VIJF DAGEN OP DUIVELAND Herhalingsoefeningen van Maart afgelast Op de grens van leven en dood Scliielands hoge zeedijk wordt verhoogd ZIERIKZEE SPRAK MET DANVILLE Langs de lijn klonk dankwoord voor de adoptie De Drummer der Demonen Dagelijks feuilleton mr. G. TH. VERHAREN Dagboek Dan een burgemeester Sociale regelingen in rampgebied TROUW ZATERDAG 7 FEBRUARI 1953 Schielands hoge zeedijk, die in de nacht van Zaterdag op Zondag van Schiedam tot Gouda een aanval van een stormvloed te verduren heeft ge had, zoals nog nooit is voorgekomen, is thans tot Gouda onder controle, zo dat voor een doorbraak, zelfs bij storm, niet meer behoeft te worden gevreesd, zo deelt het Hoogheemraadschap Schieland mede. Binnenkort zal de kade van zand zakken, welke het water moet beletten over de dijk te stromen indien nog eens een abnormaal hoge vloed mocht voorkomen, worden vervangen door een kleikade. Gedurende voorjaar en zomer zullen de gedeelten van de dijk waarin thans gaten zijn geslagen, defi nitief worden hersteld met klei, nadat eerst het zand en de zandzakken zullen zijn verwijderd. De hoogte van deze gedeelten zal daarbij worden gebracht op 4.50 m boven NAP, dus 70 centimeter hoger dan thans het geval is. Deze werken moeten voor October zijn voltooid. De gedeelten van de dijk, die thans vol doende hoog bleken, zullen in de toe komst nog extra worden verhoogd. Ook de waterkering binnen Rotterdam zal op vele plaatsen aan een nieuwe v hoging niet kunnen ontkomen. De zwaar geteisterde stad en bevolking van Zierikzee heeft een boodschap van dank en dankbaarheid gezonden over een van de weinige telefoonlijnen die gebruikt kunnen w-orden, bestemd voor de Amerikaanse stad Danville (Pennsylvania)die Zierikzee adop teerde. De beslissing van Danville, om Zie rikzee te adopteren, een adoptie, die tot stand kwam door middel van Ass. Press, is gisteren aan de gemeenteraad van Zierikzee meegedeeld door de burgemeester dr. J. Schuurbeque Boeye. De loco-burgemeester J. Gerritsen gaf namens de burgemeester telefo nisch uitdrukking aan de diepste ge voelens van dank en dankbaarheid voor de nobele geste van Danville. De heer Gerritsen zei, dat de eva cuatie van Zierikzee in volle gang is. Van de 7047 inwoners zijn er reeds 1500 geëvacueerd. „Wij proberen de rest van de bevol king er van te overtuigen, dat het nodig is, eveneens weg te gaan, m het is moeilijk ze er toe te krijgen. Sedert de Duitse bezetting hebben de mensen de schrik om hun huizen te verlaten." De zieken en ouden van dagen zijn reeds geëvacueerd. Waarschijnlijk zal een duizendtal mannen, in hoofdzaak grondwerkers, in het stadje achter blijven. Tijdens het telefoongesprek zei de heer Gerritsen op de vraag van Dan ville, wat het meest nodig was: ,,Wy hebben kleren, voedsel en andere din gen genoeg. De grootste behoefte be staat aan geld en materiaal voor het herstel van de dijk. De gasvoorziening slaat stop, maar we hebben, tot nog toe, electriciteit genoeg. De toestand van de dijken is ernstig. Er zijn gaten van 800 meter breed, die viermaal zo veel water doorlaten als destijds de V Onze militairen doen in het gebied van de ramp kranig werk. Liefderijk worden de vluchtelingen door de sol daten verzorgd en naar een veilige haven gebracht. J gaten in de dijken van Walcheren." „Maar w{j moeten het hoofd en het hart koel houden," besloot hij. CREDJETREGELING GETROFFEN MIDDENSTANDERS Maximale uitkering 4000 (Van onze Haagse redacteur). In samenwerking met het Nationale Rampenfonds is een regeling getroffen om middenstanders, die door de waters nood materiële schade hebben geleden en financiële 'moeilijkheden ondervin den, te helpen om hun bedrijven aan stonds voort te zetten. Voor deze hulp verlening gelden de volgende regelen: 1. De regeling geldt voor winkelbe drijven, ambachtsbedrijven, grossiers- bedrijven, dienstverïemngsbedrijven e.d., die door de ramp zijn getroffen. 2. De slachtoffers kunnen, indien zij als gevolg van de ramp financiële moeilijkheden ondervinden, bij de di recte voortzetting of hervatting van hun bedrijf, renteloze voorschotten ontvangen voor de aanvulling van voorraden, herstel van machines, be drijfsinrichting e.d. 3. Het aan aanvragers te verstrek ken crediét zal in het algemeen maxi maal 4000 gulden bedragen. 4. Eventuele latere uitkeringen voor geleden schade zullen worden aange wend tot aflossing van de opgenomen credieten. 5. De credletaanvragen zullen wor den behandeld door de Nederlandsche Middenstandsbank. Aanvragers kunnen zich van Zaterdag 7 Februari af wen den tot het dichtstbijzijnde kantoor van die bank in hun omgeving. De bank heeft o.a. bijkantoren in Vlaardingen, Rotterdam, Dordrecht, Breda, Goes, Middelburg, Temeuzen en Gouda. In verband met de noodtoestand heeft de minister van Oorlog het vol gende bepaald: De herhalingsoefeningen worden af gelast voor die oorlogsonderdelen van de Koninklijke Landmacht die in de eerste helft van de maand Maart 1953 onder de wapenen dienen te komen. Alle reserve-officia -en, dienstplich- Advertentie) Wilt Gij ONDERWIJZER worden? Vraag dan zo spoedig mogelijk een prospectus aan bij HILVERSUM (Bekende schriftelijke cursus) ichoot" ongeëvenaarde Staatsexamen voor Onderwijzer. Zeer goede opleidingen zijn ook: H.B.S.. neer dan 10 aar heeft onre „Schriftelijke Kweek- leder jaar slagen tientallen cursisten voor het Staatsexamen Gymnasium en Mulo. tige onderofficieren en dienstplichtige korporaals van de Koninklijke Land macht, die een oproeping hebben ont vangen om op 2 Maart of 5 Maart a s. voor 'herhalingsoefeningen onder de wapenen te komen en alle dienstplich tige korporaals en dienstplichtige sol daten van de Koninklijke Landmacht, die een oproeping hebben onvangen om op 16 Maart a.s. voor. herhalingsoefe ningen onder de wapenen te komen, behoeven aan deze oproeping geen gevolg te geven. Geen slachtoffers hij commandotroepen De commandant van het Corps Com mandotroepen, overste Beets, heeft medegedeeld, dat het corps geen verliezen heeft geleden. Het gerucht dat het corps vijf doden zou betreuren, is niet juist. 114 VERBOUWEREERD doet Daantje een stap opzij, en hij draait zich half om, zodat hij vader kan zien èn opa. Vader rechts van hem, bij de deur, en opa op z'n vaste plekje bij het raam. „Mag het?" vraagt hij voor alle ze kerheid nog eens. „Als jij belooft dat je net zo goed je best doen zal op school als Rudl, mag je heus", glimlacht vader wat raadsel achtig. „Want het betekent niet altijd dat je dan ook nommer één bent van je klas. Denk je ook niet dat Rudi even hard, misschien nog harder werkt dan Theo?" „Misschien wel...." „Afgesproken dus?" „Ja vader," antwoordt Daantje zacht, maar hij bedwingt zijn spontane blijdschap. Je zou een gat in de lucht willen springen, naar boven willen rennen om je trommel te halen, maar het kan nietVader staat er bij „En dan wilde vader je nog iets vragen, Daan," aarzelt dominee Dal man, en hij kijkt verontschuldigend naar z'n schoonvader, omdat het mis schien wat vreemd is, zoals hij het op voedingsprobleem oplost. O, Daantje is één en al bereidwil ligheid. Als vader hem nu zou vragen om van vandaag af, en voortaan iedere dag de aardappels voor Nellie te schil len en de schoenen te poetsenAls hij voortaan, inplaats van Steven Oldink, de tuin moest wieden en de paden van het kerkhof schoffelen...., het zou allemaal best zijn. Zijn grote ogen kijken vragend z'n vader aan. Mooie ogen, de ogen van z'n moe der. Jouw ogen, Cor. „Vader kan de laatste tijd niet zo best meer zien wat ik geschreven heb. Ik kan m'n bril natuurlijk wel op zetten, maar dan zie ik de mensen niet meer. Dat is zo lastig, want nu moet ik steeds m'n bril op en weer af zetten. Dat moet voor de gemeente storend zijn." Ja, knikt Daantje. want hij heeft dat ook al gemerkt. Vroeger deed vader dat nooit, maar tegenwoordig staat hij voortdurend met zijn bril in z'n hand. Bril opbril afbril op.... bril af.... Toen hij dat voor 't eerst ontdekte, was het wel grappig. Tellen hoe dikwijls vader dat doet Eén en vijftig keer vóór de tussen zang, daarna nog drie en dertig maal. Van de preek had hij toen niks ge hoord vanzelf. Het moet dus wel erg storend zijn voor de gemeente. Maar wat kan ik daaraan doen? Dan moei vader maar aan één stuk doorlezen, net als lange van Leeuwen, wanneer er preeklezen is.... Als u uw bril ophoudt.... waagt hij. Vastbesloten schudt dominee Dal man zijn hoofd. „Ik moet De Wit kun nen zién zitten met z'n vrouw en z'n kinderen. En juffrouw Donners, met LienEn jouhij glimlacht, Jou ook natuurlijkVader heeft altijd weinig tijd voor jullie ge had, daarom probeer ik Zondags ook iets tegen jou te zeggen, begrijp je wel." Het is niet helemaal eerlijk, want Daantje heeft het nooit begrepen. Hij dacht dat vader naar de domineesbank keek, om te zien of Nellie en hij niet zaten te ruziën om het bijbeltje of om nóg een pepermunt uit Nellies tasje.Toch knikt hij. Ja-ja, dat be grijp ik: vader preekt om de mensen en ook ons wat te leren. En met z'n bril op kan hij ons niet zien. Je moet je toch al afvragen hoe het mogelijk is dat vader met een bril op beter ziet, want zelfs de letters van een boek .worden wazig, als ja wel eens stille tjes op de studeerkamer vaders bril opzet. „Je hebt wel eens gezien dat vader zulke kriebelletters schrijft, Daan. Als jij me nou eens zou kunnen helpen, door de preek over te schrijven in üpke letters, dan kan ik het vast wel leien." Daantje staat al te knikken. O, ik wil best. Als vader denkt dat het helpt, wil ik het best doen. Eén Zater dagmiddagje en klaar is het weer. Als je rekent dat ik voortaan iedere Don derdagavondnou, dan is het best fijn om ook iets voor vader te doen. „Ik wil best," zegt hij blij. „Ik zal züike koeieletters schrijvers, dan kan u het nog wel ziennog wel als Steven Oldink het achter in de kerk vasthoudt denk ik." Ze schateren alle drie om dat dwaze beeld. Steven achter in de kerk met een schoolschrift in z'n hand, waaruit door vader van de preekstoel af z'n preek leest, ha-ha-ha, die gekke Daantje! Maar zo blijft het dan afgesproken, én morgenmiddag zal Daantje z'n eerste preek schrijven,Is het nog geen schooltijd. Daan?" Wèg is 'tie al. Zo'n jongen is toch maar watervlug. Van de gesloten deur, waardoor Daantje net nog wegstoof, kijken de mannen elkaar aan. Er is iets weife- lends in de glimlach van dominee Dalman. Door de grote drukte ln de beide gemeenten, is de opvoeding er wel eens bij ingeschoten. Opa heeft hem daar al die eerste dag op gewe zen. Later denk je daar dan over na, en je moet erkennen dat het vooral ook met het intieme gesprek met de kinderen niet geweest is wat het we zen moest. „Kinderen zijn raadsels....", ver ontschuldigt hij zich. „Het leek me goed, dat Daantje dit werk maar deed. Hij heeft een goeie hand van schrijven, en misschien steekt hij er meer van op dan van een preek." „Dat in ieder geval," stemt opa toe. Het zal zodoende nog een mooie tijd worden. Als Daantje nu de preken voortaan overschrijft, hoef ik aan het schrift niet zóveel aandacht te wijden. Dat werkt altijd des te vlotter. „Theo vroeg me gisteren, of hij r.a het eindexamen z'n meisje thuis mocht brengen „Hier, bedoelt hij?" „Ja. Ik wist niets van een meisje af. maar het schijnt al lang zo te zijn. want hij had er al met z'n moeder met Cor over gesproken." Opa glimlacht. Net iets voor Cor, om haar jongens hun geheimpjes te ontfutselen. Die hield ook niet van halve maatregelen. Benieuwd wat ze daarvan gezegd heeft. „En?" „Ze had het goedgevonden, op voor waarde dat hij ook voortaan met de beste cijfers thuis zou komen." „Vandaar je plan met Daantje?" „Mm." „En hoe heeft Theo dat er af ge bracht?" „Geen enkele keer is hij' verslagen, begrijpelijk dat hij nu de volgende stap waagde. Ik heb het maar toege staan. als het examen ten minste ook nog in orde is „De kleintjes beginnen groot te worden." Dominee Dalman zucht. De opvoe ding is er dikwijls bij ingeschoten, maar juist daarom was die zwaar. „Gelukkig wel," zegt hij. „Dus dan wordt Theo student," praa' z'n schoonvader over die verzuchting heen. „Wel, als hij volhoudt (Wordt vervolgd) IlillliillilllllimillUlllllllillllllllilllQiillillllllilllllil'lll (Van onze speciale verslaggever) ZATERDAG 31 JANUARI We waren Vrij dagavond laat tfcuis gekomen. Er was Vrijdag avond een feestelijke bijeenkomst geweest in Ooster- land en ook een in Sirjansland. Tot negen uur waren mijn vrouw en ik in Oosterland, de gemeente waarin ik woon, geweest. Daarna waren we met de auto naar Sirjansland gereden. Men was op beide bijeen komsten dankbaar voor mijn komst. Ik kan heel goed met de Zeeuwen overweg. U moet begrijpen, dat ik eerst sinds 1 April van het vorige jaar burgemeester van deze gemeente ben.was. Zowel in Oosterland als in Sirjansland heb ik de mensen toegesproken. Ik zag ze voor mij zitten, in de zaal. Er was een prettige stemming. Mijn vrouw en ik kwamen met een voldaan gevoel thuis. Het was goed om op Duive- land te zijn, de wederopbouw van onze gemeente zou fveldra voltooid zijn. In deze stemming beleefden we de Zaterdag. Hoewel de wind des avonds flink loeide, dachten we niet aan onmiddellijk gevaar. Die avond i'.vam er nog een buurman bij mij. die vroeg wat ik zou doen als er een dijik zou bezwijken. „Dan pleeg ik overleg met de dijkgraaf, we zullen dan mensen vorderen", zei ik. ZONDAG 1 FEBRUARI Alarm in Ooster land. Dijkbreuk. De klok ging luiden. In aller ijl verzamelden we mannen met schoppen en zakken in de kom van het dorp Oos terland. De grote dijk was niet meer te houden. We wil den proberen de doorgangen in de slapersdijk te dichten. Welk een illusie! Ik ben er met de auto naar toe geweest. We hebben nog met zandzakken ge werkt, rnaar het was een ho peloze taak. Iedereen moest terug. Naar de huizen, naar de zolders. Het lijfsbehoud werd nummer een. Zondagmorgen werkte de telefoon nog. Ik heb Brui- nisse opgebeld, Ik heb de burgemeester van Zie rikzee opgebeld, maar Zierik zee was al onbereikbaar. Er kwam een bericht, dat Sirjansland dreigde te ver gaan. En ik kon er niet naar toe. Ik kon alleen Bruinisse smeken Sirjans land te helpen. Maar wij allen hebben toen en in die volgende dagen, waarin we afgesloten van de we reld hebben geleefd, ge beden en gewacht, geen be sef van de omvang van de ramp. Et dacht, dat alleen Schouwen en Duiveland over stroomd was. - Het water is die Zondag gestegen tot aan mijn tele foontoestel. Toen het hoger klom, kon ik geen verbindin gen meer krijgen. We zaten geïsoleerd. Het plafond van mijn benedenvertrek is drie meter en vijftien centimeter hoog. Boven zijn de slaap kamers. Bij vloed steeg het water tot aan het plafond, dat was dus meer dan drie meter. Toen we een gezelschap van zeventien personen, de buren waren bij ons gekomen omdat mijn ambtswoning een hoi^g huis is op de slaapkamers waren gevlucht, lichtte de vloed het kamerzeil op. Hoger moesten we, naar de vliering. Het dorp was één binnenzee. En de storm bleef loeien. Zo gingen we de nacht van Zondag op Maandag in. Met de mensen op onze vliering heb ik gebeden. Bij de bevrijding van Apeldoorn zat ik te bidden in een kelder, nu op een vliering. Met elkaar hebben we ge beden telkens weer, terwijl de orkaan onze stemmen nauwelijks verstaanbaar maakte. ik MAANDAG 2 FEBRUARI van mijn hoge post in de kom van Oosterland zag ik rondom mij de huizen bezwijken. Ik heb gemeentenaren op een vlot zien vluchten van de ene woning naar de andere. Van het huis van de wachtmeester was het achterstuk geheel weggeslagen. Vlucht naar een ander huis. Ik heb een woning gezien, die instortte, toen een tweede en derde gezin, dat ternauwernood aan de dood was ontsnapt, daar toevlucht had gezocht. En we konden niets doen, kwam er maar hulp. We wachtten daar, het was alleen maar wachten. We zochten de hemel af, naar vliegtuigen. Op die onvergetelijke Maandag zag ik hoe boeren nun schuren in brand hebben gestoken. Korte tijd laaide het vuur boven het water op, brand en rook, om de aandacht te trekken. Er moest hulp komen. Oosterland dreigde met mens en dier te vergaan. En die dag zijn er vliegtuigen gekomen. Het water was iets gezakt, ik kon naar het balkon komen, aan ■:le voorzijde van mijn huis. Er wilden anderen mee. Maar ik wilde er alleen staan, met mijn ambtsketen om. De vliegtuigen cirkelden rond. Ze moeten mij gezien hebben. Ik heb staan wuiven op het balkon, ils een wanhopige. Er hing zoveel van af. Als ze dan •>ver een paar uur wat helicopters zouden zenden, dan zouden er nog veel mensen gered kunnen worden. Bedenk, dat het water aan de huizen vrat. de funde- ■ingen wegknaagde, iedere golfslag in de dorpsstraat 'on het einde betekenen. DIT is het dagboek van de burgemeester van OosterlandSirjansland, twee dorpen op Duiveland, die te zamen een gemeente vormen. Op de avond van de 'dag, dat beide dorpen geëvacueerd wa ren, heeft een onzer verslaggevers in Bruinisse de ervaringen van burgemees ter Laurense van dag tot dag vernomen. Het was een gespronen dagboek, dat onze redacteur heeft opgetekend, in een zijvertrek van de zeilenmakerij van De Korte in Bruinisse, waar de heer Lau rense, als laatste man vertrokken uit het verdronken Oosterland een doosje, waarin de kaarten van het bevolkingsre gister, onder de arm en zijn ambtsketen onder zijn overjas binnenstapte. In dit vertrek aan de straatzijde, waar langs zo nu en dan een militaire colonne trok, de laatste vluchtelingen voorbij- schuifelden, heeft deze burgemeester terwijl de schemering viel verteld. Zelden hoorden wij een aangrijpender verslag. De geschiedenis van drie dagen doodsnood klonk sober en duidelijk van de lippen van deze zwaar-beproefde bur gervader, wiens gemeente in een der erg ste noodgebieden heeft gelegen. Een en kele maal stokte de stem, de bewogenheid, de jongste herinneringen waren te groot. Weer gingen we een bange, doodsbange nacht in. „Alleen op God is ons vertrouwen, mensen". Weer steeg ons gebed om redding op. Ondertussen had Bruinisse een reddingspoging on dernomen. Maar de bekwaamste schippers, die Brui nisse op dat ogenblik had, konden met de roeiboot niet optornen tegen de golvende binnenzee. DINSDAG 3 FEBRUARI Deze dag kwamen de eerste mensen uit Bruinisse. We hadden con tact, maar er kwamen nog niet de zo dringend nodige reddingsploegen. Ik ging mee naar Bruinisse. Op de hulppost was een zender geposteerd. Men had techni sche hulpmiddelen, dank zij schepen, die de haven waren binnengevallen. Ik heb ijltelegrammen laten uitgaan. „Hoogste nood in Oosterland en Sirjansland. He licopters gevraagd". Het bleek toen, dat men in de buitenwereld niet wist hoe ontzaglijk hoog de nood in beide dorpen ge stegen was Fk ben teruggevaren met de motorboot van de wa- terpolitie. De hoogste lof voor deze mannen. Inmiddels kwam de peilboot van Bruinisse ook te hulp. Chris Knop, Marius v. d. Valk, Anthonie de Koning.ke rels. als zovelen in deze dagen. En die Dinsdagmiddag hebben we met betraande gezichten de helicopters zien dalen. Redding voor Oosterland. Die ochtend waren er nog huizen ingestort. Eerst wer den mensen met een baby uit een schuur gered. Een op zichter op het dak van het raadhuis gaf met een mega foon zoveel mogelijk advies 1 bij het reddingswerk. De toestand in beide dorpen was hopeloos. De zee had Oosterland aan twee kan ten besprongen. De koren- molen was al In weinige minuten in de golven ver- 1 dwenen. 1 Vrouwen werden van de daken geplukt. Ik zag en sprak ze later op de dijk bij 1 Bruinisse. 1 Vrouwen met opgezette be- 1 nen van het zeewater. „Burgemeester, ik durf niet te lopen, mijn benen zullen l breken....". 1 Ik wist niet wie er leefde, wie er verdronken was, wie er vermist was. Ik moest 1 weer terug, want niet ieder 1 wilde vrijwillig weg. Ik moest, na deze dagen van uit putting en beproeving de mensen overreden. In naam I van de regering, in naam van de Koningin, het eiland werd ontruimd. 5k WOENSDAG 4 FEBRUARI - In de Ioop van Woensdagmorgen, toen ook de ducks opereer den, is Oosterland geheel geëvacueerd. Er waren vol gens de kaarten in deze doos met bescheiden van de gemeente 1820 mensen in Oosterland en Sirjansland. Hoeveel er nu zijn? Zijn er vijftig mensen verdron ken, minder, meer? Waarheen zijn de Oosterlanders en Sirjanslanders geëvacueerd? Ik weet het op dit ogenblik niet allemaal. Het is moeilijk na deze dagen de gedachten te ordenen. Als ik terugdenk aan die ontzettende dagen, waarin we ons wisten óp de rand van leven en dood, dan denk ik toch ook aan de mensen, die zo rustig en flink waren. Ook de mensen, die ik toen het nog mogelijk was aan de telefoon heb gehad. Zoals de burgemeesters vrouw van Bruinisse. Bruinisse heeft gedaan wat mogelijk is. En ik heb diep respect voor onze militairen en voor de buiten landse soldaten. Ik stond verslagen, toen ik in Brui nisse hoorde, welk een ramp ons land getroffen heeft, ïk ïfc BURGEMEESTER Laurense heeft dit alles niet als een aaneengeschakeld relaas kunnen vertellen. Meermalen werden de herinneringen hem te machtig. Zoals hij daar stond, bij zijn koffers, als een verdool de in het gehavende Bruinisse, waar als het ware de oanische sfeer van heel Schouwen en Duiveland nog leek te hangen, zo was hij een der vele burge meesters. Een der vele burgemeesters ook, die in de uren van de hoogste nood hun ambt zo voortreffelijk hebben hooggehouden, die zo voorbeeldig zijn geweest: leiders van de volksgroep met wie zij zich verbonden hadden in voorspoed en tegenspoed. Oosterland en S rjansland Gebombardeerd in de laatste periode van de oorlog. Geïnundeerd, toen de bevrijding giooröe, ge ëvacueerd. Thans ten tweeden male geëvacueerd. Zij delen het lot van tal van dorpen in het lage Nederland. .Morgen breng ik mijn vrouw en kinderen weg, dan keer ik terug. Met de andere burgemeesters van dit eiland zullen we wachten op de orders van de '-egerïng". Het bestuur van het Algemeen Werk loosheidsfonds heeft aan besturen der be drijfsverenigingen verzocht, zoveel moge lijk met de verstrekking van uitkeringen ingevolge de Werkloosheidswet aan de in woners van de overstroomde gebieden en aan werklozen, die daar hulp bieden, door te gaan. In geval postwissels en dergelijke onbestelbaar terugkomen, dient opgave van namen en adressen van de geadres seerde te worden gedaan aan de Sociale Verzekeringsraad. die bü het centraal evacuatieregister Inlichtingen omtrent betrokkenen zal inwinnen. Bij nieuw ontstane werkloosheidsgeval- len kan men in het algemeen afgaan op de opgaven der betrokkenen. Tegen onjuiste opgaven zal echter streng worden opge- De bedrijfsverenigingen doen goed van alle aan inwoners van do noodgebieden verstrekte uitkeringen kennis te geven aan de daarvoor in aanmerking komende ge meentebesturen. Werklozen die zondei loon ln de noodgebieden hulp verlenen kunnen als werkloos tn de zin der Wet blijven beschouwd. Met kost of kleine ver strekkingen h'oeft geen rekening te wor den gehouden. In geval loon wordt geno ten, dat lager is dan de uitkering, kan dit loon tot het. bedrag der uitkering worden aangevuld. Werklozen die van nu af aan nog in de noodgebieden zonder loon gaan werken, kunnen alleen dan hun uitkering behouden als zij door bemiddeling van een Gewestelijk Arbeidsbureau tn georgani seerd verband zijn gaan werken In aansluiting hierop deelt de Sociale Verzekeringsraad nog mede, dat geëva cueerde personen, die in het genot zijn van een uitkering krachtens de Ziektewet, de Werkloosheidswet, de Ongevallenwet 1921, de Land- en Tuinbouwongevallcnwet 192: de Invaliditeitswet en/of de Noodwet Ouderdomsvoorziening zo spoedig mogelij a hun nieuwe adres moeten opgeven aan het uitvoeringsorgaan CRijksverzekerlngs- bank, Raad van Arbeid, bedrijfsvereniging of gemeenschappelijk administratiekan toor), waarvan zij uitkering ontvingen. De ze organen zullen voor spoedige hervatting der uitkeringen zorg dragen. In de vacature, ontstaan door het ontslag nemen van mej. dr. A. de Waal, die benoemd is tot staatssecretaris van Onderwijs, is tot lid van de Tweede Kamer benoemd verklaard mr. E. G. A. Roolvink te Almelo. De heer Rool- vink heeft reeds eerder voor de KVP zitting gehad in Set parlement. MILITAIREN OFFERDEN HUN VERDIENSTEN Een aantal militairen van het 1-4 bataljon zware tanks „Prins Alexanderdat afkomstig is uil de legerplaats Oirschot en dat heeft geholpen bij het dichten van dijken in Zeeland, heeft 350 gulden aan het Rampenfonds beschikbaar gesteld.. Uit geid hebben zij verdiend gedurende de werkzaamheden in de nood- qehieden. Een inzameling voor het Kampenfonds aan boord van H.M „Piet Hein", die op weg ts van Korea naar Nederland, heeft twee duizend gulden opgebracht, dat is acht gulden per lid van de bemanning. De bemanningen van de stoomschepen „Tei Reias" en Laertes" van de stoomvaart maatschappij „Oceaan", rite zich in de Indonesische wateren be vinden, hebben reap, f S00 en f 470 bijeengebracht.

Krantenbank Zeeland

Watersnood documentatie 1953 - kranten | 1953 | | pagina 2