1953 Rampjaar voor Nederland.
ZEEMEERMINNEN.
De derde ramp, die Zevenbergen in bijna 13 jaar heefi getroffen.
Wij hebben ons vervoegd aan het Ge
meentehuis voor nadere inlichtingen, in
verband met het onder water lopen van
Zevenbergen e.o.
Wij vernemen daarover het volgende:
Zondagochtend om 6 uur werd alarm
gemaakt, dat het water in de richting
van Zevenberschenhoek opstuwde en dat
deze plaats gevaar liep overstroomd te
worden.
De Burgemeester met de Gemeente-
Architect hebben zich direct naar de
plaats des onheils begeven, de situatie in
ogenschouw genomen en getracht maat
regelen te treffen. Daarbij bleek, dat om
half zeven het aanbrengen van schot-
balken nabij de Bredaseweg niet meer
mogelijk was. omdat het water in een
kwartier reeds een halve meter gestegen
was.
De electriciteit was in Zevenbergsen-
hoek uitgevallen, evenals de waterleiding,
zodat het niet mogelijk was de omvang
van de ramp reeds te bezien en gewacht
moest worden tot zonsopgang.
Inmiddels werd het alarm doorgegeven
naar Langeweg en Zevenbergen en werd
aan de pontonniers in Raamsdonksveer
verzocht, materiaal ter beschikking te
stellen, hetgeen een beetje te optimistisch
bleek, daar dit legeronderdeel reeds op
andere punten was ingezet.
Het bleek, dat door het samenvallen
van de springvloed met een hevige or
kaan, een dermate hoge vloed ontstond,
dat nabij Moerdijk en op de dijk tussen
Moerdijk en Willemstad verschillende
gaten in de nieuw aangelegde buitendijk
waren geslagen, waardoor het water met
vol geweld dit grote kleigebied binnen
stroomde.
De bevolking van Zevenberschenhoek
kon tegen deze snel opkomende water
massa niets uitrichten en werd aangera
den, in de loop van de dag te evacueren.
Teruggekeerd in Zevenbergen, waar nog
geen direct gevaar dreigde, werden maat
regelen genomen om het opstuwende wa
ter zoveel mogelijk buiten Zevenbergen
te houden.
In de loop van de dag arriveerde de
Technisch Hoofdambtenaar van de Pro
vinciale Waterstaat, die de leiding over
het gebied van Zevenbergen op zich nam
omdat daar de meeste dreiging bestond,
en dit later van het gehele gebied deed
vanaf Made tot Fijnaart.
Nadat de eerste twee dagen een groot
aantal studenten en vrijwilligers, zowel
uit eigen gemeente als uit andere plaat
sen zich had aangeboden tot leniging van
de eerste nood, werd reeds vanaf Zon
dagmiddag successievelijk het militaire
apparaat ingeschakeld voor het verrich
ten der werkzaamheden.
In de loop van Zondag werd de drei
ging om het gebied van Langeweg-Ze-
venbergen groter en moest worden over
gegaan tot evacuatie van Langeweg en
gedeeltelijke van Zevenbergen, voor zo
ver dit de lagere delen betrof. Het bleek
n.l., dat het water zich ophoopte in de
Grote Zonzeelse Polder waardoorjle weg
den gevaar liep overstroomd te worden.
Hiertegen zijn in de loop van Zondag
maatregelen getroffen, doch deze bleken
niet afdoende, zodat Rijksweg 16, als
tweede waterkering, onderhanden moest
worden genomen.
De toestand achter deze dijk is tot op
heden zo, dat direct gevaar niet bestaat,
doch bij hoog opkomend water en toe
nemende wind moet toch rekening wor
den gehouden met overstroming van deze
beide dijken.
De Technische Dienst en de militaire
instanties zetten zich in om deze water
kering te behouden.
Aan de Achterdijk nabij de rijksweg
drong het water Zondag reeds vrij hoog
de Gelderse Polder binnen en dreigde
bij Korteweg in de Polder Oudland te
lopen.
De spoorwegdoorgang op de Bloemen-
daalse Zeedijk moest gedicht worden en
ook deze afscheiding is tot op heden in
tact gebleven.
Het water sdrong vanaf het Hollands
Diep tot aan de Achterdijk. waardoor
daar alle woningen en boerderijen onder
water kwamen staan.
Aan de andere zijde van Zevenber
gen was Klundert al vlug van alle ver
keer afgesloten, doordat de toegangsweg
(van ,.de Druif") in de loop van de dag
reeds overstroomde.
Het water drong nier op ror aan de
Dikke Dijk en de weg van Zevenbergen
naar Klundert tot aan de Noordhoek toe.
Nabij de Pelikaan werd een drietal
duikers gedicht, doch een daarvan baar
de tot Donderdag veel zorg. omdat
steeds water doorsijpelde en men aan
vankelijk vreesde, dat hier het water niet
zou kunnen worden tegengehouden.
Daardoor zou het gehele gebied aan
de zijde van de Huizersdijk tot aan de
Mark onder water komen. Evenwel is
deze waterkering intact gebleven en het
ziet er naar uit. dat de pogingen daartoe
met succes zullen worden bekroond.
De hele waterlijn loopt thans in Ze
venbergen op de lijn Tol (op de weg
Zevenbergsenhoek-Terheyden)Zuid-
dijk. Oude Rijksweg. Drie Hoefijzers. Ze
venbergsenhoek. Nieuwe Rijksweg. Hoge
Zeedijk, Blocmendaalse Zeedijk. Achter
dijk, Zevenbergen. Schansdijk. Dikkedijk.
Pelikaan, Druif (toegangsweg Klundert).
Pietersdijkje, Nieuwlandsedijk. de Mark.
In de namiddag van Zondag hebben
Minister Beel en de Commissaris van de
Koningin een bezoek gebracht, om zich
van de toestand rondom Zevenbergen
op de hoogte te stellen.
Ook de Territoriale Bevelhebber Buur
man van Vreeden en de Lt. Generaal
Opzoomer. hebben zich in de loop van
de week laten inlichten over de stand
van zaken en over de getroffen maat
regelen.
Allen spraken hun bewondering uit
voor het werk van de Technische staf.
die een gebied van 3500 H.A. en Zeven
bergen met Langeweg voor overstroming
wist te bewaren.
Op het ogenblik van het ter perse gaan
van deze mededelingen, is de zaak zo
geconsolideerd, dat verwacht mag wor
den, dat zonder veel moeite kan worden
begonnen met het dichten van de dijken
en. als gevolg daarvan, het leegmalen
van verschillende polders.
Als eerste maatregel neemt de Provin
ciale Waterstaat, in overleg met de
Rijkswaterstaat, de dijken onderhanden,
lopende van de Blauwe Sluis naar hotel
„Brabant", Lapdijk naar Lochtenburg.
Voorts bestaat het voornemen de
Grote Zonzeelse Polder via de Markdijk
in de Mark af te wateren.
Door deze maatregel komt Zevenberg-
sehoek vrij van water en gehoopt mag
worden, dat deze werkzaamheden niet
al te lange tijd in beslag zullen nemen.
Grote hoeveelheden zand zijn in zand
zakken verwerkt en opgetast op bedreig
de punten. Zo is geheel de Oude Rijks
weg met een driedubbele laag zandzak
ken belegd, om het water, dat aan de
kruin van de weg staat, tegen te houden,
terwijl de tweede waterlinie op Rijksweg
16 op dezelfde wijze in behandeling is.
Het aantal slachtoffers van deze wa
tersnood zal zich wellicht en hopelijk
tot enkele beperken.
Een groot aantal stuks vee is aan deze
ramp ten offer gevallen en ligt tegen de
dijken: maatregelen worden getroffen om
met een destructor en ander materiaal
zo spoedig mogelijk tot berging over te
gaan.
Het publiek wordt ten sterkste aange
raden zich niet met berging bezig te
houden, omdat dit geschiedt onder leiding
van een technische ploeg.
Voor de afdijking moet het zand wor
den gehaald uit de depots nabij het sta
tion Langeweg, Hazeldonkse zandweg
nabij de brug, het niet verharde gedeelte
van Rijksweg 16 en verder uit Ouden
bosch en Roosendaal.
Tienduizenden zandzakken zijn reeds
verwerkt en zeer waarschijnlijk zullen
nog vele duizenden zakken moeten wor
den gevuld en opgetast. Deze zakken zijn
uit alle delen van het land aangevoerd.
Hierbij denken wij o.a. aan de C.H.V.
te Veghel. doch vergeten daarbij niet,
dat ook de V.C.3. te Zevenbergen een
grote hoeveelheid zandzakken uit het
depot, ter beschikking van de Technische
Dienst en de militaire instanties heeft
gesteld, terwijl de heer ir. Meyering, de
bedrijfsleider, elke hulp toezegde voor
het opslaan van materiaal dat langs de
dijken is aangespoeld en dat t.z.t. weder
aan de eigenaars zal worden terugge
geven.
Het aantal personen wat uit Zeven
bergen is moeten evacueren, bedraagt
5700. Volgens ruwe schatting staan 580
huizen, inclusief boerderijen, onder wa
ter.
De omvang van de schade is bij be
nadering niet te schatten.
Op een tocht door de gemeente heeft
-«. Z: 0 .n geselschap von tech
nische en militaire instanties, de omvang
van de ramp In ogenschouw genomen
en de meest bedreigde punten bezocht.
De ambtenaren van het gemeentehuls.
zowel als verschillende oud-ambtenaren
en technisch personeel, hebben zich van
's ochtends tot 's avonds laat, ingezet,
om de grote toevoer van werkzaamhe
den het hoofd te bieden en reeds Dins
dag was de organisatie overzichtelijk.
De scholen moesten worden gebruikt
voor het onderbrengen van burgers, pers
en militairen, zodat het onderwijs moest
worden stopgezet.
De watervoorziening van Zevenber-
sehoek vindt plaats met tanks.
Uit Klundert en Moerdijk kwamen
steeds verzoeken om hulp, waaraan zo
veel mogelijk werd voldaan.
Aan 160 arbeiders, die werken aan de
opruimingswerkzaamheden in Klundert,
werd, op verzoek van het Rode Kruis te
Klundert. door de Burgemeester toege
zegd, dat voor warm voedsel zou wor
den gezorgd, terwijl vanuit Zevenbergen
het droge gedeelte van Moerdijk van
proviand wordt voorzien, terwijl het in
de bedoeling ligt zo mogelijk kleding en
schoeisel ter beschikking te stellen.
Gemeente-qrenzen tellen niet! Over
al waar nood is. zetten de burge
meesters zich in om deze te lenigen en
op de meest prettige wijze worden de ge
schillen en moeilijkheden opgelost.
De terugkeer van de bevolking van
Langeweg evenals van Zevenbergen,
baarde enkele zorgen. De toestand langs
de Rijksweg is nog niet voldoende ge
consolideerd, om zonder meer te kunnen
zeggen, dat ieder gevaar geweken is.
Evenwel heeft de Burgemeester gemeend
tot terugkeer de gelegenheid te moeten
geven, omdat in 1940 en 1944 de bevol
king heeft ervaren, welke nadelen ver
bonden kunnen zijn aan het verlaten van
huizen en have en goed moet worden
achtergelaten.
Hoewel de Politie een uitstekende con
trole had ingesteld en roof. voor zover
bekend, met plaats vond. lijkt het niet
verantwoord de huizen langer leeg te
laten staan.
Mocht blijken, dat de toestand weer
critiek wordt, dan hebben de Spoorwe
gen. de B.B.A. en de militairen toege
zegd, zich wederom te zullen inzetten.
Zevenbergsche Hoek en een aantal
woningen in Langeweg, kunnen echter
nog niet worden betrokken.
En thans de hulpverlening!
De Burgemeester van Waalwijk heeft
de Burgemeester van Zevenbergen me
degedeeld. deze gemeente te willen adop
teren en de volgende dag is een zestal
auto's, volgeladen met prachtige goe
deren, in Zevenbergen aangekomen en in
verschillende depots opgeslagen.
Na bespreking met de Hoofdcommis
saris van Politie te Tilburg, waar een
groot aantal evacués uit Zevenbergen
was ondergebracht, werd uit Tilburg
toezegging ontvangen, dat goederen voor
qetroffenen uit Zevenbergschenhoek en
Langeweg beschikbaar zouden worden
gesteld. En Donderdagmiddag heeft de
afdeling van het Roode Kruis te Nijme
gen een schip met goederen, dat te
Zwartenberg aankwam, ter beschikking
van de Burgemeester gesteld, die de
leidster duidelijk maakte, voor deze rui
me gift en voor de geste van Nijmegen,
dat vroeger zijn woonplaats was, zeer
erkentelijk te zijn.
Ook de gemeente Oldenzaal, welke
onder leiding staat van een Brabantse
burgemeester, heeft een vrachtwagen vol
reeds gesorteerde goederen door de In
specteur van Politie ter beschikking van
de Burgemeester gesteld. Andere aan
vragen heeft de gemeente nog lopende
en goede hoop bestaat, dat Zevenber
gen voor zijn slachtoffers redelijk be
deeld wordt.
Naast hetgeen de geëvacueerden reeds
hebben ontvangen, zal, als de toestand
overzichtelijker is geworden, verdere
uitdeling plaats vinden uit de verschil
lende depots in ons land.
De leiding van het sorteren en regis
treren van deze ingekomen goederen
heeft de Burgemeester toevertrouwd aan
Zr. Wijnen en aan Mevrouw Le Grand.
De registrering van de teruggekomen
evacué's en van evacué's uit andere ge
meenten in Zevenbergen heeft inmiddels
een aanvang genomen. Voor zover hulp
nodig is, kan dit worden opgegeven aan
de verschillende samengebundelde orga
nen. Indien huismoeders met moeilijkhe
den zitten bij het wederom betrekken van
hun huizen (schoonmaken, ziekte of kin
deren) kan een beroep worden gedaan op
een zevental gezinsverzorgsters, die door
de R.K. Gezinszorg in het Wit Gele
Kruisgebouw zijn ondergebracht.
Als wij de gehele toestand overzien en
deze vergelijken met andere plaatsen ln
Brabant en Zeeland, zomede in Zuid-
Holland, dan is dankbaarheid op zijn
plaats dat Zevenbergen, zij het dan ern
stig, toch niet totaal in de vernieling
van het water is opgenomen.
IK HEB
m'n bril verloren en overal
gezocht.
HAD IK
vebril gekocht.
WEL. 'T KAN NOG en....
KLOK MARIA.
Nóg bleek uw oud geluid voor God bekwaam,
O bronzen klok met de Mar ia-naam.
Zoals in onheilsvolle Lijsbeth-nacht,
riept gij de burgerij opnieuw met kracht.
Want d'oude vijand van dit lage land
had andermaal de dijken overmand,
en spreidde dood's vernieling voor zich uit.
Toen klonk opeens uw goed voornaam geluid.
O klok .Maria, stormend uit 't-verleên
tampte uw stem door 't-woelend duister heen.
Een nieuwe roem hechtt' zich aan oude faam.
Luid voort, want uw geluid blijft God bekwaam!
In de klokkenstoel nabil de Ned. Herv. Kerk te Zevenbergen hangt een kost
baar erfstuk uit het grijze verleden een klok. wegende 700 Kg., die in het
Jaar HOI gegoten werd! Zij kreeg toen het volgende Ingegoten randschrift
meeMaria is mijn naem. Mijn geluut Is God bequaem Int Jaer ons Herren
MCCCC ende I Petrus de Dorroe.
Deze klok. die in 1421 de Zevenbergse burgerij reeds waarschuwde in de
angstige Sint Lijsbettennacht, en daarna bij zo ontelbaar vele gelegenheden
de Zevenbergse vreugde en droefheid vertolkte met een zwaar sonoor geluld,
wekte in de angstige morgenvroegte van 1 Febr. opnieuw de burgerij en riep
haar te weer tegen het dringende overstromingsgevaar.
Het pas begonnen jaar zal voor
ons land in de geschiedenis ge
boekstaafd worden als een ramp
jaar. Reeds in de eerste dagen
van Januari werd ons land getrof
fen door een serie van scheeps
rampen, waarbij niet zo bijzonder
veel slachtoffers vielen, maar
waarbij enorme bedragen aan
schade geleden werden. Na deze
rampen van mindere belangrijk
heid is evenwel thans ons land
en speciaal West-Noord-Brabant
en Zeeland op 1 Februari getrof
fen door een stormvloed van zo
danige omvang, dat de beruchte
St. Elisabethsvloed in zijn gevol
gen hierdoor waarschijnlijk verre
wordt overtroffen. Nu eindelijk
enig inzicht in de slachtoffers en
de schade die aangericht werd, is
verkregen, kan niet anders ge
sproken worden dan van een na
tionale ramp met een enorme om
vang, Het aantal slachtoffers is
reeds tot boven de 1000 gestegen,
maar men kan veilig aannemen,
dat 't totale aantal hier ver over
heen zal gaan. Immers nog steeds
zijn duizenden landgenoten in le
vensgevaar, terwijl van grote ge
bieden nog geen betrouwbare ge
gevens over de verliezen aan
mensenlevens zijn binnengeko
men. Als men in onze steden de
stroom van evaciié's ziet binnen
komen, dan krimpen onze harten
ineen van pijn en iedereen voelt
zich gedrongen hulp te verlenen.
Deze particuliere hulp door giften
en opneming van de slachtoffers
is onontbeerlijk en stelt de ge
troffenen de eerste dagen enigs
zins op hun gemak. Maar als de
gebieden wederom vrij komen van
het overtollige water en de ge-
vluchten gaan proberen hun oude
woonplaatsen in te nemen, komen
de moeilijkheden pas. De huizen,
die zij nog zullen aantreffen, zul
len in zeer vele gevallen slechts
bestaan uit onbewoonbare bouw
vallen; hun meubelen, vee en
huisraad is verdwenen, en indien
nog iets aanwezig blijkt, is het
onbruikbaar geworden. Er zullen
daarom onverwijld van de zijde
In deze dagen van rampspoed herinnert men zich
de verhalen van legendarische zeemeerminnen. Hier
volgt enigszins verkort een artikeltje, dat wij von
den in Ter Laan"s Folkloristisch Woordenboek.
Volgens het volksgeloof waren
meerminnen, ook zeewijven, vrou
welijke wezens die in de zee le
ven. Schone vrouwen met een
lichaam, dat eindigt in een vissen-
staart.
Zeer talrijk zijn de verhalen,
waarin de meerminnen optreden.
Zij waarschuwen de bewoners
van aan zee gelegen steden, dat
zij af moeten laten van hun weel
de en hun zonden, of dat anders
de stad zal vergaan. Maar nooit
luistert er iemand naar, en zo
gaan de bloeiende rijke steden te
gronde. En daardoor is de meer
min in de volksvoorstelling een
wezen geworden, dat de mensen
vijandig gezind is.
Soms treedt ook de meerman
op. Zo b.v. toen de meermin ge
vangen was door de vissers van
Westenschouwen en de burgers
van deze toen zo rijke stad haar
niet vrij wilden geven. Toen
klonk zijn waarschuwend woord,
dat ook al weer niet hielp, en dat
ook „uitgekomen" is, gelijk al de
meerminsvoorspellingen:
O Westenschouwen,
Het zal u rouwen.
Dat je genomen hebt mijn vrouwe;
Westenschouwe zal vergaan.
Alleen de toren zal blijven staan.
In de „Niederlandische Sagen"
van Wolf is er sprake van een
vliegende meermin, die elke nacht
ging zitten op de toren (Lobbe
kenstoren?) van Zevenbergen,
toen nog een grote en voorname
stad aan een zeearm. Ook deze
stad had een overmoedige, weel
derige bevolking, die zich niet
bekeren wilde. Toen zong de
meermin:
Zevenbergen zal vergaan,
Lobbetjestoren zal blijven staan.
De Nederlandse verhalen zeg
gen alle. dat de meerminnen heel
mooi zingen en dat ze daarmee
de schippers naar de diepte trach
ten te lokken.
Een andere overlevering ver
telt, dat een meermin te Zeven
bergen te vergeefs om een kom
water vroeg. In Steenbergen gaf
men haar maar een halve kom
vol; pas in Bergen op Zoom kreeg
ze wat ze vroeg. Vandaar de
voorspelling:
Zevenbergen zal gans vergaan.
Steenbergen zal half vergaan.
Maar Bergen zal blijven bestaan.
De hovaardige boeren van
Woensdrecht besloegen hun
paarden met gouden hoefijzers.
Een meermin voorspelde:
Woensdrecht en Saaftinge
zullen vergaan.
Maar de stompe toren
zal blijven staan.
Met de Stompe Toren is waar
schijnlijk die van Koudekerke op
het thans zo zwaar getroffen
Schouwen bedoeld.
van onze regering regelingen
moeten geschieden om deze ellen
de op te vangen. Het particu
liere initiatief is hierin reeds voor
gegaan en de inzamelingen zijn
in volle gang en hebben groot
succes. Ook vanuit het buiten
land is hulp toegezegd en zal
steun zeker in ruime mate wor
den ontvangen. Aangezien de
ramp een zodanige omvang heeft
aangenomen, dat de schade in de
honderden millioenen zal lopen,
zou naar onze mening de beste
oplossing zijn een staatslening
hiervoor uit te geven van b.v. een
milliard (als dit voldoende is)
met een flinke looptijd en een be
hoorlijke rente b.v. 4 dan zal
ongetwijfeld het geld hiervoor
vlot binnenkomen en kan deze
schade over een flink aantal ja
ren, b.v. 50 worden uitgesmeerd.
De vrijwillig binnengekomen gel
den kunnen dan voor de eerste
stoot worden gebruikt, immers
deze kunnen niet anders zijn dan
een druppel op een gloeiende
plaat. Bij de vergoeding van de
schade moet tevens vermeden
worden de beruchte Nederlandse
ambtenarij, waardoor de getrof
fenen dikwerf van het kastje naar
de muur moeten lopen, om uit
eindelijk (om administratieve re
denen) toch weinig of niets te
ontvangen. Bij de regelingen van
de oorlogsschade is weinig vlot
omgesprongen tnet de belangen
van de getroffenen.
Toch moeten wij niet bij de
pakken gaan neerzitten, als wij
zien hoe de gehele bevolking van
ons land heeft meegeleefd met de
getroffen gebieden en getracht
heeft op alle mogelijke en onmo
gelijke manieren hulp te verle
nen en hoe onze soldaten, waar
op nog wel eens wordt afgege
ven en die door sommigen als
nietsnutten worden beschouwd,
dagen en nachten door en door
nat onafgebroken het zwaarste en
gevaarlijkste werk hebben verzet,
daarbij geen acht gevend op ge
vaar voor eigen leven en gezond
heid. Als wij de machteloze woe
de van alle bij het hulpwerk be
trokkenen hebben gezien, als de
nacht viel en het onmogelijk bleek
afgesloten slachtoffers te berei
ken, dan kunnen wij trots zijn op
de geest van ons volk als geheel
en dan durven wij de leus van
19401945 wederom in herin
nering brengen, n.l. „Nederland
zal herrijzen". Dat ons land eco
nomisch door deze ramp weer ja
ren achteruit is geslagen, begrij
pen wij allen, maar een volk met
deze geestkracht zal ook voldoen
de energie weten op te brengen
om deze rampspoed te boven te
komen. Dat wij ons daarbij ge
steund weten door vriend en vij
and is een morele steun en de
gedachte aan de gevallenen,
waarvan velen op heldhaftige
wijze getracht hebben anderen te
redden, zal ons bijblijven en ons
stijven in ons besluit om de ge
volgen van de ramp te boven te
komen.
Onze geëvacueerde abon-
né's of hun familieleden en
bekenden verzoeken wij be
leefd het evacuatie-adres
op te geven, dan kan regel
matige toezending van het
Hollandsch Diep plaats heb
ben. De Directie.