Gezinszorg bestaat 5 jaar
OOTJE TEUR EN HET BETOVERDE KASTEEL
Krommenie en de Rampgebieden
2
DE KROMMENIEËR
(vervolg van pag. 1)
men het werk van de kwieke meisjes in
de witte schortjes meer en meer waar
deert, toch wel verheugend geleverd.
Men heeft nu de beschikking over
negen meisjes, met, in drukke tij
den, enkele noodhulpen en het
gebeurt gelukkig niet vaak, dat
er klachten over de meisjes bin
nen komen. Maar, aldus mevr.
Reijmers, zijn er wèl klachten,
laat men het dan het bestuur zeg
gen, en niet, zoals jammer genoeg
gebeurt, achter onze rug om zijn
of haar grieven uiten. Dat doet
ons werk geen goed en getuigt
van weinig begrip voor de moei
lijkheden, die dit werk nu een
maal met zich brengt.
Verder vroeg spreekster nog er toch
om te denken, niet op Zondag met ver
zoeken om hulp aan te komen bij zuster
Jaape of het bestuur. Een dag rust mo
gen ook wij wel hebben, aldus haar be
roep op medewerking in deze.
Wat de opleiding van de gezinsver
zorgsters betreft, zij volgen een moeder
cursus, een cursus in kleuterverzorging,
Maandoverzicht
Nutsspaarbank
Zaandam, Wormerveer, Krommenie
Verschuldigd op
1 Januari 1953 ƒ15.851.638,09
Ingelegd in Januari 1953 1.349.666,52
Terugbetaald in Jan. '53 1.083.370,88
Verschuldigd op
31 Januari 1953 16.117.933,73
leren een huishouding besturen en krij
gen desgewenst nog maatschappelijke en
sociale scholing op de Volkshogescholen.
Dat dit al met al geen kleinigheid is,
leerde ons de toelichting, die mevr.
Steert-Brouwer eamej. Luyendijk op een
en ander gaven. Uit dat alles bleek wel,
dat de taak van gezinsverzorgster er een
is, waar vooral liefde, toewijding, tact
en roeping bij aanwezig moeten zijn en
dat hier meisjes geschoold worden tot
mensen in de beste zin van het woord.
De taak van een gezinsverzorgster
wordt nogal eens verkeerd be
grepen. Men ziet in haar soms
niet meer dan een werkster, ver
plicht om dat werk te doen, wat
zelfs de huisvrouw in normale
omstandigheden ook niet alle da
gen doet. Men moet de gezinsver
zorgster echter zien en waarderen
als een plaatsvervangster van de
huisvrouw, die zorgt, dat gezin en
behuizing op peil blijven, zodat,
als zij weer weg gaat, niemand en
niets iets te kort is gekomen.
Haar taak is die van een dienen
de, terzake kundig en met liefde,
en als zodanig vormt zij een grote
aanwinst voor onze maatschappij,
waarin men soms zo dringend om
hulp en steun verlegen kan zitten.
Wij menen, dat wij zo de woorden,
deze avond gesproken, wel mogen sa
menvatten en willen ons dan graag bij
de wens van de voorzitster aansluiten,
nl. dat het ledental nog zal toenemen,
zodat men bij het tweede lustrum kan
zeggen, dat practïsch alle gezinnen van
Krommenie lid zijn van Gezinszorg. Om
de kosten der donatie behoeft men het
waarlijk niet te laten, want die bedragen
maar 10 cent in de week. Beter zal men
dat dubbeltje waarlijk niet kunnen be
steden, èn in het eigen belang, èn in dat
van anderen. V
24. EEN FLINKE VENT IS NIET
BANGI
Het was maar een kort gangetje, waar
Ootje Teur nu in terecht gekomen was,
maar het rook er zo mogelijk nog muffer
dan op de wenteltrap. De stenen muren
waren vochtig en er groeide mos in de
voegen tussen de grote, onregelmatige
stenen.
„Vrolijk is het hier niet", dacht Ootje
Teur. die bedachtzaam verder sloop.
„Als hier die draak woont, zal-ie het wel
niet erg naar zijn zin hebben."
Maar toen hoorde Ootje Teur een ge
luid. Hij was langs een heel kort zij
gangetje gekomen, aan het eind waarvan
zich een poortvormige deur bevond,
waarin een klein getralied kijkgat was
gemaakt. En Ootje Teur dacht, dat hij
een geluid van een rammelende ketting
hoorde...
„De sleutel hangt er naast...'aarzel
de Ootje Teur met een bonzend hart.
„Zou ik...? Natuurlijk zou ik! Een flinke
vent is niet bang!" Hij greep resoluut de
sleutel van de haak en draaide hem in
liet slot om, dat geen geluid maakte.
Centimeter na centimeter opende hij de
deur, beducht voor alle monsters, die er
uit mochten springen. Er gebeurde echter
niets... Hij stak voorzichtig zijn hoofd
om de hoek van de stevige poort en wat
hij daarachter ontwaarde, deed hem
driemaal achtereen snel slikken van ont
zetting...
Bridge-Competitie Zaanstreek-Waterland
Grote overwinning van KZBC op ZBC
Het resultaat van de twaalftallen-wed
strijden, welke de afgelopen week door
gang vonden, was van dien aard, dat. de
spanning in beide afdelingen meer en
meer toeneemt. ZBC 1dat in afd. A op
eenzame hoogte stond en schijnbaar re
gelrecht op. het kampioenschap afsteven
de. heeft tegen KZBC 1, dat nogal eens
voor verrassingen weet te zorgen, een
gevoelige nederlaag geleden. Met 70 pt.
verschil wisten de Kogers revanche te
(vervolg van pag. 1)
de haven zijn. In de kazerne kregen de
mannen puddingpap en brood. Ze moes
ten slapen in het evacuatie-centrum te
Ossendrecht, waar ze te 1 uur onder de
wol gingen.
Donderdagmorgen om half vijf werden
deze ploegen gewekt om terug te gaan
naar de haven van Bergen op Zoom. In
de kazerne brood en koffie, toen naar de
haven, waar het geweldig druk was. Een
hele colonne wagens met militairen en
materiaal om hulp te bieden. Toen een
grote tegenvaller, want de pramen kon
den niet op de luiken van een rijnaak
staan. Wachten op andere schepen, die
per radio werden aangevraagd, want er
was te Bergen op Zoom nog geen tele
foonverbinding. De schepen kwamen "s
avonds, de pramen onder het licht van
schijnwerpers er op en toen werd het
water zo laag, dat geen schip in of uit
de haven kon. Wachten op de vloed, de
volgende morgen. Toen is men vertrok
ken naar Ierseke en Schouwen en Duive-
land.
Daarna zijn de trailers op Vrijdagmor
gen terug gegaan. De heer Knap vertelt
dan, dat hij liever bij de andere mannen
was gebleven, want in die korte tijd, dat
ze samenwerkten, leek het al net, of ze
altijd bij elkaar hoorden.
Knap vertelde nog aan de burgemees
ter, dat men daar vol lof was voor het
werk van de Amerikaanse vliegeniers met
hun helicoptères; deze verrichtten onge
looflijke prestaties.
Ze komen nog niet
naar huis terug.
Om eens iets te horen van de pramen-
ploeg. heeft de burgemeester Maandag
via de radio de mannen opgeroepen. In
derdaad kwam het bericht dobr, dat al
len het goed maakten en men nog niet
van plan is naar huis terug te keren. Er
is nog veel werk te verzetten. De ploeg
opereerde op dat moment in de nabij
heid van Goes.
De bevrachtingscommissaris, welke
vooraf om inlichtingen werd gevraagd,
antwoordde, dat de Krommenieërs een
fanatieke ploeg vormden, die dan weer
hier en dan weer daar aan het werk
waren, zodat hij niet precies kon zeg
gen, waar zij zich bevonden.
50 ton hooi
voor gedupeerde boeren
Donderdag, Vrijdag en Zaterdag is
bij de Linoleumfabriek Zuid een grote
aak met geschonken hooi geladen.
De heer Van den Berge en de burge
meester bezochten eerst alle boeren te
Krommenie, Krommeniedijk en Bus en
Dam. Allen waren bereid 50 kg. per
h.a. te leveren. Eerst ging het hooi los
per wagen naar Purmerend, later werd
het in balen geperst in de schuit bij de
Linoleumfabriek. Acht boerenzoons van
de Landbouwschool te Alkmaar en ook
enige jongemannen uit Krommenie en
Assendelft hielpen bij het afsteken van
het hooi en het inladen. 50 ton hooi uit
Krommenie, Assendelft en Knollendam
werd geladen. Zaterdagmiddag vertrok
het schip te 5 uur naar Schouwen.
De burgemeester vertelde ons nog van
de grote medewerking, die hij van Di
rectie en personeel van de Linoleumfa
briek had ondervonden. Telefoon, ver
lichting, consumptie, alles stond ter be
schikking van de voedselcommissaris en
zijn vele helpers.
's Avonds gingen de wagens met het
hooi, dat nog niet gelost kon worden,
van het fabrieksterrein af met het oog
op het grote brandgevaar; deze kregen
een plaats in het midden van het grote
Zuiderschoolplein en een gedeelte ging
naar het gebouw van de nieuwe groente
veiling te Purmerend.
Tevens werden door de fa Kaars Sij-
pesteyn duizenden veekoeken geschonken
en de fa Wessanen Laan meel voor
veevoer; ook dit ging alles met de schuit
mee.
Maandagmorgen ging de verscheping
voort.
De boeren hebben het zeer op prijs
gesteld, dat onze burgemeester zich zo
veel moeite heeft gegeven om deze hooi-
levering ten gunste van de getroffen
collega's mogelijk te maken. Verder ver
namen wij nog, dat door de Holl. Mij
voor Landbouw een actie zal worden ge
voerd voor een vee-inzameling.
Wij als Krommenieërs zijn zeer ver
blijd. dat de boeren een dergelijke bij
drage tot steun hebben kunnen leveren.
Zeker mag de waarde van het geschon
ken hooi op 5000,— a 6000.— ge
schat worden.
Korte berichten
De kolfclub alhier heeft 100.— voor
het Rampenfonds aan de burgemeester
ter hand gesteld.
Hetzelfde deed de vereniging „Hulp in
lijden"; ook 100.—. Wie volgt?
De collecten in de kerken
De collecten in de kerken op Zondag
jl. hebben het volgende resultaat opge
leverd:
Ned. Herv. Kerk 512.
idem (afd. Evangelisatie) 572.
Geref. Kerk 465.24
Doopsgezinde Kerk250.50
R.K. Kerk 2265.50
Oud-Kath. Kerk 105.—
Geref. Kerk (art. 31) niet voor
Rampenfonds, doch voor ge
troffen kerken 368.24
Totaal ƒ4538.48
Terwijl het personeel der Ver. Blik-
fabrieken, alhier, vorige week 2 uur ten
bate van het Rampenfonds heeft over
gewerkt, is nu verder besloten een halve
snipperdag te geven en het geld, dat
anders aan het gemeenschappelijk uit
stapje zou worden besteed, ook aan het
fonds over te maken.
Iets dergelijks gebeurt ook in andere
bedrijven.
De directie van de Linoleumfabriek
deelt mede, dat het gehele personeel een
een dag heeft overgewerkt; de directie
legt eenzelfde bedrag er bij.
Bovendien heeft de Directie aan de
burgemeester doen weten, dat 20 man
nen, die in het noodgebied voorlopig
niet kunnen werken, op de fabriek alhier
te werk kunnen worden gesteld geduren
de enige maanden. De Directie zal voor
hen en hun gezinnen voor onderdak zor
gen. De directeur zelf zal het grootste
gezin opnemen.
nemen voor de flinke nederlaag, die ZBC
hun in het begin der competitie wist toe
te brengen. Hiermede verliest ZBC 1 2
kostbare punten, die in deze afdeling,
waar verschillende gegadigden voor de
eretitel zijn, wel eens van grote invloed
konden zijn.
Het tweede van ZBC vertoonde het
beter door KZBC 2, dat nog een mooie
kans in haar afd. maakte, alle illusies te
ontnemen en de Kogers met een kleine
nederlaag huistoe te zenden.
LBC 1 wist op Pubriso 1 haar over
winningenreeks voort te zetten, hiermede
is de mooie kans, die Pubriso 1 tot heden
nog op de bovenste plaats had, aanmer
kelijk gereduceerd. Het tweede van Pu
briso blijft nog steeds, mede door de
overwinning op LBC 2, de bovenste
plaats bezetten, al wordt ook in deze afd.
het gedrang in de bovenste regionen
groot. De Wadden, die van OBC 2 wis
ten te winnen, nemen de tweede plaats
in, doch moeten nog slechts één wed
strijd spelen, zodat die plaats uiteindelijk
wel prijs gegeven zal moeten worden.
Want Sans Atout2, wat nog enige
zwakke broeders krijgt te bekampen, zal
zeer zeker met de eerste of tweede plaats
gaan strijken. Dit zal in de eerstvolgende
partij tussen Pubriso 2 moeten worden
uitgemaakt. Als tenminste Edam geen
roet in het eten gooit. Het eerste van
Sans Atout kreeg bezoek van WBC 1
en wist met klein verschil te winnen, zo
dat deze twee, beide met 4 punten, als
hekkesluiters fungeren.
De leden van Zaanstreek-Waterland
worden er op attent gemaakt, dat ten
bate van de slachtoffers van de waters
nood. Woensdag 18 Februari in Zaan
dam een grote drive plaats vindt. Op
aller medewerking wordt gerekend. Ook
niet aangesloten bridge-liefhebbers zijn
welkom.
oed
zien
weelde
Met een perfect af
gewerkte BRIL van
KROOK
KROMMENIE
is die weelde te be
reiken. Voor elk ge
zicht en voor elke
beurs hebben wij een
„fijne" bril.
80 jaar vakopticiens
Officiële Mededelingen
Gemeente Krommenie
HINDERWET
Burgemeester en wethouders van
Krommenie maken bekend, dat het ver
zoek van de N.V. De Verenigde Blik-
fabrieken te Amsterdam, om vergunning
tot het verbouwen, verplaatsen en bij
plaatsen van diverse machines met een
totale beweegkracht van 106 P.K., op
het perceel kadastraal bekend gemeente
Krommenie, sectie B, no. 4024, plaatse
lijk gemerkt aan de Zuidervaartdijk,
door hen is ingewilligd.
Krommenie, 4 Februari 1953.
Burgemeester en wethouders
voornoemd,
De burgemeester,
J. C. A. PROVILY
De secretaris,
H. J. RESOORT
HINDERWET
Burgemeester en wethouders van
Krommenie maken bekend, dat het ver
zoek van de N.V. Verenigde Textiel-
en Oliefabrieken (afd. Kaars Sijpesteyn
Weverijen) te Krommenie, om vergun
ning tot het uitbreiden van haar zeildoek
weverij, -ververij en -impregneerderij,
door het plaatsen van een scheer- en
sterkmachine, gedreven door 12 electro-
motoren van resp. 10, 7.5, 2 en 9x1
P.K., op het perceel kadastraal bekend
gemeente Krommenie, sectie B, no. 1697,
plaatselijk gemerkt aan het Vlietsend,
door hen is ingewilligd.
Krommenie, 4 Februari 1953.
Burgemeester en wethouders
voornoemd.
De burgemeester,
J. C. A. PROVILY
De secretaris,
H. J. RESOORT
Vrijstelling van dienst
De burgemeester van Krommenie
brengt ter openbare kennis, dat door de
minister van oorlog, bij beschikking d.d.
29 Januari 1953, nr 803367, aan de
dienstplichtige van de lichting 1951:
Adriaan Simon Kroese
geboren 10 Februari 1931 te Wormer
veer en wonende Zonnelaan 44 te Krom
menie, m.i.v. 1 April 1953 voorgoed vrij
stelling van dienst als gewoon dienst
plichtige is verleend wegens kostwinner
schap.
Tegen deze beslissing kan iedere be
langhebbende uiterlijk de tiende dag na
dagtekening van deze bekendmaking in
beroep komen. Het verzoekschrift, dat
met redenen omkleed moet zijn, moet
worden ingediend bij de burgemeester,
die voor de doorzending aan de Ko
ningin zorgt.
Krommenie, 5 Februari 1953
De burgemeester van Krommenie,
J. C. A. PROVILY
Het Mysterie
van de Blauwe Tram
door T. Lodewijk
25)
Hij keek zijn vrouw aan, en haar glim
lach maakte haar vele jaren jonger.
„Dank u wel", zei Marja hartelijk.
„U hebt me reusachtig geholpen. En nu
wou ik nog graag een plakje van die
heerlijke cake. Mag ik?"
HOOFDSTUK XII
De nacht-tram.
In het kleine kantoortje bij de remise
aan de Rijnsburgerweg drukte Jochem
het eindje van z'n sigaret uit in de as
bak. De Boer, tegenover hem, ging bijna
schuil in de dikke rookwolk, die uit zijn
pijp kronkelde. Grijze slierten dreven
om de lamp. Ze hadden bijna een uur
zitten roken en kletsen, samen. Toen
klonken voetstappen en stemmen over
het emplacement.
„Daar gaan ze", gromde de Boer, „nu
is 't je tijd, kom mee."
Hij leidde de jonge rechercheur door
een donkere gang, een deur sloeg open.
Frisse nachtwind woei Jochem in 't ge
zicht.
Buiten fonkelden de sterren aan een
wolkenloze hemel. De maan schemerde
in de ruiten van een tramtrein, die duis
ter en verlaten op een zijspoor was ge
rangeerd. Hoog boven de rails van de
spoorlijn daar vlak naast pinkelde een
rood seinlicht. In de onmiddellijke na
bijheid rees als een dreigend gevaarte
het achterbalcon van een tramrijtuig op,
nog ééns zo groot in het donker.
„Ze zitten al in de motorwagen",
fluisterde de Boer. „Hier, stap jij in de
volgwagen. Die blijft donker, ik heb er
voor gezorgd, dat de kabel voor de ver
lichting defect is. Als je nu hier achterin
kruipt en je gaat straks voorzichtig naar
het voorbalcon, kun je de hele motor
wagen overzien. Hier komt nooit iemand,
het hele stel kruipt bij elkaar."
Jochem hees zich de treden op. Een
maal boven gekomen, hurkte hij nog
even en groette de Boer.
„Op de goede afloop", zei die, en
maakte een gebaar als hief hij z'n glas.
„Van 't zelfde", fluisterde Jochem,
niet zeer origineel, terug.
Toen verdween de gestalte van de
chef met zijn ietwat zwaaiende gang in
't donker. Jochem hoorde vaag zijn stem,
pratend tegen de mannen in de andere
wagen. Een luide lach. Toen de ge
dempte fluit van de tram, en schokkend
zette het gevaarte zich in beweging.
Jochem leunde in een hoek van het
achterbalcon. Zo in de schaduw was hij
één met de constructie van de wagen,
en geen mens kon hem zien. Met een
flinke snelheid stoof de tram-trein over
de verlaten Rijnsburgerweg, waar slechts
uit een enkele villa nog wat licht sche
merde. Een late taxi roetste voorbij, een
politieman, kalm stappend naast z'n fiets,
deed z'n ronde. De tram reed door het
rijk van de nacht.
Aan geen enkele halte wérd gestopt.
Nu en dan verlichtte een ogenblik de
groene glans van een seinlicht het bal-
con. In matiger vaart ging het nu tus
sen de lage huizen van 't oude dorp
Oegstgeest door, bonkend rommelde de
tram over de brug. Jochem zag het mar
kante silhouet van het Groene Kerkje
een ogenblik tegen de nachtelijke hemel
afsteken, dan slingerde de tram reeds
met weer toenemende vaart door de
bocht.
Statig rees de maan boven de uitge
strekte velden, weerspiegelend in recht
getrokken sloten, op de zilveren staven
van de spoorbaan. Als een lawine stort
ten zich de wagens van de steile helling
af tussen de pilaren van het viaduct, om
slingerend en zwaaiend him weg te ver
volgen langs de Rijksweg.
De eerste huizen van Sassenheim flits
ten voorbij. Langzamer nu, schoof de
tram door de Hoofdstraat, om, eenmaal
het dorp voorbij, weer vaart te ver
meerderen. Toen, plotseling, gierden de
remmen, sissend werkte de zandstrooier.
De tramtrein stond stil. Een ogenblik
later werd in de motorwagen de ver
lichting ontstoken. In de volgwagen bleef
alles in het duister. Toen zette de tram
trein zich weer in beweging en hernam
spoedig z'n snelheid.
Jochem bedacht zich geen ogenblik.
Op handen en voeten kroop hij zo snel
hij kon door het rijtuig, bereikte het
voorbalcon en probeerde met half toe
geknepen ogen te ontwaren, wat de lui
in de motorwagen in hun schild voer
den. Een ogenblik meende hij achter zich
een krassend geluid op te vangen. Hij
keek om... de lange wagen was leeg en
verlaten. In de motorwagen daarentegen
was de bemanning actief geworden.
Twee conducteurs, waarvan hij de ge
zichten slecht kon onderscheiden, ston
den op het middenbalcon, een er van
liep door de wagen naar achteren en
scheen naar iets uit te kijken. Jochem
dook onmiddellijk, weg, maar verloor de
man op het balcon geen moment uit het
oog.
Drie stoten op de luchtfluit klonken
als een sinistere waarschuwing door de
stille nacht. Gespannen hield Jochem zijn
blikken gericht op het verlichte interieui;
van de motorwagen, die met onvermin
derde vaart voortsnelde langs de gladde
rails.
Plotseling kreeg hij het gevoel, dat
iemand hem gadesloeg. Stijf geworden
van de lange hurkzit, draaide hij voor
zichtig het hoofd om, en werd zich met
een schok bewust van een lange, don
kere gestalte, die zich achter hem in de
deuropening verhief. Hij wilde opsprin
gen, maar een keuzende slag trof hem
in de nek. Het scheen, dat duizend vuur
vonken hem voor de ogen spatten. Toen
zakte hij ineen.
„Ziezo", zei de man in conducteurs
uniform met de loerende blik en het
spitsboevengezicht, „vuile dievenvanger,
jij dacht óns te glad af te zijn, maar wie
't laatst lacht..."
„Kom, schiet op. Janus", klonk een
andere stem uit de wagen, „verdoe je
tijd niet met praatjes. Hier, pak an."
Tussen twee mannen werd het be
wusteloze lichaam van Jochem naar het
achterbalcon gesleept. Een koude tocht
woei door de open deur.
„Nou... vooruit d'r mee!"
De man, als Janus aangeduid, hief het
machteloze lichaam van de politieman
op, smeet het dan naar buiten. Het rolde
neer in de grasberm, bleef dan roerloos
liggen.
Het rode achterlicht van de tram ver
wijderde zich snel. In de verte verstierf
het geraas van de voortdenderende wa
gens. In het gras van de berm lag een
lichaam, vreemd verwrongen, dodelijk
stil. (wordt vervolgd)