maar zout vreet bestaan weg Mariniers dichten vier gaten op Overflakkee Weer onder eigen dak, Slapen in etalage, eten in leslokaal Zevende verlieslijst Overflakkee manneneiland NYY-ers, geeft adres op Ongelofelijke prestatie in weer en wind Ze kwamen om iets te doen Hele wereld stuurt geld Spoorwegen in herstel HET VRIJE VOLK DONDERDAG 12 FEBRUARI 1955 PAGINA 5 (Van een onzer verslaggeefsters) In het noodgebied zijn mensen naar huis gegaan. Een paar families zijn terug in Abbenbroek op Voorne en Putten. Ze horen tot die zeldzame mensen, die hun weelde niet genoeg kunnen uitroepen: „We zitten weer onder ons eigen dak". Hun deuren staan wagenwijd open voor minder gelukkige dorpsgenoten, die eens poolshoogte komen nemen, maar die hun huis alleen maar zien kunnen, ergens in de verte in dat wilde, zoute meer. Voor hen komt de grote schok straks pas, als ze merken wat er met hun huis, hun boel, hun land is gebeurd. Zolang ze leeft, heeft Roos van Pelt niet beter geweten of de was werd te drogen gehangen op de lijn boven het weiland. Nu terug gekeerd in Abbenbroek is ze meteen aan het wassen geslagen. Het goed wordt te drogen gehangen op dezelfde plaats als altijd, maar nu is het de lijn boven de zee. (Van een speciale verslaggever) Als Je sergeant J. Deen van de koksschool in Leiden twee weken geleden voorspeld had, dat hij nog eens in een winkel etalage zou slapen, zou hij ongelovig zijn schouders opgehaald hebben. Nu hij het al een week lang elke nacht doet, vindt hij het de gewoonste zaak van de wereld. Samen met elf andere militairen vindt sergeant Deen elke avond om een uur of elf zijn bed gespreid in de etalage van de meubelzaak van de firma Kruider in Sommelsdijk op Over flakkee. Splinternieuwe bedden met gloed nieuwe dekens vinden de soldaten daar. Prijskaartjes hangen er nog aan. Is een betere illustratie moge lijk van de hulp, die de getroffen be volking de hulpverleners overal biedt? Overflakkee, door de vloed van 1 Februari van Goeree afgehakt, is een manneneiland geworden. De meeste vrouwen en kinderen zijn geëvacueerd, het grootste deel van de mannen keert zoetjesaan terug naar het eiland om de schouders te zetten on der het enorme werk van het herstel. Er wordt hard gewerkt aan de dijk en in de verwoeste dorpen, die door het water onder de voet zijn gelopen. De mannen, die op het eiland bleven of teruggekeerd zijn (onder scherpere controle dan langs de grenzen), wer ken dus. Maar mannen, die werken, hebben eten nodig. Veel eten. En daar moeten sergeant Deen en zijn negen helpers van het regiment intendance troepen voor zorgen. Voor 500 mensen In de Hervormde Bosscheschool in Sommelsdijk, vlak bij Middelhamis, heeft hij zijn mobiele keuken neer gezet. Woensdag is hij er begonnen voor de bevolking te koken. Sinds die tijd heeft hij elke dag van ongeveer 400 kilo aardappels. 70 80 kilo groenten. 100 kilo vlees en 350 broden, smakelijke maaltijden klaargemaakt voor ongeveer 500 mensen, die er geen cent voor hoefden te betalen. Zeven dagen lang heeft men het in Sommelsdijk (en ook in Middelhar- nis) kunnen redden met de geschenk zendingen, die via het Rode Kruis werden aangevoerd. De Bosscheschool in Sommelsdijk is intussen een grote centrale keuken, annex restaurant ge worden. Tussen de schoolborden met tafels van negen en de wandkaarten met platen van het Heilige Land zit de goegemeente elke avond tussen vijf en zeven te eten: aardappelen, groente, vlees, pap en fruit toe. 's Morgens kan men er brood met beleg krijgen. Koffie wordt er dag en nacht warm gehouden, want het werk gaat ook 's nachts door. Zelfs uit Oude Tonge, het zwaar getroffen dorp op tien kilometer afstand van Sommelsdijk—Middelhamis komt men eten in de centrale keuken. Wij troffen er ook de burgemeester Alle leden van bij het N.V.V. aan gesloten organisaties, die zijn ge ëvacueerd, wordt verzocht zo spoe dig mogelijk hun tegenwoordige adres bij hun bond bekend te maken. van Nieuwe Tonge aan. terwijl hij bezig was zijn portie snijbonenstamp- pot ie verorberen. „Het is hier net de zoete inval", zegt sergeant Deen, die de pollepel zwaait in de keuken. „Ook de mensen van de Rijkspolitie en de Rijkswater staat komen hier eten. Van heden (Woensdag) af moeten de mensen een kleinigheid voor het eten betalen. Dan is het gratis-voed- sel op." Ze leven en daar zijn ze innig dankbaar voor. Maar nu het lijf ge red is, gaan andere dingen spreken: hun bestaan. Dat ligt weg te teren in het zoute water. Mistroostig staan ze op de Gemeenlandse dijk en aan de rand van wat eens het Kerkplein was. „Het lijkt wel of het water wat minder hoog tegen de druivenkassen opstaat", overwegen zC zachtjes en Juffrouw Roos van Pelt zegt. als gold het een natuurwonder, dat ze 's morgens een paar grassprietjes heeft gezien. Nu zijn ze weer weg, want het water is weer gestegen. Plotseling hebben deze polderbewoners, die kilo meters van de zee zitten, te maken met eb en vloed. Ze bevatten het niet. Hoe het water nou weg moet komen? Als het gat in de Ouden- hoomse zeedijk dicht is. „Wanneer is dat", vragen ze allemaal. Nog da gen, misschien zelfs nog wel twee of drie weken. Een paar polders zouden misschien leeg gepompt kunnen worden in het Voornsekanaal. Vorige week liet de burgemeester door de radio omroepen, dat er be hoefte was aan pompen. Jammer ge noeg vergat hij er bij te zeggen, dat Abbenbroek wel een llchtnet heeft, maar geen krachtstroom. Er kwamen pompen. Ze zijn onbruikbaar, want het zijn electrische pompen. Met die selpompen had men onmiddellijk aan de slag kunnen gaan. Langzaam kapot Ondertussen doet het water zijn vernielende werk. Veel huizen, waar de boel nog ordelijk op zolder is ge zet, gaan langzaam ten gronde. Eerst de ruiten, dan de kozijnen en deur stijlen, dan de muren. „Komen jullie terug?" vroeg iemand aan de jongens Schorredijk. Ze hebben een boerenhoeve midden in het water. „Ik wou dat het waar is", zegt een van de Jongens terneer geslagen. „Ik zou wel eens naar ons huis willen varen". „Niet doen jö", klinkt het welge meend. „daar heb Je niks aan en je mag niet in het watergebied". Toen de jongens weg waren, zei de geluk kige, wiens eigen huis droog stond: „Ze zouden alleen maar zien. dat de achtermuur het begeven heeft en daar worden ze nog maar beroerder van dan ze al zijn. Ze kunnen toch niks doen". Een kleine kern is terug. Slager Van Pelt (half Abbenbroek heet Van Pelt) slacht een koe. „Ik ben vanmorgen in Rotterdam naar de veemarkt geweest. Het leven gaat door. de mensen moeten eten". Hij praat vlot over de vraag naar zijn leeftijd heen. Mensen boven de zestig mogen niet in Abbenbroek zijn; laat ze maar uitzoeken hoe oud hij is. Leidschendam". Morgen ga ik het ha len, dan kom ik overmorgen weer op Geervliet", zegt hij grif toe aan de klant uit Geervliet, die in zijn win kel staat. Het leven gaat door. Roos van Pelt hangt wasgoed aan de lijn boven de zee-plas. Zo lang ze leeft is het goed opgehangen aan de lijn boven het weiland. Haar broer Lee* heeft zorgen over de beesten. Ze zijn veilig, maar ze staan in de weg. „Een paar van mijn koeien moeten kalven; een paar an deren moeten bevrucht worden. Daar komt niks van terecht. De mensen zijn hartelijk genoeg, maar ze hebben geen ruimte voor zeven en twintig beesten extra. Ze staan bovenop el kaar". Stal weer droog Hij peinst maar, hoe hij die bees ten terug kan krijgen. De stal is weer droog, daar zouden ze in kun nen en er is nog wel wat veevoer... Zijn broer praat er triest door heen. „Twee meter water heb ik ge had". „Man ik teken ervoor", zegt een andere broer, die niets meer heeft. „Ja, we mogen niet klagen", vin den Leen en zijn zuster Roos. „Wij zijn weer thuis en het vee, nou ja het vee komt dan wel". Een klein deel van Abbenbroek is weer thuis. De meesten zijn blij, want al hadden ze het best in de stad „de mensen in Rotterdam zijn héél goed" je wil toch maar het liefst bij je zelf zijn. De vrouw van Kees Boenders weet niet of ze blij moet zijn of niet. Thuis is thuis, maar ze had de ellende net een beet je vergeten. „En als je dan al dat water weer ziet..." Nee. als ze kinde ren had. was ze er niet aan begon nen. Kinderen binnen Kinderen mogen in Abbenbroek niet op straat. Terecht, want het is levensgevaarlijk. Houd een kind maar eens weg bij het water, dat nog steeds zulke opmerkelijke (maar ge vaarlijke!) dingen aanspoelt als dode varkens en geiten en kippen. De thuisvaarders hebben het druk. Ze sjouwen het noodzakelijkste van hun boeltje weer naar beneden en brengen flessen water uit de regen put naar het dorp. Dat wordt naar Rotterdam gestuurd om gekeurd te worden, want niemand weet of de put niet vol met ziektekiemen zit. Fris drinkwater wordt met tankwa gens uit Rotterdam gebracht. Ze sjouwen zich doodmoe en ze denken maar niet aan de ellende die nog komt. Als straks de dorpsgenoten van het verdronken land terugkeren, letterlijk op een steenworpafstand van hun eigen droge huis. Het Ned. Rode Kruis kan in verband met de omstandigheden, waaronder de gegevens van deze verlieslijst worden verzameld, niet de volledige garantie geven voor de betrouwbaarheid. Het is dus mogelijk, dat een enkele wijziging achteraf noodzakelijk zal blijken. FIJNAART: Teuntje Driesprong, laatste adres D 182. HALSTEREN: Petronella van Osta, 1901; Cornelia Paulus, 1936: Johannes Raats, 1920; Maria E. P. Roks, 1934; Johanna M. Raats, 1909; Adriana Langenberg, 1919, HOEK (Z.): Pietemella J. Smallegang, 1952 te Hoek, dochter van Jan Jacob Smallegang en Jannetje Pladdet, laatste adres: A 19. Kapelle (Z.): Adriana Nijsse, 1939. KLUNDERT: Johannes Adrianus Blommers, 1900. Laatste adres: Krugerstraat 6. KORTGENE: Annie Clement. 5 Jaar, dochter van A. Clement, laatste adres: Torendijk; Wed. P. de Looff, laatste adres: Torendijk; Cornelia NijsseBolle, ongeveer 31 jaar, laatste adres Torendijk; Wil- helmina Schrier, ongehuwd. MIDDELHARNIS: Jacob Appel. 1930. laatste adres: Voorstraat 51; Jacob Troost, 1930 te Sommelsdijk, laatste adres: Van Pallandts- polder 1; Job Troost, 1935 te Melissant, laatste adres: Van Pallandts- polder 1; Adriane Vis, 1943, dochter van Leendert Vis (overleden) en Trijntje Arendje Buth, laatste adres: Oostvoorgors 39. NIEUWERKERK: Johannes Stoutjesdijk, 1877; Cornelia Krabbe. 1879, echtgenote van Joh. Stoutjesdijk; Adrianus Kik. 1946; Jan Jacobus Kik, 1949; Jozina Cornelia Kik, 1952; Jannetje de Jonge. 1894, echtgenote van Jan de Bil; Neeltje de Reus. 1913, echtgenote van Adriaan Stoutjesdijk; Willy Goudzwaard, 1940, dochter van Neeltje de Reus; Leentje Kooijman, ongeveer 8 jaar. zoon van J. H. Kooijman. laatste adres: Ooststraat; Adriana PuitOverbeeke, laatste adres: Ooststraat 185. NIEUW-VOSSEMEER: Maria Johanna Meesters, 1911. OUWERKERKMarina Koopman, wed. van Jan Slager, 50 55 Jaar, echtgenote van C. Westenbrugge. laatste adres: Molenweg. RILLAND-BATH: Maatje Kriger, 1872; Jan Nijsse, 1934. STAVENISSE: Johanna Geluk, 1929, dochter van Jan Geluk en Pieternella Smits, laatste adres: Buurtseweg B 60; Anthonetta Pie- ternella Quist, 1892, echtgenote van Jacob Blokpoel, laatste adres: Kerkstraat A 303; Helena Wesdorp, 1889, echtgenote van Abel Jan van der Reest, laatste adres: Kerkstraat A 363. WILLEMSTAD: Anna Bos, 1874. wed. van D. Punt, laatste adres: Helsendïjk Cl;» Arie Balten Bos, 1881, laatste adres: Helsendijk C 1. ,,Mijn paard' Groenteman Van Bodegom is ook terug. Hij verkoopt mondjesmaat aardappelen en groenten. „Zonder paard begin ik niks", verontschuldigt hij zich. Een dag lang is hij op reis geweest om zijn paard te zoeken. Hij vond het, goed verzorgd, terug in (Van een speciale verslaggever) Het is in één woord ongelofelijk, wat 242 mariniers ln één week tijds op het verdronken eiland Overflakkee hebben ge presteerd. Met af en toe maar enkele uren slaap, op met klei besmeurd stro, hebben deze jongens dag en nacht, bij regen en sneeuwstorm, gezwoegd om vier ontzettend grote gaten in de binnendijken tussen Den Bommel, Middelhamis en Oude Tonge te dichten. Ze hebben het zingend gedaan, zonder kankeren en al dit werk kwam tot stand onder leiding van een kapitein van de mariniers, twee waterbouwkundige studenten uit Delft en een verdwaalde dijkmeester uit de Betuwe. Nadat zij Dinsdagmorgen vroeg op de kaart ln hun hoofdkwartier in Den Bommel een cirkeltje om het gedichte gat zeven hadden gezet vie len zij om van de slaap. Maar ze gingen door en vanavond kunnen de eerste vrachtauto's van Middelhamis over Den Bommel weer naar Oude Tonge rijden. De bevolking zou voor die 242 mariniers van Den Bommel wel een standbeeld willen oprichten. Toen het water in de verdronken polders van Overflakkee vorige week een eindje zakte, kwamen de ver nielde binnendijken boven. Op die dijken liepen de wegen tussen de dorpen op het eiland. Voordat men kan beginnen aan het dichten van de zeedijken, zullen eeret die binnen dijken en dus de wegen hersteld moeten worden. In de chaos van goed willende maar als los zand aan elkaar han gende hulpverleners streek vorige week Woensdag een compagnie van honderd mariniers in Den Bommel neer. Dit dorpje met zijn haventje aan het Haringvliet was door de vloedgolf ln tweeën gebro ken. In de diepe, loodrecht afda lende kloof in de Molendijk stroomt en kolkt het water van het Ha ringvliet de polders binnen. Daar staat alles blank. Het is er water zover het oog rijkt. Zonder orders Dat zagen de honderd mariniers vorige week Dinsdag ook, maar ze wilden iets doen tegen dat woedende water dat bandeloos de polders van Overflakkee Instroomde. Instructies kregen ze evenmin als de andere mensen die ln Den Bommel aan land gezet waren. Omdat „niets doen" niet het doel van hun komst was besloten de ma riniers zonder orders toch de handen uit de mouwen te steken. Him kapi tein R. H. de Jonge Ouderaat hield krijgsraad met de twee Delftse stu denten F. W. Craandijk en J. W. Gooze Zijl die met schoppen op het eiland verzeild geraakt waren. Daar kwamen nog de heer Smits van het dijkbestuur van Flakkee en dijkmees ter N. B. Lodder uit Ochten bij. Dit groepje mannen besloot meteen te beginnen met het herstellen van de binnendijken. De potige mariniers ploeterden en zwoegden. Slapen deden ze af en toe op een houten vloer. Bij schaarse verlichting van wat noodlampjes. ge voed door een hulpaggregaat, smeten ze op de afgebrokkelde dijken tien duizenden zandzakken neer. Ze trot seerden sneeuwstormen als zij in de haven zakken vulden. Ze braken bij na hun armen bij het spitten van klei. Laatste gat Maar het eerste gat werd gedicht en het tweede, en het derde. Na Za terdag met 142 man en enkele bur gers versterkt te zijn, vulden zij in de nacht van Maandag op Dinsdag het laatste (honderd meter lange) gat in de Tilsche dijk die naar Oude Tonge loopt. Toen kapitein De Jonge Ouderaat en zijn helpers drie dagen „Water staat" gespeeld hadden, kwam er een telegram van de echte Rijkswater- staat, dat de Mariniers zich ..ge reed" dienden te houden. Er waren I toen al twee grote gaten gevuld en het contact tussen enkele plaatsen was alweer hersteld. Het inmiddels tot 242 mannen uit gegroeide dijkleger van mariniers ging daarom maar rustig door. Uit de kleren kwamen ze niet en tijd om hun doorweekte plunje te dro gen was er evenmin. En nu een week na hun aankomst en één dag voor hun aflossing door de landmacht zijn de meeste binnendijken op Oost- Flakkee begaanbaar. Maar er is meer bereikt. De Den Bommelpolder ach ter het enorme gat in de zeedijk bi] Den Bommel wordt weer omsloten door één dijk, zonder gaten. Over die dijk kan men wel is waar met een omweg weer van het ene deel van het plaatsje Den Bommel in het andere deel komen. Beladen met materiaal zijn de donkere Italianen het kille water gebied bij Zevenbergen binnengerukt. Het handigst bleken hun kleine, maar snelle amphïbievoertuigen, waarmee ze onmiddellijk op weg gingen om het terrein te verkennen. Bovendien kan het zeewater door het gat in de zeedijk niet meer via de Den Bommel-polder in de aangren zende polders komen. Prachtiverk Het is moeilijk om er op Over- Flakkee achter te komen, wie precies de leiding heeft bij het. herstel van de binnendijken. De onstabiele toe stand van begin vorige week is wat dit betreft nog met veel veranderd. Maar wie er ook de leiding moet hebben, wat de mariniers, de enkele studenten en wat loslopende burgers op hun eigen houtje hebben gedaan, is prachtwerk. Vanmiddag hebben we per auto een tocht over de herstelde binnen dijken gemaakt. We hebben gehob beld over de bestrating van zandzak ken op de plaatsen, waar enkele da gen geleden nog driftig water stroomde. We hebben gezien, hoe in dit zwaar geteisterde gebied vijftons- vrachtauto's over de gevulde gaten reden. Hun banden lieten diepe spo ren na, maar ze kwamen er. Het Cura^aose Rampenfonds heeft telegrafisch aangeboden een half milUoen Amerikaanse dollars te stor ten bij een Amerikaanse Bank ten behoeve van het Nationaal Rampen fonds. Aruba cn Bonaire hebben sa men minstens 175.000 dollar inge zameld. Men verwacht vandaag of morgen twee en een half milioen Nederland se guldens bijeen te hebben. In Zweden is tot nu toe voor ruim zeven milUoen gulden aan geld en goederen voor de Nederlandse slacht offers bijeengebracht. De inzamelingen in Oostenrijk hebben 75.000 gulden opgebracht. Denemarken bracht vijf en een half millioen gulden bijeen. De Internationale Joodse Organi satie B'nai B'rith heeft tien duizend dollar aan Nederland geschonken. Een Italiaanse autofabrikant schonk 30.000 gulden. Een Hillegomse bollenexporteur kreeg van een Zweedse klant een cheque van 5.000 kronen (3.700 gul den). De Rode Kruisverenigingen over de gehele wereld hebben ongeveer tien millioen dollar voor de door wa tersnood getroffen Jandeö bijeenge bracht. Gevleugelde hulp Reeds 229.735 kilo goederen waren Woensdagmiddag het vrachtkantoor van de KLM op Schiphol 'gepasseerd. De hoeveelheden „gevleugelde hulp" variëren van vijf kilo uit Syrië tot 44.000 kilo uit Frankrijk. De rederij Isbrandtsen te New York (van de Flying Enterprise) heeft rijf duizend dollar voor het Rampenfonds beschikbaar gesteld. (ew se) JA het (Van een speciale verslaggever) Reeds in het laatst van deze maand zullen alle niet omvangrijke schaden die de Nederlandse Spoor wegen door de overstroming hebben geleden, hersteld zijn. Slechts de twee grote beschadigin gen aan weerszijden van de Moer dijk en op de lijn Bergen op Zoom Goes blijven dan nog over. Dit is vandaag bij de N.S.. nadat de balans kon worden opgemaakt, bekend geworden. Over het alge meen. zo blijkt nu, valt ie schade mee, doordat nergens kunstwerken, bruggen of viaducten werden ge troffen. In de loop van de volgende week zal de spoorverbinding van Dor drecht via Gorkum naar Gelder- malsen weer hersteld zijn. In de komende week. op 16 Fe bruari. zal men ook alweer kunnen rijden van Bergen op Zoom tot het knipperlicht te Rilland-Bath. Ditzelf de knipperlicht heeft het gepresteerd om, toen het in het water stond, nog twee dagen lang zijn lichtsignalen te geven Ook de lijn Den Bosch—Lage Zwa- luwe, vooral belangrijk voor de aan voer van kolen naar de electrische centralen Donge en Ammers (stroom- leveranciers voor Zuid-Holland), zal nog deze maand berijdbaar zijn. Evenals het traject Roosendaal— Zevenbergen. Veel en moeilijk werk moeten N.S. verrichten bij Lage Zwaluwe. Het emplacement is nu droog, maar de Inrichtingen van het sein wezen, die Juist geheel waren gereviseerd hebben veel geleden. Vanmorgen is echter een aannemingsbedrijf in op dracht van de spoorwegen aan de slag gegaan, zonder dat was bepaald welke vergoeding zal worden betaald, omdat daar geen tijd voor was ge weest. De ravage bij Lage Zwaluwe is groot; een nieuw seinhuis was scheef gezakt, tien goederenwagons waren gekanteld, draden waren geknakt en seinpalen dreven in het Hollandsch Diep. Men probeert nu het 800 meter grote gat tussen Lage Zwaluwe en Moerdijk te dichten. Dinsdag begon Rijkswaterstaat met het volspuiten van de gaten in de dijken die aan de zuidzijde van het Hollandsch Diep liggen. Moerdijk bereikbaar Dit werk, zo hoopt men, wordt de komende week voltooid en dan zullen de beide bruggen over de Moerdijk weer vanaf het zuiden bereikbaar zijn. Hard wordt ook het tweede grote object Bergen op Zoom-Goes aangepakt. Ongeveer 1400 meter vol komen weggeslagen spoorrails in de Augustapolder ten zuiden van Ber gen op Zoom zal volgende week ge repareerd zijn. Bij Kruiningen loopt bij elke vloed een deel van de spoor baan nog onder water. Alleen als het eb is. kan men de chef van de spoor- wegpost Kruiningen-Yerseke van proviand voorzien. Juist hier, bij Kruiningen zal het nog geruime tijd vele weken, mis schien zelfs enige maanden duren eer de trein weer kan rijden Maar Inmiddels wordt op de Sloedam (de verbinding Walcheren—Zuid Beve land) een spoor hersteld en zodoen de zal op VlissingenGoes de vol gende week alweer gereden kunnen worden. Wellicht wordt dit traject dan nog doorgetrokken tot de vloed deuren ten westen van Kruiningen. Verbluffend is het tempo waarin wordt gewerkt. Bewonderenswaardig is het uithoudingsvermogen van hon derden spoorwegarbeiders. Bij Roo sendaal werkte seinwezen-personeel dagenlang van 's ochtends vijf tot 's avonds elf uur. Mede daaraan is het te danken, dat bij de N.S. het leed sneller gele den zal zijn dan Iemand had durven hopen.

Krantenbank Zeeland

Watersnood documentatie 1953 - kranten | 1953 | | pagina 2