Hoe staat het met de veiligheid van onze eigen omgeving Na de ramp Afsluitdijk geen waarborg onder alle omstandigheden Kapitein Vader is vader van een Koreaans weeshuis Niet Elizabeths vloed maar dijkdoorbraak bij Bemmel MEPPELER COURANT VAN VRIJDAG 13 FEBRUARI 1953 (Van een bijzondere medewerker) Toen we na de ramp, welke ons land zo zwaar heeft getroffen eens een kijkje gingen nemen in de N.O.Polder en daar spraken met verschillende bewoners van het nieuwe land, viel het ons op, dat men in de stormnacht van 31 Januari op 1 Februari toch wel degelijk angst heeft gehad voor de positie van het aan de Zuiderzee ontworstelde gebied. In deze gevoelens is men natuurlijk gesterkt door de vreselijke uitwerking van het watergeweld in het Zuiden en Westen en ook in officiële kring is gewaagd van grote dankbaarheid voor „het gespaard blijven" achter de Afsluitdijk, die stand c w 11CC1 heeft gehouden tegen het vele meters hoog opgestuwde zeewater. Maar ook j geruststellend lijkt. Er was dus nog een valt er een toon te beluisteren van nuchtere beoordeling, welke zich niet j sPe^nS van 5 cm- wil overgeven, aan twijfel in de waarde van technisch-wetenschappelijke scheppingen, doch anderzijds ook geen overdreven waarde aan dit mensen werk wil toekennen. Dit standpunt is onder de gegeven i gen een dergelijke waterstand is opge- omstandigheden zeker het meest juiste en er is dan ook alle reden om eens even rustig stil te staan bij de veilig heid, welke met de totstandkoming van de zee-afsluiting, voor onze eigen omgeving, nieuwe gestalte heeft ge kregen. Kenmerken van noodweer-omstandigheden Sedert het begin onzer jaartelling zijn nu ongeveer 250 grote water vloeden geboekstaafd. Gemiddeld heeft elke eeuw zo'n tien van deze natuur rampen gekend. De Kimbrische vloed, ongeveer 150 jaar voor Christus deed vele delen van ons land van gedaante verwisselen en deze overstroming wij zigde zelfs de richting van de grote rivieren. (Ze veranderde ook het poli tieke aanzien van Europa, want de Kïmbren, Teutonen en andere volken werden door het water van hun haard steden verdreven en wierpen zich met de wapens in de hand op hun beurt als een vloedgolf op meer zuidelijk wonende volken). Van bijzondere be tekenis was verder de vloed van 839, tijdens welke het Flevomeer zich Noordwaarts uitbreidde en aldus Zui derzee werd. Bij deze vloed bereikte het water de hoogte van de duinen. Ontzettend was ook de Allerheiligen vloed in 1170, toen men te Utrecht zee vis ving, het land tussen Texel, Me- demblilc en Stavoren verdween en de Zuiderzee zover Oostwaarts drong, dat Kuinre aan zee kwam te liggen. Zeven jaar later deed een nieuwe overstroming de Dollard ontstaan en in 1421 vormde de 2e St Elisabeths- vloed de Biesbosch. Bij deze vloed verdwenen niet minder dan 72 dorpen, terwijl 100.000 mensen omkwamen. Op 1 November 1570 teisterde een van de grootste overstromingen West-Europa van het Kanaal tot aan Jutland. Bij deze Allerheiligenvloed, die vier dagen duurde, liep het water in Noord- Holland een halve meter over de dij ken, die op vele plaatsen doorbraken. Een groot gedeelte van Groningen en Friesland en bijna alle Zuid-Hollanse en Zeeuwse eilanden liepen onder water. Zo werd de geschiedenis een wassen. Het behoeft echter geen be toog, dat een dergelijke dijk nog geen zekerheid biedt, onder alle omstandig- i heden, omdat de natuurkrachten steeds 1 over een onbekende reserve beschik- ken. Het blijft dus altijd mensenwerk en men spreekt bij het bouwen van dijken dan ook van het „aanvaardbare risico", dat is blijven bestaan. Tot eer van onze wetenschapsmensen moet gezegd worden, dat dit „aanvaardbare risico" bijna altijd verantwoord U ge bleken. Maar, ten slotte blijft het een risico, want een volkomen beheersing van de natuurkrachten ligt nu eenmaal niet in 's mensen hand. Toch is men de laatste jaren overgegaan tot het aan leggen van andere maatstaven bij het berekenen van dijkconstructies om het risico, zo mogelijk nog meer te beper ken. Men zoekt het nu meer in meting van waterdruk met toepassing van i de formules der hydraulica en weegt i de uitkomsten daarvan af tegen de j meteorologische gegevens. En, nu is het wel opvallend ,dat een tweetal dijken i in het geteisterde gebied, welker con- j structie aldus was berekend, stand hebben gehouden, wat echter neg niet zeggen wil, dat deze methode alle risico wel zou uitsluiten. Want, ook hierbij kan men de sluier niet oplich- ten, welke over de toekomstige ge- I beurlijkheden gespreid ligt. Ten aanzien van stormen enz. dient men bovendien te bedenken, dat deze ook verband houden met klimatolo- I gische omstandigheden, welke laatste waarschijnlijk aan voortdurende ver andering onderhevig zijn. Het laat zich echter wel aanzien en hiervan ge tuigt ook de rede van de minister van Verkeer en Waterstaat in de per radio uitgezonden Kamerzitting van j.l. Woensdag dat de grote dijkwerken van de toekomst, op deze nieuwe be rekeningsmethode zullen zijn ingesteld. Doch, vooraf moet men nog tot over eenstemming komen over de vraag, of b.v. het afdammen van de zee-armen, waar men te maken heeft met water diepten van 40 a 60 meter, practisch uitvoerbaar zal zijn. En nu de Afsluitdijk Voor de beoordeling van de positie Anderszijds zou het zeker verkeerd zijn om hierin een falen van onze dijkenbouwers te zien, want op zichzelf getuigt reeds in sprekende mate voor hun kundigheden, dat de Afsluitdijk het tegen deze samen loop van ongunstige invloeden heeft uitgehouden. Was het afgraven van de oude Zuiderzeedijk verantwoord? Wel kan men vaststellen, dat het vertrouwen in de onfeilbaarheid van de grote dijken in de loop der jaren wel wat extra groot was geworden. In de rampnacht is immers duidelijk ge bleken, dat ook een „aanvaardbaar risico" schrikbarend groot kan zijn. Geen wonder dan ook, dat de vraag is gerezen, af het van waterschap en provincie wel zo heel verstandig is ge weest. om de betekenis van de vroe gere Zuiderzeedijk als waterkering te verwaarlozen. Vroeger was deze water kering de belangrijkste zorg van hei waterschapsbestuur, maar met de tot standkoming van de Afsluitdijk, is dit hoofdstuk feitelijk uit de waterschaps- n, - geschiedenis verdwenen. Hier en daar Maar. het stormcentrum trok in.„erd de dijk zelfs aanmerkelijk afge- de rampnacht van IJsland naar de graven en ook voor de toekomstige Duitse bocht en deze trek had dus wegverbetering (b.v. tussen Zwart- voor de Afsluitdijk wellicht nog on- s}"js e" Vollenhove) is op vcrdere af- X7 5, graving gerekend. Gesteld nu, dat de gunstiger kunnen zijn. Naar deze Afsluitdijk in een of andere super- omstandigheden te oordelen, is erstorm zou bezwijken, dan zou de po- dan ook zeker geen reden, om van laÜe land achter de oude extra hard te juichen over het uit-" ïf'«inioedelflk ongunstiger zijn 'dan m het verleden. Allereerst 7ou de houdingsvermogen van dit ovengens, j-amp zich natuurlijk voltrekken aan zonder twijfel machtige dijkwerk, de zeepolders, maar ook het kust- weest. Het water zou n.l. nog 5 cm hoger hebben gekund. Verder is er bericht, dat er „geen steentje uit de dijk miste" en later kwam de mede deling dat de schade op een millïoen was geraamd. Een verhaal van een Kampenaar die de Afsluitdijk Zondags bezocht gaat weer over „een groot gat" in de dijk nabij het monument, dat aan de aandacht van de dijkwachten zou zijn ontsnapt en dat volgens de Kampenaar, bij voortduring van de storm tot rampzalige gevolgen zou hebben kunnen leiden. We zuilen ons echter maar bepalen tot het eerste be richt en dan moet ons van het hart, dat deze mededeling nu niet zo heel Neem ter bestrijding van j» de krachtig werkende HET OUWEL-CACHET WAARBORGT SMAAKLOOS EN GEMAKKELIJK INNEMEN Adv.-Ingez. Med Slachtoffertjes van een oorlog, die niet eindigt een aaneenrijging van watersnoden en ivari Afsluitdijk in de jongste ramp- in 1633 telde men al de zevende Aller- n.®cht Is aanvankelijk van officiële heiligenvloed, waarbij in Zeeland zlJc'e meegedeeld, dat er van een maxi- j alleen 360 doden waren te betreuren.male belasting nog geen sprake is ge- STORMVLOEDEN IN DIT GEBIED 'Voor onze streken spreken tot het huidige geslacht echter meer, de storm vloeden van 1775 en 1776, omdat deze het eigen woongebied niet alleen heb ben geteisterd, maar ook hebben ver anderd. In laatstgenoemd jaar sloeg het dorp Beulaker weg. waaraan de naam van het Beulakerwiede is ont leend en nog rampzaliger werd de bekende watersnood van 1825, waar van de overlevering nog in het tegen woordige geslacht is blijven voort leven Niet van al deze rampen zijn de juiste omstandigheden voor tiet na geslacht bewaard gebleven, maar één ding typeert toch vele dezer vloeden en dat is het samenvallen van West, tot Noord-Westerstorm met springtij. Hetzelfde verschijnsel dus, dat ook de ramp van 31 Januari op 1 Februari j.l. heeft gekenmerkt en dat zelfs heeft geleid tot de vrees voor 'n herhaling van de catastrophe na de eerstkomende nieuwe maan, dat is dus ongeveer tussen Zaterdag en Maandag a.s. Men verwacht dan n.l. een nog hoger springtij, wat op- zichzelf geen gevaar inhoudt, tenzij er weder tegelijkertijd een superstorm zou opsteken. De heer J. G. Leijrls, ambtenaar Ier secretarie te Dedemsvaart, maakt ons er op attent, dat de oude tekening van een overstroming, waarvan wij iu één van onze vorige nummers een reproductie ga ven, niet een voorstelling is van de verschrikkingen van de Eliza- bethsvloed (1421), zoals wij veronderstelden, maar van de dijk breuk le Bemmel bij Nijmegen op 21 Februari 1799. De heer Leijds is ook in liet bezit van deze plaat. In het bijschrift staat het volgende te lezen „De dijkbreuken in ons Nederland hadden noch nimmer Zulke verschrikkelijke toneelen opgeleverd; de hier ver heelde was eene der noodlottigste. het Ijs 't welk reeds een gedeelte der Stad Nymegen had verwoest werd tot Zulk eene hoogte op den dijk gejaagd dat ondanks alle pogingen tot behoud dezelve bezweek, de geheele Betuwe overstroomd wierd en veele landlieden met hun vee om kwamen terwijl de oiilyjugte en ternauwernood geredde menschen van alles beroofd in de bitterste Armoede en ellende gedompeld wierden dan de menschlievendheid die onze natie ten allen tijden Kenschetste deed zich bij deze gelegenheid op de Schitterendste wijze zien en het is aan die Edelmoedige die door hunne liefdegiften hel lot dier ongelukkigen verzagt hebben alsook aan die helden die met gevaar van hun eigen leven dat van hunne medemenschen gered hebben aan wien deze platen ter Nagedachtenis worden opgedragen door den Graveur en Uitgever C. JOSI te Amsterdam". Gelukkig ligt dit laatste op het mo ment echter niet in de lijn der ver wachtingen. Wat het springtij betreft, zij nog verduidelijkt, dat dit om de twee weken optreedt, telkens kort na volle maan en na nieuwe maan, als dit hemellichaam dus precies met de zon samenwerkt. Daartegenover treedt een doodtij (met abnormaal lage wa terstanden) op, kort na de tussenge- stalten van de maan, na het eerste en laatste kwartier dus. A.s. Zaterdag 14 Februari is 't nieuwe maan, vandaar derhalve de vrees voor het dan te ver wachten springtij. Hoe dijkconstructies berekend worden Voor het berekenen van dijkcon structies pleegt men zich o.m. te ba seren op de uitzonderingstoestanden van het verleden. Men gaat dan uit van de hoogste waterstand, welke ter plaatse of in vergelijkbare omge ving, in de geschiedenis is geregistreerd en bouwt dan een dijk, waarvan men menselijkerwijze zeker is, dat hij te- De eerste luitenant oorlogscorres pondent J. Wups deelt aan de leger- voorlichtïngsdienst mede: In Yondongpo, een armelijk voor stadje van Seoul, dicht bij het enorme militaire vliegveld van laatstgenoem de stad, staat aan de kant van de grote verkeersweg naar Inehon een bord met het embleem van het Ne derlandse regiment Van Heutsz en de woorden „Netherlands rear". Langs een vijftig meter lange binnenweg komt men door een poort, waar een Koreaanse soldaat op wacht staat. Een Koreaanse soldaat met een Ne derlandse baret op waar hij trots op is. Hij bewaakt een klein complex van hout-en-papieren huisjes in Ja panse stijl, waar het Nederlandse de tachement Verenigde Naties zijn op slagplaats heeft van goederen, die aan het front niet direct nodig zijn. In een van die gebouwtjes woont de kapitein H. Vader, die het Nederland se bataljon vertegenwoordigt bij het achtste Amerikaanse leger op Korea. „IK DACHT ZO. Toen kapitein Vader nog maar nau welijks in zijn nieuwe woning ge ïnstalleerd was, werd op een middag zacht op zijn deur getikt en een oude re. beschaafd uitziende Koreaan dien de zich bij hem aan- In gebroken Engels en met veel verlegen glimlach jes en buigingen vertelde hij direc teur te zijn van een naburig weeshuis. „Ik dacht zo", meende directeur Lie, „dat u misschien wel eens oude afgedragen uniformen van uw leger onderdeel hebt, die wij kunnen ver maken tot kleertjes voor onze kinde renen misschien wat voedselaf- val, want onze instelling is arm. Erg arm Achter een grote dosis barsheid en ongenaakbaarheid verbergt kapitein Vader een nog veel grotere dosis naastenliefde en kinderen nemen een grote plaats in in zijn ruime hart. In zijn verbeelding zag hij zijn eigen kinderen daar in Leidsendam al staan met lompen aan in plaats van be hoorlijke kleren en met een hongerige uitdrukking in de ogen „Hoe heet het weeshuis en waar staat het?" vroeg hij. „Goed, ik kom morgen eens kijken." HET VRIEST 20 GRADEN BINNENSHUIS. Toen de kapitein de volgende dag op de afgesproken tijd met zijn jeep het erf van het weeshuis opreed, stond de hele kinderschaar hem al juichend op te wachten. Honderdze ventig magere kleuters, die nauwe lijks kleren aan het lijf hadden. Met trieste donkere vraagoogjes, onna tuurlijk dikke buikjes en de kromme dunne beentjes. Het vroor meer dan twintig graden en klappertandend van de kou stonden ze daar te zwaai en met papieren rood-wit-blauwe vlaggetjes. Boven de ingang was een groot papieren spandoek bevestigd met de woorden: „Welcome to capt. Vader, father of Nam Buk Orphana ge". (Hoe hadden ze het zo gauw voor elkaar gekregen?) Daarmee had het weeshuis kapi- teid Vader maar meteen en zonder zijn voorkennis tot beschermer uitge roepen en hij heeft zijn functie geac cepteerd. De aanblik van die schare kleintjes met hun van verwachting schitterende oogjes en hun van de kou druipende neusjes, nee, het was te erg. Hier moest ingegrepen worden. NAM BUK. Toen wij ons van de toestanden in Nam Buk („Nam" betekent Noord, „Buk" is Zuid deze twee woorden symboliseren de hereniging van Noord- en Zuid-Korea die de Ko- reanen zien als enige oplossing voor de terugkeer van normale toestan den) kwamen overtuigen, fluisterde de kapitein mij in het oor: „Mijn vrouw is al bezig om in Leidsendam kleren voor ze te verzamelen Wij waren diep geschokt door het geen wij zagen. In een groot vertrek, waar het kwalijk riekte naar knof look en andere nare dingen, zaten zestig peuters van drie tot vijf jaar bijeen. Dicht tegen elkander geleund op een grote kluit, gezeten op ruw houten bankjes en kistjes. De onder wijzeres gaf zangles en leidde het koor van schorre piepstemmetjes, dat bij onze binnenkomst verschrikt zweeg. De hoofdjes werden verlegen gebogen en honderdtwintig zwarte oogjes volgden nauwlettend al onze bewe gingen. Wij zagen de adem van al die kleintjes en van de „juffrouw" als witte dampwolkjes omhoog kringelen naar het haveloze, gevaar lijk doorgebogen houten plafond. Het vroor toen buiten 25 graden en in het lokaal zeker twintig, want er was geen kachel en de meeste ruiten waren stukeen ijzige wind, die je door merg en been ging, floot langs het dak. maar in het vertrek tochtte het alleenO, ja, aan een kachel was wel te komen, maar niet aan de noodzakelijke brandstof. LOMPENFLARDEN. Diep weggedoken in onze met bont gevoerde parka's doorleefden wij de onbeschrijfelijke tragiek van dit weeshuis-bestaan, de intens droeve situatie van al die kinderen, die ver schrikkelijke kou moesten lijden in hun lompenflarden en hun hoogstens in rubberslofjes gestoken blote voet jes. Hoe lang reeds? In het slaapvertrek van de klein sten, die nog niet aan de lessen deel namen, lagen een twintig peuters, eigenlijk nog babies, slapend op dun ne rieten matjes op de harde houten vloer. In de klas van de groteren stonden de kinderen op een teken van de on derwijzer op en begonnen, eerst in het Koreaans en daarna in het Ne derlands het Wilhelmus te zingen. „Dat hebben ze in twee dagen ge leerd", zei kapitein Vader trots. „Is het niet aandoenlijk?" Zo beijverden kapitein Vader en zijn echtgenote zich voor verbetering van het lot van honderdzeventig Ko reaanse kinderen, kleuters van twee tot elf, twaalf jaar, die het slachtoffer zijn geworden van de oorlog, welke maar niet wil eindigen. Het Nederlandse Rode Kruis en andere sociale instel lingen hebben zich eveneens reeds met de zaak bemoeid en binnenkort hopen wij te kunnen schrijven hoe veel beter de kinderen het hebben gekregen en hoe ongekunsteld dank baar zij het Nederlandse volk daar voor zijn. En niet het minst de Neder landse verbindingsofficier in Seoul, die zijn vrije tijd niet beter had kun nen besteden, dan door de zorg voor die stakkers op zich te nemen." Wat er overbleef van het Café Dijksma te Giethoorndat door brand wérd verwoest, terwijl de eigenaar voor reddingswerkzaamheden met de Giethoornse punteraars in het rampgebied vertoefde. ^Bloemen! Adv.-Ingez. Med. gebied zou eerder een prooi der gclven worden, omdat de oude zeedijk, ook reserve, was uitgevallen. Daarom is het zeker niet overbodig, dat de be treffende instanties zich nog eens ter dege op deze toestand gaan bezinnen. Waarbij we natuurlijk niet uit het oog verliezen de financiële consequenties, welke aan een herstel van de oude zeewering verbonden zouden zijn. In het algemeen kan men ook moeilijk een dijk gaan bouwen en daarachter een in reserve, maar hier was een reservedijk en lag het geval dus wel enigszins anders. Met de afgraving was in ieder geval alleen een v/eg- belang gediend. We zullen ten slotte ten aanzien van deze niet onbelang rijke kwestie nog aanstippen, dat het hier niet uitsluitend een waterschaps- belang meer geldt, doch veeleer een algemeen waterstaatsbelang, dat dus in samenwerking van de betreffende organen onder de loupe moet worden genomen. De wegenwacht doet goed werk in de rampgebieden De wegenwacht van de A.N.W.B. re- pareei-tmotorbootjes. De wegen wacht verbindt, redt, rijdt en rent. Een groot deel van het corps werkt in en om de rampgebieden. Thans ook blijkt de veelzijdige opleiding van deze man nen van grote waarde te zijn. Op Zondag 1 Februari organiseerde de inspecteur Verheycken uit Eindho ven al een hulpcolonne met de bedoe ling transporten van en naar de over stroomde gebieden technische hulp te bieden. Sindsdien is een vier en twin- tig-uursdienst ingesteld op de toe gangswegen naar West-Brabant. Zee land en de Zuid-Hollandse eilanden om gestrande vehikels zo spoedig mogelijk weer op gang te helpen. Een speciaal daartoe gevormde afde ling onder bevel van inspecteur Mos heuvel ging naar de zwaarst getroffen eilanden, omdat men daar geen be schikking over voldoende monteurs had. Tal van buitenboordmotoren van vletten en punters, die in allerijl naar de verdronken landen werden ge stuurd, weigerden dienst of raakten defect. De wegenwacht ging te water en hield de grote kleine vloot op gang. De wegenwacht houdt de transportco lonnes op gang. de wegenwacht mar keert gevaarlijke punten, escorteert, rijdt koeriersdiensten, verbindt gewon den, organiseert vervoer. Wegenwach ten assisteerden ook bij reddingen met lijnen en stokken. KONINGIN BRENGT DIT JAAR NOG ALLEEN WERKBEZOEKEN. Namens H.M. de Koningin is meege deeld. dat H.M. heeft besloten dit jaar geen bezoeken af te leggen, die met feestelijkheden gepaard gaan. H.M. is voornemens alleen werkbezoeken te brengen, bij voorkeur in de door de watersnood getroffen gebieden. WAS BELGISCHE RIVIEREN. Terwijl nieuwe sneeuwstormen het verkeer in de Ardennen bemoeilijken, stijgt het peil van de Belgische rivie ren snel ten gevolge van hevige regens in West-België en de hiermee gepaard gaande dooi, De scheepvaart op de Sambre ligt stil. In het gebied tussen Bergen en Charleroi is het peil twee meter gestegen, waardoor talrijke lan derijen zijn ondergelopen. 350 JAAR GED. STATEN VAN DRENTHE. Op 10 Juni a.s. zal te Assen worden herdacht, dat bij de Drentse Staatsre geling van 1603, nu 350 geleden, het College van Gedeputeerde Staten de finitief zijn intrede deed in het Drent se Staatsbestel. Ter gelegenheid hiervan zullen in Assen het woord voeren mr A. J. Jonkman, voorzitter van de Eerste Ka mer, die als gevolg van het kiesstelsel daarin Drenthe vertegenwoordigt, en de oud-commissaris der provincie mr dr R. H. Baron de Vos van Steenwijk. Mr Jonkman zal spreken over „Het ge heel en de delen", terwijl de oud-com missaris het Drents-historische deel voor zijn rekening zal nemen. Voor deze bijeenkomst, die onder auspiciën staat van het Drents Genoot schap, dat zijn 350ste Landdag houdt, heeft het Provinciaal Bestuur van Drenthe de Statenzaal in het Provin ciehuis beschikbaar gesteld. Het pro vinciaal bestuur is voornemens 's avonds een receptie tè houden ter j gelegenheid van deze herdenking. Echtpaar Rosenberg- naar electrische stoel? Eisenhower weigert gratie President Eisenhower heeft gewei gerd gratie te verlenen aan Ethel en Julius Rosenberg, die op beschuldiging van het verraden van atoomgeheimen ter dood zijn veroordeeld. In een verklaring zegt de presidente De aard van de misdaad, waaraan de Rosenbergs schuldig zijn bevonden, is veel ernstiger dan het doden van een medeburger: het gaat hier om net moedwillig verraden van een gehele natie, hetgeen zeer goed de dood van vele, vele duizenden onschuldige bur gers ten gevolge zou kunnen hebben. Door htm daad hebben deze twee per.- sonen in feite de zaak van de vrijheid verraden, waarvoor op dit ogenblik vrije mensen strijden en sterven. GEEN VERZACHTENDE OM STANDIGHEDEN. President Eisenhower zegt verder, dat een zorgvuldige bestudering van de zaak hem de overtuiging heeft ge geven, dat aan de Rosenbergs volledig recht is geschied. Er zijn noch nieu we bewijzen, noch verzachtende om standigheden aan het licht gekomen, die een wijziging van het vonnis zou den rechtvaardigen. De zaak van de Rosenbergs heeft maandenlang in de V.S. en in Europa in het middelpunt van de belangstel ling gestaan. In Maart 1951 werd het echtpaar we gens atoomspionnage voor de Sowjet- Unie ter dood veroordeeld. Alle be roepen, ook dat bij het Hooggerechts hof, werden afgewezen. Aanvankelijk was de terechtstelling vastgesteld voor de week, die 12 Januari begon. De exe cutie werd echter uitgesteld ten einde de beklaagden in de gelegenheid te stellen de president om gratie te ver zoeken. Dit was de laatste kans van de Rosenbergs om wijziging van htm von nis te verkrijgen. De terechtstelling is thans vastgesteld op 16 Februari. De uitlevering- van de Bredase vluchtelingen Faber en Bikker voor Duitse gerechtshoven De Nederlandse verklaring, waarin de wederkerigheid van uitleverings ver plicht ing en wordt gegarandeerd, moet als een voldoende basis voor de uitlevering van de in Duitsland gear resteerde Bredase vluchtelingen wor den beschouwd. Tot deze conclusie komt professor Bilsinger van de uni versiteit van Freiburg in een deskun dig advies, dat hij op verzoek van het Oberlandesgericht in Dusseldorp heeft gegeven. De Duitse wetgeving bepaalt, dat bij afwezigheid van een uitleve ringsverdrag in concrete gevallen een accoord inzake een uitlevering kan worden getroffen mits daarbij weder kerigheid wordt gegarandeerd. Het ge recht had over de betekenis van deze bepaling een deskundig advies ge vraagd. De gearresteerde S.S.-man Faber zal alvorens de Duitse regering tot uitle vering kan overgaan, voor het gerecht in Dusseldorp moeten verschijnen, dat over zijn verzoek tot het verlenen van asyl als politiek vluchteling zal moe ten beslissen. De tweede gearresteer de, Bikker, zal voor -het gerecht in Hamm verschijnen. De data van de be handeling staan evenwel nog niet vast. ARSENICUM IN BABY-POEDER 152 Franse zuigelingen vergiftigd De autoriteiten die een onderzoek instellen naar het „zuïgelingenpoeder- schandaal" in West-Frankrijk hebben bekendgemaakt, dat ten gevolge van het gebruiken van een yergiftig' poe der vorig jaar 152 zuigelingen om het leven zijn gekomen, terwijl 752 zuige lingen verwondingen hebben opgelo pen. Het poeder, dat te Bordeaux werd vervaardigd en in grote hoeveelheden in West-Frankrijk werd verkocht, bleek een hoog arsenicumgehalte te bevatten. Het onderzoek was ingesteld naar aanleiding van een uitslagepide- mie onder zuigelingen in het genoem de gebied. De scheikundige, die aan het hoofd stond van de betrokken fa briek, zal wegens doodslag terecht moeten staan.

Krantenbank Zeeland

Watersnood documentatie 1953 - kranten | 1953 | | pagina 3