aan naar van HAR EN
reegoa pi pro zen/
ft 75
Men eer
„De Hond van Halderie"
iVrijdag 13 Febr. 1953 (1235)
Pagina 8
Bij de AI D A SIGAREN
FABRIEK kunnen geplaatst
worden
vrouwelijke ombladplukkers
Tevens plaats voor
meerdere jonge meisjes
om opgeleid te worden in diverse afdelingen.
Aanmelden dagelijks aan de fabriek,
Stratumsedijk, ingang Vondellaan.
Bij een GROOTHANDEL IN SPEELGOEDEREN en
HUISH. ARTIKELEN kan voor direct geplaatst worden
een ervaren
VERTEGENWOORDIGER
voor hef rayon Brabant - Limburg.
Zonder prima referenties en rijbewijs onnodig
te reflecteren. Prima condities.
Brieven onder No. 9474 bureau van dit blad.
PICUl
findhovfw
vraagt voor onmiddellijke indiensttreding ter opleiding voor
de aid, Fineerzeiterij
ENKELE HANDIGE MEISJES
Leeftijd 17—25 jaar,
en voor plaatsing op verschillende andere afdelingen
FLINKE JONGEMANNEN
Leeftijd 1721 jaar.
Aanmelden bij de afd. Personeel Tongelresestraat 29 heden
avond 78 uur en dagelijks van 9 10 uur.
AUTORIJSCHOOL Th. v.
Gemert, Edelweisstraat 72.
Eindhoven. Tel. 7743.
HARDBOARD, Zachtboard,
alle geriefhout. Van Bok
hoven, Looyackerstraat, bij
de oude molen, Stratum.
AUTORIJSCHOOL D. Wort-
man, erkend door de Kon.
Ned. Automob. Club. 5,
per uur. St. Jorisstraat 38,
tel. 8363.
Reclame drukwerk
op elk gebied
Drukkerij Oost-Brabant
Wal 2 Eindhoven
VERKOOP, reparatie eD
verhuur van dekkleden en
tenten. G. Keeris, tel. 5314
Gagelstr. 103a. Eindhoven
HET COCOSHUIS. Cocos
95 cm. breed vanaf 3.75
p. mtr. Het Cocoshuis, alleen
Hoogstraat 22 B, Tel. 2766,
Eindhoven,
MODERNE KIPPENHOK
KEN, 4& X 6 290.—.
Zooystraat 4, Telef. 8140,
Woensel.
Sportieve dames-molière met
prima para-rubber onderwerk.
IJiiUpkpnrlp natunrm
Fraaie oxblood herenmolière
met para-rubber onderwerk
en lederen tussenzool.
Prima herenmolière met
lederen zool in bruin en zwart
leder. Een reuze koopje.
PLAATST MORGEN
EEN SIREENTJE
Zeer solide bruin lederen
jongens-molière met sierlijk
stiksel en lederen zool,
ijzersterk. Zeer voordelig.
27-30 Ui
31-35 9.75
36-39 10.75
Filialen te Eindhoven, Hooghuisstraat 42; Den Bosch,
Pensmarkt 32; Helmond, Veestraat 25; Nijmegen, Broer
straat, hoek Pauwelstraat'; Tilburg, Heuvelstraat 44a.
door
Chr. A. Meijer
J
12)
„Kanus ocianus. Anders gezegd: zeehond. Een ge
wone hond is kanus familjarus, dus moet een zee
hond kanus ocianus heten. Waar of niet?"
Dat is zo iets geks dat ik er geen antwoord op weet.
„Ik ga maar eens kijken of mijn dame klaar is
voor de start."
„Mijn dame, zegt ie. Kapsonus! Houd haar twee
streken achterlijker dan dwars, dat is het veiligste."
Trixy staat Merok al te bewonderen als ik boven
kom.
„Hallo, Harry. Heb je ons vliegmachientje al ge
zien?"
„Morgen, Trixy. Natuurlijk, dat heb ik al bewon
derd. Wat een klein ding.
Als iedereen gehoorzaam is, zijn wij de enigen die
gaan vliegen".
Pa en Moe Van Beest komen tevoorschijn en groe
ten me allervriendelijkst. We gaan de valreep af en
nemen plaats bij de anderen: Boelsma, Klomp, Van
Bosse, Dokhuizen cn Flip, die vandaag „voor zijn ge
zondheid" de wal op gaat. Dokhuiren vraagt me
waarom ik gisterenavond niet ben gekomen om te
schaken. Ik verklaar, dat ik geen tijd heb gehad.
Met een blik op Trixy, die naast me zit, zegt hij,
dat hij het volkomen begrijpt.
Voordat Van Beest in een auto stapt, komt hij
naar me toe en zegt: „Zorg goed voor die krullebol
en laat ze geen gekke dingen doen. Je bent de baas.
Hier pak aan. Veel plezier. Dag!"
„Dank u, meneer, genoegelijke morgen".
„Dag Pa. Wie was er ook weer de baas?"
Weg zijn ze.
Ziezo, nu zijn we zo vrij als een vogeltje en nie
mand zal zien dat we ongehoorzaam zijn. De anderen
gaan allemaal rechts af de berg op, wij gaan links
af naar de steiger van het vliegtuig Daar zitten
twee mannen Engels te radbraken. De ene is de pi
loot, de andere is.Flip, die we daarnet op de stei
ger al hebben gemist. Nu is er dus toch een dwars
kijker in de buurt.
„Hé!" begroet hij ons „ik ken jullie. Ook boze
plannen? 't Mag niet van de baas, maar hij kan me
vertellen hoe laat het is. Ik ben meerderjarig".
„Het zal niet druk lopen vanmorgen", zegt de pi
loot. „Wat mij betreft, huren jullie het vliegtuig
voor de hele morgen".
„Wat kost dat?" vraagt Trixy dadelijk.
„Vijftig kronen per uur".
We overleggen even met elkaar. Ik heb van Trixy's
vader twee biljetten van vijftig kronen gekregen.
Flip glundert en zegt: „Ik heb er veertig kronen
voor over. Zullen we dan maar beslissen dat we twee
uur zullen vliegen?"
„Uitstekend. Afgesproken".
De piloot knikt tevreden en zegt dat we ruim twee
honderd kilometer kunnen vliegen. Op mijn verzoek
belooft hij over de Jostedalsbrae te zullen gaan. Dat
is het grootste gletscherplateau van Europa. Nu naar
het vliegtuig. Gunst, wat een klein muggetje; het
wiebelt als een roeibootje als we er in stappen.
„Heeft niemand iets vergeten? Daar gaat ie dan!"
Daverende herrie maakt elk gesprek onmogelijk,
maar dat zal wel wennen. Steeds vlugger glijden we
over het water. Plotseling is het alsof de wereld on
der ons wegzakt. Het water gaat schuin naar bene-
len staan en de rotsen duiken achter ons weg.
Wat een uitzicht! Ik vergeet alles, zelfs dat Trixy
naast me zitPas een uur later denk ik weer aan
haar. Toevallig kijkt ze ook net naar mij. Ze knikt
me toe en trekt een gezicht alsof ze wil zeggen: „Hoe
is het mogelijk dat een mens zó kan genieten".
In haar ogen zie ik de weerkaatsing van een be
sneeuwde bergtop, die we juist voorbij vliegen
Dan duikt het vliegtuig en als ik recht vooruit
kijk, zie ik Merok. Twee minuten iater strijken de
drijvers over het water, 't Is afgelopen. Het kost ons
moeite om op te staan. Het is ons alsof we dromen
en we willen nog niet wakker worden. De piloot
helpt ons bij het uitstappen. Ik geef hem een van
mijn weinige sigaretten en bedank hem. Nog onder
de indruk van de vliegtocht gaan we aan land. Flip
strijkt meteen neer voor een hotel, maar Trixy en ik
zijn blij dat we ons weer vrij kunnen bewegen. Als
bij afspraak zetten we er een stevig pas in. Pas na
een kwartier krijgen we behoefte aan een praatje.
„Heb je er spijt van dat je Pa's aanbod heeft aan
vaard?"
„Spijt? Ik heb nog nooit van mijn leven zo geno
ten. Er is niets wat ik zo bewonder als de natuur en
die is hier overweldigend. Deze vliegtocht was mijn
eerste en ik denk, dat ik nooit een mooiere kan ma
ken. Heb jij al meer gevlogen?"
„Jawel".
Och, ja, dat is waar ook. Haar vader is rijk. Bij
haar vergeleken ben ik maar een beestje. Een beest
je bij een Beestje dus.
We raken voor het eerst in gesprek en dat gaat zo
gemakkelijk, alsof we elkaar al jaren kennen. Ik
hoef me helemaal niet in te spannen om het gesprek
gaande te houden, noch om belangstelling te tonen
voor dingen die me niet interesseren Ik kan gewoon
zeggen wat ik denk.
Zij blijkt een heel gewoon, onbedorven meisje te
zijn. Zij vertelt van haar studie, die haar uitstekend
bevalt, van haar wedstrijden en vacantiereisjes. Na
een uurtje kijkt ze op haar horloge en zegt. „Elf uur.
Zullen we even gaan zitten voor we teruggaan?"
Rechts van ons is een plateau waar een gedenk
naald op staat. Ze tracht het opschrift te ontcijferen,
maar dat mislukt.
„Jammer dat we het niet kunnen lezen."
„We? Jij alleen, hoor", en ik vertaal het vlot.
„Wat, ken jij Noors?" Hoe kom je daar aan?"
Ik vertel haar dat ik het van moeder leerde. Ze is
een poosje stil, alsof ze ergens over nadenkt. Even
later zegt ze:
(Wordt vervolgd)