DE GECOMBINEERDE
Helden,
die niet weten
dat ze het zijn
De Plaat van de Week
zwoegen in
de helse ruïnes van
Schouwen-Duiveland
r
Dfuldcert) en Uitgeverij
Ter fetaar Schuijt N V
TOt ROGER STREVEN
waarin opgenomen „De Geldermalser", „Burensche Courant", „De Leerdammer", Nieuwe Culemborgsche Courant", „Maas en Waalbode"
„De Lek", „Vianensche Courant", „De Lingebode", „Zaltbommelsch Nieuws, „Asperensche en Heukelumsche Courant"
Bwe*t> De Gecombineerde. Leerdam, TeL ao. S ea 262 HoofdredacteurL E. MOKVELD O
Zaterdag
7 Februari 195S
No. 17
62e Jaargang
a.uonneinemsprQB
f 2.50 per 3 maanden
franco per post
Advertentieprijs
IS cent p. mm p, editie
20 cent in beide edities
Verschijnt Dinsdag-, Donderdag, en Zaterdagmorgen: ln twee edities voor de beide aan elkaar grenzende delen van Gelderland en Zuid-Holland van Gortnchem tot Tiel tussen Lek
I in samenwerking met de Nieuwe Tielsche Courant
Ons Weekpraatje
Onder voorbehoud
1352 DODEN
Het totaal aantal slachtof
fers van de watersnood bedroeg
gistermorgen om 1 uur volgens
opgave van het ANP 1352.
Waarschijnlijk zal het totaal
van het aantal personen, dat
wordt geëvacueerd, de 50.000
niet overschrijden.
De regering besloot, dat geen
kinderen in het buitenland zul
len worden ondergebracht.
Voor de Zondag
De Profundis
„Uit de diepten roep ik tot U,
o Heere!
„Heere, hoor naar mijne stem,
laat Uw oren opmerkende zijn op
de stem mijner smekingen.
„Zo Gij, Heere, de ongerechtig
heden gadeslaat, Heere. wie zal be
staan?" (Uit Psalm 130).
Ja, wie zal dan bestaan?
Deze gedachte zij de overheer
sende op morgen, dag van veroot
moediging, gebed en offer.
Laten wij ons verootmoedigen
voor de Heere, onze God.
O land, land, land, hoor
des Heeren Woord!
Ook in de weg Uwer gerichten,
O God, hebben wij U gezocht.
Als God ons door de ramp, welke
het vaderland trof, heeft willen ap
pèlleren aan Zijn Woord en Zijn
Gebod en ons heeft willen terug
roepen tot de orde van het geloof
in Hem, dan hebben we wel ten
zeerste tot plicht om hen te her
denken, die Hij kneedde tot wape
nen in Zrjn hand, ons ter wekking
van het geweten.
Want wij, die gespaard bleven,
waren geenszins de beteren. „Zo
Gij, Heere. de ongerechtigheden
gadeslaat. Heere, wie zal bestaan?"
De dood is, door Gods Wil, een
machtig heer. De wereld is zjjn. rijk,
de ganse wereld.
Zijn stem heeft gebulderd, zodat
we allen luisterden en beefden.
Toch meenden duizenden en dui
zenden zijn doordringende stem te
kunnen negeren. Zij leefden wj]
leefden soms aan zijn rijk voor
bij, alsof we nooit eindigend hier op
aarde t.e leven hadden.
Onjangs herinnerden we er m
deze rubriek nog aan, hoe PJüüppus
van Macedonië één van zijn slaven
de opdracht had gegeven om hem
's morgens steeds te wekken door
met luider stem te roepen: „Philip-
pus, denk er aan, dat gij sterven
moet."
Aan heel de in zelfgenoegzaam
heid levende chtistene wereld van
het Westen is het deze week bij
stormvlaag en golfslag toegeroe
pen: Denkt er aan, dat ge sterven
moet.
En vele honderden gingen onder
in de duistere nacht van een boos en
overweldigend tij.
Van niets zijn we zeker in het
leven, morgen niet en overmorgen
niet, van geen dijk en van geen
woonveste. Van alles kan altijd ge
beuren, de dood is het enige
zekere van het aardse leven.
„Wij hebben hier op aarde geen
blijvende stad."
De waarheid daarvan hebben we
weer aan den lijve gevoeld. We zjjn
er, mogelijk tot ons eeuwig heil,
aan herinnerd door de ondergang
van velen in bange, onontkoombare
nood.
We hebben ten aanzien van deze
verliezen slechts één troost: Wie
stierven, zijn niet vergaan.
De machtige dood heeft ongelijk
tegenover het oppermachtige Ver
lossingswerk van Jezus Christus.
Er is een leven, dat hier zich open
baart en niet ondergaat.
Als onze aardse woning verbro
ken wordt, heeft Jezus ruimte in
Zijn ontzaglijk, stralend evacuatie
huis: het Godsrijk.
Dat we dóór veilig mogen belan
den en verzameld mogen worden bij
degenen, die ons nu zijn voorgegaan
om ons de weg te wijzen.
Wij worstelen nog tegen de dood
van alle dag, maar mogen we het
deze week hebben geleerd om te
smeken voor onze redding door in
diepe ootmoed te herhalen, steeds
weer te herhalen:
„De profundis clamavi ad Te
Domine."
„Uit de diepten roep ik tot U,
o Heere!"
„De rivieren verheffen, o Heere!,
de rivieren verheffen haar bruisen,
de rivieren verheffen haar aansto
ting fhaar verwoestende kracht).
„Doch de Heere in de hoogte is
geweldiger dan het bruisen van
grote wateren ,dan de geweldige
baren der zee." Uit Psalm 93.
ten en zijn Wieringen 122 naar
de veilige wal heeft gebracht.
Maar laat het hierbij blijven,
want zoals deze twee met name ge
noemde vissers hier werken, zo
werken hier duizenden. Duizenden
mannen dte hezia zbn hun leven te
wagen - en sommigen geven dat
leven bij het vervullen van hun
plicht als mens.
Dat zij helden zijn, beseffen zfl
zelf niet.
Er was een jongen die twee ganzen
in z'n arm hield.
En ze zeulen over die dijk, in de
wind, dodelijk moe, nauwelijks in
staat om te lopen. Maar ze moesten
lopen om te leven.
Toen hebben die mannen deze
mensen door de modder gedragen
op hun ruggen, terwijl ze weer tot
hun knieën in de bagger zakten.
Naar de motorsloep van de Ye 94.
De sloep moest driemaal varen, een
andere sloep nog tweemaal.
EEN DETAIL
Ja, en zo is de „Nooit Gedacht",
de Ye 94, weer naar Ierseke geva
ren, met de zwijgende schipper Zoe-
lewey aan het roer. Met goed twin
tig geredden, een varken en twee
ganzen aan boord.
Ik vergat nog iets te melden, een
detail misschien in dit geheel, be
halve voor die vrouw van Jan Stou
ten en haar zes kinderen. Anderen
zullen morgen maar weinig meer
aan het geval denken.
Eén detail: Jan Stouten was
niet bij ons aan boord. Ook hij
werd afgezet aan de dijk nadat
hij uit zijn huis werd gehaald.
Maar hij zei, dat hij een paard
van hem zag en liep achter dat
paard aan.
Wij hebben anderhalf uur naar
hem gezocht, terwijl de Ye 94
lag te wachten, maar we hebben
hem niet meer gezien.
Aan vier mannen van de Rijks
Waterpolitie hebben we het toen
UJCTOR ET EMERGO
„Ik worstel en blijf boven", aldus de Zeuwse Wapenspreuk.
Maar een beetje hulp zal thans welkom zijn
Wadende over en tussen cadavers
Op en om en boven de helse ruïne van Schouwen-Duiveland is een mon
ster-reddingsactie op gang gekomen, waarvan een speciale V.V.-verslag
gever getuige is geweest. Laat niemand denken, zegt hij, dat het een
organisatieis die de honderden en honderden miserabelen van daken
en zolders en vlotten haalt. Er is geer sprake van organisatie. Er k&n
geen sprake zijn van organisatie. Wél wordt er gewerkt -met radiozen
ders, wél zijn er centrale posten, 'wel wordt er met vlaggen geseind.
Maar de hélden, die met hun eigen handen en hun eigen initiatief als
redders door de cadavers waden, dut zijn de polderjongenswier handen
barsten van de blaren door het roeien, en dat zijn de schippers van vis-
sersboten zonder radio aan boord, die maar varen en varen en varen
zonder rust en steeds maar mensen aan boord hijsen en wegbrengen
naar Ierseke, naar Wemeldingenaar Bergen op Zoom.
Ik heb nu gezien met eigen ogen
hoe deze mannen in vrome eenvoud
doen wat ze vanzelfsprekend hun
plicht vinden.
Laat Nederland voor hen de hoed
afnemen, want zrj hebben recht op
onze innige dankbaarheid!
Er is een monster-reddingsactie
op gang gebracht: Ja! Rond de ka
potte dijken van Schouwen-Duive
land liggen honderden 3chepen.
Alleen al tussen Ouwerkerk en
Bruinisse waren er Woensdagmid
dag toen de Noordwester al begon
op te steken 134 te tellen.
Boten van de iftarme, uit Kat
wijk, IJmuiden en Wieringen, uit
België, Engeland, plezierjachten en
landingsvaartuigen.
Helaas, het merendeel van deze
meest grote schepen kon vrjjwel
niets uitrichten. Want terwijl daar
in de Oosterschelde en op de Kee-
ten en het Mastgat en de Zijpe en
keiden voortdurend rond.
Af en toe zagen we een helicop
ter boven het dak van een huis
hangen. Op de dijk in de verte wa
ren mannen bezig.
En toenen toen
NIET TE BESCHRIJVEN
Hoe is met woorden te beschrij
ver. wat toen ging gebeuren. Daar
gingen mannen met laarzen door
do modder waden. Telkens zakten
ze zo ver weg dat ze met hun han
den de laarzen op moesten trekken.
Ze tornden tegen de dijk op en
keken naar het verdronken dorp
Oosterland op enkele honderden
meters afstand.
Ze zagen eilandjes, waar vee hul
peloos en radeloos rondliep. Paar
den, varkens, ongemolken koeien.
Ze zagen de binnenkant van de
dijk; die binnenkant was afgezet
met een meters breed plateau van
We willen het vandaag kort ma
ken te dezer plsatse, heel de
week heeft de berichtgeving over
de feiten voor zich zelf gesproken,
duizendmaal nadrukkelijker dan wij
het zouden kunnen doen in een be
schouwing over de grootste ramp,
welke ons volk sedert eeuwen in
vredestijd heeft getroffen.
De rouw, de doorstane angst, het
lijden, de ontzaglijke materiële ver
liezen, ze zijn niet te beschrijven.
Wat de bevolking uit de geteisterde
gebieden van Noord- -en Zuid-Hol
land, Noord-Brabant en vooral die
van Zeeland, heeft moeten onder
gaan, is eigenlijk véél meer dan
mensen kunnen dragen. Nauwelijks
zelfs lang niet volledig, zijn deze
lieden bekomen van de geweldige
slagen, welke hun in de oorlog wer
den toegebracht, of een kracht, wel
ke nog minder te weerstaan was
dan die van het oorlogsmonster,
sloeg de in vrede zwoegende en strij
dende werkers neer en ploften in 'n
gat, waarin vele honderden voor al
tijd vergingen en van waaruit tien
duizenden de tijd van vele jaren
zullen behoeven om zich weer naar
boven te kunnen werken. En toch
nu reeds is het duidelijk, dat de ge
slagen dapperen wederom de kaken
op elkaar hebben geklemd en met
verbeten wil de mouwen hebben op
gestroopt om zich aan de ellende te
ontworstelen en hun kinderen weer
een toekomst te brengen.
Luctor et Emergo. De wapen
spreuk der Zeeuwen staat niet en
kel op dezer schild geschreven,
maar ze is gegrift in de hoofden en
harten der Nederlanderse eilandbe
woners; die spreuk is de pantse
ring van hun karakter.
Wat 'n mannen, wat 'n vrouwen
Tal van overlevenden zijn uit hun
wegbrokkelende huizen gered moe
ten worden met geweld. Met de re
volver in de vuist hebbed officieren
velen moeten dwingen om van de
daken hunner behuizingen over te
stappen in de veilige boten. Niets
méér verlangden zij dan te wach
ten, in een boomtop misschien, tot
het water zover zou zijn weggezakt,
tot ze de wankelende resten van
hun huis zouden kunnen stutten en
de wrakstukken der vergane wel
vaart van hun grond zouden kun
nen verwijderen om deze weer met
ploeg en spa te forceren tot nieuwe
vruchtbaai-heid.
Dezulken echter hebben de ver
mogens en de draagkracht van de
mens overschat. Zij zouden spoedig
te laat misschien tot het in
zicht daarvan zijn geraakt. Ze zijn
zó ruïneus geslagen, dat ze zich
zonder hulp van hen, die gespaard
bleven, nooit meer overeind zouden
kunnen richten.
Z\j zullen geholpen worden.
De beste Onderlinge Risico Ver
zekering van een vo"-
riteit. Als de mens door een onge
luk een arm of been ontvaii, uu. .a
niet slechts dat lichaamsdeel ge
troffen, maar heel de mens. De be
woners van de getroffen gebieden
verloren dierbaren, - dat verlies
is niet te herstellen. Maar voor de
rest moge gelden: Nederland
raakte in rampspoed, heel ons
volk. De slag Icwaxn op een deel
van ons lanc. neer, maar de pijn
voelen we allen en overal, en gelij
kelijk hebben we de plicht om de
schade te boven te doen komen.
Wat men in de geteisterde gebie
den aan schade heeft geleden, is de
schade van het Nederlandse volk en
die moeten we met z'n allen
herstellen. De direct getroffenen
hebben aan Dood, pijn en angsten
helaas nog beproevingen moeten
doorstaan, welke we niet met ze
kunnen delen.
Wat ik met deze regels wilde
zeggen, is dit dat we er niet
mee klaar zijn, dat we van de week
in onze aandoening even diep in de
buidel hebben getast. Wat nodig is
om de ramp te boven te komen, is
haast onvoorstelbaar. De direct ge
troffenen zullen daarvoor jaren
lang moeten werken, wij allen
zullen er jaren lang voor moeten
offeren.
Inderdaad, de millioenen stromen
binnen, maar ze zullen nauwelijks
voldoende zijn voor de ogenblikke
lijke leniging der ergste noden.
Wat er verder wordt vereist, zijn
nog onbekende honderden millioe-
r.en. Die moeten er alle komen, het
zij door volgehouden offeren, hetzij
uit extra-belastingen, hetzij uit bei
de bronnen tesamen.
Laten we. ons daartoe op heden
bereid stellen, nu we zo goed besef
fen, wat anderen geleden hebben
en waarvoor wij zo onverdiend zijn
gespaard.
Bovenal moet n u de cijns onzer
dankbaarheid worden betaald als
mede het klinkende bewijs van ons
gevoel van solidariteit en barm
hartigheid worden geleverd. Dat is
voor de leniging van de ergste nood.
We hebben van de week al geof
ferd, - zeker Maar morgen kun
nen en moeten we het wéér doen in
onze kerken. Morgen, overmorgen,
volgende week, volgende maand,
telkens weer zullen we moeten
offeren als er wordt gerammeld met
de bus van het
Nationaal Rampenfonds
Giro 9575
DIXI
koeien. En helaas onbereikbaar
mensen.
Die mannen daar op dat gebro
ken stuk dijk bij Oosterland hebben
toen het onmogelijke gedaan. Ze
zijn roei- en motorsloepen en vlet
ten aan touwen over het wad gaan
trekken. En over de dijk, hijgend
en vallend en steunend.
Zij lieten die sloepen zakken op
de dode beesten en hebben ze toen
over de kadavers gesleept. En ze
zijn gaan roeien.
Ziet u, zo moesten de bootjes in
deze reddingsactie op Schouwen
worden gebracht. Hier hielp geen
radiozender en hier hielpen geen
seinvlaggen.
VAN DAKEN GEHAALD
De mannen zijn gaan varen
Cornelis Kesteloo. 64 jaar, van de
Achterweg in Oosterland, is van
z'n dak gehaald en zijn vrouw van
68 jaar. Ze zaten op hun zoldertje
Zondagmorgen en ze hebben ge
hoord. hoe het vee kermend ver
dronk in de stallen beneden.
Jan Stouten is van z'n zolder ge
haald met z'n vrouw en z'n zes kin
deren. De oude man Bijdevaate. 72
iaar, is van z'n dak gehaald en z'n
vrouw van 70 j. en z'n twee zoons
en een schoondochter.
Later kwamen ze over de dijk
strompelen met andere geredden.
Een jammerlijke troep ellende met
valiesjes en zakjes en tasjes.
Er was een man bij dï-
wagen door de smurrie duwde met
een kist er op en een varken er in.
Zierikzee op het moment, dat
een hefschroefvliegtuig op h.
punt staat te dalen op een open
plek in het stadje, duidelijk ire-
markeerd door reeds eerder
neergekomen witte parachutes.
Rechts op de foto een juist tot
ontploffing gebrachte rookbom
(witte vlek)
Luchtopname ANPFOTO
verteld en die zouden naar Jan
Stouten uitkijken.
De waterpolitie ging namelijk
weer met een sloep naar Ooster
land ,om met soldaten en met
geweld mensen van de zolder te
halen, die niet van him erf willen,
ondanks het feit, dat burgemeester
Lourense van Oosterland in een
bootje met zijn ambtsketen om is
rondgevaren door zijn gemeente om
te zeggen, dat blijven de dood zou
betekenen.
Ik weet wel: dit is maar een
verslag over een minimaal stukje
reddingswerk bij het verdronken
Schouwen-Duiveland. En natuurlijk
zouik u meer kunnen vertellen,
bijvoorbeeld over schipper Kees
Doesburg van de Wieringen 122,
die naar Zierikzee voer en daar te
horen kreeg: ga maar in een hoek
liggen. Diezelfde Kees Doesburg
heeft toen gevloekt en heeft ge
zegd: ik ben hier gekomen om
mensken" te en njc .im
in een hoek te liggen.
Kees Doesburg weet nu niet
eens meer hoeveel mensen hij met
zijn twee jongens, zjjn twee vlet-
lag om half Zeeland te evacueren,
konden niet genoeg kleine bootjes
sloepen en liefst motorsloepen
bij de doelen komen.
Maar laat me u vertellen van de
Ye 94 van schipper Joch Zoetewey.
Het kan een indruk geven van de
situatie. Al van Maandagmorgen
af stoomt de Ye 94, de mosselvan
ger uit Ierseke, over de Zeeuwse
wateren. Een schip met vier kop
pen bemanning. Per kop hebben
ze elk op dit ogenblik al meer dan
dertig geredden op hun naam
staan
Woensdagmorgen om 10 uur
stoomde de Ye-94 weer naar open
water. Naar Ouwerkerk. Maar daar
lag zo'n vloot, dat de schipper zwij
gend doorvoer. Langs Nieuwerkerk
naar Oosterland.
Dicht langs de modderige plaat
koerste het schip. Het botste tegen
een dood varken, tegen een deur en
Het spleet wrakhout als een ijsbre-
ker een ijsveld.
Vier mannen in een sloep maak
ten gebaren. Het schip stopte, de
sloep werd op sleeptouw genomen
en verder ging het. Tot het gat in
de dijk bij Oosterland, waar niets
door kon varen omdat het laag wa
ter was.
„Daar proberen", zei de schipper.
Dicht bij de modderplaat stopte de
motor en met vijf man gingen we
in de motorsloep. Ook hier barstte
het rondom van de schepen.
Twee helicopters .een watervlieg
tuig, twee kleine lestoestellen en
twee tweemotorige toestellen cir-