TONEEL MUZIEK LETTEREN BEELDENDE KUNST FILM
„Schilders van het Eeuwige'
HET HEILIGE VUUR
MELIES, DE JULES
Verne van de film
Tweede eeuwgetijde
Rhynvis Feith
EEN GROOT MENS AAN
HET WOORD
M. Nijhoff
herdacht
Cinematografisch relaas
Zijn levensloop
verfilmd
De naam van de Zwitserse protestantse theoloog en schrij
ver, Walter Nigg, heeft in Nederland binnen betrekkelijk
korte tijd een voortreffelijke klank gekregen door zijn op
merkelijk boek „Grote heiligen". Blijkbaar als een vervolg
op deze verhandeling is thans van zijn hand een studie ver
schenen over „Schilders van het Eeuwige".
Werk van W. Nigg
Om het boek over de schilders goed
te begrijpen, is het vooraf lezen van
het eerste onmisbaar. Voornamelijk,
omdat daarin een uitvoerige en diep
gaande beschouwing wordt gegeven
van het begrip „heilige", zoals de
schrijver dit verstaat. Dit buitenge
wone. belangrijke overzicht, bijna ze
ventig bladzijden omvattend, dient
eerst gelezen en herlezen te worden,
alvorens men met alle volgende be
schouwingen vertrouwd kan worden
en ze met vrucht verwerken. Een de
finitie van het begrip „heilig" te ge
ven is even moeilijk als over het be
grip „kunst Het is met deze zaken
altijd zo gesteld, dat iedereen weet, of
meent te weten, wat de feitelijke be
tekenis is, maar zij blijken uiterst in
gewikkeld, als mij zich erover gaat
bezinnen en tracht zich een zo scherp
■mogelijk begrensd beeld ervan te
vormen. Daarom zou het goed zijn ge
weest. als de schrijver ook zijn op
vattingen inzake „kunst" had om
schreven en zijn persoonlijke menin
gen in deze ons had toevertrouwd.
Men moet thans zijn inzichten als het
ware tussen de regels door benaderen.
Wel lezen wij, dat de kunst dit of dat
moetMaar de kunst laat zich niet
dwingen in een gareel te lopen. Wil
men een andere inhoud aan de open
baringen der kunst geven, dan zal
eerst de geestelijke mentaliteit van de
kunstenaars moeten Veranderen en
deze is geheel afhankelijk van de al
gemeen heersende en strevende gees
telijke activiteiten.
Al lezende stelt men voortdurend de
vraag: Hoe weet de schrijver dat?
Men wil een bewijs voor zijn stellin
gen. Het is echter waar, dat op veel
van dergelijke vragen een antwoord
gegeven wordt door de kunstwerken
zelf. althans zoals de schrijver deze
wenst te interpreteren. Doch deze
methode is subjectief en aprioristlsch
en daaruit is de catagorische impera
tief: De kunst „m o e t".voortge
komen. Onze bedenkingen richten
zich in het bijzonder tot de Inleiding,
die, het zij met de meeste nadruk ver
klaard. overigens hoogst lezenswaar
dig en boeiend is en van een zeldzaam
ruime en brede geestelijke blik en
moed getuigt. De historische gebeur
tenissen, zover deze de kunst hebben
aangerand, worden met een onverbid
delijke critiek aangevallen. Daaruit
worden ook vergaande conclusies ge
trokken, die zeker voor het heden van
uitnemend belang zijn. Al zijn 'schrij
vers opvattingen te zeer gebonden
aan persoonlijke gevoelens, toch moet
men eerbied en bewondering hebben
voor zijn hoge, en brede visie op mens
en maatschappij.
Te beperkte keuze
De vier essays, waarin de schilders,
behandeld worden, kan men, als
men ze lezen wil los van de inlei
ding, als objectieve beschouwingen
opvatten over persoonlijkheden, die
inderdaad de eeuwigheids-gedachte
hebben verkondigd. Alleen de keuze
blijft subjectief en dat uit de aard van
de opzet van het boek. Behandeld
worden Grünewald, El Greco, Michel
angelo en Rembrandt. Het is waar, een
keuze moet gedaan worden, maar wij
vragen ons toch af of kunstenaars als
Jan van Eyck, Rafael. Fra Angelico.
Johannes Vermeer en anderen, niet
eveneens waarden hebben geschonken
In de winkelruimte van boekhan
del Broese te Utrecht is gister
avond de dichter Martinus Nijhoff,
die 27 Jan. j.l. overleed, herdacht.
Anthonie Donker sprak over het
leven en het werk van de dichter en
las uit diens verzen voor.
,.Ik ben er zeker van." aldus An
thonie Donker, „dat Nijhoff zich
tot tolk van ons volk zou hebben
gemaakt bij een ramp als nu ons
land heeft getroffen. Meermalen
heeft hij dat immers gedaan bij in
grijpende gebeurtenissen."
„Verzen zijn gemaakt van woor
den en hun stilten," heeft Nijhoff
eens gezegd. In een gedicht, aldus
Donker, is iets meer dan de klanken
van de woorden zelf van een ge
dicht. Met die stilten is Nijhoff nu
verenigd en zijn woorden houden
verband met dit eeuwige. Onvoor
waardelijk was zijn leven in dienst
gesteld van de poëzie. De werking
der poëzie kon hem inspireren tot
het dichten over het gedicht, Nij
hoff was als de rattenvanger van
Hameln, de rattenvanger, die men
de pen op het papier noemt.
Hjj was geen lyrisch dichter in
de gewone zin des woords, omdat
hij zich welbewust tot de mensen
richtte. Er was een sterke gemeen
schapstrek in hem. Zo vaak komen
in zijn gedichten ogenschijnlijk wil
lekeurige figuren voor, zoals de
touwslager, dc broodbezorger of de
tramconducteur. Men kan schrijven
over engelen en het zal moeilijk zijn
om de vizioenen daarvan over te
brengen. Maar het moet, aldus spr..
even moeilijk zijn om te schrijven
over het eenvoudigste en over de
mensen, zoals ze ons voorbijtrekken
in het leven. Nijhoff had een direct
contact met het leven, anders dan
bij Henriëtte Roland Holst, bij wie
het uit een ideaal voortkwam. Met
élan achtervolgde Nijhoff het leven
om het in woorden te weerspiegelen
en dit verklaart zijn veranderlijk
heid. In die veranderlijke gesteld
heid lag een der karakteristieken
van Nijhoff. Misschien, aldus An
thonie Donker, is het de grootste
verdienste van deze dichter geweest
dat hij de taal wist te herscheppen
tot do grootste eenvoud.
die hun kracht en wijding in het
eeuwige hebben gezocht en gevonden.
Begrijpen wij de schrijver goed hij
zegt dat nergens in concrete vorm
dan wil hy de mens in het middelpunt
van de artistieke schepping plaatsen.
Hij wil een confrontatie van „de
mens" met de mensen en dat te doen,
acht hij de gewichtigste taak van de
kunst. Hij wil de kunst aanwenden
om het moreel van de mensen te ver
hogen en niet alleen om te voldoen
aan aesthetische aspiraties. Wij wa
gen het te betwijfelen of de schrijver
in deze een juist uitgangspunt heeft
genomen en of hij de taak der kunst
juist heeft begrepen. Ten eerste zal
het wachten zijn op een kunstenaar,
die een zo universeel inzicht en een
zo diepgaand vermogen heeft om de
menselijke ziel en de kwalen van onze
tijd te ontleden, als de schilders die
hij tot voorbeeld geeft.
Ten tweede zal zulk een held eerst
begrepen worden als er verwante
geesten zijn geboren, die zijn willen
en streven kunnen omvatten. De kun
stenaars, door de schrijver ten tonele
gebracht, hebben hun leven als eenza
men. als onbegrepenen, soms als ver-
stotenen moeten doorbrengen.
Nog heden kan de vraag gesteld
worden of niet een zeer klein deel,
zelfs een uiterat klein deel van de
mensheid, het diepste wezen van deze
kunstenaars begrijpt of tracht te be
grijpen. Misschien als men hen
„tracht" te begrijpen, zal er veel ge
wonnen zijn. Maar anders worden de
zaken, als men zijn verhandelingen
wil beschouwen in de uitwerking die
zij op sommigen hebben gehad. Dan,
ja, eerst dan, kan men hun waarde en
betekenis met recht bepalen en hun
geestelijke grootheid bewonderen.
Men kan langdurig preluderen over
het thema „zó en zó moet de kunst
zijn", maar wij staan voor het harde
en meedogenloze feit dat zij zó en zó
niet is. Wij vrezen, dat dit boek ge
lezen zal worden door hen, die het
juist niet nodig hebben. Het kan een
rede zijn, om het allen van harte aan
te bevelen. Trots alle bedenkingen,
die wij tegen dit boek menen te moe
ten maken, heeft het ons uitermate
geboeid. Hier is een groot en edel
mens aan het woord, een mens, die
niet schroomt zijn overtuiging te ver
kondigen, al kon hij verwachten, dat
tegenspraak niet zou uitblijven. De
gloed en het enthousiasme, waarmede
dit boek is geschreven, maken het le
zen reeds tot een niet genoeg te waar
deren genot.
P. T. A. SWILLENS.
U Dr Walter Nigg: Schilders van
het Eeuwige. Uitgeverij Ploegsma,
Amsterdam, 1952.
Roman over Goya
oen Lion Feuchtwanger schreef
over de schilder Goya in zijn roman
„Het heilige vuur" (Uitg. Em. Querido
Amsterdam) is hij zelf als een schil
der te werk gegaan. De kleuren, die
Goya contrastrijk gebruikte, heeft
Feuchtwanger een literaire toepas
sing gegeven. Het Spanje; zoals Goya
het zag, vinden we bij de Duitse
schrijver terug, Beiden ontwierpen 'n
beeld van dit land, waarmee we onze
blik dieper naar de achtergronden
van Spanjes historie uit de tijd van
het koningschap van de goedige,
maar onbeduidende Carlos IV. voelen
getrokken. Reeds in zijn inleiding in
het eerste hoofdstuk wijst Feucht
wanger er op. dat in Spanje in vele
opzichten de middeleeuwen voortleef
den en dat op het eind van de acht
tiende eeuw Spanje het meest ouder
wetse land ter wereld was. Deze in
duik, dat er in Spanje dingen plaats
grepen, die in geen enkel ander land
zouden kunnen gebeuren, blijft ons
tijdens het volgen van de beschrijvin
gen in deze historische roman, die
groots van conceptie is, voortdurend
De gezelligheid blijkt er hier
wel in te zitten. Een groep uit
de film „Het dozijn blijft
voordeliger".
bij. Goya, nauw aan het hof verbon
den als een der eerste schilders en
later als dè eerste, nam dit waar en
heeft, soms verhuld, soms onverhuld,
dit gruwelijke, doffe en duistere van
een verstard Spanje op zijn schilde
ryen laten spreken. Van nabij heeft
hij de drieste wreedheden van een
Inquisitie kunnen volgen. Van nabij
ook de daden en dadeloosheden van
een intrigerende hofbeweging, waar
in de vrouwen haar aandeel niet ver
waarloosden. Zij zorgden er wel voor
om in alles de hand te hebben. Vanuit
dit beeld, met de figuur van Goya
centraal geplaatst in kringen, die niet
de zijne waren, doch waarin hij toe
gang kreeg door zyn genie, schetst
Feuchtwanger de geschiedenis van
Spanje onder koning Don Carlos IV
er. zijn rijksbestuurder Don Manuel
Godoy, die om zijn verzoenende poli
tiek jegens, Frankrijk de vredevorst
werd genoemd.
Door politieke gebeurtenissen en de
voorvallen van het hofleven heen slin
gerde zich de levensweg van Goya, die
Feuchtwanger ons laat volgen langs
al de kronkelingen, die deze weg ver
toonde.
Om de bewogenheid van het leven
van de schilder te laten uitkomen, had
Feuchtwanger een warreling van fei
ten te verwerken, die in kleuren, even
vermetel en harmonisch als die van
Goya's doeken, op het door de schrij
ver ontworpen literair schilderij der
geschiedenis staan.
Vooral was het van belang om aan
te tonen, dat Goya's omgang met de
Grandes aan de ene kant zijn werk
gehinderd heeft, doch anderzijds toch
ook krachten in hem aan het werk
bracht, waardoor zijn kunst en de
schilderkunst in het algemeen een ge
heel nieuwe kant opging. Tot het ver
scherpen van het beeld dat wij van
Goya hebben, heeft Feuchtwanger zo
veel bijgedragen, omdat hij ons de
schilder portretteert, in zijn pogingen
om achter de wezens te dringen welke
hij verbeeldde en om in de diepte van
hun getoonde of verborgen eigen
schappen te zien met een onbarmhar
tigheid van voorstelling, waar menig
een van schrok. Het zijn niet altijd de
schilders en theoretici of critici, die
we nodig hebben om een kunstenaar
beter te leren verstaan. Zonder de
hulp van de grote schrijvers der histo
rische romans zouden we vele grote
figuren uit het verleden minder le
vensecht hebben gezien. Want auteurs
als Feuchtwanger en Stefan Zweig
behoort ook tot dezulken maken
van een figuur en van de hem om
ringende tijd een complete wereld, die
verhoudingen toont, welke ons al te
dikwyls zijn ontgaan.
Wij kunnen in Feuchtwangers ro-
Gezelschap voor oude
muziek
Voor de Utrechtse Kring con
certeert Dinsdagavond 17 Febr. in
het Centraal Museum te Utrecht
het „Gezelschap voor oude mu
ziek". Medewerkenden zijn: Hans
Philips (clavecymbel). Lien Beyers
(korthals-viool). Herman Ehren-
feld (traverso), Corry Jansen-Re-
der (viola du gamba), Lies Olivier
(tweede viool), Jan Kras (altviool),
Mar. de Wind (contrabas). Uitge
voerd worden werken van Flemann,
Frangois Couperin, Purcell en J. S.
Bach.
"GESCHENK VOOR CENTRAAL
MUSEUM.
Het Centraal Museum te Utrecht
ontving van de Amsterdamse schil
deres mevrouw J. Bauei-.Stumpff
een schilderij ten geschenke van de
Hilversumse schilder A. G. Huls-
hoff Pol, die op 12 Februari de
leeftijd van zeventig jaar hoopt te
bereiken. Het stuk stelt voor de
suikerraffinaderij buiten Amster
dam.
U.S.O. VAKBONDENCONCERT.
Maandag 9 Febr. concerteert het
U.S.O. o.l.v. Paul Hupperts voor de
vakbonden. Solistische medewerking
verleent de pianiste Alice Heksch.
Ten gehore worden gebracht de sym-
phonie nr 73 in D (La Chasse) van
Haydn, het concert voor piano en or
kest in Es gr. t. K.V. 271 van Mozart
en de tweede suite Daphnis et Chloé
van Ravel.
PAUL VAN KEMPEN NAAR
BREMEN
Naar D.P.A. meldt is de Neder
landse dirigent Paul van Kempen
benoemd tot „generalmusikdlrektor"
van de opera te Bremen. Aan het be
gin van het komende seizoen in de
nazomer, zou hij. behalve de 'leiding
van de opera, ook de leiding van het
Fhilh. staatsorkest van Bremen op
zich nemen.
O Ivmhia. Toen Napoleon bü
KJiymyiU Waterloo de nederlaag
had geleden, trokken
vele officieren en manschappen naar
Amerikaans gebied, waar zij zich een
nieuw bestaan kondon verschaffen. Een
fraai dorp, Mobili, verrees, en toen de
dochter van een der Franse officieren,
onderwiens leiding de opbouw had
plaats gehad, daaraan 'n bezoek bracht,
werd zij verliefd op een soldaat uit
Kentucky. (John Wayne), Dit geeft tot.
tal van verwikkelingen aanleiding, doch
brengt tevens aan hot licht, dat er bij
hoogeplaatsten plannen bestaan, zich te
verrijken ten koste van Frans grond
gebied. c.ls de reeerlng van Frankrijk
daar-an op de hoogte is gesteld, volgt
een hevige strijd, "rarin zij zegeviert,
wat tevens een overwinning Inhoudt
voor het verl'a.\ c paar. Een spannend
vervhaal. Maandag TJe drie Musketiers
van het Weatrn.
Bioscoop Camera prolongeert ,.Le
Plaisir". een verfilming van drie ver
halen van Guy de Maupassant. Voor
fijnproevers, die zich willen vergasten
op een gelukkige vermenging van lite
ratuur en uitnemende filmkunst, een
specialiteit. Donderdag j.l. wijdden wij
een bespreking aan „De grootste show
ter wereld", die per film in het Rem
brandt Theater plaats heeft. Ter ver
krijging van een indruk over de circus
wereld en al wat daar omgaat, is deze
grote film in kleuren zeer aanbevelens
waardig.
De film „Angst voor
hel huwelijk" behan
delt een interessant
City
probleem. Zy vangt aan op het tijdstip,
waar vele andere films gemeenlijk ein
digen. n.l. dadelijk na de voltrekking
van het huwelijk Waarom verliet de
jonge vrouw nog geen uur na de plech
tigheid haar echtgenoot, zonder dat er
ook letterlijk maar iets was voorgeval
len? Er was geen twist geweest, de
jonge echtgenoot had zijn vrouwtje niet
beledigd en toch zocht zij haar toe
vlucht bij haar moeder De film vestigt
er de aandacht op. dat heel wat huwe
lijken kunnen mislukken, door fouten,
die door de ouders gemaakt zijn. En
Everlyn's moeder maakte fouten: psy
chologische fouten die noodlottige ge
volgen dreigden te krijgen Slechts door
het ingrijpen van een psycholoog kon
hier met grote moeite een huwelijk
worden gered, dat ineen dreigde te
storten kort nadat het was voltrokken.
Het is een film. die een wijze les in
houdt, Een goede rolbezetting en ver
dienstelijk spel.
Scala
„'t Dozijn blijft voor
deliger" wordt U in
kleuren aangetoond.
De Gilbreth-familie is nog even amu
sant als toen de vader (Clifton Webb)
nog leefde. Nu staat Myma Loy als de
moeder alleen aan het hoofd. Maar de
twaalf andere Gilbreths zijn kinderen,
die zich ln alle omstandigheden kun
nen redden. Er zijn aardige taferelen in
de film. vooral wanneer de gehele fa
milie-clan in actie komt. Tot het einde
toe is er geen ogenblik van verveling.
Vrpehnre ?ezS week de Nedei"
Viecuuig landse amusements-
rff*ri10® J?rengt 1 zien OP 't filmjournaal
nu«.g!u° ^tcweeg AIoeite hebben we om
alle ellende te verwerken, die zich zo
over duizenden mensen
2 neergestort. Zy, die de waters
nood niet met eigen ogen aanschouw
den. zullen zich door het filmbeeld een
nog sprekender beeld kunnen vormen
van de catastrophe. Voorts ls er bui
tenlands nieuw en een gevarieerd bii-
programma.
Palace Een wonderbaarlijke
geschiedenis speelt zich
af in een dierentuin
en niemand kan bevroeden wat dc oor
zaak is. waardoor zovele dieren, de een
na de ander, sterven. De gebeurtenis
sen. die de film Het publiek mag niets
weten" te zien geeft, berusten op voor
vallen. die zich voordeden in de dieren
tuin in Frankfurt Alarmerende berich
ten verschenen daarover in de Duitse
pers. vermoedens konden echter niet
worden omgezet in bewijzen. In de film
is dit voorval verder uitgewerkt. My
sterieuze sterfgevallen onder de dieren
stellen de directeur van de dierentuin
voor een raadsel. Dr. Rettbergs vriend,
de polltie-chef Glasbrenner. meent, dat
de dieren wel eens vergiftigd zouden
kunnen zijn. Het pijnlijke voor Rett-
berg is. dat er geen sterfgevallen te
melden zijn tijdens een periode, dat hij
afwezig is. Bepaalde aanwijzingen steli
len hem echter buiten verdenking en
Glasbrenners vermoeden leidt tot ont
dekking van een intrigue, die dc aan
stichter van al het kwaad aan het licht
brengt.
In „De grootste show ter we
reld", een film in kleuren, zal
men als hoofdrolspelers deze
acteurs zien optreden. V.Ln.r.:
Charlton Heston als de circus
manager Brad, Betty Hutton
(Holly, de trapezewerkster) en
Comel Wilde als Sebastian.
man ontwaren, hoe zich in Goya een
geleidelijke verandering voltrok, toen
hem duidelijk de ongelukkige politie
ke en sociale toestand van Spanje
voor ogen kwam te staan. Hij begint
dan in zijn portretten trekken te leg
gen, die anderen in de uitgebeelde fi
guren nooit opmerkten. Later, in de
drieste Caprichos, stelt de schilder
Spanjes schanden en wantoestanden
aan de kaak.
Van de vrouwen, die een beslissen
de rol in zijn leven speelden, was de
hertogin van Alba wel de invloedrijk
ste en voor Goya's persoonlijke leven
de gevaarlijkste. Ook hun verhou
ding werpt een interessant licht op
Goya's leven.
Een werkelijk leven dat is het, wat
Feuchtwanger uit geheel zyn omvang
rijk materiaal van feiten en personen
heeft geschapen. E. B
Een typische reactie-
figi
uur
1 hans, 7 Febr., is het twee
geleden, dat te Zwolle werd geboren
Rhijnvis Feith: typische vertegen
woordiger van de achttiende eeuwse
sentimentele periode, een overgevoe
ligheid, die zich in alle Kunst dier tij
den duidelijk manifesteerde, maar in
de eerste plaats wel in de litteratuur.
Deze tranenrijke sentimentaliteit die
we de eerste periode der romantiek
zouden kunnen noemen (de tweede
Franse periode van omstreeks 1830
wordt meer beïnvloed door een sterk
gekleurde visie op de historie, vooral
die der middeleeuwen), kunnen wij
beschouwen als een abrupte reactie
op het achttiende eeuwse Klassicisme
met zijn statische gevoelens.
Feith geeft de sentimenten, opvat
tingen over godsdienst, kunst en mo
raal van zijn tijd en dus was hij een
gevierd kunstenaar. Wij, twintigste
eeuwers kunnen ons niet meer onder
dompelen in deze van wellust drui
pende tranenvloed, en deze edele ge
voelens, in deze geëxalteerde schoon
heidscultus, een verwaterd neo-pla-
tonisme. dat de kunstopvattingen in
het midden der achttiende eeuw be
heerste. Maar men kwam toen ook te
genover de volheid van het menselijk
gemoed te staan en voelde zich bevrijd
uit de omknelling van een klassicisti-
sche afgemetenheid. De roerselen van
het gemoed ondervond men als een
avontuur, en men was verrast door
deze ontdekking.
Feith's Oden en Elegieën, zijn ro
mans Julia, Fernand en Constantia
zijn beïnvloed door Engelse en
Duitse romantiek. Young en de Kel
tische gezangen van de bard Ossian
(een litteraire mystificatie, de schrij
ver MacPherson was een tijdgenoot)
en Klopstock's Messias waren zijn
grote voorbeelden. De sombere graf
scènes, minnaars, die tranen van wel-
Jaap Speyer werd vervaardigd. Een ge
zellige film over het nog steeds actueie
onderwerp n.l. de woningnood en dc
gedwongen samenwoning, waardoor d<
zonderlingste situatie's ontstaan. D<
hoofdrollen worden voortreffelijk gc
.speeld door bekende Nederlandse artis
ten als Johan Kaart. Heintje Davids
Robert de Vries e.v.a Dolf van d<
hinden en zijn orkest zorgden voor eer
aardige muzikale omlijsting. Een film
van gezonde ontspanning.
goon-reportage over
de storm met springtij welke ons land
teisterden. Geeft lezen van de berichten
reeds 'n gevoel van rampzaligheid, eter-
Het is een oude ervaring, dat men er zelden voor wordt
beloond pionier van een revolutionnaire technische nieu
wigheid geweest te zijn. Het spreekwoordelijke lot van de uit
vinder heeft ook de „Jules Veme van de film", zoals men de
„schepper van het kinematografische schouwspel" genoemd
heeft, ondergaan, de thans nauwelijks meer van naam bekende
Georges Méliès, die in een nieuwe film op het witte doek ver
schijnt, voorgesteld door zijn zoon André. Zijn levensloop is
met de geschiedenis van de film onverbrekelijk verbonden.
Méliès, in 1862 te Parijs geboren,
moest volgens de wens van zijn va
der in Londen het schoenmakersvak
leren, maar hij had meer belangstel
ling voor de voorstellingen in het
etablissement van de „magiër" Mas-
klyne, waar de beroemde toverkun
stenaar David Devant de jonge Frans
man les gaf. Méliès perfectionneerde
zyn kunst zodanig, dat hij in 1888 de
leiding van het theater Robert Hou-
din op zich nam en een succesvol il
lusionist werd, die zijn vrouw en me
dewerkster Stéphanie op het toneel
in kisten stopte en dan in stukken
zaagde of een hoofd kleiner maakte,
executies, die mevrouw Stéphanie
zonder gevaar voor haar gezondheid
doorstond.
Boven het theater aan de Boule
vard des Italiens woonde een foto
graaf, die dikwijls bezoek ontving
van Antoine Lumière uit Lyon. een
fabrikant van lichtgevoelige platen
en papier. Lumière, die ook Méliès
had leren kennen, zei op een dag te
gen de directeur van het goochelaars
theater: „Komt U vanavond in het
Grand Café. Gewoonlijk doet U de
mensen verbaasd staan, maar deze
ene keer zult U zelf verbluft zijn!"
Méliès nam de uitnodiging aan en
maakte kennis met de uitvinding, die
de twee zoons van de Lyonse zaken
man. Louis en Auguste Lumière. zo
juist gedaan hadden: de „kinemato
graaf". Méliès zag een trein, die een
station uitreed, een klein kind, dat
zijn soep at, arbeiders, die de fabriek
verlieten en was zo onder de indruk,
dat hij deze nieuwe machine direct
wilde kopen. „Dat is een wetenschap
pelijk toestel", verklaarde de oude
Lumière, „dat voor U van geen enkel
belang kan zijn. Dit grapje heeft in
zakelijk opzicht absoluut geen toe
komst. U zoudt er alleen maar een
hoop geld mee verliezen".
Omnibus veranderde
Méliès bleef niet alleen hardnekkig
bij zijn wens, maar daar hij het prin
cipe van de uitvinding wel begrepen
had, construeerde hij zelf een toestel,
waarmee hij stroken van de „kine-
toscoop" van Edison kon projecteren.
Hiervan uitgaande bouwde hij ver
der: hij maakte zelf filmopnamen,
zoals de gebroéders Lumière dit
reeds vóór hem gedaan hadden en
waarmee anderen, o.a. Pathé, juist
begonnen. Hij nam familie- en straat
scènes op, maar pas een technisch
voorval schonk hem een openbaring.
Toen hij op een dag op de Place de
l'Opéra werkte, gaf de filmspoel het
op. Het duurde enkele seconden eer
hij de storing kon verhelpen en toen
draaide hij verder. Toen hij de film
's avonds ontwikkelde, constateerde
hy, dat op het beeld een omnibus
plotseling in een lijkkoets veranderd
was. Dat was het gevolg van het stil
staan van het toestel; de opname was
onderbroken geweest, maar niet het
verkeer, dat langs de camera stroom
de. Door dit toeval had Méliès een van
de trucs ontdekt, waardoor de kine-
matografie een sensationeel schouw
spel kon worden.
Uit deze truc ontwikkelde Méliès
nog andere, doordat hij de invallen
der illusionisten met de mechanische
mogelijkheden van het opname-appa
raat wist te combineren. Méliès te
kende zelf zijn decoraties en costuums
en was zijn eigen regisseur. Zo
draaide hij allerlei films: „Het beto
verde Slot", .Assepoester". „De Ver
doeming van Faust", „De Reis naar
de Maan" enz. Deze films waren met
de hand gekleurd. Zijn vrouw, die
onder de naam Jeanne d'Alcy optrad,
nam aan de meeste films der „Star
Film" (George Méliès, gepatenteerd
fabrikant) actief deel en ze zou „Pin
up Nr. 1" van de wereld zyn gewor
den, als de tijdschriften toendertijd
foto's van actrices in meer of minder
beklede toestand gepubliceerd had
den.
Qeimiteerde kroning
Méliès verzorgde ook de „actuali
teiten". bijvoorbeeld de Dreyfus-af-
faire en de uitbarsting van de Mont
Pelé. Toen Eduard VII gekroond zou
worden, haalde de Londense „War
wick Film" de reeds internationaal
bekende meester van de trucfilm er
bij. Er kon natuurlijk van opnamen in
de Westminster Abbey geen sprake
zijn, maar Méliès wist raad: Hij
maakte in Londen tekeningen, haalde
inlichtingen bij de vaklieden van het
ceremoniëel en vervaardigde in zijn
tuin in Montreuil een decoratie, die
precies overeenkwam met het bin
nenste van de Abdy. Een toneelspeler
van het Belleville-theater speelde de
rol van de koning, terwijl de konin
gin werd voorgesteld door een meisje
van de Folies Bergères. De figuranten
voor de Peers, de ridders en de pre
laten werden tegen de gebruikelijke
gage geleverd door de Opéra Comi-
que. En deze film had in Engeland
een onvoorstelbaar succes zelfs in
het slot tvan Windsor werd zij met
welgevallen opgenomen.
Men kan zeggen, dat men bij Mé
liès de oorsprong of het principe van
de meeste filmische invallen terug
kan vinden, al werden zijn ideeën
later geperfectionneerd. Tot 1914 had
Méliès vier duizend films vervaar
digd. Voor het merendeel korte films,
maar dat waren toen bijna alle rol
prenten. Hij had geld verdiend, maar
lang niet zoveel als een systematische
exploitatie van zijn ideeën had moe
ten opbrengen. De Amerikanen koch
ten bijv. drie copieën van zijn „Reis
naar de maan", maakten er reproduc
ties van en verkochten deze films
over de gehele wereld, zonder dat
Méliès er ook maar een cent van
kreeg.
In 1913 deponeerde Méliès de origi
nelen van 94 films bij een man in
New Yoi'k; daar werden ze op ge
heimzinnige wijze gestolen en doken
in 1931 in het museum van Los An
geles weer op. Ook daarvan had Mé
liès niet het minste profijt gehad. De
eerste wereldoorlog gaf de Star-film
de doodsteek. Méliès moest toezien
hoe zijn kantoren door de militaire
autoriteiten in beslag genomen wer
den. Na de oorlog sprak niemand meer
over hem, tot in 1921 zijn „Reis naar
de maan" en andere van zijn films in
de provincie ontdekt en tot buiten
gewone vreugde van de filmliefheb
bers op een „Gala Méliès" vertoond
werden. Plotseling was hij weer de
man van het ogenblik en de pionier
van de film, die op een station in Pa
rijs speelgoed en snoepgoed verkocht,
werd openbaar gevierd. De oude man
kreeg weer vertrouwen in het leven
en begon zelfs weer toekomstplannen
te maken. Maar het was te laat. In
1938 is de illusionist, die hij in dubbel
opzicht was, gestorven; hij was al
weer vergeten, want niet eens voor
zijn memoires, die /oor 2000 francs
aangeboden werden, had ook maar
iemand belangstelling. De film. waar
in hij thans door zijn zoon voorge-
Rhynuis Feith
lust storten bij de beminde dode, rui
sende beken, een bleke maan, die een
flauwe schijn werpt tussen jagende
wolkenflarden: ziehier de steeds we
derkerende beelden in Feith's ro
mantische proza en poëzie.
Feith geeft ons in zijn romans (eer
der een geëxalteerd proza) de ideale
tragische liefde, vervuld van edele,
religieuze gevoelens, een liefde, die
wordt tot extatische aanbidding der
schoonheid, maar een schoonheid zo
zilt van tranen, dat wij ons voelen af
drijven naar een droef nirwana.
Zwakke imitaties
Hij is oeinvloed door Goethe's Wer-
ther en Rousseau's Nouvelle Heloïse.
Kunnen wij nog steeds het grote werk
uit Goethe's Sturm und Drangperiode
appreciëren; dit is ons niet mogelijk
in Feith's zwakke nabootsingen, daar
de révolte, de opstandigheid hier ten
ene male ontbreekt. Rousseau's na
tuurverering wordt hier dikwijls tot
belachelijke sentimentaliteit. In Fer
dinand en Constantia zegt hij b.v., dat
hij „gereed is om het wormpje als
mijn natuurgenoot te omhelzen".
Een reactiebeweging kon dan ook
niet uitblijven: het zijn vooral Kinker
en Bilderdijk in de Post van de Heli-
c jn (1788) een burlesk weekblaadje,
oat korte tijd bestond, later de Mo
derne Helicon van Arend Fokke Si-
monsz (1792) die tegen deze tranen
vloed (en de rijmelarij der Dichtge
nootschappen) oproeiden.
Toch is in deze middenperiode der
achttiende eeuw bij alle dichters dit
sentiment van overgevoeligheid dui
delijk te onderkennen. Feith, die zich
zo gaarne onderdompelde in de tra
giek der ideale liefde, was een geluk
kig, bemiddeld man. Hij studeerde te
Leiden in de rechten, leerde daar Bil
derdijk kennen. Later kwam er ver
wijdering tussen deze twee dichters,
ook wegens politieke redenen. Hij
werd in 1780 burgemeester van
Zwolle, waar hij het prachtige land
goed Boschwijk bewoonde, trouwde
een lieve vrouw en bezat een talrijk
kroost.
Feith is de typische achttiende
eeuwse aristocraat, dus schreef hij,
gelijk de intellectuelen dier tijden (na
de Renaissance Kunst komt de aes-
thetiek en het commentaar, na het
spel de nakaarters) lange aesthetische
beschouwingen, geheel in het raam
des tijds: Bijdragen ter bevordering
der schoone Kunsten en Wetenschap
pen (1796-1814).
Ook was hij nog dramaturg. We noe
men hier zijn Lady Johanna Gray en
Ines de Castro (genomen uit een epi
sode van Camoëns Os Lusiados), een
absoluut verouderd toneelstuk. Zoals
de meeste 18de eeuwse regenten was
hij overtuigd patriot. Toch deed hij
zich gedurende de regering van Wil
lem I nog gelden als een toonaange
vend en gevierd auteur.
„In de Hervormde Kerk" is de pa
triarch van Boschwijk" de geliefde
voorganger als „paladijn van de ver
lichte godsdienst" de middenman,
wiens gevoelige evangelische liede
ren, o.a. het bekende Oudejaarslied
als Kerkgezang gewaardeerd werden,
een typische vertegenwoordiger van
zijn tijd" (aldus Prof. C. G. N. de
Vooys).
J. F. A. A.
AVRO-PRIJSVRAGEN
Het bestuur van de AVRO heeft
ter gelegenheid van de viering van
het dertigjarig bestaan in Juli a.s.
drie prijsvragen uitgeschreven, n.l.
voor ernstige muziek, hoorspelen en
lichte muziek. Voor de eerste twee
categorieën zyn de prijzen telkens
ƒ750, ƒ500 en ƒ250. voor de laatste
400, 200 en 100, buiten de nor
male rechten en honoraria. De inzen
ding sluit op 1 Mei a.s.
Buiten deze prijsvragen om heeft
het AVRO-bestuur aan vijf Neder
landse componisten opdracht gege
ven voor resp. twee werken voor
symphonie-orkest. een voor fanfare
orkest, een voor blaaskwintet en een
voor twee piano's.
en <£j.er
WEEKOVERZICHT
TONEEL
STADSSCHOUWBURG
ZAT 7 Febr Het Vrije Toneel „Daar
moet je 'n vrouw voor zijn"
MAAND tm DONDERD 9-12 Februari
A'dams Toneel ..Driekoningenavond"
voor leden RK Kunstkring
DINSD. :m DONDERDAG des middsgs
A'dams Toneel ..Gijsbreght v Aem-
stel" voor leen Middelbare Scholen
zat en ZONDAG 14 en 15 Februari
Nederl Comedie .School v Vrouwen'
MAANDAG 16 Februari Nederl Opera
..Aida"
MUZIEK
TIVOLI
.maandag Februari VakbOndcncon-
cevt uso olv Paul Hupperts met
a'.ice Heksch
woensdag li Februari uso concert
olv Paul Hupperts met Laurens
Bogtman
NICOLAVKERK
VRIJDAG 13 Februari: utr studenten
Koor en Orkest. Johannes Passion.
steld wordt en waaraan ook zyn
87-jarige weduwe medewerkte, zal
hem tenminste een posthume huldi
ging brengen.