DAVITAMON
Zeegaten dichten kan
de kust verzwakken
14 Februari 1953
Haagse Post
Pagina 5
Een voor
gezondheid!
10 vitamines in één dragée
veel hoger in
vitaminewaarde
Vervolg van pagina 4
De naamlozen
Ja, de radio-amateurs. Die hebben zulk
een prijzenswaardig werk gedaan. En als
de burgemeester van Stad aan het Ha
ringvliet onder zijn stijlvolle jas een paar
laarzen kan dragen dan heeft hij dit mede,
zo niet alleen, te danken aan de radio
amateurs. „Hallo PA EENDM, hier is PA
NUL CY, PA NUL CY, wij hebben uw
bericht goed ontvangen. Wij zullen uw
verzoek doorgeven aan het Rode Kruis
Den Haag. Hallo PA NUL CY, hier is
PA EEN DM, stuur de zendontvangers
niet per vliegtuig naar Zuidland; er is
geen ruimte om te landen, er is geen
ruimte om te landen, zendontvangers niet
per vliegtuig, zendontvangers kunnen
slechts komen over land of over zee, over
land of over.zee..."
In de Van Loostraat in Den Haag zitten
drie mannen. Naamlozen. Een radio-tech-
nicus, een rijtuigschilder van de Haagse
Tram en een verzekeringsbeambte. En die
hebben eens, in een ruim verlangen naar
het avontuur dat hun ontgaan is in de
werkingen van het lot van het dagelijks
leven, een zendertje gebouwd. Het heim
wee naar de verten, dat men niet zo kan
vervullen in de schilderswerkplaats van
de HTM, het verzekeringsbedrijf en de
handel én radio-onderdelen werd een wei
nig gestild met dit alle zeven zeeën beva
rende liefhebberen met een zender. En
ineens, op een woeste dag in het begin
van Februari 1953, een datum die we niet
licht zullen vergeten, heeft datzelfde lot,
dat hen zo achteraf heeft gezet waar het
betreft de avonturen van sterke mannen
op stei-ke schepen ver en verweg deze drie
amateurs ingeschakeld iin het geweldige
slingeren van de weegschaal waarin dood
en leven worden gewogen.
Ineens riepen via hun oorvliezen verre,
onbekende, in doodsangst verkerende ge
meenschappen, met kalme stemmen ove
rigens, om hulp. Ineens stonden zij, in
hun huiskamer in Den Haag en overal
elders waar amateurs hebben geseind en
nog aan het seinen zijn, midden in het
Ir. A. G. Maris
...de dijken zijn betrouwbaar
bulderen van de wateren. Het doorbreken
van dijken. De zorgen om draglines, de
haast om vaccine. De vraag naar rubber
laarzen. Ook de rubberlaarzen van de bur
gemeester van Stad aan het Haringvliet,
een plaats waar men vroeger nu niet zo
veel van hoorde.
Ineens ruist in deze huiskamer via de
codeletters PA Nul CA (225 Watt) het le
ven van Zuidland voorzover dat nog leeft
en het ademen van heel het natte eiland
Putten. Ergens in Putten zit een brand
weerman uit Deventer en zendt vrijwel
onafgebroken op de 98 meter; dat is het
contactpunt voor zender PA NUL CY in
Den Haag.
Een net van codeletters
Hoe deze zendorganisatie zo opgebouwd
is? Want van de golflengten wist men nog
niets af in het begin. De 25 amateurzen
ders in Den Haag zijn dus Zondag maar
aan het luisteren geslagen. En hebben zd,
al luisterende, ontdekt wie op wat uit
zond. En toen hebben ze gezamenlijk, dat
ging met gemakkelijk, verdeeld wat nog
niet in vast contact stond. En een heel
net van codeletters geweven over de
eilanden en Zeeland. De Bijzondere Radio
dienst van de PTT heeft daarover de su
pervisie gehad. PA NUL CY is toen op
Zuidland gestoten. En daaraan zitten ze
nog vast En via de drie Hagenaars praat
Zuidland met wie het maar wil. En
vraagt het wat het maar
nodig Iheeft.
Want ailles waarom
gevraagd wordt komt er.
Daar staat 'heel ons
volk borg voor. Zoiets
zegt men gemakkelijk;
daar staat ons volk
borg voor. Dat is een
prettige welluidende
om hoogs trevende zin
snede. Die te uit en te
na gebruikt wordt. In
allerlei verband. In al
lerlei vorm. In allerlei
toonaard. En allerlei
sterkten van overtui
ging tot schijnheilig
heid.
Als wij ihiér zeggen:
daar staat heel ons volk
bong voor, dan gebrui
ken wij deze woorden
in de sterke oude be
tekenis der uitdrukking.
Het blijkt: er is voor
ongelofelijk veel rnil-
lioenen aan guldens
binnengestroomd voor
de geteisterde gebieden.
Er zijn aan alle kanten
met rijmleuzen gety
peerde steunacties ont
staan met een tot tra
nen roerende sponta
neïteit. We hoeven er
verder niet over uit te
weiden. Maar geen
bron, geen mogelijkheid
Zie verder pagina 23.
Denken we niet aan
„We denken, er niet aan", zei de direc
teur-generaal van de Rijkswaterstaat
ir. A. G. Maris. „Wie het in zijn hoofd
heeft gehaald om te veronderstellen dat
wij Schouwen en Duiveland, Goeree of
Tiengemeten of wat dan ook zouden op
geven, weet ik niet, maar we dénken er
niet aan!"
De heer Maris is een man waarvan men
met recht kan zeggen, dat hij in één
(rampspoedige) nacht beroemd is gewor
den. Terecht, moet ieder zeggen die zijn'
rustige antwoorden hoorde op de vragen
hem gesteld door een naar deskundig
uitsluitsel hunkerende pers. Zonder enig
aarzelen, zonder een ogenblik zelfs de
adem van paniek of opgewondenheid te
doen horen, sprak de heer Maris over het
gebeuren. Hij gaf door zijn nuchtere ter
zake kundigheid groot vertrouwen. Hij
was het die in de razernij der wilde dagen
voor het eerst de harde stem van de wer
kelijkheid liet horen. De werkelijkheid
die te overzien is en te beheersen met de
middelen welke de moderne mens ten
dienste staan. Na een verwarring van dui
zend* gissingen en tien duizend nerveuze
stemmen over de radio en al de zendertjes
die het ondergelopen land verbonden in
een wirwar van codelettertjes was de
kalmte van deze anders zo in de schaduw
der publieke belangstelling werkende in
genieur een rots van rust.
„Het onderhoud der zeeweringen heeft
niet geleden", zei ir. Maris, „door na
oorlogse zuinigheid. De ramp heeft ons
van veel land beroofd (175.000 ha) en hoe
veel de schade is kan ik niet zeggen.
Zeeuwsch-Vlaanderen is weer zo goed als
droog; het is. hoger gelegen dan de an
dere gebieden. Over een maand zal de
spoorbaan naar het Zuiden weer in ge
bruik genomen kunnen worden. In Noord-
Beveland is de situatie niet zo somber als
men gemeend heeft. Tholen en St. Philips-
land zijn zwaar getroffen, ook Schouwen-
Duiveland. Er is een tekort aan rijshout;
dat wat in de Biesbosch lag is wegge
spoeld. Nu zal men gebruik moeten maken
van het hout uit Gelderland, dit is van een
andere kwaliteit: dat is geen wilgenhout.
Als we voor het volgende winterseizoen
de eilanden Schouwen.Duiveland veilig
hebben gesteld mogen we ons gelukkig
prijzen. Het eiland is voor negentiende
ondergelopen. En Zierikzee zal moeten
worden geëvacueerd."
In een pandjesjas
Er heerst geen gebrek in Burgh en
Haamstede op Schouwen, ómdat schipper
Arie Prins van de IJm. 213 elke dag
uit Zierikzee met zijn kotter alles brengt
wat de burgemeesters maar bestellen.
Schipper Arie Prins draagt, curieus ge
noeg, een zwarte pandjesjas wat hem een
ongewoon plechtig aanzien geeft op zijn
geteerde vaartuigje. Hij heeft die jas in
Zierikzee gekregen. Waarom? Misschien
vond men hem er in zijn gewone zeelcle-
ding niet deftig genoeg uitzien. Ook is het
mogelijk, en dat is het waarschijnlijkst,
dat hij ergens tijdens de reddingswerk
zaamheden in het water heeft gelegen:
één keer hebben ze bijvoorbeeld de kot
ter gewoon ergens tegen een dijk gezet
en het voedsel en de medicamenten aan
gebracht over dijken die meer water dan
dijk waren. In Zierikzee zitten ze met
zorgen genoeg. „Weggaan"!, heelt de Prins
gezegd. Weggaan en weer de zaak in de
steek laten zoals bij de bevrijding en dan
terugkomen en de boel geplunderd vin
den?
Hoofdinspecteur Mosheuvel van de
Wegenwacht, die er, na een ijzige nacht
op de watervlakten in een van de onder
zijn leiding staande Giethoornse punters
maar uitgeput uitziet zegt: „Ze hebben
vannacht twee plunderaars doodgeschoten
in de polder. Ze wilden ontvluchten, maar
die soldaat schoot vrij goed in hef. don
ker." Bij Den Bommel zitten op de West
kant van de dijk de Mariniers, zo'n hon
derd man, en vertellen: „We houden toe
zicht op plunderaars en proberen zo veel
mogelijk aan de dijk te werken. Maar veel
kunnen we nog niet doen."
Pillen bestellen
De burgemeester van Stad aan het Ha
ringvliet ziet er wat vreemd uit. Men kan
soms uit het raadhuis een intelligente
kwieke heer zien stappen, die er uitziet
als een Haags heer. zoals dat wordt aan
geduid. Hij draagt een welgevormde gleuf-
hoed van het zwartste zwart en een keu
rig gesneden zwarte jas van een officiële
snit en bij dit alles een wandelstok, die
hij zelfs elegant weet te zwaaien. Dit
beeld van Haagse ambtelijke deftigheid
wordt echter geheel verstoord door het
feit, dat deze heer modderige rubberlaar
zen over de broek draagt. Dat is burge
meester.
Hij zegt: „Als u nog even kunt wachten
(dat kunnen wij) dan kunt u zo dadelijk
het droppen zien van een partij laarzen,
zoals ik hier aan heb", zegt hij. „Ik ver
wacht ze elk ogenblik, per helicopter."
Zo gaat die hulpverlening. De burge
meester hier bestelt rubberlaarzen en
morgen pillen en rubberhandschoenen
voor het bergen van cadavers en de bur
gemeester van Den Bommel vraagt om
een bulldozer of een aggregaat, wat dat
ook zijn moge. En Bruinïsse roept om
voedsel en water en penicilline. En er is
ginds een vroedvrouw nodig en daar een
dokter en verderop typhus-vaccine en zo
maar voort, alles wat een gemeenschap
in nood kan behoeven. En overal kómt
het. Heel gewoon; zo beginnen ze het daar
al te vinden. Maar het is niet zo gewoon.
Want dat bestellen gaat maar niet zo.
Dat gaat langs allerlei kanalen. De meest
wonderlijke.
De post gaat door
„Alle plaatsen in het getroffen gebied
waar nog mensen wonen zijn thans weer
bereikbaar via de normale communicatie
middelen van de PTT", heeft de heer
Neher ons verteld. „In een week tijds heb
ben we weer veel kunnen herstellen van
de verbindingen die op Zondagmorgen
vrijwel geheel verbroken waren, evenals
de verbindingen met Eng'eland, Frankrijk
en België. De verliezen aan telefoonappa-
ratuur en kabels zijn zeer groot. Dertig
postkantoren werden door de ramp uitge
schakeld. Maar de post werd hoe dan ook
bezorgd", zegt de directeur-generaal van
de PTT. „Allerlei noodoplossingen wer
den gevonden. De enkele aanduiding
„noodgebied" op de post maakte bijvoor
beeld frankering al niet meer nodig: er
waren immers dikwijls niet eens enve
loppen, laat staan postzegels. „Veel lof heb
ik voor de radio-amateurs."
outtlleerd dan vlak na de oorlog en mo
gen veel hulp verwachten."