6'
Behandeling van gevangenen
KONING BOUDETON BREEKT
VACANTIE AF
oóe upó
Regering Mayer dient E.D.G.-
protocollen in
Dulles en Stassen zagen het
Verenigde Europa
Mao wil vechten „tot de over
winning
Wat uit de Bredase gebeurtenis
wel af te leiden valt
DE MAASBODE
MAANDAG 9 FEBRUARI 1953
PAGINA 6
Land van Waas nog ernstig bedreigd
(Telefonisch van onze Brusselse correspondent)
Ondanks het feit., dat zo goed als van na de eerste uren der overstromings
ramp tot heden aan het herstel der doorgebroken dijken werd gewerkt,
is men er nog niet overal in geslaagd de bressen dicht te maken. Dit is
vooral het geval langs de Schelde, waar bij hoog tij op verschillende plaatsen
het water nog in het land loopt. Enkele polderdorpen van het Land van
Waas zijn er nog zeer slecht aan toe. Als men overal bevreesd is voor de
aanstaande springvloed, dan slaat deze vrees over tot werkelijk panische
schrik in de lage poldervelden langs de Schelde, Overal worden de kada
vers van verdronken dieren opgeruimd, zodat van die zijde geen epidemie
meer gevreesd wordt.
'absoluut dezelfde dag ook nog een bezoek
aan de beteisterde Antwerpse gebieden te
brengen. Volslagen uitgeput en zeer koort
sig keerde hij laat in de avond in het
■paleis van Laeken terug. De doktoren
schreven hem alsdan een rustverblijf van
twee weken in Zuid-Frankrijk voor. Hij
heeft er echter slechts drie dagen willen
blijven en zal, nog lang niet hersteld,
heden andermaal plaatsen bezoeken, waar
het overstromingsgevaar nog niet gewe
ken is.
Door de leden der koninklijke familie j
werd 700.000 francs aan het „Fonds der
geteisterden" geschonken.
Zondag had in alle kerken van het land, j
in opdracht van het Episcopaat, 'n collecte
plaats, die zeer veel gelid heeft opge-
bracht. Er was gisteren bovendien ook nog
een nationale collecte.
De Pauselijke afgevaardigde, die een
bezoek brengt aan de getroffen gebieden,
bezocht er verschillende in België na door
Z. Era kardinaal Van Roey te zijn ont
vangen. Z.H. de Paus zond 200.000 francs
voor de getroffen Belgen.
Van de kust wordt gemeld, dat met man
en macht wordt gewerkt om tegen het
toeristenseizoen de door de zee geslagen
wonden te helen.
Ondanks 't eigen leed blijven de Belgen
neg steeds het veel zwaarder getroffen
Nederland helpen. In het Nederlands con
sulaat te Brussel b.v., is het een onafge
broken stroom van Nederlanders en Bel
gen met grote en kleine pakken. Aan de
ingang rijden particuliere auto's en vracht
wagens aan om hun uiteenlopende lading
af te geven. Het gehele beschikbare per
soneel van het consulaat, alsmede vrij
willigers uit de Nederlandse kolonie sor
teren en verpakken van de vroege ochtend
tot de laatste avond de geschonken
voorwerpen, die dan 's nachts naar het
Rode Kruis-centrum in Breda worden
overgebracht.
In drie dagen werd aldus meer dan
30 ton voorwerpen, alleen uit Brussel,
naar Nederland vervoerd. Benevens deze
hulp komen ook vele personen, onder .wie
veel Belgen en niet zelden kinderen,
meestal naamloos, een bedrag aan geld
overhandigen. Deze giften schommelen
tussen 20 en 10.000 francs. Dezelfde tonelen
deden zich ook in andere Nederlandse
consulaten in België voor. Een grote Bel
gische bank heeft bij het Nederlandse
consulaat alhier een chéque afgegeven van
25.000 gulden. De 4000 studenten van de
Universiteit van Brussel zullen een dooi
de vloedgolf geteisterde plaats van Zee
land adopteren. Verschillende Belgische
bioscopen hebben besloten de opbrengst
van één avond ter beschikking te stellen
van het Nederlandse Rampenfonds. Die
internationale solidariteit is zeer zeker
balsem op vele en diepe wonden.
Prinses Josephine-Charlotte heeft de
laatste dagen verschillende geteisterde
plaatsen bezocht en hulp verleend, meer
speciaal in het Antwerpse en het Land
van Waas,
Haar broer koning Boudewyn is Zondag
uit Antibes teruggekeerd, waar h« om
gezondheidsredenen een drietal dagen rust
heeft genomen.
In de uiterst linkse pers heeft men op
lit verblijf van de koning in het Zuiden
van Frankrijk critiek uitgeoefend, en ook
hier en daar onder de bevolking werd er
in afkeurende zin over gesproken. Wij
hebben zojuist in dit verband uit ds mond
van een der hoogste dignitarissen uit de
onmiddellijke omgeving van de koning 't
volgende vernemen: Tijdens zijn bezoek
aan- de slachtoffers der jongste steenkool
mijnramp in Wallonië, een paar weken ge
lsden, had de koning, die reeds aan griep
leed, bovendien een zware verkoudheid
opgedaan. De dagen, die aan de overstro
mingsramp van 1 Februari vooraf gingen,
hield de koning de kamer in het paleis
van Laeken. Toen hem het nieuws van de
overstromingsramp werd medegedeeld,
wilde hij onmiddellijk naar de geteisterde
plaatsen vertrekken. De doktoren raadden
hem dit af, doch de vorst bleef bij zijn
voornemen. Alsdan zou een der behan
delende geneesheren, teneinde de koorts
te doen dalen en de koning in de gelegen
heid te stellen zich naar Oostende te
begeven, hem een inspuiting geven. Op
het moment dat dit zo geschiedde, viel de
geneesheer in kwestie dood neer in het
vertrek van de koning in diens bijzijn.
Vorige week Maandag vertrok Boude-
wijn zeer vroeg naar Oostende en omge
ving, verbleef er uren blootshoofds in
regen en wind. Daarna, in plaats van naar
Brussel terug te keren, stond Z.M. er op
DE KOH-I-NOOR DOOFT UIT
Binnenkort zullen de Engelse kroon
juwelen schitteren in al hun glans
en in de onvergelijkelijke pracht ener
kroning.
Ze worden zorgvuldig in de Tower
bewaard, achter glas. Men kan ze er
bewonderen, maar het is daar alsof ze
niet echt zijn.
Bij de kroning zullen ze een heel andere
Indruk maken. Dit zeggen mensen, die
van een kroning getuige zijn geweest.
Onder de juwelen, welke het meest
zullen schitteren, bevindt zich de be
faamde Koh-ï-noor, de Berg van Licht.
Deze kostbare diamant is een der
weinige schatten van India, waarvan na
- de afscheiding Engeland eigenaar bleef.
Inmiddels, de Koh-i-noor zal niet stralen
in koningin Elizabeths kroon. En het is
wel zeker, dat hij bij een volgende kro
ningsplechtigheid minder zal stralen.
Want het licht in de Koh-i-noor dooft
allengs uit.
De kostbare steen is verwerkt in de
kroon van koningin-moeder Elisabeth.
Hij is ongeveer zo groot als een gewone
postzegel, heeft de vorm van een ellips en
is zowat twee en een halve centimeter
diep.
In het jaar 1526 sperde de Groot Mogol
Babar de Leeuw zijn zwarte ogen wijd
open, toen hij de Koh-i-noor voor het
eerst aanschouwde.
Deze steen moet alle schatten, ter wereld
waard zijn, riep hij uit.
Men vertelde hem, dat de Koh-i-noor
afkomstig was uit de Golcondamijnen in
het Zuiden van India en vier of vijf
duizend jaar tevoren gevonden was.
Babar stierf enkele jaren, nadat hij in
het bezit van de diamant gekomen was.
Zij op.vèlgers verging het slecht. De
Koh-i-noor kwam in de achttiende eeuw
in het bezit van een Perzisch heerser, om
tenslotte via Afghanistan in Engeland
terecht te komen.
Aan zijn mannelijke bezitters had de
diamant slechts onheil gebracht of,
was het hun oorlogzuchtigheid en heb
zucht, die hen tenslotte ten val brachten
maar men hoopte, dat het bezit van de
Koh-i-noor een vrouw niet zou schaden.
Het is verder heel goed mogelijk, dat de
schenkers helemaal niet geloofden in een
onheil oproepende kracht. Ze schonken
hem aan koningin Victoria,
Maar voordat de steen haar bereikte,
moest hij dwars door een opstandig
India vervoerd worden. Men wil alleen
al van deze episode een film maken,
getiteld „Koh-i-noor".
Het was een officier, die de kostbare
steen te midden van grote gevaren veilig
naar Bombay bracht.
Bij aankomst in Engeland werd de Koh-
i-noor hersneden en opnieuw gepolijst.
Dit had tot gevolg, dat hij niet meer de
grootste diamant ter wereld was. De z.g.
„hope" diamant was nu groter. Deze
zonk echter met de befaamde „Titanic"
naar de bodem van de Atlantische Oceaan.
Omdat de Koh-i-noor zo oud is, verliest
hij allengs zijn kracht en schittering.
Toch zullen bij de kroningsplechtigheid
nog veler ogen gericht zijn op het prach
tige juweel in de kroon van koningin
moeder Elisabeth.
en zakken zand naai' de bedreigde plaatsen. De dropping
t Ellewoudsdijk.
Britse garantie voor vijftig jaar geëist
De Franse ministerraad heeft Zaterdag
morgen de tekst aanvaard van de aanvul
lende protocollen, welke naar Frankrijk's
mening aan het verdrag inzake de Euro
pese defensiegemeenschap moeten worden
toegevoegd.
Deze protocollen worden heden bij het
„tussentijdse comité" ingediend. In dit
comité zullen onverwijld besprekingen
hierover beginnen tussen Franrijk en de
andere vijf E.D.G.-landen.
Los van deze protocollen, aldus ver
neemt Reuter, zullen de Franse premier,
Mayer, en zijn minister van buitenlandse
zaken, Bidault, Londen verzoeken zijn ga
rantie tot vijftig jaar te verlengen, vol
gens welke het gewapende hulp zal ver
lenen aan ieder land van de Europese de
fensie-gemeenschap, dat in Europa aan
gevallen zou worden.
De garantie werd in Mei 1952 aan de
landen van de E. D. G. gegeven voor de
resterende duur van het Atlantische Pact,
hetgeen dus neerkomt op een periode van
17 jaar. De Fransen wensen thans een
verlenging tot de periode van de geldig
heid van het E.D.G.-verdrag, dat het vo
rige jaar voor 50 jaar gesloten werd. Het
Franse voorstel, zo gaat Reuter verder,
heeft ten doel Groot-Brittannië nauwer te
verbinden met het E.D.G.-verdrag, dat
Na een bezoek van 24 uur aan België,
aar zy besprekingen voerden met leden
an de Belgische regering en minister Van
Zeeland uitnodigden voor een bezoek aan
Washington, zyn dc beide Amerikaanse
staatsslieden Dulles én Stassen Zondag
morgen om half twaalf van het vliegveld
Meisbroek by Brussel naar hun laatste
reisdoel Luxemburg gevlogen. Hier had
den zy een korte bespreking met de
Luxemburgse regering. Zij maakten ver
der hun opwachting by Groothertogin
Charlotte en werden vervolgens ontvangen
door de Hoge Autoriteit en de Assemblée-
commissie voor de gemeenschappelijke
markt der Kolen- en Staalgemeenschap.
Hier vonden zij, als laatste ontmoeting,
de eerste verwerkelijking van het ideaal,
dat Dulles op elke pleisterplaats aan de
Europese staatslieden had voorgehouden:
een stuk supra-nationaal Europa.
De voorzitter van de genoemde Assem-
blée-commissie Reynaud en de voorzitter
der Hoge Autoriteit, Monnet lieten niet
na er op te wijzen, dat de beide Amerikanen
hier aan de historische vooravond stonden
van het inwerking treden der gemeen
schappelijke markt. „Ik ben gelukkig", zei
Monnet, „dat de laatste visie, die u mee
neemt van het oude continent het beeld
is van het verenigde Europa". En als om
deze stelling te illustreren hielden, na de
twee Franse woordvoerders, de West-
duitse vice-voorzïtter der commissie,
Preussker, en zijn Nederlandse collega,
mr Sassen, een lofrede op de eenheid der
zes aangesloten landen.
De heer Dulles antwoordde de spreker
iet minder hooggestemd. Hij verzekerde
zijn gehoor, dat hij besefte getuige te zijn
geweest van een historische gebeurtenis.
Hij sprak de hoop uit, dat de uitingen
van onderlinge vriendschap zouden leiden
tot de vervulling van andere taken en de
verdere eenheid van Europa. Hij onder
streepte nogmaals de Amerikaanse over
tuiging, dat de vrede slechts door ver
eniging van krachten kan worden gehand
haafd. „Tenslotte", zo zei hij „geloven wij,
dat de constitutie, welke gij hier bezit,
de richtlijnen moet kunnen geven aan het
In de namiddag zijn de heren Dulles
en Stassen weer naar Washington ver
trokken.
V)
Tot besluit van de vierde zitting van de j kantoren te zitten en besluiten te onder-
nationale consultatieve commissie te Pe- tekenen", zo zei hy.
king, tijdens welke premier Tsjoe Ên Lai
reeds eerder zijn voorstel tot een onmid
dellijk staken van het vuren op Korea
lanceerde, heeft president Mao Tse Toeng
een grote rede gehouden, waarin hij de
bereidheid van Peking beleed om onmid
dellijk vrede te sluiten en „de overblij
vende kwesties aan een latere regeling
over te laten". Maar aangezien de „Ame
rikaanse imperialisten de oorlog wilden",
„de krijgsgevangenen niet teruggaven" en
„de onderhandelingen onderbraken",
moest de Chinese krachtsinspanning ver
sterkt worden. China zou, als het dan
moest, bereid zijn net zo lang te vechten,
tot de Amerikaanse imperialisten zouden
besluiten er mee op te houden, tot aan het
ogenblik dus van de „volledige overwin
ning van het Chinese en Koreaanse volk".
Voorts verklaarde hij, dat China, bij ge
brek aan eigen ervaring, moet leren van
de ervaringen, die men in de Sovjet-
Unie heeft opgedaan.
Mao leverde tenslotte felle critiek op de
bureaucratie in de regeringsdiensten.
„Zelfs in de centrale, regering zitten man
nen, die er genoegen mee nemen op hun
Gewoonlijk betrouwbare waarnemers in
Hongkong zien hierin het officiële begin
van een zuivering. Uit recente berichten
van het Chinese vasteland was reeds eer
der gebleken, dat de communistische lei
ders maatregelen nemen tegen ondoelma
tig werkende ambtenaren, die zij ontslaan
en in het openbaar bespotten.
V.N.-offensief op komst?
De nieuwe bevelhebber van het Ame
rikaanse achtste leger, generaal Maxwell
Taylor, heeft volgens welingelichte mili
taire kringen te Seoel laten doorscheme
ren, dat zijn troepen spoedig ten Noorden
van de huidige frontlinie in Korea zou
den kunnen opereren.
Vier dagen geleden deelde generaal
Taylor Zuidkoreaanse troepen mede, dat
zij zich zouden moeten voorbereiden op
„grotere gevechten in het Noorden".
Sindsdien heeft hij. aldus genoemde krin
gen, openlijk op een op handen zijnd of
fensief gezinspeeld. Generaal Taylor
neemt in Maart het commando van het
achtste leger op zich..
Europa van de toekomst. Wat ik u zeg,
lijkt misschien wat ambitieus, maar ik
preek slechts uw eigen Bijbel. Want wat ik
zeg, is met kleine wijzigingen slechts
de interpretatie van de praeambule van
het verdrag, dat aan uw gemeenschap
ten grondslag ligt".
reeds bijna negen maanden op ratificatie
door het Franse parlement wacht, en waar
tegen zich nog vele afgevaardigden ver-
zettten.
De Franse regering poogt in de genoem
de protocollen tegemoet te komen aan de
critici, die niet wensen, dat Frankrijk aan
zijn onafhankelijkheid en souvereiniteit
over zijn gewapende macht inboet.
Eén dezer protocollen houdt in, dat
Frankrijk onder bepaalde omstandigheden
divisies aan het Europese leger kan ont
trekken, indien het strijdkrachten overzee
nodig heeft.
Voorts wenst Frankrijk grotere vrijheid
bij de opstelling van bewapeningspro
gramma's overzee en een ander protocol
houdt staande, dal promotie van Franse
officieren slechts in de competentie van
Frankrijk ligt.
C.I.O. EISTE MEER DAN TAFT
WIL GEVEN
Het Amerikaanse vakverbond C. I. O.
heeft zich uitgesproken tegen de door se
nator Taft voorgestelde amendementen op
de wet Taft-Hartley. De wijzigingen wor
den onvoldoende geacht.
De audities omtrent de amendementen
voor de betrokken senaatscommissie be
ginnen heden.
WEEKS ORKEST STEUNT
RAMPENFONDS
De Wiener Symphoniker geven op 27
Februari een gala concert ten bate van het
Nationaal Rampenf. Willem van Otter-
loo is uitgenodigd, dit concert in Wenen
te komen dirigeren. Cor de Groot zal als
solist in Beethoven's derde piano-concert
Optreden.
Hongaarse minister van
Justitie gearresteerd
Te Wenen circuleren sedert enkele da
gen geruchten over de arrestatie in Boe
dapest van min of meer belangrijke com
munistische leiders, van Joodse afkomst,
Eén dezer geruchten, die door reizigers
uit Boedapest werden verspreid, is thans
officieel van Hongaarse zijde bevestigd.
De Joodse minister van justitie, Gvula
Decsi, die vóór zyn ministersfunctïe de
rang van kolonel bij de geheime politie
bekleedde en in die kwaliteit o.m. kardi
naal Mindszenty en de Amerikaan Voge-
ler aan ondervragingen onderwierp, blijkt
volgens officiële mededelingen in Hon
gaarse dagbladen thans zelf gearres
teerd. Hij is vervangen door Bela Kovacs.
Nog niet bevestigd, maar met grote
hardnekkigheid herhaald is het gerucht,
dat ook de chef van de geheime politie,
de beruchte Peter Gabor, die eveneens
van Joodse afkomst is, thans gegrepen is,
evenals het Joodse hoofd van het nationa
le economische planbureau, Zoltan Vas.
Reizigers, die uit Boedapest in Wenen
zijn aangekomen, maken verder nog ge
wag van de arrestatie van professor Be-
nedek, die bekend staat als de beste Hon
gaarse zenuwarts. Benedek was verbon
den aan een ziekenhuis van de „Joint" in
Boedapest.
Verder zou de Joodse directeur van de
Hongaarse radio, Szjrmay, gearresteerd
zijn en vervangen door een broer van pre
mier Rakosi, de Hongaarse dictator, die
ondanks zijn eigen Joodse afkomst, toch
nog stevig in liet zadel schijnt te zitten.
De Joodse minister van justitie Gvula
Decsi, zou reeds 16 Januari gearresteerd
zijn, Erik Molnar, tenslotte, eveneens een
Jood en oud-minister van buitenlandse
zaken, zou sinds een maand niet meer
gezien zijn.
NOORSE DELEGATIE BIJ
K. S. G.
Noorwegen heeft besloten een perma
nente delegatie naar het Hoge Gezags
orgaan, het bestuurslichaam, van de
Europese Kolen- en Staalgemeenschap te
zenden voor een „nauwe en doeltreffende
samenwerking tussen de gemeenschap
en Noorwegen".
Taft over het Formosa-„besluit"
„Wij zijn reeds in oorlog
met Chinese
communisten
In een vraaggesprek met jongeren voor
de televisie heeft de republikeinse leider
Senator Taft verklaard, dat de vraag over
het al of niet oorlogvoeren met commu
nistisch China in het geheel niet rijst naar
aanleiding van de nieuwe politiek ten
aanzien van dc zevende vloot in dc wate
ren van Formosa. „Wy bevinden ons in
oorlog met de Chinese communisten" ^ei
hij, en voegde er aan toe: „Oorlog is oor
log, deze kan niet erger worden dan hy
reeds is".
Indien Amerika Tsjang Kai Sjek in de
Chinese burgeroorlog werkelijk gesteund
had, zou thans meer dan de helft van
China zich op de anti-communistische
zijde bevinden, meende hij. De hulp werd
echter midden in het gevecht gestaakt
door de vorige regering, aldus de senator.
Het uitvoeren van de voorstellen van
generaal MacArthur zou nooit een derde
wereldoorlog veroorzaakt hebben, ant
woordde de senator op een desbetreffende
vraag. Naar Taft'soordeel hadden de
Mandsjoerijse bases reeds vele maanden
geleden gebombardeerd moeten worden.
Taft verwees nog naar het brengen van
goederen naar communistisch China door
in hoofdzaak Britse schepen, zulks naar
aanleiding van de gedachte aan een blok
kade van de Chinese kust.
Spoedig Balkan-
defensiepact
Tussen BelgradoAthene en
Ankara
De Griekse minister van buitenlandse
zaken heeft Zaterdag op een persconfe
rentie te Belgrado verklaard, dat Grie
kenland, Zuid-Slavië en Turkije in de
naaste toekomst een formele verdedi
gingsovereenkomst zullen tekenen. De da
tum en plaats van de ondertekening wa
ren nog niet bepaald. Aan de overeen
komst zouden nog nadere onderhandelin
gen tussen de drie mogendheden vooraf
gaan.
Over de GrieksJoegoslavische bespre
kingen te Belgrado zegt een in Belgrado
uitgegeven gemeenschappelijk communi
qué. dat „een volledige gelijkheid van
standpunt is verkregen, in het bijzonder
op het gebied van de wederzijdse verde
diging".
Het communiqué zegt verder, dat „dooi
de gelijkheid van gezichtspunten, die ook
tijdens de onlangs gevoerde besprekingen
van Griekenland, Joegoslavië en Turkije
tot uitdrukking werd gebracht, het moge
lijk was geworden, de wegen en middelen
te overwegen tot bevordering van verde
re samenwerking tussen de drie landen".
Verklaard wordt, dat „hiertoe spoedig be
sprekingen zullen beginnen, o.m. van mi
litaire aard".
Het communiqué bevat de mededeling,
dat de Joegoslavische minister van bui
tenlandse zaken een uitnodiging van zijn
Griekse ambtgenoot voor een bezoek aan
Athene heeft aangenomen en er spoedig
heen zal gaan.
Peron's ambassadeur
bij Stalin
In de Sovjet-pers werd Zondag grote
aandacht besteed aan liet onderhoud, dat
generalissimo Stalin Zaterdag heeft ge
had met de nieuwe Argentijnse ambassa
deur te Moskou, Bravo. Het onderhoud,
dat 40 minuten duurde, werd bijgewoond
door de Sovjet-minister van buitenlandse
zaken, Visjinsky.
Ambassadeur Bravo verklaarde na af
loop Stalin te hebben meegedeeld, dat
president Peron nauwere economische be
trekkingen met de Sovjet-Unie wenst en
dat de Sovjet-ambassadeur in Buenos
Aires reeds een lijst van producten, die
Argentinië wenst te verkopen en te kopen,
was overhandigd
Bravo's onderhoud met Stalin is zeer
uitzonderlijk. Sedert de tweede wereld
oorlog heeft Stalin slechts zelden ambas
sadeurs ontvangen. Het laatst ontving hij
de Franse ambassadeur, Joxe, die in
Augustus 1952 in functie trad.
Dinsdag 10 Februari:
IN AMSTERDAM
TONEEL EN MUZIEK
TONEEL EN MUZIEK
Concertgebouw, grote zaal, 8.15 uur: Kunst
kring „,Voor Allen": Utrechts Stedelijk Or
kest en het Utrechts Toonkunstkoor o. 1. v.
Paul Hupperts m. m. v. Laurens Bogtman,
bas (Haydn, Wolf, Ravel). Stadsschouw
burg, 8 uur: „Der Fliegende Hollander" (Ned.
Open-a). Carré, 8 uur: Circus Strassburger.
Centraaltheaiter, 8 uur: ..Via Lissabon"
(Ned. Comedie). De Kleine Komedie, 8.
uur: „Potasch en Perlemoer" (Joh. Kaart en
Joh. Boskamp). Leidseplein theater8 uur:-
„Bïbelonië" (Wim Kan en Corry Vonk).
Nieuwe De la Martheater, 8 uur: _,Het meisje
met de grote voelen" (Ens. Wim Sonneveld).
BIOSCOPEN
Alhambra: Portrait of Jenny '14 j,); Apol
lo: Too young to kiss (a. 1.): B.o: Sing In m
the rain (a.l.)Capitol: De Madonna der.
Zeven Manen (strikt volw.); Ceintuur: Vrou
wen in de nacht (volw.); C.neac Damrak;
She's working her way through collega
(ontoelaatbaar); Cineac: Reguliersbr eest raai;!
Actualiteiten (door), voorst,) (a.l.); City;
Wanda, de zondares (ontoelaatbaar): Corso:
Operatie Cicero (14 j.); Cultural Als je pas
getrouwd bent (a.l.); Desmet: Achter ge
sloten gordijnen (volw.); Edison: Starlift
(a.l.): Hallen: De schrl<k van New Orleans
(IB j.); Kriterion: Le Plaislr (ontoelaatbaar);
De Liefde: Marie Antoinette (volw.): Luxor:
Gevleugeld gevaar (18 j.)Nöggerath: Ge
tuige vermoord (18 j.); Passage: Hyena's van
het rotsgebergte 04 j.): Plaza: Bureau
Zedenpolitie (strikt volw.); Rex: Als de
avondklokken luiden (18 j.); Rialto: Als de
avondklokken luiden (18 j.); Ro>:y: De laat
ste grens (14 j,); Royal: Verbodèn jungle (18
j.>: Tuschinski: Sterren stralen overal (a.l.):
De Uitkijk: Galloping Major (a.l.); Victoria:
The Greatest Show on Earth (14 j.); West
End: De zoon van AU Baba (volw.);
IN DEN HAAG
TONEEL EN MUZIEK
Kon. Schouwburg. 8 uur: „Nieuw land"
(A.T.G.). Diiigentia, 8 uur: Vioolrecitai
Hei-rijk Szeryng. Pulchri Studio, Louis XV-
zaal, 8 uur: The musical m. m. v. de Zwitser
se componist Henri Gagnebln, Olga Ongena,
alt. Alex van Amer.ong.en piano, Dlck de
Reus, viool en Jolle de Wit, fluit. De Klei
ne Comedie, 8 uur: „Een toevallige ontmoe
ting" en „Phoenix" (Comedia) (18 jaar).
Gebouw voor K. en W., 8 uur: ..Rome n" est
plus dans Rome" (Theatre Hébertot).
BIOSCOPEN
Apollo: De terugkeer van bulldog Drum
mond (14 j.); Asta: Zo zijn we niet getrouwd
(18 j.); Capitol: De bekentenis van Armesa
(18 j.); Centrum: Gelofterde mensen (18
j.); Corso: De Rode Pimpernel (14 j.);
Hollywood: Met geheime instructies (14 j.j;
Kriterion: De dood van een handelsreiziger
(volw.); Metropole: Sterren stralen overal
(a. 1.); City en Odeon: I vanhoe (14 j.(;
Olympia: Dc hertogin van Idaho '18 j.);
Passage: Sterren stralen overal la. 1.);
Plaza: De trek naar het Westen (14 j.);
Rembrandt: Aftair in Trinidad (volw.);
Rex: De terugkeer van buldog Drummond
(14 j.)Roxy en Studio: De zoon van dr
Jekyle (18 j.); De Uitkijk: Alles op een
kaart (.a Seinpost: Zij was 17 jaar
(ontoelaatbaar); Tha.Ua: Met de blanke
sabel (14 j.); West-End: Zij was 17 jaar
(ontoelaatbaar); Cineac: Nieuwspvogrammo
(a. 1.): Musica: Operatie Cicero <14 j.): De
Roskam. Loosduinen: De onoverwinnelijfcen
(14 j.) en Vader is vrijgezel (18 j.); Forum,
te Voorburg: De bron (14 J.)
ROTTERDAM
TONEEL EN MUZIEK
Schouwburg, 8 uur: „Als 't kindje binnen
komt" IHaagsche Comedie) (volw.). Lan
taren. 8-15 uur: „Moord bij open doek" (Rott.
Comedde).
BIOSCOPEN
Arena: Het Uur voor middel-nacht (18 j.);
Capitol: Het Zwarte Kasteel (18 j.); Cineac:
De Verboden Vrucht (ontoelaatbaar); Colos
seum: De Arend van Madagascar (14 j.);
Harmonie: Mandy (14 j.); Lutusca: De Tante
van Charlie (a.l.)Luxor: Operatie Cicero
(14 j.): Passage (Schiedam' Storm over Ma-
lakka (14 j.): Prinses: De '..Uendlgen (18 j.);
Rex: Vuurgevecht in het Rotsgebergte (14 j.);
't Venster: Het Wonder van Milaan (a. 1.);
Victoria: De Verboden Vrucht (ontoelaat
baar.)
IN UTRECHT
TONEEL EN MUZIEK
BIOSCOPEN
Rembrandt: The Greatest Show on Earth
(14 j.); Scala: Het dozijn blijft voordeliger
(a. 1.1; Vreeburg: Een koninkrijk voor een
huis (a. 1.); Palace: Het publiek mag niets
weten (14 j.); Olympia t.m. Zondag: Het
legioen der dapperen (14 j.1; van Maandag
t.m. Donderdag: De strijd om het recht
(14 j.)
Dat niet alle reacties op de Bredase gebeurtenis juist waren, wil niet zeggen,
dat er niets behoeft te gebeuren. Want wat de ontvluchtingen daar (en elders)
wel aangetoond hebben, is, dat er op een of andere wyze iets te verbeteren of
aan te vullen valt op het gebied van maatregelen, die nodig zijn om te voorkomen,
dat de betrokkenen zelf op een te gemakkelijke wijze hun straf ongedaan kunnen
maken. Goed beschouwd was dit de enige conclusie, die rechtstreeks uit de feiten
viel ai te leiden.
De overheid behoort over voldoende middelen te beschikken om de opgelegde
vrijheidsstraffen ook werkelijk ten uitvoer te leggen. Heeft zij dat niet, dan wordt
de waarde van deze maatregel als straf niet alleen minder, maar verliest die
maatregel op den duur ook het afschrikkend preventief karakter, die de straf
bovendien moet eigen zijn, omdat zij naast andere doeleinden, betrekicing hebbende
op het individu., ook de beveiliging of bescherming der gemeenschap moet
nastreven. -
In zoverre de openbare mening derhalve op de Bredase gebeurtenis reageerde
door aan te dringen op meer efficiënte bewakingsmaatregelen voor de ten uitvoer
legging van de gevangenisstraf en dat was toch wel de ondertoon, ofschoon
niet 't meest dominerende geluid in de eerste perscommentaren was die reactie,
zeker niet onredelijk en in de omstandigheden alleszins begrijpelijk. Hier zal ook
wel meegewerkt hebben, dat het de bevolking een onbehagelijk en onveilig gevoel
moet geven, als zelfs de gevaarlijkste individuen er op die wijze uit kunnen breken.
Een en ander neemt niet weg. dat ook hier enige voorzichtigheid geboden is,
opdat men tengevolge van de indruk, die de gebeurtenissen rond Breda gemaakt
hebben, niet al te zeer en misschien te eenzijdig op de veiligheidsmaatregelen,
om ontsnappingen te voorkomen, de nadruk gaat leggen.
De vrijheidsstraf beoogt, althans bij de
meer beschaafde volken, behalve beveili
ging der gemeenschap ook de opvoeding
en de verbetering van de delinquent. Wil
men aan dit.laatste blijven vasthouden,
dan heeft men daarmee steeds een zeker
risico te accepteren wat betreft het ge
vaar voor ontvluchting. Misschien is het
goed hierop te wijzen, nu allerwegen zo
geroepen werd om 'n meer efficiënte be
waking.
Natuurlijk kan men genoemde risico's
tot 'n minimum beperken door 'n systeem
van rigoureuze afzondering, waarbij alles
zoveel mogelijk gericht is op de instand
houding van de vrijheidsbeneming en
waarbij dus ook aan de gevangenen zo
min mogelijk vertrouwen en zo weinig
mogelijk vrijheid van beweging gelaten
wordt. Men krijgt dan te doen met een
soort „oppergingssysteem", zoals dat zo
ver mogelijk werd doorgevoerd in de be
ruchte, barbaars-onmenselijke Duitse bun
kers. Ook hieruit bleek overigens nog ont
snapping mogelijk, zelfs al was men aan
handen en voeten met kettingen gebonden
en aan de. muur der cel vastgeklulsterd,
zoals de bezettingstijd heeft bewezen.
Dit risico zal dus zeker ook blijven, als
men zijn bekommering om de gevangenen
nog iets anders wil doen zijn dan alleen
maar een hem bewaken, dat hij er niet
uitkomt. Het zal zeker naar verhouding
nog groter worden, als men zich tot taak
stelt er welbewust naar te streven, dat de
gevangenen opgevoed en tot betere men
sen gemaakt worden.
Want elke opvoeding veronderstelt nu
eenmaal, dat men de betrokkenen van tijd
tot tijd enig vertrouwen en een zekere
mate van vrijheid moet schenken om hen
in de gelegenheid te stellen zonder dwang
van boven en uit eigen initiatief 't goede
te doen en zo de persoonlijke verantwoor
delijkheid te versterken.
Door dr H. van Rooy O.F.M., cri
minoloog, lid van de ministeriële
commissie van advias voor het
gevangeniswezen.
Reeds om deze reden is het duidelijk, dat
aan een penitentiaire behandeling, welke
meer plaatsruimte verleent aan de herop-
voedings- of resocialisatiegedachte, een
groter risico voor ontvluchtingen vastzit
dan aan de oude systemen van strenge,
cellulaire afzondering.
De nieuwe richting in het
penitentiair regiem
Het behoeft daarom eigenlijk ook nauwe
lijks gezegd te worden, dat de gebeurtenis
sen te Breda en elders op deze manier iets
met de nieuwe richting in het penitentiair
.regiem te maken hebben. Dit blijft even
waar, ook al zouden de ontvluchtingen te
wijten zijn aan een bijzondere samenloop
van omstandigheden, die in dit geval het
systeem deden falen. Maar een andere
kwestie is, of op grond daarvan alléén het
nieuwe systeem uit den boze geacht en op
een dergelijke wijze moet veroordeeld
worden, als dit in sommige persorganen
aanvankelijk geschied is.
Want simplistisch uitgedrukt te
genover het nadeel van een grotere kans
op ontvluchting, staat in het nieuwe
systeem het voordeel van een grotere kans
op resocialisatie of heraanpassing der de
linquenten. Bij het oude systeem lagen
deze verhoudingen omgekeerd.
Zo rijst n.a.v. de scherpe reacties op
„Breda", ook hier weer1 de vraag, of het
niet gewenst is het publiek hiei-over beter
voor te lichten en het te doen weten, dat
men tot op zekere hoogte hier niet anders
kan, dan van twee kwaden rigoureuzer
opsluiting of een groter ontsnappingsge
vaar het geringste te kiezen. Zo goed
als het volk behoort te weten, wat de con
sequenties zijn van het verwerpen van
de opvoedingsgedachte, evenzo behoort
het op de hoogte gebracht te worden van
de nadelige neven-effecten van het aan
vaarden ervan. Het is niet goed het pu
bliek alleen maar in te lichten over de
voordelen van het nieuwe systeem en de
risico's daaraan verbonden, te verzwijgen.
Uit mijn indrukken opgedaan bij de be
studering van het Amerikaanse gevange
niswezen is mij bijgebleven, dat men daar
over „escapes" wat lichter en gemakke
lijker denkt dan dat bij ons het geval
pleegt te zijn. Diezelfde indruk kreeg ik
ook enigszins in Engeland.
Er zullen er onder ons volk er
recht wel niet zovelen te vinden zijn,
die de opvoedingsgedachte bij de peniten
tiaire behandeling willen prijsgeven om de
gevangenhouding bovenal veilig te stel
len. Zouden-we dat wel doen, dan zouden
we daarmee zelfs ten achter komen bij de
ontwikkeling, die zich tegenwoordig bij
het Duitse gevangeniswezen voltrekt. In
de strafgevangenis te Wolfenbüttel bij'
tracht men de gedetineerden zelfs tot een
hoger peil en beter normbesef op te voe
ren door hun meer kennis en smaak van
kunstwerken bij te brengen.
De opvoedingsgedachte
Een beschaafde natie is het aan zichzelf
verplicht, dat zij haar misdadigers, die zij
het leven laat, tot betere mensen tracht
te maken, Dit geldt ook t. a. v. hen, die
nooit meer vrij zullen komen. In zekere
zin voor hen nog meer, omdat hun lot nog
ondragelijker is, als zij vol wrok blijven
t. a, v. de maatschappij en haar vertegen
woordigers, als hoedanig zij alleen gevan
genispersoneel plegen te ontmoeten.
Wat betreft hen, die naar de vrije maat
schappij zullen terugkeren, is het zonder
meer duidelijk, dat zelfs het eigen belang
dier maatschappij de heropvoeding der
delinquenten gewenst doet zijn. Want die
heropvoeding of heraanpassing betekent
op zich zelf ook weer een bescherming of
beveiliging van de gemeenschap in de toe
komst.
Toch maakt juist die opvoedingsfactor
de penitentiaire behandeling tot een ge
compliceerde en delicate zaak. Want het
gaat hier niet over een gewone opvoeding
zonder meer, maar een opvoeding waar
uit de aard der zaak reeds enige dwang
achter schuil gaat, waartoe de deliquenten
overigens zelf aanleiding hebben gegeven.
Het is nl. een opvoeding, die zich binnen
het kader van een vrijheidsontneming
moet voltrekken, welke de maatschappij
voor deze mensen nuttig heeft geoordeeld
en dus zoveel mogelijk moet in stand ge
houden worden.
Deze situatie stelt als het ware de eis,
dat tegelijkertijd aan twee bijna tegen
strijdige verlangens voldaan wordt. Op
voeding is zoals gezegd niet goed mo
gelijk zonder de gevangenen enig vertrou-
i en vrijheden te geven. De instandhou
ding van de gevangenisstraf vordert ech
ter, dat hun zo weinig mogelijk fiducie en
rijheid geschonken wordt.
Natuurlijk zijn deze tegenstellingen in
de practijk niet zó sterk, als wij ze hier
met opzei, schilderen om het probleem
scherp te stellen. Ook binnen een herme
tisch van de buitenwereld afgesloten in
richting, waaruit men menselijkerwijze
niet ontsnappen kan is nog wel enige op
voedende arbeid mogelijk. Dit is mij al
thans gebleken bij een bezoek van de pe
nitentiaire eilandburcht „Alcatraz" en nog
meer in de eveneens insulaire inrichtin
gen van McNeil-Island (Washington Sta
te). Ook in andere Amerikaanse gevange
nissen kan binnen het gesticht een grote
mate van vrijheid gegeven worden wegens
de scherpe, met de meest moderne techni
sche middelen uitgeruste buitenbewaking.
Misschien kan aan een dergelijke inrich
ting ook voor ons land gedacht en daarmee
tevens enigszins voorkomen worden, dat
de goeden het met de kwaden moeten ont
gelden.
Te grote spanningen
vermijden
Van de andere kant moeten we niet ver
geten, dat het schenken van vertrouwen
en vrijheid van beweging niet pfer se tot
ontvluchtingen behoeft te leiden, zoals
heel wat Nederlandse inrichtingen demon
streren, en dat bovendien een versterking
der bewaking niet het enige middel is om
die misbruiken te voorkomen. Tot het
laatste kan ook bijgedragen worden door
het veroorzaken van te grote spanningen
onder de gedetineerden zoveel mogelijk te
vermijden, of als men dat niet in de hand
heeft tengevolge van van buiten af wer
kende factoren, door reeds ontstane span
ningen tijdig op paedagogisch verantwoor
de wijze op te vangen. Dergelijke spannin
gen kunnen het gevolg zijn zowel van een-
onbillijk-harde als van een instabiele
nu eens een overdreven soepele, dan weer
overdreven strenge behandeling, of al
thans door handelingen, welke als zodanig
aangevoeld worden.
Wat betreft het opvangen van spannin
gen, die n.a.v. ontvluchtingen onder de
overige gedetineerden kunnen ontstaan,
heeft mij de penitentiaire politiek van
sommige Westelijke Staten van Noord-
Amerika gefrappeerd. In zulke omstan
digheden is de leiding eerder geneigd de
teugels wat te vieren en speciale aflei
dingen in te lassen dan de bestaande ont
spanningsgelegenheden weg te laten val
len. Treft men intussen toch bewakings-
maatregelen, dan waakt men er angst
vallig voor, dat deze niet het karakter
hebben of de indruk geven van een be
straffing, die de overblijvenden ook niet
verdiend hebben.
Inderdaad is deze politiek nog niet zo
dwaas, als het er om gaan spanningen te
doen afnemen i.p.v. deze op te voeren.
Misschien is het goed bij de tegenwoor
dige situatie ook hieraan eens te denken,
vooral omdat een tegenovergesteld optre
den de achterblijvers zo gauw de indruk
geeft, dat zij moeten boeten voor de mis
stappen van anderen. Natuurlijk dit alles
in de veronderstelling, dat het bewakings
apparaat in staat is de zaak in handen te
houden.
De gulden middenweg
Wat hier ook van zij, de tegenstelling
tussen de opvoedingsgedachte en de vei
ligstelling van de vrijheidsstraf blijkt
geen absolute, maar een relatieve te zijn.
Daarom is het evident, dat het ook bij
ons probleem er om gaat de gulden mid
denweg te vinden. Geen wonder daarom,
dat we zodoende komen tot een eindcon
clusie, die weer zo'n beetje aan het ei van
Columbus doet herinneren.
Van de ene kant mag men met het voor
de opvoeding noodzakelijke schenken van
vertrouwen ongetwijfeld niet zo ver gaan,
dat de gevangenen zelf op een te gemak
kelijke wijze een eind aan hun straf kun
nen maken. Maar van de andere kant be
hoeft niet alles bij de penitentiaire be
handeling te wijken voor de veiligstelling
der vrijheidsberoving. De stelling, dat de
opvoedingsgedachte daaraan volkomen
ondergeschikt moet blijven, welke in het
vuur der discussies ook gelanceerd is,
komt ons niet juist voor. Want in dat ge
val zouden we moeten terugkeren tot het
steriele opbergen.
Hoe simpel deze gedachtegang ook
moge schijnen, toch menen we hiermee de
kern van de problemen benaderd te heb
ben, welke de Bredase gebeurtenissen
opgeroepen hebben.
In eenvoudige bewoordingen zou de
theorie dan luiden: de veiligstelling
van de vrijheidsbeneming mag niet te
veel opgeofferd worden aan de opvoe
dingsgedachte, maar deze laatste mag
ook niet te veel prijs gegeven worden
terwille van dc veiligstelling der straf.
Beide aspecten grijpen zo in elkaar,
dat het te veel benadrukken van bet
een het ander noodzakelijk in het ge
drang doet komen.
Daarom behoren beide in voldoende
mate tot hun recht te komen en op een
harmonische wijze met elkaar gecom
bineerd te worden naar evenredigheid
van het belang, dat aan elk aspect in
de ogen van ons Nederlandse volk toe
gekend wordt en ook toekomt voor de
instandhouding der rechtsorde.
Wie de moeite eens wil nemen om na
te gaan, wat de evenwichtige uitwerking
van dit voor de hand liggende beginsel
in de practijk van het gevangeniswezen
van hoog tot laag en rekening houdend
met alle groeperingen van gedetineerden
aan problemen en consequenties met
zich brengt, zal in vrij korte tijd ontdek
ken, dat het toch wat moeilijker is dan
enige perscommentaren hebben voorge
geven, om bij een eventueel falen van het
regiem aanstonds aan te wijzen, waar
precies de fout lag en hoe zij hersteld
moet worden.
Dit laatste beoogden ook wij geenszins
te doen bij het ontwikkelen van boven
staande eenvoudige gedachten. Een spe
ciaal deskundig onderzoek moet hierover
zijn licht maar eens doen schijnen en de
juiste middenweg in diverse opzichten
voor de toekomst uitstippelen.
Uiteraard was het evenmin onze opzet
becritiseerde toestanden en feiten goed te
praten of te verdoezelen. Onze beschou
wing is slechts bedoeld als een poging om
het mogelijk of gemakkelijker te maken
deze nog ietwat emotioneel geladen ma
terie nuchter en in haar juiste verhou
dingen te zien. Als zij hiertoe iets kan
bijdragen, wordt daarmee mogelijk te
vens voorkomen, dat men nog onder de
indruk van de wat heftige reacties niet
tè ver een kant opgaat, die men later
weer zou betreuren.
Moge dit het resultaat zijn van het lesje
dat „Breda" ons gaf, tot vooruitgang van
ons penitentiaire stelsel en ook tot het
'Izijn van de aan de zorgen van het
Nederlandse volk toevertrouwde gevan
genen, die onze medemensen blijven.