Afschuwelijk panorama
toren van Middel harnis
van
de
In Oude Tonge driehonderd doden
botsing
IJzeren Gordijn in Hellevoetsluis
Bruiloftsdans
Noordwester en dijkbreuken leiden
tot nieuwe angst op Overflakkee
Helicopters redden honderden mensen van
zolders en daken en uit bomen
Dit de
Ook Utrecht nam
liefderijk
de evacués
op
Dodelijke
vrees voor aasgieren
ZWITSAL
blrTrfT.13
R. V. D. verwerkt eindeloze
berichtenstroom
ï)E MAASBODE
DONDERDAG 5 FEBRUARI 1953
PAGINA 4
(Van onze speciale verslaggever)
HELLEVOETSLUIS, Woensdagavond
De oude grote kerk van Middelharnis, bereikbaar door de pittoreske
poort onder de boogvormige stenen staatsietrap van 't raadhuisje, staat mid
den in het. water. Maar door duister en spinrag klimmen wij naar het platte
dak van de hoge vierkant-massieve toren. Daar, veertig meter boven de
grond, ontrolt zich het verschrikkelijkste panorama, dat wij op onze zwerf
tochten door en langs de watersnoodgebieden zien. Hoog genoeg om een
breed uitzicht over vele kilometers en naar alle kanten te hebben, niet tè
hoog om het contact met de grond of wat onder het water aan grond schuil
gaat te verliezen.
Heel Overflakkee één zee, In Zuidelijke richting, naar Nieuwe Tonge en
Stad aan 't Haringvliet, één onafzienbare watermassa; naar het Zuidwesten
op Herkingen en Battenoord aan, niets dan traag deinende roestbruine gol
ven; in het Noorden nauwelijks een klein en hier en daar veelbetekenende
onderbroken streepje rechtgebleven dijk langs het Haringvliet. Slechts naar
het Westen een droge driehoek tussen Dirksland en Melissant en pal onder
onze voeten vlak achter het blank staande Middelharnis een stuk droge dijk
van het aangrenzende tweelingdorp Sommelsdijk.
Helicopters vliegen
af en aan
Op het hoogste punt van Middelharnis.
de Kade achter de Binnenhaven, staat op
een verhoging van een paar zandzakken
een militaire politie-agent het verkeer
naar de nauwelijks voor één auto pas
seerbare hoge Westdijk te regelen. De
"VVestdijk die loopt naar Sommelsdijk, waar
de landingsplaats voor de Amerikaanse en
Belgische helicopters is ingericht op een
smalle verhoging een paar honderd meter
achter de Gasfabriek. Af en aan razen
de zwaar-donderende vijftonners van de
verbindingstroepen, die zich nauwelijks
in de smalle rijbaan tussen de huizen
kunnen persen, jakkeren personenauto's
en jeeps, komt dan ineens een oude boer
met drie koeien aan een touwtje aar.-
klossen. Af en aan tussen Sommelsdijk en
de Binnenhaven van Middelharnis; héén
de lege auto's die in Sommeldijk de men
sen ophalen, die daar door de helicop
ters worden afgezet en die eerder al door
de Nederlandse amphibietanks waren aan
gevoerd; terug om deze mensen en allen
die verder uit Middelharnis-Sommelsdijk
weg moeten, te vervoeren naar de Binnen
haven, waar zij in de ruimen van de wach
tende aken worden gelaten.
De helicopters vliegen af en aan; en
daarmee ook de geruchten en de drama's
die waar zijn. De hele dag door cirkelen
de vijf hefschroefvliegtuigeh rond over
de barre watërwoesteny, waar altijd
nog, vier dagen na die rampzalige Zater
dagnacht, mensen op daken en in bomen
wachten op ofwel hot onvermijdelijke
ofwel het grote wonder. Voor velen is
de komst van een helicopter inderdaad
het grote wonder van hun leven; maar
ook is menigeen al zo verkleumd en
versuft, dat hij zich niet meer aan dat
wonder kan vastklampen.
Honderden cadavers
Overal langs de onbegaanbare en over
vele honderden meters finaal weggespoel
de dijk van Middelharnis naar Nieuwe
Tonge en verderop naar het rampzalige
Oude Tonge drijven honderden cadavers
van koeien en varkens, drijven, gruw
zame ontdekking, ook lijkenOp een
dakpunt, nauwelijks een halve meter
boven de gulzig reikende golfslag tegen
de gescheurde muren, zit een man, als een
standbeeld; hoe lang al zonder warmte,
zonder eten, zonder drinken?, hoeveel da
gen en nachten al eenzaam in het kille
aangezicht van de aansluipende dood? Met
een vage beweging tast hij naar de ladder
die uit de helicopter wordt geworpen, hij
raakt eraan, "tast mis, valt schuin voor
over, plonst in het water, drijft weg, ver
dwijntIn een boom een man die de
ladder niet meer ziet; een der beman-:
ningsleden klimt omlaag, slaat een touw
om hem heen, trekt hem zo het vliegtuig
binnen; bij een andere man móeten de
vingers, die de takken in een niet los te
wurmen wanhoopsgreep omklemmen,
worden afgehakt om hem te kunnen red
den.
7.0 vliegen de helicopters af en aan en
alle geredden vertonen hetzelfde beeld:
versuft en wezenloos, na in het gunstig
ste geval nog op een zolder te hebben ge
bivakkeerd. Mannen en vrouwen, hulpbe
hoevende ouden van dagen, kleine weer
loze kinderen. In lange rijen verdringen
zij zich aan de Binnenhaven, worden be
hoedzaam in de ruimen van ongedurig op
stoom liggende Rijnaken geholpen, zieken
en gewonden op brancards.
Aan diezelfde Binnenhaven loeien kla
gelijk de koelen, die men eveneens per
schip naar het veilige Rotterdam hoopt te
brengen. Het is het weinige vee, dat men
heeft kunnen redden. Nu nóg zien de he-
licoptér-piloten her en der paarden tot
aan de nek in het water staan, roerloos,
gedoemd. In de Voorstraat, de hooggele
gen hoofdstraat van Middelharnis tussen
Kade en Achterweg, staan aan alle bomen
tientallen koeien en paarden vastgebon
den; de boeren groepen samen voor het
raadhuis, waar de Achterweg zich in Oost
en West splitst en aan beide zijden onmid
dellijk in het water ondergaat. Boeren,
die hun vrouw en kinderen al in veilig
heid weten, dié nu ook hun vee naar de
der meningen
overkant willen; zèli komen ze later wel
eens. In het raadhuis schrijft de mare
chaussee uit Groningen de trieste evacu
atie-historie; korte zakelijke notulen van
een enorme tragedie. Honderden en hon
derden zijn reeds naar de overkant, an
dere honderden stromen door; voor cijfers
moet men hier niet zijn. Boten voor het
vee zijn beschikbaar.
Haven overvol
Het vee naar de boten. Van Westdijk
en Nieuwstraat, die na enige tientallen
meters al wegzakken in de modderbrei,
die eens de weg naar Stad aan 't Ha
ringvliet was, van Voorstraat en Oost-
dijk jaagt men het vee bijeen, leidt het
over de twee kilometer lange dijk, aan
weerskanten water, van Middelharnis
naar de Buitenhaven. Daar is nauwe
lijks nog plaats om in en uit te varen;
Urher vissersbootjes en Amsterdamse
binnenvaartschepen, Vlaardingse traw
lers en Rotterdamse sleepboten liggen
zij aan zij; levensmiddelen en auto's,
medicamenten en zakken, schoppen en
watertanks worden gelost, mensen en
vee aan boord genomen.
De verbindingstroepen en de technische
troepen uit Utrecht onder commando van.
majoor Vader houden de zaak op poten,
dichten de bressen in de dijken die rond
om Middelharnis in de binnendijken en
ook aan Binnenhaven en Nieuwstraat ge
slagen zijn, lossen en laden de schepen,
helpen de uitgeputte helicopter-passagiers
over het dode punt, bewijzen aan dokters
en verpleegsters elke gevraagde dienst.
Wij spreken een aalmoezenier en een
veldpredikant van de troepen uit Ede, die
hun makkers uit Utrecht willen' aflos
sen; de twee geestelijken zijn naar Mid
delharnis gevaren om deze zaak te rege
len. Maar 's avonds komen nieuwe troe
pen u(t Utrecht: de genie, om de opnieuw
bedreigde dijken te verdedigen.
Nieuive dijkbreuk
En de helicopters vliegen af en aan:
Amerikanen en Belgen redden vierhon
derd wanhopigen van vlieringen en van
daken in een voor deze veelbeproefden
nog nauwelijks meer te realiseren zweef
partij door de lucht. En met hen vliegt de
ene tijding na de andere aan. Bij Den
Bommel is opnieuw een dijk bezweken en
het hele plaatsje moet nu onverwijld ge-
evacueerd worden, het op de uiterste
Oostpunt gelegen Ooltgensplaat is als ge
volg daarvan nu öök opgegeven, van Acht
huizen en Langstraat moet eveneens alles
weg.
In Nieuwe Tonge is de laatste dagen
het dodencijfer tot tachtig gestegen;
amphibietanks en helicopters brengen
de aldaar nog verblijvende vijftienhon
derd mensen in 'n onafgebroken pendel
dienst naar Sommelsdijk, vanwaar zij
via Middelharnis naar Rotterdam gaan,
terwijl velen ook naar Dirksland worden
gebracht, dat voor een groot deel nog
droog is en via de binnendijken goed
bereikbaar is en waar men bovendien
beschikt over een eigen haven met
kanaal naar het Haringvliet.
Droog is ook Melissant, maar men acht
het, na de nieuwe waarschuwing voor op
komende harde wind uit de zo gevreesde
Noordwesthoek, raadzaam, dat de Melis-
santers naar Dirksland gaan om 'n vlucht
weg per schip bij de hand te hebben. In
Stad aan 't Haringvliet houdt men zich
gereed om onmiddellijk bij nieuw gevaar
met schepen naar Dordrecht te evacueren.
In verband met de zandbanken in het
Haringvliet geeft men er de voorkeur aan,
dat de veelal ter plaatse niet bekende
schippers uit alle delen-van Nederland,
die hier gereed liggen, de weg door Hol-
landsch Diep en Dordtsche Kil nemen en
zowel van Stad aan 't Haringvliet en Den
Bommel uit zullen trachten naar Dor
drecht te komen.
Oude Tonge: 300 doden
De ergst getroffen plaats op Over
flakkee is Oude Tonge. Volgens geruch
ten is daar een schuur met honderd
tachtig mensen ingestort, waarbij allen
het leven kwamen. Volgens een
officiële opgave wordt van niet minder
dan driehonderd personen aangenomen,
dat zij verdronken zijn. De overleven
den in Oude Tonge kunnen zélf het af
schuwelijke werk van het bergen van
hun omgekomen dorpsgenoten niet meer
aan en men deed hiervoor een dringende
oproep om personeel van buiten Over
flakkee, ook voor het bergen van het
verdronken vee. Bergingscolonnes die
naar Oude Tonge komen, moeten zelf
voor scheepsruimte ter legering zorgen.
Een later bericht meldde, dat gezien de
nieuwe dreigingen, geheel Oude Tonge
moest worden geëvacueerd; men vroeg
daarbij ter versterking van de aanwezige
politiemacht opnieuw vijftien man per
helicopter. Voor de evacuatie liggen in de
haven van Oude Tonge genoeg schepen,
maar de vaargeul van dorp naar haven is
alleen bij hoogwater te gebruiken. Als men
vanavond afvaart, zal men vermoedelijk
de nacht buitengaats moeten doorbrengen
en pas morgenochtend naar Dordrecht
verder kunnen gaan.
Goeree geheel afgesloten
Een catastrofe in de namiddag: ter
hoogte van Stellendam, dat van Over
flakkee uit al onbereikbaar was en dat
in zijn geheel reeds was geëvacueerd,
braken op dit smalste punt in de ver
binding Goeree-Overflakkee de dijken
op nieuwe punten. Daardoor werd het
Noordwestelijke Goeree geheel van
Overflakkee afgescheiden en weer een
apart eiland.
Men vermoedt, dat nog slechts weinig
mensen in de nog betrekkelijk veilige
duindorpen Oude Nieuwland en West
Nieuwland zijn achtergebleven, maar men
heeft met Ouddorp en Goedereede geen
verbinding. In Stellendam zelf is alle
leven uitgestorven. Uit vliegtuigen ziet
men enorm veel wratehout en meubilair
tussen de cadavers tegen de huizen spoe
len: de doden onder de bevolking zijn
eerder nog geborgen kunnen worden.
Stellendam is nu naar geen enkele zijde
meer tegen het op twee fronten aanrol
lende zeewater beveiligd; men vreest bij
de nieuwe krachtige Westenwind daar
door ook gevaar voor Melissant en Dirks
land.
Totale evacuatie
En dan komt, als men aan de Buiten,
haven van Middelharnis staat om nog
juist met de laatste, veerboot terug naar
Hellevoetsluis te keren, het bericht, dat
men de hele middag als in een klamme
angstdroom heeft voorvoeld: Oude
Tonge en Den Bommel (van nabij
gelegen kleine plaatsen als Zuidzijde
en Molendijk hoort men al niet meer)
moeten onverwijld evacueren.
En onmiddellijk erna: als gevolg van
de nieuwe dijkdoorbraken bü Stellen
dam en Den Bommel moet geheel
Goeree-Overflakkeo met bekwame
spoed worden ontruimd, incluis de
Oostpunt met Ooltgensplaat, waar men
door de herhaalde dijkbreuk bg Den
Bommel nu ook van opgeven moet
spreken. De vrouwen en kinderen van
Overflakkee zouden waarschijnlijk van
avond nog allen vervoerd worden; een
deel van hen is reeds naar Den Bosch,
een ander deel ia Utrecht onderge
bracht.
Nieuive nacht
De Overflakkeese mannen blijven, tot
het uiterste. Maar ibij het wegvaren uit
Middelharnis, terwijl mist en schemer de
eerste avondfloersen over het Haring
vliet leggen, blijkt de waarschuwing voor
nieuwe storm uit het beruchte Noord
westen géén overdreven alarm- En met
een nieuwe onheilspellende nacht voor
de boeg worstelt men op de kade van
Hellevoetsluis met de wurgende vraag,
hoe die dappere boeren en militairen in
Middelharnis het nog tot het licht van
een nieuwe dag zullen kunnen redden
De milddadigheid
(Van onze Utrechtse redacteur).
Liefderijk zjjn de geëvacueerde» ook in
Utrecht ontvangen, waar met stroobos-
sen en heel veel goede wil in de Jaar
beurshallen aan de Croeselaan legerste
den voor hen waren ingericht. Wij, die ge
tuige zijn geweest van de aankomst van
de vluchtelingen in Rotterdam, waar zij
uit schepen, die hen uit liet rampzalige
gebied hadden weggehaald de wal aan het
Willcmsplein opstrompelden, hebben hier
kunnen constateren, dat de eerste ont
vangst hun daar reeds goed gedaan had.
De grote ellende die men doorstaan had
tekende zich nog wel op de gezichten af.
maar velen waren al van frisse nieuwe
kleren voorzien en uit de dankbaarheid,
dat men eindelijk van het water verlost
was, had men de moed geput, om verder
te gaan en door te leven. Door te leven, al
bleef het hart schrijnen om het gemis van
dierbaren.
En ook hier hoorden wij de meest ont
roerende en hartverscheurende verhalen.
Want vertellen wilden de meesten, omdat
zij zich van de beklemming moesten los
maken. Koffie, brood en warm eten ver
sterken toch het lichaam en hieven ook de
geest even op uit zijn kluisters. Dan rus
ten en, o hoe heerlijk hebben die 280 men
sen uit de Hoekse Waard en van Goeree-
Overflakkee, die het eerst met autobussen
in Utrecht aankwamen geslapen. Gister
middag kon deze hele groep bij particu
lieren opgenomen worden, weer in een
huis, in gezinsverband, al was het dan niet
de vertrouwde woning.
De Commissaris der Koningin, de heer
Reïnalda en de burgemeester van Utrecht
jhr mr C. J. A. Ranitz waren hun in de
jaarbeurshallen moed komen inspreken en
vertelden, dat Utrecht alles zou doen, om
T T *1 TCr tr»r*»n Uijar cplipnon on ar-hinnoi-c ut:
Op terugweg naar Rotterdam: dreigende
stoet tegenliggers de nieuwe nacht in
(Van onze speciale verslaggever)
ROTTERDAM, Woensdagavond
De weg naar de verdronken Eilanden leidt door een ijzeren gordijn. Marine
en marechaussee in Hellevoetsluis kammen elke boot die naar Goeree-
Overflakkee vertrekt, wel tien keer en dan nóg tien keer uit. Men vreest
liet water; men vreest niet minder de aasgieren die al op verscheidene
plaatsen de ondergelopen huizen hebben geplunderd, die de geldkisten
uit de huizen van omgekomen veeboeren hebben geroofd, die zelfs niet
voor lijkenschennis terugdeinzen.
Mensen die hun familie op Goeree en
Overflakkee willen bezoeken en heimelijk
aan boord van een schip zijn geklommen,
worden onherroepelijk van boord gejaagd.
In het bureau van de marine-commandant
Hellevoetsluis worden verzoeken van tien
tallen mensen om naar de overkant te mo
gen, afgewezen teneinde elke kans op in
filtratie van onverantwoordelijke elemen
ten af te snijden. Men kan de intenties en
de al dan niet goede trouw van al die
mensen nu eenmaal niet beoordelen.
De cineast Herman van der Horst
(„Houen Zo") is al een uur bezig om de
commandant te vermurwen; hij en zijn
camera mogen mee, zijn jeep niet. Voor
aleer wij onze toestemming hebben, zijn
we twee keer buiten de deur gezet en drie
keer teruggekomen. Vooraleer de boot af
vaart en wij er toch opzitten, zijn we door
wachtmeesters-van.de marechaussee, kapi
teins van de landmacht en korporaals van
de marine drie keer „verwijderd", zoals
dat heet, al onZe pers-legimitaties ten
spijt.
En toch zijn ai deze soms barse maat
regelen volkomen begrijpelijk. Een gezel
schap van negen buitenlandse journalisten
en filmoperateurs, uit Zweden en Duits
land, Denemarken (met een dappere ver
slaggeefster) en Italië, had alle overre
dingskracht van perschefs van Buitenland
se Zaken en Waterstaat nodig om mee te
kunnen. En als men dan vaart, is men op
genomen in een fantastische armada.
Op zandbank gelopen
Ginds een paar Urker zcllvlssers, hier
een marine-barkas met op sleeptouw zes
door studenten bemande rubberboten,
verderop een rits Rijnaken met ccn Rot
terdamse sleepboot, dan een Amsterdam
se veerboot. Bij de marine-commandant
Hellevoetsluis werd alarm geslagen, om
dat midden op het Haringvliet een Rijn
aak met honderdvijftig evacuê's op een
zandbank is gelopen; vliegtuigen cirkelen
met vjjf tegelijk over de aangegeven
plaats, twee sleepboten en een andere
Rijnaak varen onmiddellijk uit ter as
sistentie. Men krijgt het schip vlot. Even
eens midden op het Haringvliet is een
gele vliegboot in moeilijkheden geraakt;
van twee kleine binnenvaartschepen
zwoegt men in een kleine roeiboot heen
en weer over de zware deining.
Bescherm llw Kinderen
gevatte kou direct de Uw kind
bedreigende gevaren bestrijden metji
HKK INDER-HONÏN GJSeS
J (JABADAO)
door ANNE DE TOURVILLE
(Vertaling: J. Meyknecht-Grossouw)
15
„RAMP 1053"
Woorden helpen hier niet. Daden wor
den verlangd.
Wat denkt U van het voorstel om ver
zenders van brieven briefkaarten e.d. op te
wekken een „Rampzegel 1953" bij te plak
ken ten bedrage van luttele centen
M.i, zou binnen korte tijd een belangrijk
bedrag verkregen zijn tot leniging van de
nood.
P. A. B,
Bij de ramp te Borculo heeft de toenma
lige Burgemeester een proclamatie uitge
vaardigd dat diefstal enz., zou worden ge
straft met de dader ten toon te stellen aan
deschandpaal op de markt.
Er is toen ook niet gestolen noch zijn de
slachtoffers op andere wijze benadeeld.
Het is verklaarbaar dat deze straf véél
afschrikwekkender is dan gevangenisstraf.
Zou zij thans weer niet alom kunnen
worden ingevoerd
IK denk aan de roem van de Heuvels en hoe alle
mensen van de Koude Rivier zullen neervallen op
hun.... Maar als de tijd daar is, zul je het wel zien.
Werk maar door", zei de hartstochtelijk, „want ik
moet er nog meer afwerken".
Toen, het klaar was, stond de zon zo laag, dat de
schaduw van de toren over de hble lengte van een
vlasveld viel. De vrouw stak het tasje met vijlsel in
haar blouse en drukte de zak met goud stevig tegen
zich aan. Onderwijl zei ze tegen Reun Gwalder, die
het paard losmaakte, dat hij zijn lippen moest ver
zegelen en moest zwijgen als het graf.
Ik zal je betalen voor je weik, nadat we allemaal
bij elkaar zijn gekomen op de grote bruiloft.. Als je tol
zo lang je mond houdt, zul je je lippen met goud ver
zegeld hebben.
Ik vertrouw u, zei de smid, wiens hoofd duizelfde.
Hij ging naar de wagen. De sneeuwballen en de braam-
bladeren begonnen te verwelken en de wilgentak hing
helemaal slap, maar toen hij aanstalten maakte ze weg
te nemen, riep ze:
Laat zitten, het paard heeft er geen last van!
Met een zweepslag bracht zij het in galop, terwijl ze
hem met haar arm goedendag wuifde, alsof ze koren
zaaide in de lucht.
Ik moet er nog meer afwerken, had de vrouw van
de burgemeester gezegd. Nu zocht zij kluwens wol uit,
zo wit als sneeuw, die zij in een mandje legde. Een
touwtje met knoopjes op verschillende afstanden gaf
de maten aan van het been van haar dochter, stevig
en mager als dat van een vogel. Ze nam een rode en
een blauwe knot, sloot de deur en met het hengsel om
de arm daalde ze af naar de heide.
Eerst kwamen ze koeien tegen, die aan het drinken
waren in een plas tussen het riet. Ze werden gehoed
door iemand met een lange stok in de hand, een riet
fluitje en wezenloze ogen.
Waar zijn de schapen vandaag? riep ze.
Hij wees met zijn stok een slingerpaadje aan,
Zij ging het slingerpaadje op. De tarwe en de haver
floten in de wind en groetten haar in het voorbijgaan
als getemde slangen: ze waren verzadigd van heidense
as en ze voerden de gedachten van de vrouw, van de
burgemeester niet op naar God, maar stopten ze in
een leren zak, zo diep en zo brandend heet als de
hel, waar ze met uiterst welbehagen vertoefden.
Toen leidde het slingerpaadje haar door een armoe
dige streek, die op de rug van een pad leek, onder een
hemel als een lange maagdepalm. Dat zijn zo van die
dingen, die je ziet.
Daar was de kudde, ver weg en toch dichtbij, vaag
zichtbaar. De schapen kroezig als grijze rookwolken;
hier en daar zag je witte plekken als scherven porse
lein, maaf tengevolge van de afstand en de terugkaat
sing van het licht wist je niet, of het bloeiende mar
grieten waren, dan wel pasgeboren lammetjes. In hun
midden zat de herderin. Door haar hoed én haar uit
gestrekte arm leek zij van verre op een van die din
gen, die je wel eens in een kersenboomgaard ziet om
de vogels de eetlust te. notnemen; Brigitte de Mine
Garo. de duivelverschrikster, het wezen, dat alle kwaad
op de vlucht joeg! Hier zongen de leeuweriken voor
God.
Toen de vrouw van de burgemeester zich neergezet
had bij een stekelbrem, leek ze zo sterk als de heilige
Lodewijk, die recht spreekt, en de magere herderin aan
haar voeten, zo stil en pover, leek op de armoede, die
een geschil heeft met de wind. Toen haar de spierwitte
wol werd toegereikt, nam ze die zonder vrees aan met
haar zwarte handen. Brigitte wist, dat haar handen
zwart waren geworden door een overmaat van licht en
dat ze geen blankheid konden schaden; dat wist de
vrouw van de burgemeester ook. Ze had de rode en de
blauwe wol eveneens te voorschijn gehaald en ze
zei:
Onze dochter moet mooi zijn voor dé eer van de
Heuvels. Aan jou vraag ik haar voeten té bekleden. Je
moet de kousen maken van de witste wol en met je
fijnste naalden. Aan de zijkant van het beén, tussen
de knie en de enkel moét je met rode wol de letters
van haar naam mazen, op het andere been de andere
naam, met blauwe wol.
De herderin boog:
Ik kan niet schrijven, zei ze.
Maar de vrouw van de burgemeester wist dat ook.
Zij vouwde een lap open, waarop het patroon stond
getekend,
Ik heb het op een lap getekend, zei ze, omdat ik
bang was, dat papier zou scheuren door de dauw op
het gras.
Het gezicht van Brigitte klaarde op:
Daarmee zal ik het wel kunnen, zei ze, ik ben er
trots op. dat u mij dit werk toevertrouwt en ik ben
er nu al zeker van, dat het mooi zal worden. Ze nam
de wol en betastte die lang: Als het kind die kousen
aan heeft, zullen ze haar naar het geluk voeren.
De vrouw van de burgemeester glimlachte bij ge
dachten, die zo ver af waren als de maan, maar ook
even duidelijk afgetekend. Ze stond op om heen te
gaan.
Zorg, dat je er de schapen niet door vergeet! riep
ze, terwijl ze zich verwijderde.
viel het zonlicht op de dorre heide neer als regen. De
De herderin bleef zitten onder haar hoed en rondom
kudde blaatte met hetzelfde rhythme als het trillende
niet gedroomd had. Zij 'bracht hém aan haar voorhoofd
lichtDé wol lag in haar schoot als bewijs, dat ze
en bedekte er haar ogen mee, het verzoek dat haar
gedaan was, smaakte haar als wittebrood zo zoet.
De tijd ging snel voorbij en aan weerszijden van de
Kreeflenbrug werden naarstig toebereidselen gemaakt,
hetgeen de beide dorpen in staat van hevige opwinding
bracht. Terwijl men in de Kóude Rivier nieuwe meu
bels in de kamer van het bruidspaar zette, waren alle
zorgvuldig zwart, want de burgemeester had hun ge
tuigen te repareren op een andere manier dan met
mannen op de Verschoeide Heuvels in de weer hun
waren bezig met verstelwerk, de kleine jongens sloegen
touwtjes, en Zij die er niet buiten konden, verfden ze
zegd, dat alles in de puntjes moest zijn. De vrouwen
nieuwe spijkers Onder hun klompen en schuurden ze
bij de pomp. De kleine meisjes zouden nieuwe strikken
in hun haar krijgen en daags te voren zouden hun
hoofdjes ingesmeerd worden met viooltjespommadé zo
dat hun vlechten mooi glad zouden zijn.
Er varen hier schepen en schippers uit
alle delen van Nederland, die het water
van het Haringvliet met zijn verraderlijke
zandbanken niet kennen en die niet meer
op de deels weggeslagen boeien kunnen
vertrouwen. Maar men moét varen. Men
moet, bij de duizenden die op de Eilanden
wachten om gered te worden, risico's ne
men. Dat moet men ook op de route door
de Dordtsche Kil waar 's nachts de ver
lichting niet meer brandt.
In diepe ruimen
Acht uren later is men terug in Helle
voetsluis. En dan keert een even fantas
tische vloot eveneens terug. Kleine Ur
ker vissersbootjes slingerend en zwaai
end wild bij het inkomen van de woelige
bocht voor de haven; een zeiljacht uit
Amsterdam steigert steil omhoog en kan
nauwelijks in toom worden gehouden. En
uit de in onafgebroken r(j aanstampende
Rijnaken komen de evacuê's, bij hon
derden; en bij velen is, na de beproevin
gen van drie tot vier dagen temidden
van het klauwende water, tijdens
wilde reis in het diepe en dansende
scheepsruim de laatste veerkracht ge-
brokert. Het is één stoet van ellende cn
uitputting, die soldaten en verpleegsters
in het station dragen en vandaar naar
de bumper aan bumper geparkeerde
auto's en touringcars.
Namen we op de heenweg jongens
meisjes mee die in Spijkeiiisse zandzakken
gingen vullen, op de terugweg roept
de hulp in om een suiker-patient naar een
dokter te vervoeren voor een insuline-
jectie: een krasse visser uit Stellendam,
die men ook na zijn vlucht zijn zeven-en-
zeventig jaren niet aanziet. En achtereen
volgens loodst de politie ons een Haagse
en een Barendrechtse dijkwerker-vrijwil
liger in de wagen en vier boerinnen die
daags tevoren uit Dirksland waren geëva
cueerd en nu in Hellevoetsluis waren gaan
kijken of zij op haar beurt aan de vluch
telingen van vandaag hulp konden bieden.
Moed en kracht
O, er is, bij alle ellende en bij alle in
eenstorting van tè zwaar beproefden, ook
nog veel moed en kracht onder dit volk.
Bij de brug over het Voornse kanaal (na
het droge Voorne opeens in Putten op
nieuw water overal) staan in hagel en
avondduister nog tientallen vrijwilligers
onder felle schijnwerpers zand te schep
pen; vrachtauto's rijden af en aan om de
dijk langs het Voornse kanaal te verster
ken.
Jongens uit Den Haag blijven nög een
uur om zandzakken te stuwen en over
de bedreigde dijlken tussen A'bbenbroek
en Zuidland koerst sinds gisteren een
rijdende keuken van de marine uit Den
Helder om aan het onvermoeibare dijk-
léger snert en stamppot uit te delen.
Terwijl men, midden in een onafzien
bare colonne auto's èn touringcars vol
evacuê's met bestemming voor diverse
plaatsen in Nederland, wiel aan wiel
over de Groene Kruisweg glijdt, doemt
van de andere kant, uit Rotterdam, een
zelfde colonne op: legerjeeps en zware
vrachtwagens, vijftonners van de marine
en personenauto's, hele rijen gele tram
bussen, andere touringcars (en daar
tussendoor een melkauto met twintig
doodkisten voor Zuidland; en men her
innert zich, dat ook Oude Tonge om
tweehonderd doodkisten en afleglakens
had gevraagd
Het is een sombere stoét vol dreigende
suggestie- Waar hij heen gaat, moeten op
nieuw mensen in opperste nood worden
geëvacueerd. De stoet rijdt de nacht te
gemoet, in hagel en regen en harde wind.
stoten. En men herinnert zich de waar
schuwing voor een nieuwe Noordwester
storm. Men kan nauwelijks de dag af
wachten. En men schrijft dit verhaal met
schietgebeden voor aliën die in nood zijn.
het leed te verzachten. Metterdaad is dat
getoond door de spontaneïteit, waarmee de
burgerij deze ontheemden opnam en dooi
de ijver, waarmee de weermacht kleding
en voedsel kwam aandragen.
In totaal zullen 3000 evacuê's in de stad
gehuisvest worden. Doch meerderen zullen
hier nog door komen, om, na registratie,
naar andere plaatsen in de provincie ge
bracht te worden. Het getal zal echter ze
ker niet 40.000 belopen, zoals aanvankelijk
abusievelijk werd medegedeeld. De ge
meentelijke sociale dienst heeft de rege
ling in handen en vele particulieren ver
lenen de helpende hand. Jammer is het,
dat soms spontane hulp die geboden werd
en goed gebruikt kon worden moest wor
den afgewezen, omdat bepaalde personen
van meer officiële instanties zich hiervoor
alleen geroepen achtten.
Van gemeentewege staat men ook erg
formeel en weinig vertrouwvol tegenover
de pers. Dat hebben wij in Rotterdam,
waar men de taak van de pers beter
blijkt te begrijpen en vrij haar gang laat
gaan, anders ondervonden. In Utrecht te
ruggekeerd voelt men zich echt in een
ambtenarenstad.
Als goede noot staat daar tegenover de
werkelijk ontroerende milddadigheid.
Trouwens reeds Zondag was men in „Oog
en AP' onmiddellijk met 'n inzameling be
gonnen met als resultaat, dat de volgen
de dag vijftien ton goederen naar Roosen
daal en omgeving kon worden gezonden.
Ontvangstcenlrum in
Bergen-op-Zooni
Jongen zag hele gezin verdrinken
In het patronaatsgebouw te Bergen
op Zoom, waar vluchtelingen na hun
aankomst worden verzorgd, alvorens
doorgezonden te worden naai- Den
Bosch, heerst een grote bedrijvigheid.
De 'slachtoffers van de overstroming
ontvangen hier kleding en eten, terwijl
een medische staf de gewonden ver
zorgt. Speciale verpleegsters houden
zich hier bezig met babies en jonge
kinderen. Men beschikt hier ook over
een kortegolf ontvang- en zendtoestel,
waarmee Scheveningen wordt opge
vangen.
„Als de mensen hier aankomen", zo
vertellen kapelaan Smits en de leider
van de auto-colonne Adema, „zijn ze
nog volkomen versuft en wij kunnen
bijna geen woorden uit ze krijgen. De
meesten verkeren in het onzekere over
het lot van hun naaste familie. Woens
dagmorgen werd een jongetje van 10
jaar uit Halsteren binnengebracht, die
zijn vader, moeder en 7 broertjes en
zusjes voor zijn ogen had zien verdrin
ken".
De mensen zijn doelgelukkig, wan
neer ze verder geëvacueerd worden,
j want zij wensen zover mogelijk weg te
- zijn van de plaats des onheils.
Woensdagmorgen kwam er een echt
paar aan, dat drie dagen zonder enige
beschutting op enkele vierkante meters
droge grond temidden van de klotsen
de golven had doorgebracht. Het was
alles kwijt en verkeerde in een toe
stand die iedere beschrijving tart.
Minister Algera in
Zierikzee
De eerste gemeente, die de minister
van Verkeer en Waterstaat, mr J. Al
gera, op zyn tocht door de geteisterde
gebieden gisteren heeft bezocht is Zierik
zee. De bewindsman en de autoriteiten
van de rijkswaterstaat, die hem vergezel
len, hebben een bespreking gehad met
het college van B. en W. van Zierikzee.
Men heeft de eerst noodzakelijke maat
regelen voor het herstel van de dijken
en de versterking van de dijk, die nog
wordt bedreigd, aan een bespreking on
derworpen. De bespreking werd gehou
den in het. vijf eeuwen oude stadhuis
van Zierikzee, dat geheel gespaard is
gebléven.
Door lielicopterscliroef
gedood
Tijdens de door Engelse helicopters uit
gevoerde werkzaamheden tot steun cn
redding van de drenkelingen is. kort nadat
in Onde Tonge op Goeree-Overflakee een
met medicamenten en warme kleding ge
laden hefschroefvliegtuig aan de grond
was gezet, een van de bewoners van dit
plaatsje, die de landing had gadegeslagen,
door onoplettendheid achteruit op de
staartschroef ingelopen. De man werd
door de met razende snelheid ronddraaien
de propellerbladen gegrepen en op slag
gedood.
OMVANG VAN DE RAMP
(wordt vervolgd).
Luisterend Nederland blijft op de hoogte
Spoedige hulp is dubbele
motto geldt, meer dan ooit
hulp; dit men, een redactie om vast ie
de strijd, welke mededelingen voor radioberichten
die ons land sedert Zaterdagnacht tegen m aanmerking komen en telexisten om-
het mater voert. Spoedige hulp kan dé (het uitzenden van alle particuliere
Slechts worden geboden met snelle ver- inlichtingen is om meer dan een reden
bindingen. Waar het telefoon- en tele- onuiogèdjk) verzoeken of inlichtingen,
graafverkecr in de rampgebieden
y - i-»--die niét via de radio worden verspreid,
het eerste uur af grotendeels was out- dóór te geven aan de betrokken mstan-
wrwht, bracht de radio uitkomst. Een ties. De- eerste dagen hoeft liet BVD-
berichtendienst ontstondof liever, werd versöneél dag en nacht gewerkt om de
Ut t rif. riYnw/l. nt>ofnm.n- -> I. ,7. J.
uit de grond gestampt en 21/ uur
etmaal klinken mededelingen ei
Pingen door de aether, die er v
gen, dat de redders komen ie
waar hulp nodig is.
berichtendienst gaande "te houden. Zij
hebben nu versterking gekregen van
r aor- personeel van andere diensten en vrij-
weten wtlligers. Vijf telefoon-tóestellen zijn
dikwijls nóg niet voldoende om de bc-
Het centrum'van deze berichtendienst richtênstroom te verwerken; vier redac-
Den Haag, aan de Wassenaarse- temen, acht. stenografen en twee
weg 1,0, bij dé
diénst. Het eerste bericht de
geringsverklaring va,n Zondagmiddag van de studio, waar'
over de ramp, die ons land had getroffen
-1 is al door honderden andere gevolgd.
Het blééle al spoedig noodzakelijk hen
apart apparaat in het leven te 'roepen:
telefonisten, die dag en nacht de binnen-
telexisten hebben er hunhanden
Het rode lampje boven de ingang
Mo, waar cn:roevers van de
omroepverenigingen v. jwiüig langduri
ge diensten doen, brandt vele uren per
dag. Dé stromen berLkien, die via mi
crofoon en luidspreke r de luisteraars
vi geheel Nedérland bereiken, zijn een
Jle, m?êSt bijdrage van niet. te onderschatten be-
uiteenlopende aard stenografisch opne- tekenïs in de strijd tegen het water.