iOnskhCLS
door D' OLDE LANTSCHAP
akkertjes
SSSS5S;
KERKNIEUWS
In 't Boeckhuys I
Daar
ging de
liefde
t/ f (99U BUHOEST EN KEELPIJN
Deze weekEdele wedijver in offeren voor rampgebieden
Centrale Fokdag (runderen) wankel t - ,/tZal
critiek regenen in Ruinen"
Uiteraard dienen we ook hier stil te staan by de enorme ramp die een deel van
ons vaderland heeft getroffen en waardoor een wereld van leed werd veroor
zaakt. Honderden Nederlanders kwamen door deze verschrikkelijke catastrophe
om het leven, duizenden verloren have en goed, woningen, boerderijen en andere
gebouwen stortten door het brute geweld van het water als kaartenhuizen in
een, tienduizenden dieren stierven een verschrikkelijke verdrinkingsdood en het
leed dat over ons volk is gekomen is nog lang niet te overzien. De bewoners van
de overstroomde gebieden die naar andere oorden moesten evacueren, hebben
alleen het vege Ijjf weten te redden; alles, maar dan ook letterlijk alles hebben
zij moeten achteifaten in hun woningen, waarin onze erfvijand, het water, me
ters hoog rees. De wereld is met verbijstering geslagen, de lust tot werken is
vergaan omdat men steeds in gedachten bij de slachtoffers van deze ramp ver
toeft. Welk een onnoemelijk leed spreekt uit de foto's die in de bladen verschij
nen waarbij we o.m. denken aan het gezin dat in paniek op het dak van de
boerderij vluchtte en in angstige spanning op hulp wachtte, aan de beide paar
den die zo vreselijk zielig tot de buik in het water stonden
Eén in het bieden van hulp!
Prachtig werk is er gedurende de
afgelopen week door Nederland ge
daan, ook door de bevolking van
Drenthe. Tientallen grote vrachtwa
gens met goederen zijn naar het Zuid
westen des lands vertrokken en het
was nu eens niet wat men noemt rom
mel. Als de inzamelaars aan de deu
ren verschenen, dan deed men 'n greep
in de kasten zonder te kijken wat er
eigenlijk wel werd gegeven, het is vele
malen voorgekomen, dat men de jas
uittrok die men aan had. Het is zelfs
gebeurd, dat er een mantel is wegge
geven, waar de beurs van de huis
vrouw nog in zat.
In het geven van geldsbedragen is
een edele wedijver ontstaan. Welke
plaats zal het hoogste bedrag per in
woner offeren? Sinds de collecte voor
de Stichting 19401945, direct na het
einde van de wereldoorlog, Is er niet
weer met een dergelijke spontaniteit
gegeven.
Nu is er weer een inzameling op
touw gezet van giften in natura, in
het bijzonder voor de landbouwers. De
Provinciale Voedselcommissaris en de
Stichting voor de Landbouw hebben
een oproep tot de Drentse boerenbe
volking gericht, en eigenlijk zijn we
er nu reeds van overtuigd, dat de Ned.
Spoorwegen wel een flinke trein ge
reed kan houden om de te verwachten
goederenstroom naar het Zuidwesten
des lands te vervoeren. Bij alle ellende
is dit een lichtpunt: wanneer het Ne
derlandse volk voor rampen wordt ge
plaatst, dan vallen verschillen en
weerstanden weg, dan hélpt men, zon
der meer
Afbrokkeling Centrale
Fokdag
Deze week is er een vergadering
geweest van het Ned. Rundveestam-
t «boejk en daar is de scheuring tussen
fjSs^Bféhraè Veefokkers' nog een beetje
verder gegaan. Zoals bekend worden
in Drenthe jaarlijks twee fokdagen
van rundvee gehouden, n.l. in Assen
van Steenwijkerwold en het resultaat
daarvan is, dat in dit gebied in de
toekomst ook een fokdag zal worden
gehouden, zodat de eenheid dus wel
heel erg zoek is. Het wordt nu dus zo,
dat naast de centrale fokdag te As
sen ,die helemaal niet meer centraal
is, bovendien fokdagen worden geor
ganiseerd door fokkers van Zuidwest-
Drenthe (Ruinerwold, De Wijk, Koe-
kange enz.) en door de fokkers rond
om Steenwijkerwold met vermoedelijk
als centraal punt Wapserveen.
Het is jammer, dat het zover geko
men is, temeer omdat het technisch
ook niet meer mogelijk schijnt te zijn
dat Wapserveen nog by Drenthe
blijft.
Typische kwestie in Ruinen
De gemeenteraad van Ruinen is
met een typisch geval geconfronteerd.
Er moesten n.l. gemeente-eigendom
men van een nieuwe verflaag worden
voorzien en toen werd de school en
het kolenhok gezamenlijk aanbesteed
om geverfd te worden. Tijdens het
en in De Wijk. We hebben reeds eer
der op een samengaan aangedrongen,
zodat de Centrale Fokdag in Assen
werkelijk een Drents karakter zou
hebben, doch dat schijnt tot de onmo
gelijkheden te behoren, althans wat
het rundvee betreft. In de rubriek
varkens komen de inzendingen altijd
vanuit geheel Drenthe, zodat in As
sen op dat gebied een fokdag van
provinciaal karakter wordt gehouden.
Dat was met het rundvee niet het ge
val, want de stallen van de Ter Haars,
de Brouwers, de Nijsinghs zijn nog
nimmer in het strijdperk getreden met
stallen van Wapserveen, in het bijzon
der met die van de familie Oosterveld.
Het fokgebied Wapserveen nu is
ondergebracht bij de K.I.-vereniging
werk kwam men evenwel tot de con
clusie, dat het kolenhok totaal ver
molmd was, zodat het geld verspillen
zou zijn, toch door te gaan met het
schilderen. Logisch was het. .dat het
gemeentebestuur bij betaling van het
werk, de kosten die aan het schilde
ren van het kolenhok waren verbon
den, van de totaalrekening aftrok,
hetgeen neerkwam op een bedrag van
f 140.—.
De aannemer uit Hoogeveen eiste
evenwel het volle bedrag op en toen
de gemeente niet betaalde, gooide hij
de zaak in civiel geding voor de kan
tonrechter. Deze kon evenwel geen
uitspraak doen en daarna zijn beide
partijen overeengekomen een scheids
gerecht van drie personen aan te wij
zen.
Dat men dergelyke fatiliteiten, be
zien in het grote karwei van het be-
Een bonzend hoofd
fan de pijn, die maar geen
einde neemt. Een snel maar
zeker werkend middel am
er in tien minuten af te
zijn: neem één of twee
■■■die helpen direct! J
KOU GEVAT...
sturen ener gemeente in het alge
meen, nu niet heeft weten te voorko
men Het is belachelijk, zo zei een
der raadsleden, dat de gemeente zou
moeten betalen voor iets wat niet ver
richt is. Eigenlijk is het belachelijk
dat een dergelijke kwestie met als^'
inzet f 140.in een openbare raads
vergadering moet worden behandeld.
DE SPERWER
In de vorige bydrage heb ik al het
een en ander over deze felle rover
onder de valken naar voren gebracht.
Evenwel, van zijn levenswijze en fa
miliegeschiedenis heb ik nog weinig
gerept en het loont stellig de moeite
er eens extra aandacht aan te schen
ken.
En nu wil ik weinig woorden ver
spillen aan het bijgeloof, dat in som
mige delen van ons land vaste voet
aan te sluiten, terwijl andere inwonersr" heeft gekregen en dat hierop neer-
Electra voor iedereen
De zegeningen van de moderne tijd
dienen voor iedereen te zijn en daar
om kunnen we ons voorstellen dat het
de raad van Ruinen wat moeilijk af
ging goedkeuring te hechten aan het
voorstel van B. en W„ twee nieuwe
staatsboerderijen op het electrisch net-
Ruinen reeds veel langer op de
wachtlijst staan om aangesloten te
worden. B. en W. zijn tot dit voorstel
gekomen, omdat de bewoners in het
onrendabele deel van de kosten bij
dragen.
Dat is o.i. geen gezond standpunt
en daarvan kan men zich niet afma
ken door te beweren, dat de bewoners
van de staatsboerderijen zelf hebben
aangeboden in de onrendabele kosten
bij te dragen. Inzake aansluiting op
het electrisch net geldt het devies^
„draagt elkanders lasten" en daaro™
zijn ook de tarieven berekend, want
in het ene perceel kan men goedkoper
stroom leveren dan in het andere.
Steeds worden echter gelijke tarieven
in rekening gebracht. Men heeft nu in
Ruinen een precedent geschapen en
Advertentie»
Ned. Herv. Kerk. Beroepen te Rou-
veen (toez.): W. Vroegindewey te
Bleiswijk; te Zandvoort: J. de Groot
te Apeldoorn.
Aangenomen naar Vroomshoop
(toez.): H. Roest te Beuningen.
Geref. Gemeenten. Bedankt voor
Borsele: M. Heerschap te Wagenin-
gen.
Ds. A. F. L. van Hengel overleden.
Te Hollandsche Rading is in de ou
derdom van 78 jaar overleden Ds. A.
F. L. van Hengel, em. predikant der
Ned. Herv. Kerk. Ds. Van Hengel
stond in Borsele en was van 1911 tot
1941 godsdienstleraar bij het rijks
opvoedingsgesticht te Amersfoort. In
gevolge zijn wens is zijn stoffelijk
overschot in alle stilte ter ruste ge
legd.
Ds. B. Richters naar Indonesië.
Naar wij vernemen zal Ds. B. Rich
ters, directeur van het zending
trum van de Geref. Kerken, in
land on mriba van du rSW?
menwerking voor de correspondentie
met Indonesië gedurende de vier zo
mermaanden een oriëntatiereis naar
Indonesië maken.
we kunnen ons de verzuchting van
een der raadslec-en dan ook voorstel
len n.l.: Ik zal er mee accoord gaan,
maar het zal critiek regenen.
in DE VELDEn
komt, dat de koekoek, die hier de
zomer doorbrengt, tegen de winter in
een sperwer verandert. Ik stem toe,
de gelijkenis van beide volgels is vrij
groot, maar de levensvoorwaarden zijn
zo uiteenlopend, dat het jammer is,
aan deze nonsens nog meer aandacht
te besteden. Volledigheidshalve moest
ik het echter vermelden, want heus,
deze praatjes hebben nog steeds een
hoge koerswaarde.
Ik betitelde de sperwer reeds als de
snel gevleugelde. Dat heb ik niet
alleen op mijn dagelijkse zwerftochten
met eigen ogen gezien maar ook zijn
deftige Latijnse achternaam:
Accipiter, roept hieraan de gedachte
wakker, terwijl zijn voornamen: nisus
nisus, aan de Griekse godenleer zyn
ontleend. Volgens deze mythologie
sneed Scylla, de dochter van Nisus de
koning van Megara haar vader de
purperen haardos af. Deze haardos
waarvan het lot van de staat afhing
bood ze vervolgens aan zijn vijand
Minos aan. Daarop werd Nisus in een
roofvogel veranderd. De „voornaam"
van onze sperwer herinnert aan deze
^„historie".
Lang genoeg al hebben we ons be
ziggehouden met volksgeloof en my
thologie, het wordt tijd, dat we naar
de werkelijkheid van het alledaagse
sperwerleven terugkeren.
Pim, Pam en Pom in het luchtruim
De geheimzinnige vreemdeling,
die tot elke prijs achter de geheimen
van professor Splitser wilde komen,
begreep al gauw, dat hij in Billié en
Kareltje een paar trouwe medewer
kers zou vinden. Fluisterend zette hij
zijn plannen uiteen en naarmate het
gesprek vorderde, werden de gezichten
van Billie en Kareltje opgewekter.
„Dus nu heb ik jullie verteld, waar
het om gaat! Het huis van professor
Splitser moet bespied worden". „Dat
komt in orde". Billie's stem klonk
zelfverzekerd. „Dat is juist iets voor
ons. nietwaar Karei?" Kareltje knikte
alleen maar. „Goed", ging de vreem
deling door. „Jullie zorgt er voor, dat
je er achter komt, waaraan de profes
sor werkt. Dat is mij veel geld waard"
„Ja, wat noemt u veel?" informeerde
Billie. „Duizend guldenieder"
antwoordde de geheimzinnige vreem
deling achteloos. „Maar daarvoor moet
ik dan een bewijsstuk hebben". „Dui
zend gulden?" Zowel Billie als Karel
tje hapten naar adem by dit duizeling
wekkende bedrag, „Zeker!" De ge
heimzinnige man glimlachte, toen hjj
de begerige blikken van de twee com
pagnons zag. „En... om te bewijzen,
dat ik niet krenterig ben, geef ik jullie
alvast ieder honderd gulden vooruit!"
Tegelijkertijd haalde hij twee biljetten
uit zijn zak en overhandigde deze aan
de beide vrienden. Billie pakte echter
meteen het biljet uit Karei tje's han
den. „Ik zal het wel bewaren, anders
verlies jij het toch maar!" De arme
Karei durfde niet te protesteren.
Een trekvogel is de sperwer niet;
toch zwerft hij in najaar en winter
ook buiten zijn broedgebied. Graag
overnacht hij dan in kleine bosjes of
of ook wel in stadsparken.
Als nestplaats kiest de sperwer by
woorkeur hoge naaldbomen. In de
oneeste gevallen heeft hrj het nest niet
zelf gebouwd, hoogstens kalefatert hrj
e_n kraaiennest op, door het regelma
tig met groene dennetakjes te ver
groten. Pas laat in het voorjaar be
gint het wijfje te leggen, de grond-
kleur der eieren gelijkt op die van de
watervogels, overigens zijn ze met
bruine vlekjes gesierd.T aantal loopt
nog al uiteen. Een legsel van vijf
stuks is zeer normaal. Om de andere
dag produceert het wijfje een ei.
Vraagt men zich af welke reden de
sperwer heeft om zich vrij laat met
gezinszorgen in te laten, dan ligt het
voor de hand dat het voedsel der
jongen hier een belangrijke rol speelt.
De jonge sperwers worden in het al
gemeen niet voor aanvang Juni ge
boren. (Het wijfje broedt niet minder
dan drie en dertij dagen. Heel lang,
zijn we geneigd te zeggen omdat b.v.
een kip met een en twintig dagen kon
volstaan en een kip is toch aanmer
kelijk groter dan een sperwer, ook zijn
sperwer-eieren veel en veel kleiner
dan kippeneieren).
Op dat tijdstip zijn de eerste zang
vogelbroedsels al uitgevlogen en de
sperwerouders kunnen dan voor hun
kinderen te kust en te keur gaan, zo
dat ze zich geen zorgen hoeven te
makenn. dat de jongen honger moeten
lijden. Ook hierbij springt terstond in
het oog, dat in de natuur alles op el
kander is ingesteld, hoe wreed de ver
houdingen ons soms ook voorkomen.
We moeten niet vergeten, dat we in
dit verband geen menselijke maat
staven mogen aanleggen.
Op het grootte-verschil tussen man
netjes en wijfjes hebben we al gewe
zen. Maar nu is het zeer eigenaardig,
dat dit verschil bij de „geboorte" niet
aanwezig is. Aanvankelijk zijn alle
sperwerkuikentjes even groot. Pas na
een week vangen de vrouwelijke exem
plaren aan in volume de nestbroertjes
voorbij te streven.
Na vier weken in de ouderlijke wo
ning te hebben doorgebracht zijn de
jonge sperwers zover ontwikkeld dat
ze op eigen vlerken kunnen drijven.
Desniettegenstaande blijft hun fami
lieband bestaan.
Hebben de ouders tijdens de nest
periode steeds de prooidieren „pan
klaar gebracht, d.w.z. van de hinder
lijke veren ontdaan, zodra de jongen
groter beginnen te worden, moeten
ze zelf hiervoor zorgen. Zo zien we
hoe ook in de vogelwereld de jongen
welbewust tot zelfstandige wezens
worden opgevoed.
Uitsluitend schadelijk is de sperwer
niet, al zou het alleen daarom niet het
geval z(jn, omdat hij niet alleen zang
vogels op zijn spijskaart heeft staan,
maar ook muizen, die in verschillende
gebieden in sommige jaren een ware
plaag voor de landman zijn. En boven
dien. spreeuwen en lijsters de
lievelingskost bij uitnemendheid
zijn er in overvloed en veroorzaken
menigeen meer ergenis dan hem lief
is. Denk maar eens aan de kersenboom
gaarden, de aardbeienteelt en de sla-
bedden om niet meer voorbeelden te
noemen.
We moeten de sperwer evenals
alle andere levende stoffering van het
landschap zien in gemeenschaps
verband, dan pas zullen we begrijpen,
dat het heel moeilijk is om de vogels
en andere dieren het preadicaat
schadelijk of nuttig toe te kennen. Het
is immers best mogelijk, dat de een of
andere soort aangenomen, dat alle
factoren bekend zijn nu eens nut
tig, dan weer schadelijk is. Een vaste
maatstaf is hiervoor onmogelijk aan
te leggen.
Ik weet wel, de jagersman draagt
in het algemeen de vogels met een
kromme snavel geen goed hart toe
en het is nog niet zo heel veel jaren
geleden, dat de leden van het groene
gilde alles wat op „valk" of uil leek,
onvoorwaardelijk uitroeide, zo vaak
ze daarvoor in de gelegenheid waren.
Gelukkig, de toestanden hebben zich
gewijzigd, hetgeen niet het minst te
danken is aan de voorlichting, die via
vakbladen en andere persorganen ge
geven wordt.
Gunnen we dan ook deze koene „ro
ver", die door zijn aanwezigheid ons
eer verrijkt, dan verarmt, een beschei
den plaatsje in onze gecompliceerde
samenleving.
E. Karat Jr., Schoonebeek.
POLITIERECHTER ASSEN
Hendrik K., Nieuw-Balige (idem).
Vonnis: f 10,5 dg.
Koenraad K., Nieuw Balinge (idem)
Voialira": g 10—5 i - X
Geert W., Emmer Compaiïcuum
(diefstal). Vonnis: f 30,10 dg.
Hendrik V., Coevorden (verduiste
ring). Vonnis 1 maand voorw. en te
rugbetaling f 36,50 binnen 3 maanden.
Auke D., Hoornsterzwaag (bescha
diging). Vonnis: 1 week voorw. en
f 48,90 binnen 6 maanden terug beta
len.
Lubbert P., Winschoten (bedreiging
en huisvredebreuk). Vonnis: 1 week
voorw.
Dedde P., Winschoten (mishande
ling en huisvredebreuk). Vonnis: f 15
of 10 dagen.
Johan Herman G., Zwartemeer (mis
handeling). Vonnis: 2 maand.
Erwald Johannes S„ Coevorden (ver
nieling). Vonnis: f 20,10 dg.
Anne P., Zuidlaren (verduistering).
Vonnis: f 40,20 dg.
Albertus Z., Musselkanaal (dief
stal). Vonnis: f 20,10 dg.
Jans Z., Musselkanaal (idem). Von
nis: f 20,— 10 dg.
Klaas H., Annerveensekanaal
(idem). Vonnis: f 20,10 dg.
Gerrit G., Lhee (mishandeling).
Vonnis: f 30,15 dg. en 14 dg. voorw
Albert de W., Lhee (mishandeling).
Vonnis: f 30,15 dg. en 14 dg. voorw.
Anna Helena L., Zwartemeer (dief
stal). Vonnis: f 40,20 dg en 1 mnd
voorw.
Hendrik P., Emmen (diefstal). Von
nis: f 15 10 dg.
Jan G.. Hoogeveen (mishandeling).
Vonnis: f 15,10 dg.
Wolter K., Meppei (belediging)
Vonnis: f 15,10 dg
Lolt je K., Meppel (mishandeling).
Vonnis: f 15,10 dg.
LFmmigje V„ Hoogeveen (vern'e
1 ng) Vonnis: f 10,5 dg.
Lolt je K., Meppe' (belediging). Von
nis- f 10,5 dg.
Rampgebied afgesloten
voor vreemden
De regering doet een dringend be
roep op de bevolking zich niet onnodig
naar het rampgebied te begeven. Met
name kyklustigen en personen, die fa
milieleden of bekenden in het ramp
gebied willen opzoeken, of willen
trachten aldaar inlichtingen over hen
te verkregen, kunnen de hulpverlening
en de herstelwerkzaamheden belemme
ren. Daarom wordt hun dringend ver
zocht aan hun voornemen, hoe begrij
pelijk op zichzelf ook, geen gevolg te
geven. De politie heeft opdracht met
ingang van heden deze personen niet
tot het rampgebied toe te laten.
Bovendien verzoekt de regering ook
de streken in de nabijheid van het
rampgebied niet onnodig te bezoeken.
Zij vraagt dit. opdat de hulpverlening
en de herstelwerkzaamheden voort
gang kunnen hebben en verkeersop
stoppingen worden voorkomen. De re
gering vertrouwt, dat de bevolking
ook in dit opzicht alle medewerking
zal willen verlenen, zodat eventuele
nadere maatregelen ter beperking van
het verkeer achterwege kunnen bl\jven
Uitvoer van hooi stopgezet
Het hoofdbedrijfschap voor akker
bouwproducten heeft uit voorzorg de
uitvoer van hooi stopgezet. In de
overstroomde gebieden zijn niet onbe
langrijke hoeveelheden hooi verloren
gegaan. Het uit deze gebieden ge
redde vee is elders op boerderijen on
dergebracht. waar men in het alge
meen wel voor eigen vee voldoende
hooi heeft, maar zeker niet voor een
grotere veebezetting. Te zijner tijd zal
worden bezien of er nog enig hooi kan
worden uitgevoerd.
De heer E. Tj. Rookmaker, land
bouwer te Bellingwolde, is Donder
dagmorgen plotseling overleden.
De heer Rookmaker, die een voor
aanstaande persoonlijkheid was, fun
geerde gedurende vele jaren als voor
zitter van het Groninger Paarden
stamboek.
ben boek voor
Als uitgave van Bosch en Keuning
N.V. te Baarn verscheen Domoe, De
zoon van het dorpshoofd door M. C.
Capelle.
Dit is een jongensboek voor de
leeftijd van 9 tot 12 jaar.
Domoe is de zoon van een Soem-
banees dorpshoofd, die in aanraking
komt met de zending. Interessant in
dit boek is de beschrijving van het
dorpsleven en- het bijgeloof in een
dergelijke Indische gemeenschap.
De religie is de angst voor de gees
ten, waarvan de dorpspriester handig
geren. Langzamerhand weet een zen-
gebruik maakt om zijn volkje te re-
deling zich in het dorp een zeker
vertrouwen te winnen. Domoe komt
bij hem wonen om een goede opvoe
ding te genieten, doch aanvankelijk
is hij daar niet van gediend; hij kan
zich niet aanpassen aan het leven der
blanken en loopti weg. brengt
hem evenwel terug en hy leert zich
dan geleidelijk aan te passen. Zijn
opvoeding brengt hem aan het twij
felen ,wat betreft de macht van de
pr. ester en hij laat dit in het dorp
duidelijk blijken. Daa'mee brengt hij
ook meer zelfbewustzijn in het hart
der dorpelingen. Zo is de weg voor
het Evangelie geopend.
Dit is een aantrekkelijk jongens
boek, dat een eerlijke kijk geeft op
het zendingswerk, zonder te verval
len in „prekerigheid". De avontuur
lijke gebeuitenissen er in zullen er
wel voor zorgen, dat onze jongens het
verhaal met plezier lezen.
Koopt uw boeken
Tel. 3044 - Assen
BESTELB1LIET
Hierbij verzoek ik „In 't Boeck
huys", Brink 23, Assen, mij te
willen zenden
Naam
Adres
Plaats
Handtekening.
door Mary Burchell
V
30)
Een grote rusteloosheid beving haar
opnieuw en ze kon zelfs de aanwe
zigheid van haar geliefde tweelingen
nauwel jks verdragen toen deze haar
volgden door het huis om haar van
alles te laten zien en haar de eenvou
digste dingen omstandig uit te leg
gen.
Mevrouw Tamberley, die blijkbaar
uitgeput was van het boodschappen
doen, ruste en weldra ging Tony er
alleen op uit. Het was op dit ogen
blik, dat Hope plotseling een besluit
nam.
„Bridget, weet je welke weg me
neer Tamoom Errol heeft geno
men?"
„Jawel". Bridget keek haar ver
baasd aan. „Langs het land aan de
achterzijde van het huis, de heuvel
over en dan zo op de rivier aan.
Waarom?"
J
„Ik wil hem graag spreken. Ik dacht
dat ik hem misschien tegemoet zou
kunnen gaan. Een klein eindje maar,
zie je en
„O ja, laten we dat doen. Ik ga
ook mee", viel Bridget haar geestdrif
tig in de rede.
„Zou je het heel erg vinden, als ik
alleen ging?" Hope wenste vurig dat
ze niet had gebloosd toen ze dat zei,
vooral omdat Bridget haar met grote
ogen vol belangstelling aanstaarde.
„Ik zou hem graag onder vier ogen
willen spreken en dat is zo moeilijk
in het huis zelf, zie je".
„Je bedoelt, dat mevrouw Tamber
ley er altijd tussen komt met onbe
langrijke onzin", zei Bridget meele
vend.
Dat was zo precies wat Hope be
doelde, dat ze het onmogelijk kon
ontkennen.
„Het kan mij niet schelen", verze
kerde Bridget behulpzaam. „Dan ga
ik wat in mijn tuintje werken. Wist
je, dat we allebei een tuintje hebben?
Ik zal je het mijne laten zien als we
nSar buiten gaan, dan kan ik je met
een wyzen welke weg oom Errol
heeft genomen".
Verdeeld tussen dankbaarheid en
zenuwachtige spanning, trok Hope
een crèmekleurige mantel over haar
bruine pakje aan en ging Bridget de
tuin in. Ze bewonderde plichtmatig
het omgespitte vierkantje, waarin
volgens Bridget alerlei onmogelijke
planten al zowat aan het uitbotten
waren, en toen 'iet zij haar zusje in
een staat van hijgende activiteit ach
ter en ging op weg naar de rivier.
Hope liep snel met haar handen
diep in de zakken van haar mantel
en maakte zich zelf wijs, dat ze al
leen maar rilde omdat de Aprillucht
zou koud was. Ze had er geen idee
van wat ze eigenlijk zou zeggen wan
neer ze hem zag, hoewel ze onder het
lopen een paar openingszinnen re
peteerde. Er zou veel van afhangen
hoe ze zich voelde wanneer ze hem
eindelyk zag.
En toen zag ze hem echt over de
heuvel op haar toerijdend op het
paard dat mevrouw Tamberley niet
geheel ten onrechte als „die ellen
dige zwarte" had betiteld.
Ze zag de verbazing op Errols ge
zicht, terwijl hij op haar toereed en
afsteeg, en toen wandelde hy op haar
toe met de teugels over zijn arm.
„Wel Hope, is er iets gebeurd?"
,Neen", sprak ze, naar adem snak
kend. „Neen, natuurlijk niet. Ik dacht
alleen dat ik maar een eindje moest
gaan wandelen en u tegemoet gaan".
„Dat is bijzonder aardig van je'. Ze
meende een droge noot in zijn stem
te horen. „Maar misschien heeft de
heldere zonneschijn je verleid".
Hope slikte
„Ja, het is een prachtige middag,
vindt u ook niet?"
Hij wierp haar een nieuwsgierige
blik toe en lachte toen kort.
„Kom, kom, Hope, je bent me toch
niet tegemoet gekomen om een weer-
praatje met me te houden, is het
wel?"
Ze haalde diep adem.
„Neen,. Ik er is iets anders dat
ik graag met u wil bespreken. Ik
dacht, dat het het beste was om dat
hier buiten te doen, waar we niet ge
stoord kunnen worden".
„Ja?" Hij zag er koel uit, maar ze
merkte tot haar schrik dat zijn kaken
stijf op elkaar geklemd waren en een
ader aan de kant van zijn nek zicht
baar klopte.
Ze had zijn pas overgenomen en
ze liepen nu naast elkaar de helling
van de heuvel af, zij met beide han
den nog steeds in haar mantelzakken,
hij met zijn ene hand ongewoon ste
vig om de teugel.
„Het gaat over ons gesprek van de
vorige week, ik bedoel deze week".
Het leek een maand geleden! „Ik zou
u Maandag komen vertellen wat ik
besloten had. Tenminste
„Al goed. Ik weet het wel. Je hoeft
heus mijn geheugen niet op te fris
sen, weet je", sprak hij met een grim
mig lachje. „Het staat me alles ïeel
helder voor de geest". Natuurlijk. Hij
wilde weten wat er was gebeurd.
„Ik heb de vijfduizend gulden ge
geven", verklaarde Hope bijna kalm.
En toen bleef de rest van de uitleg
in haar keel steken en er wilden
geen woorden meer komen. Hij
wachtte, misschien om haar de gele
genheid te geven zich te herstellen.
Toen nam hij haar met z'n vrije hand
losjes bij de arm.
„Ik geloof, dat dit je heel moeilijk
valt. Zal ik het voor je afmaken? Er
komt niets van een huwelijk met Ri
chard Fander, is het wel?"
Er heerste even stilte. Toen schud
de Hope sprakeloos het hoofd.
„Zegt u nu maar, ik heb het je we)
gezegd, als u wilt", sprak ze eindelijk
op hese toon.
„Ik zou geen tijd verspillen met zo
iets onbenulligs te zeggen", verzeker
de hij haar. „Inplaats daarvan vraag
ik echter hoe staat het met het. alter
natief9"
Ze wierp hem een snelle blik toe.
„Bedoelt u.... met u trouwen?" 1
„Ja".
„Wel, ik ben bereid mijn belofte te
houden natuurlijk".
Hij haalde diep adem en zij voelde
een ogenblik zijn vingers zich vas
ter om haar arm klemmen.
„Dus je houdt je belofte? Dan
"ze wist opeens dat hij glimlach
te, hoewel ze hem niet aankeek, „dan
zij we dus verloofd?"
„Dat veronderstel ik wel".
Hij liet haar arm los en zijn hand
in de zak van zijn rijbroek stekend,
haalde hij er een klein doosje uit.
„Als je dit niet mooi vindt, Hope,
mag je later iets anders uitkiezen.
Maar ik had graag dat je dit nu aan
nam".
Voor haar verbaasde ogen deed hij
het doosje open om haar een smalle
platina ring te laten zien, in het mid
den waarvan twee stralende brillan-
ten in een beeldige zetting schitter
den.
„Maar", ze staarde naar de ring,
„was u er zo zeker van dat u gelyk
zou krijgen? Heeft u dit bij u gedra
gen sedert u uw vreemde, ik bedoel
ulw aanzoek deed?"
Hij lachte en kreeg even een kleur.
„Ik hoopte, dat ik deze ring nodig
zou hebben".
VV.iiiJt vervolgd)