geen subsidie. Bouber, die het spelen niet kan laten, zwerft met zijn troep door de polders, speelt op geïmproviseerde tonelen voor arbeiders, voor wie zijn optreden een grote gebeurtenis if Bouber lijdt ont beringen en Bouber verdient niets als door de vorst het werk in de polders stilligt. Bouber, die ondanks alles móet blijven spelen. „Ik ben aan de kant ko men te staan," zegt hij. „Maar zolang ik leef, zal ik blijven werken. Ik zou me geen raad weten als ik niets te doen had." Zijn grootste ideaal is nog eens ergens een eigen theatertje te krij gen. waar hij zijn eigen stukken kan spelen en waarvan hij weer een cen trum kan maken van echt volkstoneel. „Het begrip volksstukken is veran derd in de loop der jaren. Men moet er niet meer onder verstaan de Jor- daanspelen met de bekende mengeling van lach en traan. Voor mijn gevoel is De dood van een handelsreiziger ook een volksstuk, omdat er een pro bleem in wordt behandeld, van deze tijd dat door het hele volk kan worden begrepen en dat zich niet beperkt tot de belangen of de belangstelling van een kleine groep." TT R wordt, behalve soms door ama- teurs, van Bouber niets meer ge speeld. Hij heeft na de oorlog wel stuk ken geschreven, maar die kan hij niet in de kampen opvoeren, die eisen een echt toneel, hoe klein dan ook. inplaats van de op schragen gestutte planken in de cantines van de polderarbeiders. „Ik ben bezig aan een stuk over de verhouding tussen Joden en Christe nen in Amsterdam, een soort historisch stuk, spelend van 1875 tot nu toe. Maar dit stuk is nogal groot bezet. Zolang ik geen eigen theater heb, kan ik daar niets mee doen en moet het in de la blijven liggen." Bouber is al tevreden als hij in de polder mag blijven spelen, als hij ar beiders, die vaak nog nooit een toneel stuk hebben gezien, voor de aanvang van de voorstelling iets over het stuk kan uitleggen en daarmee onschatbaar, maar weinig opvallend, werk kan doen voor de artistieke opvoeding van ons volk. Hij brengt er stukken als Meeu wen boven Sorrento (vroeger een glans rol uit het repertoire van Cor Ruys) en Nacht en morgen van de Nederland se auteur Jo Blaaser, waarin het vraag stuk van de hoornvliestransplantatie wordt behandeld, een propagandastuk voor het Rode Kruis. A LS ik maar drie kwartalen werk zou hebben in plaats van twee kwartalen, zou ik al tevreden zijn", zegt hij. met de fatalistische berusting van iemand die heeft geleerd zijn ideaal als een onbereikbare droom te beschouwen. ..Maar het werk in de kampen moet ik ook nog met anderen delen. Er is veel concurrentie. En aan een gewone voorstelling in de provin cie valt niet te denken, omdat de er kende, gesubsidieerde gezelschappen ons daar altijd voor zijn en natuurlijk meer kunnen bieden dan wij." En dus ploetert Bouber verder, door weer en wind. in de polders, zonder subsidie, zonder enkele steun zelfs. En men kan zich afvragen of er in al die jaren van officiële subsidiëring niet een heel klein bedrag beschikbaar had kun nen zijn voor de man. die in ons to neelleven een factor van betekenis is geweest en die waarschijnlijk ook in de geschiedenis van ons toneel zal blijven bestaan: voor Herman Bouber, de pol derwerker. Uit de tuin der letteren door Anthony Bosman gIJNA achttien jaar na de dood van Herman Kruvder wordt de eerste overzichtstentoonstelling van zijn wer- Iken gehouden, nu in het Haags ge meentemuseum en later in het Stedelijk museum te Amsterdam. Het is een uitmuntend ingerichte expositie, de juist instinct te bezitten, want er is geen grotere vijand voor de schrijver dan de staat. Dit blijkt wel uit hetgeen de schrijvers in het Rusland van Stalin overkomt, waar zij, bevoorrecht en ge- eerd, alleen nog maar werkzaam kun nen zijn in dienst der propaganda. Van daar dan ook. dat Graham Greene met zoveel klem voor de schrijver het recht opeist om deloyaal te zijn. „Onlangs at ik bij een boer", zo vertelt hij, „die twee gekken in dienst had. Enorm goe de werkers zijn het, verklaarde hij en thousiast, en zij zijn zo trouw". Ja. na tuurlijk waren zij trouw. Zij waren ne' als die speciaal gefokte arbeidsgroepen uit „Brave New World", zij misten het vernuft om ontrouw te zijn. .Deloyaal te zijn is ons bijzonder voorrecht", al dus Greene, „maar het is een privilege dat de maatschappij ons nooit zal wil len verlenen." Laten de schrijvers nu voorlopig maar met dit voorrecht, dat zij zich straffe loos kunnen permitteren, tevreden zijn en laten zij er zich maar niet te druk om maken, of zij soms invloed hebben of niet. Want die invloed is er, al zal dat hen zelf misschien verbazen. „De genieën", zegt Egon Friedell in zijn geestige „Kulturgeschichte der Neuzeit" „zijn die paar mensen in ieder tijdvak die kunnen spreken. De anderen zijn stom of stamelen." Zo leed het gehele Franse volk geduldig onder de over moed van het „ancien régime", maar niet zodra had een ietwat bizarre schrijver, Rousseau genaamd, een paar vlugschriften de wereld in gestuurd, of er rolden enige konings- en aristocra- tenhoofden en er ontstond een nieuwe maatschappij. En men herinnert zich toch ook Goethe's „Werther" nog wel, dat voor tientallen romantische min naars het sein tot zelfmoord gaf. als ook Molière, die de vrouwen precies leerde, hoe zij zich te gedragen had den om echte ..précieuses ridicules" te kunnen worden. Jf O heeft de invloed van de schrijver ten goede of ten kwade, zich ge durende de hele wereldgeschiedenis be merkbaar gemaakt. Zij openbaart zich ook in onze tijd. Over Freud, die het hele aanzijn van de mens (en van de literatuur) veranderd heeft, behoef ik niet te spreken; bijna iedereen bedient zich op zijn tijd van termen als „min derwaardigheidscomplex." En evenmin behoef ik u op Karl Marx te wijzer. Ontelbaren hebben zich op dit ogenblik in dienst van een paar ideeën gesteld die uit een paar dikke (en onleesbare) boeken stammen, van zijn hand. Wilt ge nog meer voorbeelden? De overpein zingen van een onbekende gepension- neerde Franse ingenieur, Georges So- rel genaamd, maken indruk op de Ita liaanse heethoofd Mussolini en een staat herrijst en komt andermaal ten val. De waanideeën, die een derde- rangsgeleerde. Gobineau, in een boek over de ongelijkheid der rassen heeft neergelegd, spreken tot de verbeelding van een Boheemse korporaal en mil- lioenen mensen sterven een jammerlii- ke dood in concentratiekampen. Dit al les is, langs omwegen, het werk van auteurs, die thuis te kniezen zaten en klaagden over de afwezigheid van een gehoor. Wie weet, waartoe de boeken van sommige onbekende tijdgenoten nog eens leiden? vierde in een reeks die gewijd is aan belangrijke Nederlandse schilders, en beter dan tevoren kan men de kunst van Kruyder op haar wezenlijke waarde schatten. Dat is dan niet geheel en al in het voordeel van' de schilder. Men moge uit bezoeken aan musea- waar een tiental van zijn beste werken hangt, de indruk van een groots en vooral coloristisch machtig schilder hebben meegenomen een indruk die bij de hoogtepunten op deze tentoonstelling zeker blijft bestaan zjjn oeuvre laat vele zwakke plekken zien: inzinkingen, onverwerkte beïn vloedingen. technische lacunes ook. Maar, en dit is kenmerkend, ondanks al deze tekortkomingen is er een groei in het werk. Niet alleen een woekering met een talent, dat eigenlijk beperkt was, maar er is een kracht merkbaar, die werkte buiten het bewustzijn van de schilder om, een laaiende, niet te tomen kracht, die men een vervoering zou noemen, indien men de tragische achter grond niet kende. JJERMAN Kruyder leed aan een steeds erger wordende zielsziekte. Hij was zich bewust van de vernie tigende krachten, die in hem aanwezig waren en soms naar buiten traden. De perioden van inzinking in zijr.i werk zijn te begrijpen. Zoals P. C. Reyne in zijn inleiding in de catalogus zegt: hij trachtte het gevaar te ontwijken. Het is vooral, duidelijk als Kruyder in het begin van zijn Blaricumse tijd (19281935) de vormgeving niet uit zich zelf laat opwellen, maar een soort Gustaaf van de Woestijne-landschap- pen maakt. Werk van primitieve, ge- styleerde vorm, dat weinig sprekend en alleen van belang kan worden geacht, omdat het een getuigenis is van het verlangen naar rust, naar indien men het scherp wil stellen een soort paradijs, een gelukzalige wereld. Zo'n wereld was Kruyder echter niet beschoren en spoedig greep hij terug naar het bewogen expressionistisch ka rakter van het werk uit zijn Benne- broekse tijd (1923—1927). Dan maakt hij zijn machtigste doeken: dierverbeeldin- gen. waarachter een ontembare bezeten heid woedt, die de vorm zwaar cn de kleur van gloed doorstroomd doet zijn. Beelden van strijd met het eigen inner lijk. krampachtige en toch ook bevrij dende ontladingen zijn deze schilderijen, die aangrijpen omdat zij zo openlijk getuigen van de rampzaligheid en van de kracht, welke Herman Kruyder beide heeft gekend. Chaplin verhoopt zijn studio en villa HOLLYWOOD. Charlie Chaplin schijnt wel degelijk van plan te zyn niet meer naar Hollywood terug te keren. Zijn studio en zijn villa te Hollywood zijn te koop voor ongeveer vijf millioe» gulden samen. Al zijn persoonlijke bar ziftingen worden ingepakt voor vef scheping naar zyn huis te Genève, waa hij zich kort geleden vestigde, of om 1* worden opgeslagen. Herman Kruyder: De Haan,

Krantenbank Zeeland

Watersnood documentatie 1953 - kranten | 1953 | | pagina 4