Hoe staat het met de veiligheid van
onze eigen omgeving
Na de ramp
Afsluitdijk geen waarborg onder
alle omstandigheden
Kapitein Vader is vader van een
Koreaans weeshuis
Niet Elizabeths vloed maar
dijkdoorbraak bij Bemmel
MEPPELER COURANT VAN VRIJDAG 13 FEBRUARI 1953
(Van een bijzondere medewerker)
Toen we na de ramp, welke ons land zo zwaar heeft getroffen eens een
kijkje gingen nemen in de N.O.Polder en daar spraken met verschillende
bewoners van het nieuwe land, viel het ons op, dat men in de stormnacht
van 31 Januari op 1 Februari toch wel degelijk angst heeft gehad voor de
positie van het aan de Zuiderzee ontworstelde gebied. In deze gevoelens is
men natuurlijk gesterkt door de vreselijke uitwerking van het watergeweld
in het Zuiden en Westen en ook in officiële kring is gewaagd van grote
dankbaarheid voor „het gespaard blijven" achter de Afsluitdijk, die stand c w 11CC1
heeft gehouden tegen het vele meters hoog opgestuwde zeewater. Maar ook j geruststellend lijkt. Er was dus nog een
valt er een toon te beluisteren van nuchtere beoordeling, welke zich niet j sPe^nS van 5 cm-
wil overgeven, aan twijfel in de waarde van technisch-wetenschappelijke
scheppingen, doch anderzijds ook geen overdreven waarde aan dit mensen
werk wil toekennen.
Dit standpunt is onder de gegeven i gen een dergelijke waterstand is opge-
omstandigheden zeker het meest juiste
en er is dan ook alle reden om eens
even rustig stil te staan bij de veilig
heid, welke met de totstandkoming
van de zee-afsluiting, voor onze eigen
omgeving, nieuwe gestalte heeft ge
kregen.
Kenmerken van
noodweer-omstandigheden
Sedert het begin onzer jaartelling
zijn nu ongeveer 250 grote water
vloeden geboekstaafd. Gemiddeld heeft
elke eeuw zo'n tien van deze natuur
rampen gekend. De Kimbrische vloed,
ongeveer 150 jaar voor Christus deed
vele delen van ons land van gedaante
verwisselen en deze overstroming wij
zigde zelfs de richting van de grote
rivieren. (Ze veranderde ook het poli
tieke aanzien van Europa, want de
Kïmbren, Teutonen en andere volken
werden door het water van hun haard
steden verdreven en wierpen zich met
de wapens in de hand op hun beurt
als een vloedgolf op meer zuidelijk
wonende volken). Van bijzondere be
tekenis was verder de vloed van 839,
tijdens welke het Flevomeer zich
Noordwaarts uitbreidde en aldus Zui
derzee werd. Bij deze vloed bereikte
het water de hoogte van de duinen.
Ontzettend was ook de Allerheiligen
vloed in 1170, toen men te Utrecht zee
vis ving, het land tussen Texel, Me-
demblilc en Stavoren verdween en de
Zuiderzee zover Oostwaarts drong,
dat Kuinre aan zee kwam te liggen.
Zeven jaar later deed een nieuwe
overstroming de Dollard ontstaan en
in 1421 vormde de 2e St Elisabeths-
vloed de Biesbosch. Bij deze vloed
verdwenen niet minder dan 72 dorpen,
terwijl 100.000 mensen omkwamen. Op
1 November 1570 teisterde een van de
grootste overstromingen West-Europa
van het Kanaal tot aan Jutland. Bij
deze Allerheiligenvloed, die vier dagen
duurde, liep het water in Noord-
Holland een halve meter over de dij
ken, die op vele plaatsen doorbraken.
Een groot gedeelte van Groningen en
Friesland en bijna alle Zuid-Hollanse
en Zeeuwse eilanden liepen onder
water. Zo werd de geschiedenis een
wassen. Het behoeft echter geen be
toog, dat een dergelijke dijk nog geen
zekerheid biedt, onder alle omstandig- i
heden, omdat de natuurkrachten steeds 1
over een onbekende reserve beschik-
ken. Het blijft dus altijd mensenwerk
en men spreekt bij het bouwen van
dijken dan ook van het „aanvaardbare
risico", dat is blijven bestaan. Tot eer
van onze wetenschapsmensen moet
gezegd worden, dat dit „aanvaardbare
risico" bijna altijd verantwoord U ge
bleken. Maar, ten slotte blijft het een
risico, want een volkomen beheersing
van de natuurkrachten ligt nu eenmaal
niet in 's mensen hand. Toch is men de
laatste jaren overgegaan tot het aan
leggen van andere maatstaven bij het
berekenen van dijkconstructies om het
risico, zo mogelijk nog meer te beper
ken. Men zoekt het nu meer in meting
van waterdruk met toepassing van i
de formules der hydraulica en weegt i
de uitkomsten daarvan af tegen de j
meteorologische gegevens. En, nu is het
wel opvallend ,dat een tweetal dijken i
in het geteisterde gebied, welker con- j
structie aldus was berekend, stand
hebben gehouden, wat echter neg niet
zeggen wil, dat deze methode alle
risico wel zou uitsluiten. Want, ook
hierbij kan men de sluier niet oplich-
ten, welke over de toekomstige ge- I
beurlijkheden gespreid ligt.
Ten aanzien van stormen enz. dient
men bovendien te bedenken, dat deze
ook verband houden met klimatolo- I
gische omstandigheden, welke laatste
waarschijnlijk aan voortdurende ver
andering onderhevig zijn. Het laat zich
echter wel aanzien en hiervan ge
tuigt ook de rede van de minister van
Verkeer en Waterstaat in de per radio
uitgezonden Kamerzitting van j.l.
Woensdag dat de grote dijkwerken
van de toekomst, op deze nieuwe be
rekeningsmethode zullen zijn ingesteld.
Doch, vooraf moet men nog tot over
eenstemming komen over de vraag, of
b.v. het afdammen van de zee-armen,
waar men te maken heeft met water
diepten van 40 a 60 meter, practisch
uitvoerbaar zal zijn.
En nu de Afsluitdijk
Voor de beoordeling van de positie
Anderszijds zou het zeker verkeerd
zijn om hierin een falen van onze
dijkenbouwers te zien, want op
zichzelf getuigt reeds in sprekende
mate voor hun kundigheden, dat de
Afsluitdijk het tegen deze samen
loop van ongunstige invloeden heeft
uitgehouden.
Was het afgraven van de oude
Zuiderzeedijk verantwoord?
Wel kan men vaststellen, dat het
vertrouwen in de onfeilbaarheid van
de grote dijken in de loop der jaren
wel wat extra groot was geworden. In
de rampnacht is immers duidelijk ge
bleken, dat ook een „aanvaardbaar
risico" schrikbarend groot kan zijn.
Geen wonder dan ook, dat de vraag is
gerezen, af het van waterschap en
provincie wel zo heel verstandig is ge
weest. om de betekenis van de vroe
gere Zuiderzeedijk als waterkering te
verwaarlozen. Vroeger was deze water
kering de belangrijkste zorg van hei
waterschapsbestuur, maar met de tot
standkoming van de Afsluitdijk, is dit
hoofdstuk feitelijk uit de waterschaps-
n, - geschiedenis verdwenen. Hier en daar
Maar. het stormcentrum trok in.„erd de dijk zelfs aanmerkelijk afge-
de rampnacht van IJsland naar de graven en ook voor de toekomstige
Duitse bocht en deze trek had dus wegverbetering (b.v. tussen Zwart-
voor de Afsluitdijk wellicht nog on- s}"js e" Vollenhove) is op vcrdere af-
X7 5, graving gerekend. Gesteld nu, dat de
gunstiger kunnen zijn. Naar deze Afsluitdijk in een of andere super-
omstandigheden te oordelen, is erstorm zou bezwijken, dan zou de po-
dan ook zeker geen reden, om van laÜe land achter de oude
extra hard te juichen over het uit-" ïf'«inioedelflk ongunstiger zijn
'dan m het verleden. Allereerst 7ou de
houdingsvermogen van dit ovengens, j-amp zich natuurlijk voltrekken aan
zonder twijfel machtige dijkwerk, de zeepolders, maar ook het kust-
weest. Het water zou n.l. nog 5 cm
hoger hebben gekund. Verder is er
bericht, dat er „geen steentje uit de
dijk miste" en later kwam de mede
deling dat de schade op een millïoen
was geraamd. Een verhaal van een
Kampenaar die de Afsluitdijk Zondags
bezocht gaat weer over „een groot gat"
in de dijk nabij het monument, dat
aan de aandacht van de dijkwachten
zou zijn ontsnapt en dat volgens de
Kampenaar, bij voortduring van de
storm tot rampzalige gevolgen zou
hebben kunnen leiden. We zuilen ons
echter maar bepalen tot het eerste be
richt en dan moet ons van het hart,
dat deze mededeling nu niet zo heel
Neem ter bestrijding van
j»
de krachtig werkende
HET OUWEL-CACHET
WAARBORGT
SMAAKLOOS EN
GEMAKKELIJK INNEMEN
Adv.-Ingez. Med
Slachtoffertjes van een oorlog, die niet eindigt
een aaneenrijging van watersnoden en ivari Afsluitdijk in de jongste ramp-
in 1633 telde men al de zevende Aller- n.®cht Is aanvankelijk van officiële
heiligenvloed, waarbij in Zeeland zlJc'e meegedeeld, dat er van een maxi- j
alleen 360 doden waren te betreuren.male belasting nog geen sprake is ge-
STORMVLOEDEN IN DIT
GEBIED
'Voor onze streken spreken tot het
huidige geslacht echter meer, de storm
vloeden van 1775 en 1776, omdat deze
het eigen woongebied niet alleen heb
ben geteisterd, maar ook hebben ver
anderd. In laatstgenoemd jaar sloeg
het dorp Beulaker weg. waaraan de
naam van het Beulakerwiede is ont
leend en nog rampzaliger werd de
bekende watersnood van 1825, waar
van de overlevering nog in het tegen
woordige geslacht is blijven voort
leven
Niet van al deze rampen zijn de
juiste omstandigheden voor tiet na
geslacht bewaard gebleven, maar
één ding typeert toch vele dezer
vloeden en dat is het samenvallen
van West, tot Noord-Westerstorm met
springtij. Hetzelfde verschijnsel dus,
dat ook de ramp van 31 Januari op
1 Februari j.l. heeft gekenmerkt en
dat zelfs heeft geleid tot de vrees
voor 'n herhaling van de catastrophe
na de eerstkomende nieuwe maan,
dat is dus ongeveer tussen Zaterdag
en Maandag a.s. Men verwacht dan
n.l. een nog hoger springtij, wat op-
zichzelf geen gevaar inhoudt,
tenzij er weder tegelijkertijd een
superstorm zou opsteken.
De heer J. G. Leijrls, ambtenaar Ier secretarie te Dedemsvaart,
maakt ons er op attent, dat de oude tekening van een overstroming,
waarvan wij iu één van onze vorige nummers een reproductie ga
ven, niet een voorstelling is van de verschrikkingen van de Eliza-
bethsvloed (1421), zoals wij veronderstelden, maar van de dijk
breuk le Bemmel bij Nijmegen op 21 Februari 1799. De heer Leijds
is ook in liet bezit van deze plaat.
In het bijschrift staat het volgende te lezen
„De dijkbreuken in ons Nederland hadden noch nimmer
Zulke verschrikkelijke toneelen opgeleverd; de hier ver
heelde was eene der noodlottigste. het Ijs 't welk reeds
een gedeelte der Stad Nymegen had verwoest werd tot
Zulk eene hoogte op den dijk gejaagd dat ondanks alle
pogingen tot behoud dezelve bezweek, de geheele Betuwe
overstroomd wierd en veele landlieden met hun vee om
kwamen terwijl de oiilyjugte en ternauwernood geredde
menschen van alles beroofd in de bitterste Armoede en
ellende gedompeld wierden dan de menschlievendheid
die onze natie ten allen tijden Kenschetste deed zich bij
deze gelegenheid op de Schitterendste wijze zien en het
is aan die Edelmoedige die door hunne liefdegiften hel
lot dier ongelukkigen verzagt hebben alsook aan die
helden die met gevaar van hun eigen leven dat van
hunne medemenschen gered hebben aan wien deze platen
ter Nagedachtenis worden opgedragen door den Graveur
en Uitgever
C. JOSI te Amsterdam".
Gelukkig ligt dit laatste op het mo
ment echter niet in de lijn der ver
wachtingen. Wat het springtij betreft,
zij nog verduidelijkt, dat dit om de
twee weken optreedt, telkens kort na
volle maan en na nieuwe maan, als dit
hemellichaam dus precies met de zon
samenwerkt. Daartegenover treedt
een doodtij (met abnormaal lage wa
terstanden) op, kort na de tussenge-
stalten van de maan, na het eerste en
laatste kwartier dus. A.s. Zaterdag 14
Februari is 't nieuwe maan, vandaar
derhalve de vrees voor het dan te ver
wachten springtij.
Hoe dijkconstructies
berekend worden
Voor het berekenen van dijkcon
structies pleegt men zich o.m. te ba
seren op de uitzonderingstoestanden
van het verleden. Men gaat dan uit
van de hoogste waterstand, welke
ter plaatse of in vergelijkbare omge
ving, in de geschiedenis is geregistreerd
en bouwt dan een dijk, waarvan men
menselijkerwijze zeker is, dat hij te-
De eerste luitenant oorlogscorres
pondent J. Wups deelt aan de leger-
voorlichtïngsdienst mede:
In Yondongpo, een armelijk voor
stadje van Seoul, dicht bij het enorme
militaire vliegveld van laatstgenoem
de stad, staat aan de kant van de
grote verkeersweg naar Inehon een
bord met het embleem van het Ne
derlandse regiment Van Heutsz en de
woorden „Netherlands rear". Langs
een vijftig meter lange binnenweg
komt men door een poort, waar een
Koreaanse soldaat op wacht staat.
Een Koreaanse soldaat met een Ne
derlandse baret op waar hij trots
op is. Hij bewaakt een klein complex
van hout-en-papieren huisjes in Ja
panse stijl, waar het Nederlandse de
tachement Verenigde Naties zijn op
slagplaats heeft van goederen, die
aan het front niet direct nodig zijn.
In een van die gebouwtjes woont de
kapitein H. Vader, die het Nederland
se bataljon vertegenwoordigt bij het
achtste Amerikaanse leger op Korea.
„IK DACHT ZO.
Toen kapitein Vader nog maar nau
welijks in zijn nieuwe woning ge
ïnstalleerd was, werd op een middag
zacht op zijn deur getikt en een oude
re. beschaafd uitziende Koreaan dien
de zich bij hem aan- In gebroken
Engels en met veel verlegen glimlach
jes en buigingen vertelde hij direc
teur te zijn van een naburig weeshuis.
„Ik dacht zo", meende directeur
Lie, „dat u misschien wel eens oude
afgedragen uniformen van uw leger
onderdeel hebt, die wij kunnen ver
maken tot kleertjes voor onze kinde
renen misschien wat voedselaf-
val, want onze instelling is arm. Erg
arm
Achter een grote dosis barsheid en
ongenaakbaarheid verbergt kapitein
Vader een nog veel grotere dosis
naastenliefde en kinderen nemen een
grote plaats in in zijn ruime hart. In
zijn verbeelding zag hij zijn eigen
kinderen daar in Leidsendam al staan
met lompen aan in plaats van be
hoorlijke kleren en met een hongerige
uitdrukking in de ogen
„Hoe heet het weeshuis en waar
staat het?" vroeg hij. „Goed, ik kom
morgen eens kijken."
HET VRIEST 20 GRADEN
BINNENSHUIS.
Toen de kapitein de volgende dag
op de afgesproken tijd met zijn jeep
het erf van het weeshuis opreed,
stond de hele kinderschaar hem al
juichend op te wachten. Honderdze
ventig magere kleuters, die nauwe
lijks kleren aan het lijf hadden. Met
trieste donkere vraagoogjes, onna
tuurlijk dikke buikjes en de kromme
dunne beentjes. Het vroor meer dan
twintig graden en klappertandend
van de kou stonden ze daar te zwaai
en met papieren rood-wit-blauwe
vlaggetjes. Boven de ingang was een
groot papieren spandoek bevestigd
met de woorden: „Welcome to capt.
Vader, father of Nam Buk Orphana
ge". (Hoe hadden ze het zo gauw voor
elkaar gekregen?)
Daarmee had het weeshuis kapi-
teid Vader maar meteen en zonder
zijn voorkennis tot beschermer uitge
roepen en hij heeft zijn functie geac
cepteerd. De aanblik van die schare
kleintjes met hun van verwachting
schitterende oogjes en hun van de
kou druipende neusjes, nee, het was
te erg. Hier moest ingegrepen worden.
NAM BUK.
Toen wij ons van de toestanden in
Nam Buk („Nam" betekent Noord,
„Buk" is Zuid deze twee woorden
symboliseren de hereniging van
Noord- en Zuid-Korea die de Ko-
reanen zien als enige oplossing voor
de terugkeer van normale toestan
den) kwamen overtuigen, fluisterde
de kapitein mij in het oor: „Mijn
vrouw is al bezig om in Leidsendam
kleren voor ze te verzamelen
Wij waren diep geschokt door het
geen wij zagen. In een groot vertrek,
waar het kwalijk riekte naar knof
look en andere nare dingen, zaten
zestig peuters van drie tot vijf jaar
bijeen. Dicht tegen elkander geleund
op een grote kluit, gezeten op ruw
houten bankjes en kistjes. De onder
wijzeres gaf zangles en leidde het koor
van schorre piepstemmetjes, dat bij
onze binnenkomst verschrikt zweeg.
De hoofdjes werden verlegen gebogen
en honderdtwintig zwarte oogjes
volgden nauwlettend al onze bewe
gingen. Wij zagen de adem van al
die kleintjes en van de „juffrouw"
als witte dampwolkjes omhoog
kringelen naar het haveloze, gevaar
lijk doorgebogen houten plafond. Het
vroor toen buiten 25 graden en in het
lokaal zeker twintig, want er was
geen kachel en de meeste ruiten waren
stukeen ijzige wind, die je door
merg en been ging, floot langs het
dak. maar in het vertrek tochtte het
alleenO, ja, aan een kachel was
wel te komen, maar niet aan de
noodzakelijke brandstof.
LOMPENFLARDEN.
Diep weggedoken in onze met bont
gevoerde parka's doorleefden wij de
onbeschrijfelijke tragiek van dit
weeshuis-bestaan, de intens droeve
situatie van al die kinderen, die ver
schrikkelijke kou moesten lijden in
hun lompenflarden en hun hoogstens
in rubberslofjes gestoken blote voet
jes. Hoe lang reeds?
In het slaapvertrek van de klein
sten, die nog niet aan de lessen deel
namen, lagen een twintig peuters,
eigenlijk nog babies, slapend op dun
ne rieten matjes op de harde houten
vloer.
In de klas van de groteren stonden
de kinderen op een teken van de on
derwijzer op en begonnen, eerst in
het Koreaans en daarna in het Ne
derlands het Wilhelmus te zingen.
„Dat hebben ze in twee dagen ge
leerd", zei kapitein Vader trots. „Is
het niet aandoenlijk?"
Zo beijverden kapitein Vader en
zijn echtgenote zich voor verbetering
van het lot van honderdzeventig Ko
reaanse kinderen, kleuters van twee tot
elf, twaalf jaar, die het slachtoffer zijn
geworden van de oorlog, welke maar
niet wil eindigen. Het Nederlandse
Rode Kruis en andere sociale instel
lingen hebben zich eveneens reeds
met de zaak bemoeid en binnenkort
hopen wij te kunnen schrijven hoe
veel beter de kinderen het hebben
gekregen en hoe ongekunsteld dank
baar zij het Nederlandse volk daar
voor zijn. En niet het minst de Neder
landse verbindingsofficier in Seoul,
die zijn vrije tijd niet beter had kun
nen besteden, dan door de zorg voor
die stakkers op zich te nemen."
Wat er overbleef van het Café Dijksma te Giethoorndat door brand
wérd verwoest, terwijl de eigenaar voor reddingswerkzaamheden met
de Giethoornse punteraars in het rampgebied vertoefde.
^Bloemen!
Adv.-Ingez. Med.
gebied zou eerder een prooi der gclven
worden, omdat de oude zeedijk, ook
reserve, was uitgevallen. Daarom
is het zeker niet overbodig, dat de be
treffende instanties zich nog eens ter
dege op deze toestand gaan bezinnen.
Waarbij we natuurlijk niet uit het oog
verliezen de financiële consequenties,
welke aan een herstel van de oude
zeewering verbonden zouden zijn. In
het algemeen kan men ook moeilijk
een dijk gaan bouwen en daarachter
een in reserve, maar hier was
een reservedijk en lag het geval dus
wel enigszins anders. Met de afgraving
was in ieder geval alleen een v/eg-
belang gediend. We zullen ten slotte
ten aanzien van deze niet onbelang
rijke kwestie nog aanstippen, dat het
hier niet uitsluitend een waterschaps-
belang meer geldt, doch veeleer een
algemeen waterstaatsbelang, dat dus
in samenwerking van de betreffende
organen onder de loupe moet worden
genomen.
De wegenwacht
doet goed werk
in de rampgebieden
De wegenwacht van de A.N.W.B. re-
pareei-tmotorbootjes. De wegen
wacht verbindt, redt, rijdt en rent. Een
groot deel van het corps werkt in en
om de rampgebieden. Thans ook blijkt
de veelzijdige opleiding van deze man
nen van grote waarde te zijn.
Op Zondag 1 Februari organiseerde
de inspecteur Verheycken uit Eindho
ven al een hulpcolonne met de bedoe
ling transporten van en naar de over
stroomde gebieden technische hulp te
bieden. Sindsdien is een vier en twin-
tig-uursdienst ingesteld op de toe
gangswegen naar West-Brabant. Zee
land en de Zuid-Hollandse eilanden om
gestrande vehikels zo spoedig mogelijk
weer op gang te helpen.
Een speciaal daartoe gevormde afde
ling onder bevel van inspecteur Mos
heuvel ging naar de zwaarst getroffen
eilanden, omdat men daar geen be
schikking over voldoende monteurs
had. Tal van buitenboordmotoren van
vletten en punters, die in allerijl naar
de verdronken landen werden ge
stuurd, weigerden dienst of raakten
defect. De wegenwacht ging te water
en hield de grote kleine vloot op gang.
De wegenwacht houdt de transportco
lonnes op gang. de wegenwacht mar
keert gevaarlijke punten, escorteert,
rijdt koeriersdiensten, verbindt gewon
den, organiseert vervoer. Wegenwach
ten assisteerden ook bij reddingen met
lijnen en stokken.
KONINGIN BRENGT DIT JAAR NOG
ALLEEN WERKBEZOEKEN.
Namens H.M. de Koningin is meege
deeld. dat H.M. heeft besloten dit jaar
geen bezoeken af te leggen, die met
feestelijkheden gepaard gaan. H.M. is
voornemens alleen werkbezoeken te
brengen, bij voorkeur in de door de
watersnood getroffen gebieden.
WAS BELGISCHE RIVIEREN.
Terwijl nieuwe sneeuwstormen het
verkeer in de Ardennen bemoeilijken,
stijgt het peil van de Belgische rivie
ren snel ten gevolge van hevige regens
in West-België en de hiermee gepaard
gaande dooi, De scheepvaart op de
Sambre ligt stil. In het gebied tussen
Bergen en Charleroi is het peil twee
meter gestegen, waardoor talrijke lan
derijen zijn ondergelopen.
350 JAAR GED. STATEN VAN
DRENTHE.
Op 10 Juni a.s. zal te Assen worden
herdacht, dat bij de Drentse Staatsre
geling van 1603, nu 350 geleden, het
College van Gedeputeerde Staten de
finitief zijn intrede deed in het Drent
se Staatsbestel.
Ter gelegenheid hiervan zullen in
Assen het woord voeren mr A. J.
Jonkman, voorzitter van de Eerste Ka
mer, die als gevolg van het kiesstelsel
daarin Drenthe vertegenwoordigt, en
de oud-commissaris der provincie mr
dr R. H. Baron de Vos van Steenwijk.
Mr Jonkman zal spreken over „Het ge
heel en de delen", terwijl de oud-com
missaris het Drents-historische deel
voor zijn rekening zal nemen.
Voor deze bijeenkomst, die onder
auspiciën staat van het Drents Genoot
schap, dat zijn 350ste Landdag houdt,
heeft het Provinciaal Bestuur van
Drenthe de Statenzaal in het Provin
ciehuis beschikbaar gesteld. Het pro
vinciaal bestuur is voornemens
's avonds een receptie tè houden ter j
gelegenheid van deze herdenking.
Echtpaar Rosenberg-
naar electrische stoel?
Eisenhower weigert gratie
President Eisenhower heeft gewei
gerd gratie te verlenen aan Ethel en
Julius Rosenberg, die op beschuldiging
van het verraden van atoomgeheimen
ter dood zijn veroordeeld.
In een verklaring zegt de presidente
De aard van de misdaad, waaraan de
Rosenbergs schuldig zijn bevonden, is
veel ernstiger dan het doden van een
medeburger: het gaat hier om net
moedwillig verraden van een gehele
natie, hetgeen zeer goed de dood van
vele, vele duizenden onschuldige bur
gers ten gevolge zou kunnen hebben.
Door htm daad hebben deze twee per.-
sonen in feite de zaak van de vrijheid
verraden, waarvoor op dit ogenblik
vrije mensen strijden en sterven.
GEEN VERZACHTENDE OM
STANDIGHEDEN.
President Eisenhower zegt verder,
dat een zorgvuldige bestudering van
de zaak hem de overtuiging heeft ge
geven, dat aan de Rosenbergs volledig
recht is geschied. Er zijn noch nieu
we bewijzen, noch verzachtende om
standigheden aan het licht gekomen,
die een wijziging van het vonnis zou
den rechtvaardigen.
De zaak van de Rosenbergs heeft
maandenlang in de V.S. en in Europa
in het middelpunt van de belangstel
ling gestaan.
In Maart 1951 werd het echtpaar we
gens atoomspionnage voor de Sowjet-
Unie ter dood veroordeeld. Alle be
roepen, ook dat bij het Hooggerechts
hof, werden afgewezen. Aanvankelijk
was de terechtstelling vastgesteld voor
de week, die 12 Januari begon. De exe
cutie werd echter uitgesteld ten einde
de beklaagden in de gelegenheid te
stellen de president om gratie te ver
zoeken. Dit was de laatste kans van de
Rosenbergs om wijziging van htm von
nis te verkrijgen. De terechtstelling is
thans vastgesteld op 16 Februari.
De uitlevering- van de
Bredase vluchtelingen
Faber en Bikker
voor Duitse gerechtshoven
De Nederlandse verklaring, waarin
de wederkerigheid van uitleverings
ver plicht ing en wordt gegarandeerd,
moet als een voldoende basis voor de
uitlevering van de in Duitsland gear
resteerde Bredase vluchtelingen wor
den beschouwd. Tot deze conclusie
komt professor Bilsinger van de uni
versiteit van Freiburg in een deskun
dig advies, dat hij op verzoek van het
Oberlandesgericht in Dusseldorp heeft
gegeven. De Duitse wetgeving bepaalt,
dat bij afwezigheid van een uitleve
ringsverdrag in concrete gevallen een
accoord inzake een uitlevering kan
worden getroffen mits daarbij weder
kerigheid wordt gegarandeerd. Het ge
recht had over de betekenis van deze
bepaling een deskundig advies ge
vraagd.
De gearresteerde S.S.-man Faber zal
alvorens de Duitse regering tot uitle
vering kan overgaan, voor het gerecht
in Dusseldorp moeten verschijnen, dat
over zijn verzoek tot het verlenen van
asyl als politiek vluchteling zal moe
ten beslissen. De tweede gearresteer
de, Bikker, zal voor -het gerecht in
Hamm verschijnen. De data van de be
handeling staan evenwel nog niet vast.
ARSENICUM
IN BABY-POEDER
152 Franse zuigelingen vergiftigd
De autoriteiten die een onderzoek
instellen naar het „zuïgelingenpoeder-
schandaal" in West-Frankrijk hebben
bekendgemaakt, dat ten gevolge van
het gebruiken van een yergiftig' poe
der vorig jaar 152 zuigelingen om het
leven zijn gekomen, terwijl 752 zuige
lingen verwondingen hebben opgelo
pen.
Het poeder, dat te Bordeaux werd
vervaardigd en in grote hoeveelheden
in West-Frankrijk werd verkocht,
bleek een hoog arsenicumgehalte te
bevatten. Het onderzoek was ingesteld
naar aanleiding van een uitslagepide-
mie onder zuigelingen in het genoem
de gebied. De scheikundige, die aan
het hoofd stond van de betrokken fa
briek, zal wegens doodslag terecht
moeten staan.