maar zout vreet
bestaan weg
Mariniers dichten vier
gaten op Overflakkee
Weer onder eigen dak,
Slapen in etalage,
eten in leslokaal
Zevende verlieslijst
Overflakkee manneneiland
NYY-ers, geeft
adres op
Ongelofelijke prestatie
in weer en wind
Ze kwamen
om iets
te doen
Hele wereld
stuurt geld
Spoorwegen
in herstel
HET VRIJE VOLK
DONDERDAG 12 FEBRUARI 1955
PAGINA 5
(Van een onzer verslaggeefsters)
In het noodgebied zijn mensen naar huis gegaan. Een paar
families zijn terug in Abbenbroek op Voorne en Putten. Ze
horen tot die zeldzame mensen, die hun weelde niet genoeg
kunnen uitroepen: „We zitten weer onder ons eigen dak".
Hun deuren staan wagenwijd open voor minder gelukkige
dorpsgenoten, die eens poolshoogte komen nemen, maar die
hun huis alleen maar zien kunnen, ergens in de verte in dat
wilde, zoute meer. Voor hen komt de grote schok straks pas,
als ze merken wat er met hun huis, hun boel, hun land is
gebeurd.
Zolang ze leeft, heeft Roos van Pelt
niet beter geweten of de was werd te
drogen gehangen op de lijn boven
het weiland. Nu terug gekeerd in
Abbenbroek is ze meteen aan het
wassen geslagen. Het goed wordt te
drogen gehangen op dezelfde plaats
als altijd, maar nu is het de lijn
boven de zee.
(Van een speciale verslaggever)
Als Je sergeant J. Deen van de koksschool in Leiden twee
weken geleden voorspeld had, dat hij nog eens in een winkel
etalage zou slapen, zou hij ongelovig zijn schouders opgehaald
hebben. Nu hij het al een week lang elke nacht doet, vindt hij
het de gewoonste zaak van de wereld.
Samen met elf andere militairen vindt sergeant Deen elke
avond om een uur of elf zijn bed gespreid in de etalage van de
meubelzaak van de firma Kruider in Sommelsdijk op Over
flakkee.
Splinternieuwe bedden met gloed
nieuwe dekens vinden de soldaten
daar. Prijskaartjes hangen er nog
aan. Is een betere illustratie moge
lijk van de hulp, die de getroffen be
volking de hulpverleners overal biedt?
Overflakkee, door de vloed van 1
Februari van Goeree afgehakt, is een
manneneiland geworden. De meeste
vrouwen en kinderen zijn geëvacueerd,
het grootste deel van de mannen
keert zoetjesaan terug naar het
eiland om de schouders te zetten on
der het enorme werk van het herstel.
Er wordt hard gewerkt aan de dijk
en in de verwoeste dorpen, die door
het water onder de voet zijn gelopen.
De mannen, die op het eiland bleven
of teruggekeerd zijn (onder scherpere
controle dan langs de grenzen), wer
ken dus. Maar mannen, die werken,
hebben eten nodig. Veel eten. En daar
moeten sergeant Deen en zijn negen
helpers van het regiment intendance
troepen voor zorgen.
Voor 500 mensen
In de Hervormde Bosscheschool in
Sommelsdijk, vlak bij Middelhamis,
heeft hij zijn mobiele keuken neer
gezet. Woensdag is hij er begonnen
voor de bevolking te koken. Sinds die
tijd heeft hij elke dag van ongeveer
400 kilo aardappels. 70 80 kilo
groenten. 100 kilo vlees en 350 broden,
smakelijke maaltijden klaargemaakt
voor ongeveer 500 mensen, die er geen
cent voor hoefden te betalen.
Zeven dagen lang heeft men het in
Sommelsdijk (en ook in Middelhar-
nis) kunnen redden met de geschenk
zendingen, die via het Rode Kruis
werden aangevoerd. De Bosscheschool
in Sommelsdijk is intussen een grote
centrale keuken, annex restaurant ge
worden. Tussen de schoolborden met
tafels van negen en de wandkaarten
met platen van het Heilige Land zit
de goegemeente elke avond tussen
vijf en zeven te eten: aardappelen,
groente, vlees, pap en fruit toe.
's Morgens kan men er brood met
beleg krijgen. Koffie wordt er dag en
nacht warm gehouden, want het
werk gaat ook 's nachts door. Zelfs
uit Oude Tonge, het zwaar getroffen
dorp op tien kilometer afstand van
Sommelsdijk—Middelhamis komt
men eten in de centrale keuken.
Wij troffen er ook de burgemeester
Alle leden van bij het N.V.V. aan
gesloten organisaties, die zijn ge
ëvacueerd, wordt verzocht zo spoe
dig mogelijk hun tegenwoordige
adres bij hun bond bekend te maken.
van Nieuwe Tonge aan. terwijl hij
bezig was zijn portie snijbonenstamp-
pot ie verorberen.
„Het is hier net de zoete inval",
zegt sergeant Deen, die de pollepel
zwaait in de keuken. „Ook de mensen
van de Rijkspolitie en de Rijkswater
staat komen hier eten.
Van heden (Woensdag) af moeten
de mensen een kleinigheid voor het
eten betalen. Dan is het gratis-voed-
sel op."
Ze leven en daar zijn ze innig
dankbaar voor. Maar nu het lijf ge
red is, gaan andere dingen spreken:
hun bestaan. Dat ligt weg te teren in
het zoute water. Mistroostig staan ze
op de Gemeenlandse dijk en aan de
rand van wat eens het Kerkplein
was. „Het lijkt wel of het water wat
minder hoog tegen de druivenkassen
opstaat", overwegen zC zachtjes en
Juffrouw Roos van Pelt zegt. als
gold het een natuurwonder, dat ze
's morgens een paar grassprietjes
heeft gezien.
Nu zijn ze weer weg, want het
water is weer gestegen. Plotseling
hebben deze polderbewoners, die kilo
meters van de zee zitten, te maken
met eb en vloed. Ze bevatten het
niet. Hoe het water nou weg moet
komen? Als het gat in de Ouden-
hoomse zeedijk dicht is. „Wanneer
is dat", vragen ze allemaal. Nog da
gen, misschien zelfs nog wel twee of
drie weken.
Een paar polders zouden misschien
leeg gepompt kunnen worden in het
Voornsekanaal.
Vorige week liet de burgemeester
door de radio omroepen, dat er be
hoefte was aan pompen. Jammer ge
noeg vergat hij er bij te zeggen, dat
Abbenbroek wel een llchtnet heeft,
maar geen krachtstroom. Er kwamen
pompen. Ze zijn onbruikbaar, want
het zijn electrische pompen. Met die
selpompen had men onmiddellijk aan
de slag kunnen gaan.
Langzaam kapot
Ondertussen doet het water zijn
vernielende werk. Veel huizen, waar
de boel nog ordelijk op zolder is ge
zet, gaan langzaam ten gronde. Eerst
de ruiten, dan de kozijnen en deur
stijlen, dan de muren.
„Komen jullie terug?" vroeg
iemand aan de jongens Schorredijk.
Ze hebben een boerenhoeve midden
in het water. „Ik wou dat het waar
is", zegt een van de Jongens terneer
geslagen. „Ik zou wel eens naar ons
huis willen varen".
„Niet doen jö", klinkt het welge
meend. „daar heb Je niks aan en je
mag niet in het watergebied". Toen
de jongens weg waren, zei de geluk
kige, wiens eigen huis droog stond:
„Ze zouden alleen maar zien. dat de
achtermuur het begeven heeft en
daar worden ze nog maar beroerder
van dan ze al zijn. Ze kunnen toch
niks doen".
Een kleine kern is terug. Slager
Van Pelt (half Abbenbroek heet
Van Pelt) slacht een koe. „Ik ben
vanmorgen in Rotterdam naar de
veemarkt geweest. Het leven gaat
door. de mensen moeten eten". Hij
praat vlot over de vraag naar zijn
leeftijd heen. Mensen boven de
zestig mogen niet in Abbenbroek
zijn; laat ze maar uitzoeken hoe
oud hij is.
Leidschendam". Morgen ga ik het ha
len, dan kom ik overmorgen weer op
Geervliet", zegt hij grif toe aan de
klant uit Geervliet, die in zijn win
kel staat.
Het leven gaat door. Roos van Pelt
hangt wasgoed aan de lijn boven de
zee-plas. Zo lang ze leeft is het goed
opgehangen aan de lijn boven het
weiland.
Haar broer Lee* heeft zorgen over
de beesten. Ze zijn veilig, maar ze
staan in de weg. „Een paar van mijn
koeien moeten kalven; een paar an
deren moeten bevrucht worden. Daar
komt niks van terecht. De mensen
zijn hartelijk genoeg, maar ze hebben
geen ruimte voor zeven en twintig
beesten extra. Ze staan bovenop el
kaar".
Stal weer droog
Hij peinst maar, hoe hij die bees
ten terug kan krijgen. De stal is
weer droog, daar zouden ze in kun
nen en er is nog wel wat veevoer...
Zijn broer praat er triest door
heen. „Twee meter water heb ik ge
had". „Man ik teken ervoor", zegt
een andere broer, die niets meer
heeft.
„Ja, we mogen niet klagen", vin
den Leen en zijn zuster Roos. „Wij
zijn weer thuis en het vee, nou ja
het vee komt dan wel".
Een klein deel van Abbenbroek is
weer thuis. De meesten zijn blij,
want al hadden ze het best in de
stad „de mensen in Rotterdam
zijn héél goed" je wil toch maar
het liefst bij je zelf zijn. De vrouw
van Kees Boenders weet niet of ze
blij moet zijn of niet. Thuis is thuis,
maar ze had de ellende net een beet
je vergeten. „En als je dan al dat
water weer ziet..." Nee. als ze kinde
ren had. was ze er niet aan begon
nen.
Kinderen binnen
Kinderen mogen in Abbenbroek
niet op straat. Terecht, want het is
levensgevaarlijk. Houd een kind
maar eens weg bij het water, dat nog
steeds zulke opmerkelijke (maar ge
vaarlijke!) dingen aanspoelt als dode
varkens en geiten en kippen.
De thuisvaarders hebben het druk.
Ze sjouwen het noodzakelijkste van
hun boeltje weer naar beneden en
brengen flessen water uit de regen
put naar het dorp. Dat wordt naar
Rotterdam gestuurd om gekeurd te
worden, want niemand weet of de
put niet vol met ziektekiemen zit.
Fris drinkwater wordt met tankwa
gens uit Rotterdam gebracht. Ze
sjouwen zich doodmoe en ze denken
maar niet aan de ellende die nog
komt. Als straks de dorpsgenoten
van het verdronken land terugkeren,
letterlijk op een steenworpafstand
van hun eigen droge huis.
Het Ned. Rode Kruis kan in verband met de omstandigheden,
waaronder de gegevens van deze verlieslijst worden verzameld, niet
de volledige garantie geven voor de betrouwbaarheid. Het is dus
mogelijk, dat een enkele wijziging achteraf noodzakelijk zal blijken.
FIJNAART: Teuntje Driesprong, laatste adres D 182.
HALSTEREN: Petronella van Osta, 1901; Cornelia Paulus, 1936:
Johannes Raats, 1920; Maria E. P. Roks, 1934; Johanna M. Raats,
1909; Adriana Langenberg, 1919,
HOEK (Z.): Pietemella J. Smallegang, 1952 te Hoek, dochter van
Jan Jacob Smallegang en Jannetje Pladdet, laatste adres: A 19.
Kapelle (Z.): Adriana Nijsse, 1939.
KLUNDERT: Johannes Adrianus Blommers, 1900. Laatste adres:
Krugerstraat 6.
KORTGENE: Annie Clement. 5 Jaar, dochter van A. Clement,
laatste adres: Torendijk; Wed. P. de Looff, laatste adres: Torendijk;
Cornelia NijsseBolle, ongeveer 31 jaar, laatste adres Torendijk; Wil-
helmina Schrier, ongehuwd.
MIDDELHARNIS: Jacob Appel. 1930. laatste adres: Voorstraat 51;
Jacob Troost, 1930 te Sommelsdijk, laatste adres: Van Pallandts-
polder 1; Job Troost, 1935 te Melissant, laatste adres: Van Pallandts-
polder 1; Adriane Vis, 1943, dochter van Leendert Vis (overleden) en
Trijntje Arendje Buth, laatste adres: Oostvoorgors 39.
NIEUWERKERK: Johannes Stoutjesdijk, 1877; Cornelia Krabbe.
1879, echtgenote van Joh. Stoutjesdijk; Adrianus Kik. 1946; Jan
Jacobus Kik, 1949; Jozina Cornelia Kik, 1952; Jannetje de Jonge.
1894, echtgenote van Jan de Bil; Neeltje de Reus. 1913, echtgenote
van Adriaan Stoutjesdijk; Willy Goudzwaard, 1940, dochter van
Neeltje de Reus; Leentje Kooijman, ongeveer 8 jaar. zoon van J. H.
Kooijman. laatste adres: Ooststraat; Adriana PuitOverbeeke,
laatste adres: Ooststraat 185.
NIEUW-VOSSEMEER: Maria Johanna Meesters, 1911.
OUWERKERKMarina Koopman, wed. van Jan Slager, 50 55
Jaar, echtgenote van C. Westenbrugge. laatste adres: Molenweg.
RILLAND-BATH: Maatje Kriger, 1872; Jan Nijsse, 1934.
STAVENISSE: Johanna Geluk, 1929, dochter van Jan Geluk en
Pieternella Smits, laatste adres: Buurtseweg B 60; Anthonetta Pie-
ternella Quist, 1892, echtgenote van Jacob Blokpoel, laatste adres:
Kerkstraat A 303; Helena Wesdorp, 1889, echtgenote van Abel Jan
van der Reest, laatste adres: Kerkstraat A 363.
WILLEMSTAD: Anna Bos, 1874. wed. van D. Punt, laatste adres:
Helsendïjk Cl;» Arie Balten Bos, 1881, laatste adres: Helsendijk C 1.
,,Mijn paard'
Groenteman Van Bodegom is ook
terug. Hij verkoopt mondjesmaat
aardappelen en groenten. „Zonder
paard begin ik niks", verontschuldigt
hij zich. Een dag lang is hij op reis
geweest om zijn paard te zoeken. Hij
vond het, goed verzorgd, terug in
(Van een speciale verslaggever)
Het is in één woord ongelofelijk, wat 242 mariniers ln één
week tijds op het verdronken eiland Overflakkee hebben ge
presteerd. Met af en toe maar enkele uren slaap, op met klei
besmeurd stro, hebben deze jongens dag en nacht, bij regen
en sneeuwstorm, gezwoegd om vier ontzettend grote gaten in
de binnendijken tussen Den Bommel, Middelhamis en Oude
Tonge te dichten.
Ze hebben het zingend gedaan, zonder kankeren en al dit
werk kwam tot stand onder leiding van een kapitein van de
mariniers, twee waterbouwkundige studenten uit Delft en een
verdwaalde dijkmeester uit de Betuwe.
Nadat zij Dinsdagmorgen vroeg op
de kaart ln hun hoofdkwartier in
Den Bommel een cirkeltje om het
gedichte gat zeven hadden gezet vie
len zij om van de slaap. Maar ze
gingen door en vanavond kunnen de
eerste vrachtauto's van Middelhamis
over Den Bommel weer naar Oude
Tonge rijden. De bevolking zou voor
die 242 mariniers van Den Bommel
wel een standbeeld willen oprichten.
Toen het water in de verdronken
polders van Overflakkee vorige week
een eindje zakte, kwamen de ver
nielde binnendijken boven. Op die
dijken liepen de wegen tussen de
dorpen op het eiland. Voordat men
kan beginnen aan het dichten van
de zeedijken, zullen eeret die binnen
dijken en dus de wegen hersteld
moeten worden.
In de chaos van goed willende
maar als los zand aan elkaar han
gende hulpverleners streek vorige
week Woensdag een compagnie
van honderd mariniers in Den
Bommel neer. Dit dorpje met zijn
haventje aan het Haringvliet was
door de vloedgolf ln tweeën gebro
ken. In de diepe, loodrecht afda
lende kloof in de Molendijk stroomt
en kolkt het water van het Ha
ringvliet de polders binnen. Daar
staat alles blank. Het is er water
zover het oog rijkt.
Zonder orders
Dat zagen de honderd mariniers
vorige week Dinsdag ook, maar ze
wilden iets doen tegen dat woedende
water dat bandeloos de polders van
Overflakkee Instroomde. Instructies
kregen ze evenmin als de andere
mensen die ln Den Bommel aan
land gezet waren.
Omdat „niets doen" niet het doel
van hun komst was besloten de ma
riniers zonder orders toch de handen
uit de mouwen te steken. Him kapi
tein R. H. de Jonge Ouderaat hield
krijgsraad met de twee Delftse stu
denten F. W. Craandijk en J. W.
Gooze Zijl die met schoppen op het
eiland verzeild geraakt waren. Daar
kwamen nog de heer Smits van het
dijkbestuur van Flakkee en dijkmees
ter N. B. Lodder uit Ochten bij. Dit
groepje mannen besloot meteen te
beginnen met het herstellen van de
binnendijken.
De potige mariniers ploeterden en
zwoegden. Slapen deden ze af en toe
op een houten vloer. Bij schaarse
verlichting van wat noodlampjes. ge
voed door een hulpaggregaat, smeten
ze op de afgebrokkelde dijken tien
duizenden zandzakken neer. Ze trot
seerden sneeuwstormen als zij in de
haven zakken vulden. Ze braken bij
na hun armen bij het spitten van
klei.
Laatste gat
Maar het eerste gat werd gedicht
en het tweede, en het derde. Na Za
terdag met 142 man en enkele bur
gers versterkt te zijn, vulden zij in
de nacht van Maandag op Dinsdag
het laatste (honderd meter lange)
gat in de Tilsche dijk die naar Oude
Tonge loopt.
Toen kapitein De Jonge Ouderaat
en zijn helpers drie dagen „Water
staat" gespeeld hadden, kwam er een
telegram van de echte Rijkswater-
staat, dat de Mariniers zich ..ge
reed" dienden te houden. Er waren
I toen al twee grote gaten gevuld en
het contact tussen enkele plaatsen
was alweer hersteld.
Het inmiddels tot 242 mannen uit
gegroeide dijkleger van mariniers
ging daarom maar rustig door. Uit
de kleren kwamen ze niet en tijd
om hun doorweekte plunje te dro
gen was er evenmin. En nu een week
na hun aankomst en één dag voor
hun aflossing door de landmacht zijn
de meeste binnendijken op Oost-
Flakkee begaanbaar. Maar er is meer
bereikt. De Den Bommelpolder ach
ter het enorme gat in de zeedijk bi]
Den Bommel wordt weer omsloten
door één dijk, zonder gaten.
Over die dijk kan men wel is
waar met een omweg weer van
het ene deel van het plaatsje Den
Bommel in het andere deel komen.
Beladen met materiaal zijn de
donkere Italianen het kille water
gebied bij Zevenbergen binnengerukt.
Het handigst bleken hun kleine, maar
snelle amphïbievoertuigen, waarmee
ze onmiddellijk op weg gingen om
het terrein te verkennen.
Bovendien kan het zeewater door het
gat in de zeedijk niet meer via de
Den Bommel-polder in de aangren
zende polders komen.
Prachtiverk
Het is moeilijk om er op Over-
Flakkee achter te komen, wie precies
de leiding heeft bij het. herstel van
de binnendijken. De onstabiele toe
stand van begin vorige week is wat
dit betreft nog met veel veranderd.
Maar wie er ook de leiding moet
hebben, wat de mariniers, de enkele
studenten en wat loslopende burgers
op hun eigen houtje hebben gedaan,
is prachtwerk.
Vanmiddag hebben we per auto
een tocht over de herstelde binnen
dijken gemaakt. We hebben gehob
beld over de bestrating van zandzak
ken op de plaatsen, waar enkele da
gen geleden nog driftig water
stroomde. We hebben gezien, hoe in
dit zwaar geteisterde gebied vijftons-
vrachtauto's over de gevulde gaten
reden. Hun banden lieten diepe spo
ren na, maar ze kwamen er.
Het Cura^aose Rampenfonds heeft
telegrafisch aangeboden een half
milUoen Amerikaanse dollars te stor
ten bij een Amerikaanse Bank ten
behoeve van het Nationaal Rampen
fonds. Aruba cn Bonaire hebben sa
men minstens 175.000 dollar inge
zameld.
Men verwacht vandaag of morgen
twee en een half milioen Nederland
se guldens bijeen te hebben.
In Zweden is tot nu toe voor ruim
zeven milUoen gulden aan geld en
goederen voor de Nederlandse slacht
offers bijeengebracht.
De inzamelingen in Oostenrijk
hebben 75.000 gulden opgebracht.
Denemarken bracht vijf en een
half millioen gulden bijeen.
De Internationale Joodse Organi
satie B'nai B'rith heeft tien duizend
dollar aan Nederland geschonken.
Een Italiaanse autofabrikant schonk
30.000 gulden.
Een Hillegomse bollenexporteur
kreeg van een Zweedse klant een
cheque van 5.000 kronen (3.700 gul
den).
De Rode Kruisverenigingen over
de gehele wereld hebben ongeveer
tien millioen dollar voor de door wa
tersnood getroffen Jandeö bijeenge
bracht.
Gevleugelde hulp
Reeds 229.735 kilo goederen waren
Woensdagmiddag het vrachtkantoor
van de KLM op Schiphol 'gepasseerd.
De hoeveelheden „gevleugelde hulp"
variëren van vijf kilo uit Syrië tot
44.000 kilo uit Frankrijk.
De rederij Isbrandtsen te New
York (van de Flying Enterprise)
heeft rijf duizend dollar voor het
Rampenfonds beschikbaar gesteld.
(ew
se) JA
het
(Van een speciale verslaggever)
Reeds in het laatst van deze
maand zullen alle niet omvangrijke
schaden die de Nederlandse Spoor
wegen door de overstroming hebben
geleden, hersteld zijn.
Slechts de twee grote beschadigin
gen aan weerszijden van de Moer
dijk en op de lijn Bergen op Zoom
Goes blijven dan nog over.
Dit is vandaag bij de N.S.. nadat
de balans kon worden opgemaakt,
bekend geworden. Over het alge
meen. zo blijkt nu, valt ie schade
mee, doordat nergens kunstwerken,
bruggen of viaducten werden ge
troffen.
In de loop van de volgende week
zal de spoorverbinding van Dor
drecht via Gorkum naar Gelder-
malsen weer hersteld zijn.
In de komende week. op 16 Fe
bruari. zal men ook alweer kunnen
rijden van Bergen op Zoom tot het
knipperlicht te Rilland-Bath. Ditzelf
de knipperlicht heeft het gepresteerd
om, toen het in het water stond, nog
twee dagen lang zijn lichtsignalen te
geven
Ook de lijn Den Bosch—Lage Zwa-
luwe, vooral belangrijk voor de aan
voer van kolen naar de electrische
centralen Donge en Ammers (stroom-
leveranciers voor Zuid-Holland), zal
nog deze maand berijdbaar zijn.
Evenals het traject Roosendaal—
Zevenbergen.
Veel en moeilijk werk moeten N.S.
verrichten bij Lage Zwaluwe. Het
emplacement is nu droog, maar de
Inrichtingen van het sein wezen, die
Juist geheel waren gereviseerd
hebben veel geleden. Vanmorgen is
echter een aannemingsbedrijf in op
dracht van de spoorwegen aan de
slag gegaan, zonder dat was bepaald
welke vergoeding zal worden betaald,
omdat daar geen tijd voor was ge
weest.
De ravage bij Lage Zwaluwe is
groot; een nieuw seinhuis was scheef
gezakt, tien goederenwagons waren
gekanteld, draden waren geknakt en
seinpalen dreven in het Hollandsch
Diep. Men probeert nu het 800 meter
grote gat tussen Lage Zwaluwe en
Moerdijk te dichten. Dinsdag begon
Rijkswaterstaat met het volspuiten
van de gaten in de dijken die aan
de zuidzijde van het Hollandsch Diep
liggen.
Moerdijk bereikbaar
Dit werk, zo hoopt men, wordt de
komende week voltooid en dan zullen
de beide bruggen over de Moerdijk
weer vanaf het zuiden bereikbaar
zijn.
Hard wordt ook het tweede grote
object Bergen op Zoom-Goes
aangepakt. Ongeveer 1400 meter vol
komen weggeslagen spoorrails in de
Augustapolder ten zuiden van Ber
gen op Zoom zal volgende week ge
repareerd zijn. Bij Kruiningen loopt
bij elke vloed een deel van de spoor
baan nog onder water. Alleen als het
eb is. kan men de chef van de spoor-
wegpost Kruiningen-Yerseke van
proviand voorzien.
Juist hier, bij Kruiningen zal het
nog geruime tijd vele weken, mis
schien zelfs enige maanden duren
eer de trein weer kan rijden Maar
Inmiddels wordt op de Sloedam (de
verbinding Walcheren—Zuid Beve
land) een spoor hersteld en zodoen
de zal op VlissingenGoes de vol
gende week alweer gereden kunnen
worden. Wellicht wordt dit traject
dan nog doorgetrokken tot de vloed
deuren ten westen van Kruiningen.
Verbluffend is het tempo waarin
wordt gewerkt. Bewonderenswaardig
is het uithoudingsvermogen van hon
derden spoorwegarbeiders. Bij Roo
sendaal werkte seinwezen-personeel
dagenlang van 's ochtends vijf tot
's avonds elf uur.
Mede daaraan is het te danken,
dat bij de N.S. het leed sneller gele
den zal zijn dan Iemand had durven
hopen.