Hebt u niet een paar van zulke
hokjes, ga ze dan zo spoedig moge
lijk maken. Ze zijn zo eenvoudig, dat
het zelf bouwen voor niemand een
bezwaar kan zijn. Uw Rijkspluïm-
veeteellconsulent zal u gaarne op
uw verzoek een werktekening zenden.
De toepassing van de dikstrooisel-
methode neemt meer en m,eer toe.
In de gemeente Gramsbergen hebben
een aantal pluimveehouders 50 ton
VA.M.-compost gekocht, om deze te
gebruiken als dikstrooiselbed in het
kuikenhok. Het V.A.M.-bedrijf heeft
het vorig jaar op enige tientallen be
drijven. die zwaar besmet waren met
de smetstof van coccidiose en wor
men. proeven genomen met een 10 a
15 cm. dikke compost-laag in de kui-
kenhokken. thans wordt deze proef
in Gramsbergen genomen. De com
post moet vrij droog zijn. Is ze dat
niet, dan moet enige dagen voor de
kuikens komen, de kachel aan. Wel
moet men er voor zorgen dat de kui
kens de eerste 4 dagen niet bij de
compost kunnen komen. Dit is niet
moeilijk te bereiken, immers we heb
ben juist die 4 dagen een kartonnen
scherm om de kunstmoeder en als we
de bodem binnen die rand bedekken
met zakken of papier, hebben we ons
doel bereikt. Na die 4 dagen gaan
scherm en zakken weg. Over de resul
taten van deze proef hoop ik u te
zijner tijd in te lichten.
Als we zo het terrein der Pluim
veehouderij eens overzien, ontkomt
men niet aan de indruk dat we thans
in een overgangsperiode verkeren.
Om de grote uitval tengevolge van
infecties met darmparasieten, waar
onder ook de coccidiën moeten wor
den gerekend, te beperken, wordt
thans reeds aanbevolen de kuikens
gedurende de eerste 8 weken binnen
te houden en daarna over te brengen
naar de zomerhokjes die in het wei
land worden geplaatst, waar ze een
vrije uitloop hebben op onbesmet
terrein. Ze blijven hier tot ze enige
weken voor de leg worden overge
bracht naar de leghokken, waarin ze
verder binnen worden gehouden.
Bij toepassing van deze vorm van
pluimvee houden behoort ook de
dikstrooisel-methode. Hierover later
meer.
Dat in deze omstandigheden de
huisvesting en vooral de ventilatie
aan hoge eisen moet voldoen, is dui
delijk en evenzeer dat er niet meer
dieren in het hok mogen zijn dan
3 per mJ. bodemoppervlakte.
Hardenberg. J- B.
Maximumprijzen
consumptie-aardappelen
Om ongemotiveerde prijsopdrijving
van consumptie-aardappelen waar
voor naar de mening van deskundigen
geen aanleiding bestaat tegen te
gaan. heeft het Bedrijfschap voor
Aardappelen op 3 Februari 1953, een
verordening afgekondigd, waarin
maximumprijzen voor consumptie
aardappelen zijn vastgesteld.
Deze prijzen, die in overleg met de
organisaties van belanghebbenden zijn
tot stand gekomen, worden over de
gehele linie redelijk geacht.
Van de producenten en de handela
ren wordt in de huidige omstandighe
den de nodige zelftucht verwacht. Zij
mogen onder geen beding de maxi
mumprijzen overschrijden, waarop
scherp zal worden toegezien.
Hieronder volgen de maximumprij
zen, zoals deze in de verordening
voorkomen.
I. Maximum verkoopprijs aan consu
menten per 100 kg. by levering af
winkel:
a, Klei-aard. Zand-aard.
Februari 1953 18.16.
Maart 1953 - 18.50 -16.50
April 1953 - 19.— - 17.—
Mei 1953 -19.50 - 17.50
Na 31 Mei 1953 - 20.— - 18.—
b. Bij thuisbezorging aan de consu
ment mogen deze prijzen met ten
hoogste ƒ1.per 100 kg. worden ver
hoogd.
c. De maximum verkoopprijzen aan
consumenten op de Waddeneilanden
bedragen 1.per 100 kg. meer dan
de onder a genoemde maximum ver
koopprijzen.
II. Maximum verkoopprijs per 100 kg.
bij levering aan een kleinhandelaar.
a. Klei-aard. Zand-aard.
Februari 1953 ƒ15.— ƒ13.—
Maart 1953 -15.50 - 13.50
April 1953 -16.— -14.—
Mei 1953 -16.50 - 14.50
Na 31 Mei 1953 - 17.— - 15.—
b. Deze prijzen gelden bij levering
franco bedrijf van de kleinhandelaar.
c. De onder a genoemde maximum
verkoopprijzen aan kleinhandelaren
op de Waddeneilanden gelden bij le
vering franco schip in de vertrekha-
ven op het vasteland.
III. Maximum verkoopprijs per 100 kg.
bij levering aan een grossier.
a. Klei-aard. Zand-aard.
Februari 1953 ƒ12.25 10.25
Maart 1953 -12.75 -10.75
April 1953 -13.25 -11.25
Mei 1953 -13.75 -11.75
Na 31 Mei 1953 -14.25 -12.25
b. Deze prijzen gelden bij levering
franco in of op het vervoermiddel op
de laadplaats, waar de teler gewoon
lijk zijn aardappelen aan levert.
IV. Maximum verkoopprijs per 100 kg.
bij levering door een teler aan een
landhandelaar.
a. Klei-aard. Zand-aard.
Februari 1953 11*50 9.50
Maart 1953 -12.— - 10.—
April 1953 -12.50 -10.50
Mei 1953 - 13.— -11
Na 31 Mei 1953 -13.50 - 11.50
b. Deze prijzen gelden bij levering
franco aan of langszij het vervoermid
del op de laadplaats, waar de teler ge
woonlijk zijn aardappelen aan levert.
V. Voor de aardappelen, die gewas
sen zijn mogen de maximumprijzen
met ten hoogste 1.per 100 kg. wor
den verhoogd.
Korte mededelingen
INZAMELING VAN HOOI
EN ANDER RUWVOEDER.
Over het gehele land, o.a. in N.-
Holland, worden inzamelingen voor
bereid van hooi en ander ruwvoeder
ten behoeve van het geëvacueerde
vee. Naar het Ministerie van Land
bouw, Visserij en Voedselvoorziening
mededeelt, zullen spoedig regelingen
worden getroffen om de over het ge
hele land voor het geëvacueerde vee
aangeboden hoeveelheden ruwvoeder,
hooi, voederbieten, enz., op georgani
seerde wijze ter beschikking te stel
len van hen die het vee hebben op
genomen.
Over enige dagen kunnen aanvra
gen om voeder worden gericht tot de
Bureaux van de Provinciale Voedsel-
commissarissen, die belast zijn met de
leiding van deze op de evacuatie van
vee aansluitende maatregelen.
UITBREIDING VAN HET AANTAL
VRIJE VARKENSMARKTEN.
Het gunstige verloop van de var
kenspest maakt het mogelijk het ge
bied, waarin vrijelijk varkensmarkten
mogen worden gehouden, verder uit
te breiden. Blijkens een beschikking
van de Minister van Landbouw, Vis
serij en Voedselvoorziening a.i. in de
Nederlandse Staatscourant worden met
ingang van 31 Januari 1953 de beper
kende bepalingen t.a.v. het houden
van varkensmarkten opgeheven in de
provincies Limburg, Noord-Brabant,
Zeeland en het gedeelte van de pro
vincie Noordholland benoorden het IJ
en het NoordzeekanaaL
In het centrale en Westelijke deel
van ons land, begrensd door Noord-
zeekanaal, het IJ, het IJsselmeer, het
Keteldiep, de IJssel, de Rijn stroom
afwaarts, de Lek, de Nieuwe Maas en
de Nieuwe Waterweg, blijft het hou
den van markten voor fok- en opfok-
varkens verboden.
Het vervoer van varkens uit het ge
bied waar de vakensmarkten geschorst
zijn naar het „vrije" gebied blijft ver
boden. Het marktverbod geldt niet
voor slachtvarkens met een levend
gewicht van ten minste 75 kg., even
min als de verbodsbepaling ten aan
zien van het vervoer naar het „vrije"
gebied, voorzover de slachtvarkens
rechtstreeks naar een slachterij wor
den vervoerd.
lil
Oproep aan de werkgevers en de
arbeiders in de landbouw
Enkele dagen geleden is door de Stichting voor de Landbouw mede
gedeeld, op welke wijze naar haar oordeel aan de in de Stichting van
de Arbeid voorgestelde maatregelen, om als gezamenlijke werkgevers
en arbeiders een eerste bijdrage te leveren ter voorziening in de ont
stane nood, voor het agrarisch bedrijfsleven uitwerking zou moeten wor
den gegeven.
In aansluiting hierop deelt het Dagelijks Bestuur der Stichting het
volgende mede.
Aan alle in de agrarische bedrijfstakken werkzame vaste en losse
arbeiders wordt aanbevolen, om de waarde van één vacantiedag ter be
schikking te stellen van de slachtoffers. Deze arbeiders kunnen dus hun
werkgever, die volgens de CAO of loonregeling vacantiedagen door moet
betalen, mededelen, dat zij thans een der vacantiedagen, waarop zij
recht hebben, wensen op te nemen. Zij blijven echter aan het werk, doch
verzoeken hun werkgever om het bedrag waarop zij recht zouden heb
ben, aan het Nationaal Rampenfonds over te maken.
Het is gewenst om het bedrag, dat op zichzelf wisselend is. af te
ronden op tien gulden; daarmede wordt aangesloten aan het advies van
de Stichting van de Arbeid om eerst een uurloon en later een dagloon
ter beschikking te stellen.
De werkgevers, die vaste arbeiders in dienst hebben, wordt aan
bevolen om eenzelfde bedrag daaraan toe te voegen en het totaal aan
het Rampenfonds over te maken.
Losse arbeiders zijn in het huidige seizoen niet in belangr. ke aan
tallen in de landbouw werkzaam. Zij beschikken echter nog over een
bedrag aan vacantiebonnen, waarvan eerst met Pasen weer een deel
zou kunnen worden verzilverd.
De Stichting voor de Landbouw roept nu de losse arbeiders in de
landbouw op, om met eenzelfde bedrag aan vacantiebonnen 10.—) aan
deze hulpactie deel te nemen. In overleg met het Vacantiefonds voor
de Landbouw is besloten, dat de bonnen daartoe tussen 11 en 18 Fe
bruari op de gewone wijze kunnen worden ingeleverd bij de plaatselijke
penningmeesters der drie in de Stichting voor de Landbouw samenwer
kende landarbeidersbonden. De tijdstippen zullen plaatselijk bekend
worden gemaakt. Het Vacantiefonds zal te zijner tijd de ontvangen bon
nen verzilveren en het bedrag afdragen aan het Rampenfonds.
De werkgevers bij wie momenteel nog losse arbeiders werkzaam
zijn of die, voorzover dit niet het geval is, in de zomermaanden vele
losse arbeiders in dienst plegen te hebben, kunnen bij de bepaling van
het bedrag, dat zij aan de door hun vaste arbeiders afgestane bijdrage
toevoegen, met deze omstandigheden rekening houden.
Het Dagelijks Bestuur der Stichting voor de Landbouw vertrouwt
uiteraard, dat alle bedrijfsgenoten naar hun vermogen hebben bijgedra
gen aan de algemene hulp- en inzamelingsacties die plaatselijk zijn ge
organiseerd en op deze wijze him burgerplicht hebben vervuld. Er is
echter zeer veel nodig. Daarnaast acht het Stichtingsbestuur het dan ook
noodzakelijk, dat, in aansluiting aan de oproep van de Stichting van
de Arbeid, ook door onderlinge samenwerking van werkgevers en ar
beiders in de agrarische bedrijfsgemeenschap een daad wordt gesteld.
Daarom roepen de in de Stichting samenwerkende organisaties alle be
drijfsgenoten op, om op de hiertoe aangegeven wijze aan deze bedrijfs-
actie deel te nemen, opdat ook vanuit het agrarisch bedrijf als zodanig
een bijdrage wordt geleverd aan de algemene nood.
WEEKOVERZICHT
van de Stichting voor de Landbouw.
Week van 2 tot en met 7 Februari '53.
Nationaal Rampenfonds.
Het bestuur van het Vacantiefonds
voor de Landbouw heeft besloten een
bedrag van 100.000.aan het Natio
naal Rampenfonds over te maken.
Ontvangen betuigingen van
deelneming.
Bij de Stichting voor de Landbouw
kwamen hartelijke betuigingen van
deelneming met de nationale ramp
binnen van de voorzitter van de In
ternationale Federatie van Agrarische
Producenten (I.F.A.P.), van de C.E.A.
(het Verbond van de Europese Land
bouw), van de Franse Landbouw
Organisatie, van de Italiaanse Land
bouw Organisatie en van de Griekse
Landbouw Coöperaties.
MEDEDELING.
Namens de beide Centrale Boeren
leenbanken (Utrecht en Eindhoven)
wordt medegedeeld dat geëvacueer-
den op hun spaarboekjes van de
Boerenleenbank 250.per week
kunnen opnemen bij alle plaatselijke
Boerenleenbanken, aangesloten bij
een der beide genoemde Centrales.
Indien ook het spaarboekje ont
breekt, kan door de desbetreffende
Boerenleenbank zo nodig een bijzon
dere regeling worden getroffen in
overleg met de Centrale Bank, waar
onder deze Boerenleenbank ressor
teert.
Giften voor het Nationale Rampen
fonds kunnen worden overgemaakt
via de Boerenleenbanken.
Tenslotte worden ook geëvacueerde
kassiers van Boerenleenbanken uit de
noodgebieden verzocht hun adres aan
stonds op te geven aan hun Centrale
Bank.
Districtsagenten voor de uitvoering
der sociale verzekeringen der Land
bouw die geëvacueerd zijn, worden
eveneens verzocht hun tijdelijk adres
aanstonds te melden aan het Lande
lijk Coördinatie Orgaan te Den Haag.
VERLENGING INTERNATIONALE
TARWE OVEREENKOMST.
Besprekingen te Washington
hervat.
De besprekingen over de eventuele
verlenging van de op 1 Augustus 1953
beëindigende Internationale Tarwe
Overeenkomst worden op 30 Januari
a.s. te Washington hervat. De Neder
landse vertegenwoordiging staat hier
bij voorlopig onder leiding van de
voorzitter-directeur van het Hoofdbe
drijfschap voor Akkerbouwproducten,
Ir. T. P. Huisman.
Verschillende voorafgaande bespre
kingen brachten nog geen voor de
contracterende partijen bevredigende
oplossing van enige punten, van essen
tieel belang voor verlenging van de
overeenkomst.
In de eerste plaats zal overeenstem
ming moeten worden bereikt over de
hoogte van de maximum- en minimum
prijzen. De in de thans nog lopende
overeenkomst genoemde maximum
prijzen zijn naar het oordeel van de
tarwe-exporterende landen: Amerika,
Canada, Australië, Frankrijk, op te
laag niveau gesteld. Voorts zullen di
verse technische kwesties die in
de huidige overeenkomst niet bevre
digend werkten moeten worden
bezien.
Tenslotte worden in Washington
enige problemen van meer admini-
stratieve-juridische aard aan de orde
gesteld, waarbij o.a. de duur van de
nieuwe overeenkomst voor alle par
tijen van groot belang zal zijn.