Afschuwelijk panorama toren van Middel harnis van de In Oude Tonge driehonderd doden botsing IJzeren Gordijn in Hellevoetsluis Bruiloftsdans Noordwester en dijkbreuken leiden tot nieuwe angst op Overflakkee Helicopters redden honderden mensen van zolders en daken en uit bomen Dit de Ook Utrecht nam liefderijk de evacués op Dodelijke vrees voor aasgieren ZWITSAL blrTrfT.13 R. V. D. verwerkt eindeloze berichtenstroom ï)E MAASBODE DONDERDAG 5 FEBRUARI 1953 PAGINA 4 (Van onze speciale verslaggever) HELLEVOETSLUIS, Woensdagavond De oude grote kerk van Middelharnis, bereikbaar door de pittoreske poort onder de boogvormige stenen staatsietrap van 't raadhuisje, staat mid den in het. water. Maar door duister en spinrag klimmen wij naar het platte dak van de hoge vierkant-massieve toren. Daar, veertig meter boven de grond, ontrolt zich het verschrikkelijkste panorama, dat wij op onze zwerf tochten door en langs de watersnoodgebieden zien. Hoog genoeg om een breed uitzicht over vele kilometers en naar alle kanten te hebben, niet tè hoog om het contact met de grond of wat onder het water aan grond schuil gaat te verliezen. Heel Overflakkee één zee, In Zuidelijke richting, naar Nieuwe Tonge en Stad aan 't Haringvliet, één onafzienbare watermassa; naar het Zuidwesten op Herkingen en Battenoord aan, niets dan traag deinende roestbruine gol ven; in het Noorden nauwelijks een klein en hier en daar veelbetekenende onderbroken streepje rechtgebleven dijk langs het Haringvliet. Slechts naar het Westen een droge driehoek tussen Dirksland en Melissant en pal onder onze voeten vlak achter het blank staande Middelharnis een stuk droge dijk van het aangrenzende tweelingdorp Sommelsdijk. Helicopters vliegen af en aan Op het hoogste punt van Middelharnis. de Kade achter de Binnenhaven, staat op een verhoging van een paar zandzakken een militaire politie-agent het verkeer naar de nauwelijks voor één auto pas seerbare hoge Westdijk te regelen. De "VVestdijk die loopt naar Sommelsdijk, waar de landingsplaats voor de Amerikaanse en Belgische helicopters is ingericht op een smalle verhoging een paar honderd meter achter de Gasfabriek. Af en aan razen de zwaar-donderende vijftonners van de verbindingstroepen, die zich nauwelijks in de smalle rijbaan tussen de huizen kunnen persen, jakkeren personenauto's en jeeps, komt dan ineens een oude boer met drie koeien aan een touwtje aar.- klossen. Af en aan tussen Sommelsdijk en de Binnenhaven van Middelharnis; héén de lege auto's die in Sommeldijk de men sen ophalen, die daar door de helicop ters worden afgezet en die eerder al door de Nederlandse amphibietanks waren aan gevoerd; terug om deze mensen en allen die verder uit Middelharnis-Sommelsdijk weg moeten, te vervoeren naar de Binnen haven, waar zij in de ruimen van de wach tende aken worden gelaten. De helicopters vliegen af en aan; en daarmee ook de geruchten en de drama's die waar zijn. De hele dag door cirkelen de vijf hefschroefvliegtuigeh rond over de barre watërwoesteny, waar altijd nog, vier dagen na die rampzalige Zater dagnacht, mensen op daken en in bomen wachten op ofwel hot onvermijdelijke ofwel het grote wonder. Voor velen is de komst van een helicopter inderdaad het grote wonder van hun leven; maar ook is menigeen al zo verkleumd en versuft, dat hij zich niet meer aan dat wonder kan vastklampen. Honderden cadavers Overal langs de onbegaanbare en over vele honderden meters finaal weggespoel de dijk van Middelharnis naar Nieuwe Tonge en verderop naar het rampzalige Oude Tonge drijven honderden cadavers van koeien en varkens, drijven, gruw zame ontdekking, ook lijkenOp een dakpunt, nauwelijks een halve meter boven de gulzig reikende golfslag tegen de gescheurde muren, zit een man, als een standbeeld; hoe lang al zonder warmte, zonder eten, zonder drinken?, hoeveel da gen en nachten al eenzaam in het kille aangezicht van de aansluipende dood? Met een vage beweging tast hij naar de ladder die uit de helicopter wordt geworpen, hij raakt eraan, "tast mis, valt schuin voor over, plonst in het water, drijft weg, ver dwijntIn een boom een man die de ladder niet meer ziet; een der beman-: ningsleden klimt omlaag, slaat een touw om hem heen, trekt hem zo het vliegtuig binnen; bij een andere man móeten de vingers, die de takken in een niet los te wurmen wanhoopsgreep omklemmen, worden afgehakt om hem te kunnen red den. 7.0 vliegen de helicopters af en aan en alle geredden vertonen hetzelfde beeld: versuft en wezenloos, na in het gunstig ste geval nog op een zolder te hebben ge bivakkeerd. Mannen en vrouwen, hulpbe hoevende ouden van dagen, kleine weer loze kinderen. In lange rijen verdringen zij zich aan de Binnenhaven, worden be hoedzaam in de ruimen van ongedurig op stoom liggende Rijnaken geholpen, zieken en gewonden op brancards. Aan diezelfde Binnenhaven loeien kla gelijk de koelen, die men eveneens per schip naar het veilige Rotterdam hoopt te brengen. Het is het weinige vee, dat men heeft kunnen redden. Nu nóg zien de he- licoptér-piloten her en der paarden tot aan de nek in het water staan, roerloos, gedoemd. In de Voorstraat, de hooggele gen hoofdstraat van Middelharnis tussen Kade en Achterweg, staan aan alle bomen tientallen koeien en paarden vastgebon den; de boeren groepen samen voor het raadhuis, waar de Achterweg zich in Oost en West splitst en aan beide zijden onmid dellijk in het water ondergaat. Boeren, die hun vrouw en kinderen al in veilig heid weten, dié nu ook hun vee naar de der meningen overkant willen; zèli komen ze later wel eens. In het raadhuis schrijft de mare chaussee uit Groningen de trieste evacu atie-historie; korte zakelijke notulen van een enorme tragedie. Honderden en hon derden zijn reeds naar de overkant, an dere honderden stromen door; voor cijfers moet men hier niet zijn. Boten voor het vee zijn beschikbaar. Haven overvol Het vee naar de boten. Van Westdijk en Nieuwstraat, die na enige tientallen meters al wegzakken in de modderbrei, die eens de weg naar Stad aan 't Ha ringvliet was, van Voorstraat en Oost- dijk jaagt men het vee bijeen, leidt het over de twee kilometer lange dijk, aan weerskanten water, van Middelharnis naar de Buitenhaven. Daar is nauwe lijks nog plaats om in en uit te varen; Urher vissersbootjes en Amsterdamse binnenvaartschepen, Vlaardingse traw lers en Rotterdamse sleepboten liggen zij aan zij; levensmiddelen en auto's, medicamenten en zakken, schoppen en watertanks worden gelost, mensen en vee aan boord genomen. De verbindingstroepen en de technische troepen uit Utrecht onder commando van. majoor Vader houden de zaak op poten, dichten de bressen in de dijken die rond om Middelharnis in de binnendijken en ook aan Binnenhaven en Nieuwstraat ge slagen zijn, lossen en laden de schepen, helpen de uitgeputte helicopter-passagiers over het dode punt, bewijzen aan dokters en verpleegsters elke gevraagde dienst. Wij spreken een aalmoezenier en een veldpredikant van de troepen uit Ede, die hun makkers uit Utrecht willen' aflos sen; de twee geestelijken zijn naar Mid delharnis gevaren om deze zaak te rege len. Maar 's avonds komen nieuwe troe pen u(t Utrecht: de genie, om de opnieuw bedreigde dijken te verdedigen. Nieuive dijkbreuk En de helicopters vliegen af en aan: Amerikanen en Belgen redden vierhon derd wanhopigen van vlieringen en van daken in een voor deze veelbeproefden nog nauwelijks meer te realiseren zweef partij door de lucht. En met hen vliegt de ene tijding na de andere aan. Bij Den Bommel is opnieuw een dijk bezweken en het hele plaatsje moet nu onverwijld ge- evacueerd worden, het op de uiterste Oostpunt gelegen Ooltgensplaat is als ge volg daarvan nu öök opgegeven, van Acht huizen en Langstraat moet eveneens alles weg. In Nieuwe Tonge is de laatste dagen het dodencijfer tot tachtig gestegen; amphibietanks en helicopters brengen de aldaar nog verblijvende vijftienhon derd mensen in 'n onafgebroken pendel dienst naar Sommelsdijk, vanwaar zij via Middelharnis naar Rotterdam gaan, terwijl velen ook naar Dirksland worden gebracht, dat voor een groot deel nog droog is en via de binnendijken goed bereikbaar is en waar men bovendien beschikt over een eigen haven met kanaal naar het Haringvliet. Droog is ook Melissant, maar men acht het, na de nieuwe waarschuwing voor op komende harde wind uit de zo gevreesde Noordwesthoek, raadzaam, dat de Melis- santers naar Dirksland gaan om 'n vlucht weg per schip bij de hand te hebben. In Stad aan 't Haringvliet houdt men zich gereed om onmiddellijk bij nieuw gevaar met schepen naar Dordrecht te evacueren. In verband met de zandbanken in het Haringvliet geeft men er de voorkeur aan, dat de veelal ter plaatse niet bekende schippers uit alle delen-van Nederland, die hier gereed liggen, de weg door Hol- landsch Diep en Dordtsche Kil nemen en zowel van Stad aan 't Haringvliet en Den Bommel uit zullen trachten naar Dor drecht te komen. Oude Tonge: 300 doden De ergst getroffen plaats op Over flakkee is Oude Tonge. Volgens geruch ten is daar een schuur met honderd tachtig mensen ingestort, waarbij allen het leven kwamen. Volgens een officiële opgave wordt van niet minder dan driehonderd personen aangenomen, dat zij verdronken zijn. De overleven den in Oude Tonge kunnen zélf het af schuwelijke werk van het bergen van hun omgekomen dorpsgenoten niet meer aan en men deed hiervoor een dringende oproep om personeel van buiten Over flakkee, ook voor het bergen van het verdronken vee. Bergingscolonnes die naar Oude Tonge komen, moeten zelf voor scheepsruimte ter legering zorgen. Een later bericht meldde, dat gezien de nieuwe dreigingen, geheel Oude Tonge moest worden geëvacueerd; men vroeg daarbij ter versterking van de aanwezige politiemacht opnieuw vijftien man per helicopter. Voor de evacuatie liggen in de haven van Oude Tonge genoeg schepen, maar de vaargeul van dorp naar haven is alleen bij hoogwater te gebruiken. Als men vanavond afvaart, zal men vermoedelijk de nacht buitengaats moeten doorbrengen en pas morgenochtend naar Dordrecht verder kunnen gaan. Goeree geheel afgesloten Een catastrofe in de namiddag: ter hoogte van Stellendam, dat van Over flakkee uit al onbereikbaar was en dat in zijn geheel reeds was geëvacueerd, braken op dit smalste punt in de ver binding Goeree-Overflakkee de dijken op nieuwe punten. Daardoor werd het Noordwestelijke Goeree geheel van Overflakkee afgescheiden en weer een apart eiland. Men vermoedt, dat nog slechts weinig mensen in de nog betrekkelijk veilige duindorpen Oude Nieuwland en West Nieuwland zijn achtergebleven, maar men heeft met Ouddorp en Goedereede geen verbinding. In Stellendam zelf is alle leven uitgestorven. Uit vliegtuigen ziet men enorm veel wratehout en meubilair tussen de cadavers tegen de huizen spoe len: de doden onder de bevolking zijn eerder nog geborgen kunnen worden. Stellendam is nu naar geen enkele zijde meer tegen het op twee fronten aanrol lende zeewater beveiligd; men vreest bij de nieuwe krachtige Westenwind daar door ook gevaar voor Melissant en Dirks land. Totale evacuatie En dan komt, als men aan de Buiten, haven van Middelharnis staat om nog juist met de laatste, veerboot terug naar Hellevoetsluis te keren, het bericht, dat men de hele middag als in een klamme angstdroom heeft voorvoeld: Oude Tonge en Den Bommel (van nabij gelegen kleine plaatsen als Zuidzijde en Molendijk hoort men al niet meer) moeten onverwijld evacueren. En onmiddellijk erna: als gevolg van de nieuwe dijkdoorbraken bü Stellen dam en Den Bommel moet geheel Goeree-Overflakkeo met bekwame spoed worden ontruimd, incluis de Oostpunt met Ooltgensplaat, waar men door de herhaalde dijkbreuk bg Den Bommel nu ook van opgeven moet spreken. De vrouwen en kinderen van Overflakkee zouden waarschijnlijk van avond nog allen vervoerd worden; een deel van hen is reeds naar Den Bosch, een ander deel ia Utrecht onderge bracht. Nieuive nacht De Overflakkeese mannen blijven, tot het uiterste. Maar ibij het wegvaren uit Middelharnis, terwijl mist en schemer de eerste avondfloersen over het Haring vliet leggen, blijkt de waarschuwing voor nieuwe storm uit het beruchte Noord westen géén overdreven alarm- En met een nieuwe onheilspellende nacht voor de boeg worstelt men op de kade van Hellevoetsluis met de wurgende vraag, hoe die dappere boeren en militairen in Middelharnis het nog tot het licht van een nieuwe dag zullen kunnen redden De milddadigheid (Van onze Utrechtse redacteur). Liefderijk zjjn de geëvacueerde» ook in Utrecht ontvangen, waar met stroobos- sen en heel veel goede wil in de Jaar beurshallen aan de Croeselaan legerste den voor hen waren ingericht. Wij, die ge tuige zijn geweest van de aankomst van de vluchtelingen in Rotterdam, waar zij uit schepen, die hen uit liet rampzalige gebied hadden weggehaald de wal aan het Willcmsplein opstrompelden, hebben hier kunnen constateren, dat de eerste ont vangst hun daar reeds goed gedaan had. De grote ellende die men doorstaan had tekende zich nog wel op de gezichten af. maar velen waren al van frisse nieuwe kleren voorzien en uit de dankbaarheid, dat men eindelijk van het water verlost was, had men de moed geput, om verder te gaan en door te leven. Door te leven, al bleef het hart schrijnen om het gemis van dierbaren. En ook hier hoorden wij de meest ont roerende en hartverscheurende verhalen. Want vertellen wilden de meesten, omdat zij zich van de beklemming moesten los maken. Koffie, brood en warm eten ver sterken toch het lichaam en hieven ook de geest even op uit zijn kluisters. Dan rus ten en, o hoe heerlijk hebben die 280 men sen uit de Hoekse Waard en van Goeree- Overflakkee, die het eerst met autobussen in Utrecht aankwamen geslapen. Gister middag kon deze hele groep bij particu lieren opgenomen worden, weer in een huis, in gezinsverband, al was het dan niet de vertrouwde woning. De Commissaris der Koningin, de heer Reïnalda en de burgemeester van Utrecht jhr mr C. J. A. Ranitz waren hun in de jaarbeurshallen moed komen inspreken en vertelden, dat Utrecht alles zou doen, om T T *1 TCr tr»r*»n Uijar cplipnon on ar-hinnoi-c ut: Op terugweg naar Rotterdam: dreigende stoet tegenliggers de nieuwe nacht in (Van onze speciale verslaggever) ROTTERDAM, Woensdagavond De weg naar de verdronken Eilanden leidt door een ijzeren gordijn. Marine en marechaussee in Hellevoetsluis kammen elke boot die naar Goeree- Overflakkee vertrekt, wel tien keer en dan nóg tien keer uit. Men vreest liet water; men vreest niet minder de aasgieren die al op verscheidene plaatsen de ondergelopen huizen hebben geplunderd, die de geldkisten uit de huizen van omgekomen veeboeren hebben geroofd, die zelfs niet voor lijkenschennis terugdeinzen. Mensen die hun familie op Goeree en Overflakkee willen bezoeken en heimelijk aan boord van een schip zijn geklommen, worden onherroepelijk van boord gejaagd. In het bureau van de marine-commandant Hellevoetsluis worden verzoeken van tien tallen mensen om naar de overkant te mo gen, afgewezen teneinde elke kans op in filtratie van onverantwoordelijke elemen ten af te snijden. Men kan de intenties en de al dan niet goede trouw van al die mensen nu eenmaal niet beoordelen. De cineast Herman van der Horst („Houen Zo") is al een uur bezig om de commandant te vermurwen; hij en zijn camera mogen mee, zijn jeep niet. Voor aleer wij onze toestemming hebben, zijn we twee keer buiten de deur gezet en drie keer teruggekomen. Vooraleer de boot af vaart en wij er toch opzitten, zijn we door wachtmeesters-van.de marechaussee, kapi teins van de landmacht en korporaals van de marine drie keer „verwijderd", zoals dat heet, al onZe pers-legimitaties ten spijt. En toch zijn ai deze soms barse maat regelen volkomen begrijpelijk. Een gezel schap van negen buitenlandse journalisten en filmoperateurs, uit Zweden en Duits land, Denemarken (met een dappere ver slaggeefster) en Italië, had alle overre dingskracht van perschefs van Buitenland se Zaken en Waterstaat nodig om mee te kunnen. En als men dan vaart, is men op genomen in een fantastische armada. Op zandbank gelopen Ginds een paar Urker zcllvlssers, hier een marine-barkas met op sleeptouw zes door studenten bemande rubberboten, verderop een rits Rijnaken met ccn Rot terdamse sleepboot, dan een Amsterdam se veerboot. Bij de marine-commandant Hellevoetsluis werd alarm geslagen, om dat midden op het Haringvliet een Rijn aak met honderdvijftig evacuê's op een zandbank is gelopen; vliegtuigen cirkelen met vjjf tegelijk over de aangegeven plaats, twee sleepboten en een andere Rijnaak varen onmiddellijk uit ter as sistentie. Men krijgt het schip vlot. Even eens midden op het Haringvliet is een gele vliegboot in moeilijkheden geraakt; van twee kleine binnenvaartschepen zwoegt men in een kleine roeiboot heen en weer over de zware deining. Bescherm llw Kinderen gevatte kou direct de Uw kind bedreigende gevaren bestrijden metji HKK INDER-HONÏN GJSeS J (JABADAO) door ANNE DE TOURVILLE (Vertaling: J. Meyknecht-Grossouw) 15 „RAMP 1053" Woorden helpen hier niet. Daden wor den verlangd. Wat denkt U van het voorstel om ver zenders van brieven briefkaarten e.d. op te wekken een „Rampzegel 1953" bij te plak ken ten bedrage van luttele centen M.i, zou binnen korte tijd een belangrijk bedrag verkregen zijn tot leniging van de nood. P. A. B, Bij de ramp te Borculo heeft de toenma lige Burgemeester een proclamatie uitge vaardigd dat diefstal enz., zou worden ge straft met de dader ten toon te stellen aan deschandpaal op de markt. Er is toen ook niet gestolen noch zijn de slachtoffers op andere wijze benadeeld. Het is verklaarbaar dat deze straf véél afschrikwekkender is dan gevangenisstraf. Zou zij thans weer niet alom kunnen worden ingevoerd IK denk aan de roem van de Heuvels en hoe alle mensen van de Koude Rivier zullen neervallen op hun.... Maar als de tijd daar is, zul je het wel zien. Werk maar door", zei de hartstochtelijk, „want ik moet er nog meer afwerken". Toen, het klaar was, stond de zon zo laag, dat de schaduw van de toren over de hble lengte van een vlasveld viel. De vrouw stak het tasje met vijlsel in haar blouse en drukte de zak met goud stevig tegen zich aan. Onderwijl zei ze tegen Reun Gwalder, die het paard losmaakte, dat hij zijn lippen moest ver zegelen en moest zwijgen als het graf. Ik zal je betalen voor je weik, nadat we allemaal bij elkaar zijn gekomen op de grote bruiloft.. Als je tol zo lang je mond houdt, zul je je lippen met goud ver zegeld hebben. Ik vertrouw u, zei de smid, wiens hoofd duizelfde. Hij ging naar de wagen. De sneeuwballen en de braam- bladeren begonnen te verwelken en de wilgentak hing helemaal slap, maar toen hij aanstalten maakte ze weg te nemen, riep ze: Laat zitten, het paard heeft er geen last van! Met een zweepslag bracht zij het in galop, terwijl ze hem met haar arm goedendag wuifde, alsof ze koren zaaide in de lucht. Ik moet er nog meer afwerken, had de vrouw van de burgemeester gezegd. Nu zocht zij kluwens wol uit, zo wit als sneeuw, die zij in een mandje legde. Een touwtje met knoopjes op verschillende afstanden gaf de maten aan van het been van haar dochter, stevig en mager als dat van een vogel. Ze nam een rode en een blauwe knot, sloot de deur en met het hengsel om de arm daalde ze af naar de heide. Eerst kwamen ze koeien tegen, die aan het drinken waren in een plas tussen het riet. Ze werden gehoed door iemand met een lange stok in de hand, een riet fluitje en wezenloze ogen. Waar zijn de schapen vandaag? riep ze. Hij wees met zijn stok een slingerpaadje aan, Zij ging het slingerpaadje op. De tarwe en de haver floten in de wind en groetten haar in het voorbijgaan als getemde slangen: ze waren verzadigd van heidense as en ze voerden de gedachten van de vrouw, van de burgemeester niet op naar God, maar stopten ze in een leren zak, zo diep en zo brandend heet als de hel, waar ze met uiterst welbehagen vertoefden. Toen leidde het slingerpaadje haar door een armoe dige streek, die op de rug van een pad leek, onder een hemel als een lange maagdepalm. Dat zijn zo van die dingen, die je ziet. Daar was de kudde, ver weg en toch dichtbij, vaag zichtbaar. De schapen kroezig als grijze rookwolken; hier en daar zag je witte plekken als scherven porse lein, maaf tengevolge van de afstand en de terugkaat sing van het licht wist je niet, of het bloeiende mar grieten waren, dan wel pasgeboren lammetjes. In hun midden zat de herderin. Door haar hoed én haar uit gestrekte arm leek zij van verre op een van die din gen, die je wel eens in een kersenboomgaard ziet om de vogels de eetlust te. notnemen; Brigitte de Mine Garo. de duivelverschrikster, het wezen, dat alle kwaad op de vlucht joeg! Hier zongen de leeuweriken voor God. Toen de vrouw van de burgemeester zich neergezet had bij een stekelbrem, leek ze zo sterk als de heilige Lodewijk, die recht spreekt, en de magere herderin aan haar voeten, zo stil en pover, leek op de armoede, die een geschil heeft met de wind. Toen haar de spierwitte wol werd toegereikt, nam ze die zonder vrees aan met haar zwarte handen. Brigitte wist, dat haar handen zwart waren geworden door een overmaat van licht en dat ze geen blankheid konden schaden; dat wist de vrouw van de burgemeester ook. Ze had de rode en de blauwe wol eveneens te voorschijn gehaald en ze zei: Onze dochter moet mooi zijn voor dé eer van de Heuvels. Aan jou vraag ik haar voeten té bekleden. Je moet de kousen maken van de witste wol en met je fijnste naalden. Aan de zijkant van het beén, tussen de knie en de enkel moét je met rode wol de letters van haar naam mazen, op het andere been de andere naam, met blauwe wol. De herderin boog: Ik kan niet schrijven, zei ze. Maar de vrouw van de burgemeester wist dat ook. Zij vouwde een lap open, waarop het patroon stond getekend, Ik heb het op een lap getekend, zei ze, omdat ik bang was, dat papier zou scheuren door de dauw op het gras. Het gezicht van Brigitte klaarde op: Daarmee zal ik het wel kunnen, zei ze, ik ben er trots op. dat u mij dit werk toevertrouwt en ik ben er nu al zeker van, dat het mooi zal worden. Ze nam de wol en betastte die lang: Als het kind die kousen aan heeft, zullen ze haar naar het geluk voeren. De vrouw van de burgemeester glimlachte bij ge dachten, die zo ver af waren als de maan, maar ook even duidelijk afgetekend. Ze stond op om heen te gaan. Zorg, dat je er de schapen niet door vergeet! riep ze, terwijl ze zich verwijderde. viel het zonlicht op de dorre heide neer als regen. De De herderin bleef zitten onder haar hoed en rondom kudde blaatte met hetzelfde rhythme als het trillende niet gedroomd had. Zij 'bracht hém aan haar voorhoofd lichtDé wol lag in haar schoot als bewijs, dat ze en bedekte er haar ogen mee, het verzoek dat haar gedaan was, smaakte haar als wittebrood zo zoet. De tijd ging snel voorbij en aan weerszijden van de Kreeflenbrug werden naarstig toebereidselen gemaakt, hetgeen de beide dorpen in staat van hevige opwinding bracht. Terwijl men in de Kóude Rivier nieuwe meu bels in de kamer van het bruidspaar zette, waren alle zorgvuldig zwart, want de burgemeester had hun ge tuigen te repareren op een andere manier dan met mannen op de Verschoeide Heuvels in de weer hun waren bezig met verstelwerk, de kleine jongens sloegen touwtjes, en Zij die er niet buiten konden, verfden ze zegd, dat alles in de puntjes moest zijn. De vrouwen nieuwe spijkers Onder hun klompen en schuurden ze bij de pomp. De kleine meisjes zouden nieuwe strikken in hun haar krijgen en daags te voren zouden hun hoofdjes ingesmeerd worden met viooltjespommadé zo dat hun vlechten mooi glad zouden zijn. Er varen hier schepen en schippers uit alle delen van Nederland, die het water van het Haringvliet met zijn verraderlijke zandbanken niet kennen en die niet meer op de deels weggeslagen boeien kunnen vertrouwen. Maar men moét varen. Men moet, bij de duizenden die op de Eilanden wachten om gered te worden, risico's ne men. Dat moet men ook op de route door de Dordtsche Kil waar 's nachts de ver lichting niet meer brandt. In diepe ruimen Acht uren later is men terug in Helle voetsluis. En dan keert een even fantas tische vloot eveneens terug. Kleine Ur ker vissersbootjes slingerend en zwaai end wild bij het inkomen van de woelige bocht voor de haven; een zeiljacht uit Amsterdam steigert steil omhoog en kan nauwelijks in toom worden gehouden. En uit de in onafgebroken r(j aanstampende Rijnaken komen de evacuê's, bij hon derden; en bij velen is, na de beproevin gen van drie tot vier dagen temidden van het klauwende water, tijdens wilde reis in het diepe en dansende scheepsruim de laatste veerkracht ge- brokert. Het is één stoet van ellende cn uitputting, die soldaten en verpleegsters in het station dragen en vandaar naar de bumper aan bumper geparkeerde auto's en touringcars. Namen we op de heenweg jongens meisjes mee die in Spijkeiiisse zandzakken gingen vullen, op de terugweg roept de hulp in om een suiker-patient naar een dokter te vervoeren voor een insuline- jectie: een krasse visser uit Stellendam, die men ook na zijn vlucht zijn zeven-en- zeventig jaren niet aanziet. En achtereen volgens loodst de politie ons een Haagse en een Barendrechtse dijkwerker-vrijwil liger in de wagen en vier boerinnen die daags tevoren uit Dirksland waren geëva cueerd en nu in Hellevoetsluis waren gaan kijken of zij op haar beurt aan de vluch telingen van vandaag hulp konden bieden. Moed en kracht O, er is, bij alle ellende en bij alle in eenstorting van tè zwaar beproefden, ook nog veel moed en kracht onder dit volk. Bij de brug over het Voornse kanaal (na het droge Voorne opeens in Putten op nieuw water overal) staan in hagel en avondduister nog tientallen vrijwilligers onder felle schijnwerpers zand te schep pen; vrachtauto's rijden af en aan om de dijk langs het Voornse kanaal te verster ken. Jongens uit Den Haag blijven nög een uur om zandzakken te stuwen en over de bedreigde dijlken tussen A'bbenbroek en Zuidland koerst sinds gisteren een rijdende keuken van de marine uit Den Helder om aan het onvermoeibare dijk- léger snert en stamppot uit te delen. Terwijl men, midden in een onafzien bare colonne auto's èn touringcars vol evacuê's met bestemming voor diverse plaatsen in Nederland, wiel aan wiel over de Groene Kruisweg glijdt, doemt van de andere kant, uit Rotterdam, een zelfde colonne op: legerjeeps en zware vrachtwagens, vijftonners van de marine en personenauto's, hele rijen gele tram bussen, andere touringcars (en daar tussendoor een melkauto met twintig doodkisten voor Zuidland; en men her innert zich, dat ook Oude Tonge om tweehonderd doodkisten en afleglakens had gevraagd Het is een sombere stoét vol dreigende suggestie- Waar hij heen gaat, moeten op nieuw mensen in opperste nood worden geëvacueerd. De stoet rijdt de nacht te gemoet, in hagel en regen en harde wind. stoten. En men herinnert zich de waar schuwing voor een nieuwe Noordwester storm. Men kan nauwelijks de dag af wachten. En men schrijft dit verhaal met schietgebeden voor aliën die in nood zijn. het leed te verzachten. Metterdaad is dat getoond door de spontaneïteit, waarmee de burgerij deze ontheemden opnam en dooi de ijver, waarmee de weermacht kleding en voedsel kwam aandragen. In totaal zullen 3000 evacuê's in de stad gehuisvest worden. Doch meerderen zullen hier nog door komen, om, na registratie, naar andere plaatsen in de provincie ge bracht te worden. Het getal zal echter ze ker niet 40.000 belopen, zoals aanvankelijk abusievelijk werd medegedeeld. De ge meentelijke sociale dienst heeft de rege ling in handen en vele particulieren ver lenen de helpende hand. Jammer is het, dat soms spontane hulp die geboden werd en goed gebruikt kon worden moest wor den afgewezen, omdat bepaalde personen van meer officiële instanties zich hiervoor alleen geroepen achtten. Van gemeentewege staat men ook erg formeel en weinig vertrouwvol tegenover de pers. Dat hebben wij in Rotterdam, waar men de taak van de pers beter blijkt te begrijpen en vrij haar gang laat gaan, anders ondervonden. In Utrecht te ruggekeerd voelt men zich echt in een ambtenarenstad. Als goede noot staat daar tegenover de werkelijk ontroerende milddadigheid. Trouwens reeds Zondag was men in „Oog en AP' onmiddellijk met 'n inzameling be gonnen met als resultaat, dat de volgen de dag vijftien ton goederen naar Roosen daal en omgeving kon worden gezonden. Ontvangstcenlrum in Bergen-op-Zooni Jongen zag hele gezin verdrinken In het patronaatsgebouw te Bergen op Zoom, waar vluchtelingen na hun aankomst worden verzorgd, alvorens doorgezonden te worden naai- Den Bosch, heerst een grote bedrijvigheid. De 'slachtoffers van de overstroming ontvangen hier kleding en eten, terwijl een medische staf de gewonden ver zorgt. Speciale verpleegsters houden zich hier bezig met babies en jonge kinderen. Men beschikt hier ook over een kortegolf ontvang- en zendtoestel, waarmee Scheveningen wordt opge vangen. „Als de mensen hier aankomen", zo vertellen kapelaan Smits en de leider van de auto-colonne Adema, „zijn ze nog volkomen versuft en wij kunnen bijna geen woorden uit ze krijgen. De meesten verkeren in het onzekere over het lot van hun naaste familie. Woens dagmorgen werd een jongetje van 10 jaar uit Halsteren binnengebracht, die zijn vader, moeder en 7 broertjes en zusjes voor zijn ogen had zien verdrin ken". De mensen zijn doelgelukkig, wan neer ze verder geëvacueerd worden, j want zij wensen zover mogelijk weg te - zijn van de plaats des onheils. Woensdagmorgen kwam er een echt paar aan, dat drie dagen zonder enige beschutting op enkele vierkante meters droge grond temidden van de klotsen de golven had doorgebracht. Het was alles kwijt en verkeerde in een toe stand die iedere beschrijving tart. Minister Algera in Zierikzee De eerste gemeente, die de minister van Verkeer en Waterstaat, mr J. Al gera, op zyn tocht door de geteisterde gebieden gisteren heeft bezocht is Zierik zee. De bewindsman en de autoriteiten van de rijkswaterstaat, die hem vergezel len, hebben een bespreking gehad met het college van B. en W. van Zierikzee. Men heeft de eerst noodzakelijke maat regelen voor het herstel van de dijken en de versterking van de dijk, die nog wordt bedreigd, aan een bespreking on derworpen. De bespreking werd gehou den in het. vijf eeuwen oude stadhuis van Zierikzee, dat geheel gespaard is gebléven. Door lielicopterscliroef gedood Tijdens de door Engelse helicopters uit gevoerde werkzaamheden tot steun cn redding van de drenkelingen is. kort nadat in Onde Tonge op Goeree-Overflakee een met medicamenten en warme kleding ge laden hefschroefvliegtuig aan de grond was gezet, een van de bewoners van dit plaatsje, die de landing had gadegeslagen, door onoplettendheid achteruit op de staartschroef ingelopen. De man werd door de met razende snelheid ronddraaien de propellerbladen gegrepen en op slag gedood. OMVANG VAN DE RAMP (wordt vervolgd). Luisterend Nederland blijft op de hoogte Spoedige hulp is dubbele motto geldt, meer dan ooit hulp; dit men, een redactie om vast ie de strijd, welke mededelingen voor radioberichten die ons land sedert Zaterdagnacht tegen m aanmerking komen en telexisten om- het mater voert. Spoedige hulp kan dé (het uitzenden van alle particuliere Slechts worden geboden met snelle ver- inlichtingen is om meer dan een reden bindingen. Waar het telefoon- en tele- onuiogèdjk) verzoeken of inlichtingen, graafverkecr in de rampgebieden y - i-»--die niét via de radio worden verspreid, het eerste uur af grotendeels was out- dóór te geven aan de betrokken mstan- wrwht, bracht de radio uitkomst. Een ties. De- eerste dagen hoeft liet BVD- berichtendienst ontstondof liever, werd versöneél dag en nacht gewerkt om de Ut t rif. riYnw/l. nt>ofnm.n- -> I. ,7. J. uit de grond gestampt en 21/ uur etmaal klinken mededelingen ei Pingen door de aether, die er v gen, dat de redders komen ie waar hulp nodig is. berichtendienst gaande "te houden. Zij hebben nu versterking gekregen van r aor- personeel van andere diensten en vrij- weten wtlligers. Vijf telefoon-tóestellen zijn dikwijls nóg niet voldoende om de bc- Het centrum'van deze berichtendienst richtênstroom te verwerken; vier redac- Den Haag, aan de Wassenaarse- temen, acht. stenografen en twee weg 1,0, bij dé diénst. Het eerste bericht de geringsverklaring va,n Zondagmiddag van de studio, waar' over de ramp, die ons land had getroffen -1 is al door honderden andere gevolgd. Het blééle al spoedig noodzakelijk hen apart apparaat in het leven te 'roepen: telefonisten, die dag en nacht de binnen- telexisten hebben er hunhanden Het rode lampje boven de ingang Mo, waar cn:roevers van de omroepverenigingen v. jwiüig langduri ge diensten doen, brandt vele uren per dag. Dé stromen berLkien, die via mi crofoon en luidspreke r de luisteraars vi geheel Nedérland bereiken, zijn een Jle, m?êSt bijdrage van niet. te onderschatten be- uiteenlopende aard stenografisch opne- tekenïs in de strijd tegen het water.

Krantenbank Zeeland

Watersnood documentatie 1953 - kranten | 1953 | | pagina 3