TRUMPY
KEES BROEKMAN ziet jarenlange harde
training eindelijk met succes bekroond
O1
Wim v. d. Voort maakte Nederlandse
overwinning compleet
NE
wint altijd
Heerenveen niet gelukkig
6
LEEUWARDER COURANT
MAANDAG 2 FEBRUARI 1953
Europese schaatskampioenschappen te Hamar
nder doodse stilte ging het rood-wit-blauw aan de eremast omhoog, toen Sven Laft-
mann, scheidsrechter van het Europees kampioenschap in het hardrijden 1953 en
vice-president van de I.S.U., de 25-jarige Kees Broekman de grote groene krans met de
Nederlandse kleuren om de brede schouders legde: na zeven jaren van harde training,
van diepe teleurstellingen en fraaie successen, was de man uit de Lier er in geslaagd voor
de eerste maal in de geschiedenis van de schaatssport de Europese titel voor Nederland
te veroveren. Het Wilhelmus klonk als overwinningslied over de baan en vulde de tribunes
met zijn historische klanken, waarnaar de 16.000 toeschouwers met eerbied luisterden.
Broekman stapte van het erepodium af om op de buitenbaan een extra ronde te rijden
onder enthousiaste toejuichingen.
JEDERLAND vierde Zaterdag en Zondag grootse triomphen op de baan te
N Hamar. Op de 1500 meter veroverde Van der Voort de eerste plaats met
Broekman als tweede. Op de 5000 meter was Broekman winnaar met Van der
Voort als derde. Op de 10.000 meter veroverde Kees Broekman de eerste plaats
en eindigde Anton Huiskes als tweede. En in het algemeen klassement werd
Broekman kampioen, Van der Voort bezette de tweede plaats en Anton Huiskes
werd vijfde. Uit deze opsomming bleek duidelijk hoe sterk dit drietal rijders
heeft gereden.
NOG nimmer is de strijd om de Europese titel in de na-oorlogse jaren zo open
geweest als ditmaal, hetgeen duidelijk uit de stand na de eerste dag naar.
voren kwam. Want wel had Wim van der Voort de leiding na twee afstanden,
dank zij een goede 5Q0 meter en, de omstandigheden in aanmerking genomen,
voortreffelijke 5000 meter, maar de verschillen met de Oostenrijker Hans Offen-
berger, Kees Broekman (die gemakkelijk de 5000 meter won) en Ivar Martinsen
waren zo klein, dat niet de 1500 meter, maar de 10.000 meter van de tweede dag
de beslissing voor-het kampioenschap zou moeten brengen,
He weersomstandigheden waren Zater-
dag wel zeer ongunstig. Er stond
een harde, nare wind over de breedte
van de baan en er vielen voortdurend
sneeuwvlokjes uit de grauwe wolken
massa. De sneeuw zette zich vast op de
baan. Een grote ploeg sneeuwruimers
was aan het werk, maar de witte vlok
ken bleven op het ijs kleven, waardoor
het glijden moeilijk werd en de lichtere
rijders ongetwijfeld 'voordeel hadden.
De abnormale weersomstandigheden
waren ook van invloed op het bezoek,
dat op niet meer dan 5000 toeschouwers
kon worden geschat. En door al die on
gunstige factoren ontbrak de echte sfeer.
Snelle tijden werden er natuurlijk niet
gemaakt en de favorieten van het Noorse
publiek stelden zodanig teleur, dat het
enthousiasme buiten de baan ook al in
de buurt van het nulpunt stond.
Openingsceremonie
Na de gebruikelijke openingsceremo
nie, dit keer met veel rood-wit-blauw
en met Hollandse boerinnetjes op de
schaats, gevolgd door het Wilhelmus,
werd begonnen met de 500 meter.
Huiskes sloeg Carl Erik Asplund. De
tijd van Huiskes, 46,9 sec., was een aan
wijzing. dat er matige tijden zouden
worden gemaakt.
Salonen. een jeugdige blozende knaap
uit Helsinki, kraste vlot en knap over
het ijs en reed er een 44.4 seconden uit,
een bravourstukje onder deze omstan
digheden. Finn Hodt. die in de derde
serie startte, slaagde er niet in onder,
die tijd te komen.
Sverre Haugli geraakte reeds op de
eerste 100 meter tegen Wim van der
Voort achter. De Noorse kampioen werd
gemakkelijk door de Westlander geklopt
in 45.4 seconden. Kees Broekman ont
moette in de negende serie de Engels
man Hearn. Met 46.8 verrichtte hij een
zeer redelijke prestatie, bleef 0.1 sec.
vóór Huiskes, noteerde dezelfde tijd als
Haugli, maar deed twee volle seconden
onder voor de Finn Hodt.
Gerard Maarse ging te vroeg weg en
de tweede en derde maal weigerde het
pistool door de nattigheid. Na drie keer
tevergeefs vertrokken te zijn. ging onze
landgenoot, die alleen over de baan
moest, op tijd weg. Verder dan 46.2 sec.
kwam Maarse, die bovendien een slechte
binnenbocht nam, echter niet.
tempo, hetgeen zich op de tweede helft
van de 5 km misschien zou kunnen
wreken.
Dreigend gevaar
Broekman voelde het dreigende ge
vaar en zorgde ervoor, dat het verschil i
niet te groot werd, er op vertrouwend,!
dat de .boemerang", voor hem bestemd,
op Haugli terug zou vallen. En zo is het
tenslotte ook gegaan! Haugli had een te j
groot risico genomen en moest na 3000
meter (in 5 min. 20 sec. afgelegd) zijn
rondetijden tot 45 sec. laten zakken, een
tempo, dat Broekman uitstekend lag,
maar dat de Noor in de laatste ronden
i niet meer kon volgen. En met sec.
verschil werd Haugli door Broekman,
naar de tweede plaats verwezen. Een
gevoelige afstraffing na het brutale be
gin.
Dat het voor Broekman overigens ook
geen gemakkelijke rit was geweest bleek
wel uit het telkens veranderen van het
door Klaas Schenk aangegeven schema,
dat schommelde tussen 8 min. 40 sec. en
de 9 min. 5 sec. De laatste tijd kwam
tenslotte uit de bus, ruim voldoende
naar later zou blijken, voor een zeer
fraaie zege van onze landgenoot op deze
afstand. Anton Huiskes. trachtend winst
ook in de eerste ronde te nemen, had
vier slotronden van 46 sec., waardoor
hy met de vijfde plaats op deze afstand
genoegen moest nemen. Huiskes reed aan
het einde van de dag en ongetwijfeld
heeft deze handicap hem parten ge
speeld. Want de temperatuur was inmid
dels zo veel gestegen, dat men eerder
van een koud regentje dan van sneeuw
kon spreken.
Gerard Maarse won royaal van Finn
Hodt, maar zijn tijd van 9 min. 41.8 sec.
was niet voldoende om zich te klas
seren voor de 10.000 meter, waarop uit-
sluitend de twaalf snelste 5000-rijders
uitkwamen. Niet alleen Maarse en Finn
j Hodt zouden niet in het sluitstuk van
I dit kampioenschap kunnen meespelen,
maar ook Asplund en de beide Finnen
I Salonen en Salomaa werden uitgescha
keld.
Heftige strijd
Het ijs gleed steeds minder goed en
uit de aard der zaak werden de tij
den naarmate de wedstrijden vorder
den slechter. Degenen, die op de
5000 meter vroeg aan de start ver
schenen, verkeerden dus in een gun
stige positie. De rijders met een goede
techniek waren in het nadeel tegen
over de zwoegers en de sjouwers. De
conditie sprak een heel ernstig woord
je mee. En dat de drie Nederlandse
rijders Kees Broekman, Wim van der
Voort en Anton Huiskes zo uitste
kend stond geklaseerd was voor
een belangrijk deel te danken aan de
voortreffelijke lichamelijke conditie
waarin zij zich, dank zij de vele maan
den van serieuze voorbereiding,
bevonden.
Holwell sloeg op de 5000 meter Roald
Aas en Offenberger reed een uitstekende
wedstrijd tegen Pajor. Met 9.11.7 werd
de Oostenrijker het lichtbaken waarop
de schema's van alle andere deelnemers
werden afgesteld. Van der Voort no
teerde 9 min. 12.8 sec., na een zeer regel
matige rit. waarin hij het tempo voort
durend om de 44 en 45 sec. per ronde
liet draaien. En toen kwamen in de
vierde serie Sverre Haugld en Kees
Broekman tegenover elkaar: het hoogte
punt van de eerste dag. De Noorse
kampioen startte zeer snel. Offenberger
had 65 sec. genoteerd over 600 meter,
Sverre Haugli kwam op 62 sec. Vervol
gens had de Oostenrijker 42, 44 43 en
45 sec. laten afdrukken, waar Haugli
42 42, 43 en 42 sec. tegenover
stelde, een winst na 2200 meter van met
minder dan 8 sec. Wat moest Kees
Broekman doen? De tegenstander volgen
in dit „dolzinnig" tempo of zijn eigen
rhythme laten gelden, dat hem voor
schreef niet te snel te openen? De af
stand tussen Haugli, die soms met een
hand los reed en de bochten als een
zwoegend karrepaard, zwaar met het
hoofd zwaaiend nam, werd met elke
ronde groter en na 2000 meter schatten
wij het verschil op circa 30 meter. De
tactiek van Sverre Haugli was duidelijk:
door een zeer snel begin wilde hij pro
beren Broekman van zich af te schud
den óf hem te forceren in een te hoog
v. d. Voort ontembaar
op 1500 m
De eerste 300 meter van de 1500 m
j werd in 29 sec. gereden, de volgende
I ronde in 36 sec., vervolgens 37 sec. en
een slotronde van 38.1 sec., totaaltïjd 2
min. 20.1 sec. De specialist op dit num-
mer, Roald Aas, bleef 0.4 sec. boven die
tijd en toen Offenberger, die na de
eerste dag de tweede plaats had ingeno
men in het klassement geslagen werd
door Salomaa, zag het er naar uit, dat
de titel of bij Van der .Voort of bij
Broekman terecht zou komen. Aange
zien het vrijwel vaststond dat Broekman
de 10 km zou winnen werd in grote
i spanning de rit tussen Van der Voort en
Martinsen afgewacht.
Immers, indien Van der Voort niet
onder de tijd van Broekman zou
kunnen eindigen, zou Broekman ook
de 1500 meter winnen en met drie
overwinningen op vier afstanden zou
het in alle opzichten zeker zijn, dat
Broekman kampioen werd. Maar
Van der Voort zette de tanden extra
op elkaar. Niet alleen wilde hij een
faire sportieve strijd tegen zijn
ploeggenoot leveren, maar boven
dien vocht hij voor de eigen kans op
de titel.
Hij stond immers no. één na twee af
standen en indien hij de 1500 meter met
flink verschil zou winnen zou Broekman
zich extra moeten inspannen om de 10
km met voldoende speling voor het ver
overen van de titel te winnen. Van der
Voort toonde aan. dat zijn vorm dit
seizoen nog beter is dan het vorig jaar.
Hij heeft zijn cadans hervonden. Het
glijden ging hem gemakkelijk af, de
Klassementen
500 meter:
1. Toivo Salonen 44.4, 2. Fin
Hodt 44.8, 3. Ivar Martinsen 45.3,
4. Wimv. d. Voort 45.4, 5-Kaukko
Salomaa 45.7, 6. Franz Offenber
ger 46.1, 7. Gerard Maarse 46.2,
8. Ferenc Loerinc 46.8, 9. Kees
Broekman 46.8, 12. Anton Huis
kes 46.9.
5000 meter:
1. Kees Broekman 9.05.0, 2.
Offenberger 9.11.7, 3. Wim van
der Voort 9.12.8, 4. Sverre Hau
gli 9.13.5, 5. Anton Huiskes 9.16.5
6. Holwell 9.19.9, 7. Martinsen
9.21.0, 8. Roald Aas 9.23.0,
9. Stroem 9.27.2, 10. Kornel
Pajor 9.27.4, 14. Gerard Maarse
9.41.8.
1500 meter:
1. Wim van der Voort 2.19.5, 2.
Kees Broekman 2.20.1, 3. Roald
Aas 2.20.5, 4. Carl Erik Asplund
2.22.3, 5. Ivar Martinsen 2.22.4,
6. Sverre Haugli 2.22.7, 7. Arthur
Mannsbarth 2.23.3, 8. Kaukko
Salomaa 2.24.0, 9. Franz Offen
berger 2.24.2, 10. Norman Hol
well 2.24.3, 12. Anton Huiskes
2.25.0, 15. Gerard Maarse 2.26.2.
10.000 meter;
1. Kees Broekman 17.13.0, 2.
Anton Huiskes 17.20.0, 3. Sverre'
Haugli 17.38.7, 4. Ivar Martinsen
17.44.0, 5. Norman Holwell
17.47.4, 6. Kornel Pajor 17.48.8,
7. Wim van der Voort 17.50.2,
8. Arthur Mannbarth 17.50.7,
9. John Hearn 17.52.2, 10. Franz
Offenberger 17.54.7, 11. Roald
Aas 17.58.8, 12 Gunnar Stroem
18.22.8.
Eindklassement:
1. en Europees kampioen Kees
Broekman 199.650 pnt., 2. Wim
van der Voort 200.690 pnt., 3.
Ivar Martinsen (Noorw.) 202.067
pnt., 4. Sverre Haugli (Noorw.)
202.652 pnt., 5. Anton Huiskes
(Ned.) 202.883 pnt., 6. Frans
Offenberger (Oost.) 203.072 pnt.,
7. Roald Aas (Noorw.) 204.273
pnt., 8. Norman Holwell (GB)
204.560 pnt., 9. Kornel Pajor
(Zweden) 206.347 pnt., 10. Arthur
^Mannsbart (Oost.) 207.172 pnt.
de leiding nemen. Hij noteerde 28.5 sec.
voor de eerste 300 meter, vervolgens 36
sec. en 38.5 sec. waarmede hij met nog
één ronde te rijden een volle seconde op
Broekman achter lag. Maar Van der
Voort had een tactische rit gereden en
met een fantastisch snelle laatste ronde,
waarin hij alle reserves uit zijn krachtig
lichaam perste, wierp hij zich met beide
armen los op de laatste honderd meter
op de finish toe. De luidspreker kon
digde aan: 2 min. 19.5 sec. Broekman
was met 0.6 sec. overtroefd. De tijd van
Van der Voort over de laatste 400 meter
bedroeg 36.2 sec. en die van Broekman
38.1 sec.
Na 3 afstanden had Van der Voort de
leiding met 147.180 punten, Broekman
bezette de tweede plaats met 148.000
punten precies. Vervolgens kwam Ivar
Martinsen met 148.867 punten. Deze
verschillen betekenden, dat Kees Broek
man ten minste 16.4 seconde sneller
moest zijn op de 10.000 meter, wilde hij
Wim van der Voort van de eerste plaats
kunnen verdringen. En voorts zou Ivar
Martinsen ongeveer 35 sec. korter over
de 10 km moeten doen wilde hij een kans
maken onze landgenoot van de tweede
plaats te verdringen.
Heerenveen moest het ditmaal met
twee invallers doen. Naast Jaap de Jong
ontbrak ook Imke de Jong (militair).
Heïda bezette nu de rechtsbackplaats.
Molenaar, die Liemburg verving, Van
-der Oord en Zwerver vormden de mid
denlinie. Ondanks deze wijzigingen heeft
Heerenveen een behoorlijke wedstrijd
•gespeeld en voor het 17.000-koppige
•publiek was de ontmoeting zeer attrac
tief.
De manier, waarop de Friezen de lei
ding namen, was vrij gelukkig. Na een
kwartier ontving de vrijstaande Engels
•een pass van Hofma. Linksback Groen
veranderde de baan van de bal en doel
man Peters werd kansloos geslagen
(01). Die voorsprong was op dat
moment zeker geflatteerd. De aanvallen
•van Enschede waren even talrijk, maar
door te kort spel bleef de hard werkende
defensie van Heerenveen de baas.
Na de hervatting kreeg Heerenveen
een overwicht. Peters moest een kun-
•dige redding uitvoeren bij een schot van
Abe Lenstra en ook overigens kregen de
Friezen nu de betere kansen. Abe aan
De beslissing
Gezien de krachtsverhoudingen, was
het duidelijk, dat Broekman zou kunnen
slagen. Maar ook bestond er geen twijfel
over dat Ivar Martinsen. de favoriet van
het Noorse publiek, er nooit in zou
slagen om 35 sec. sneller te zijn dan
Van der Voort. Natuurlijk was de loting
van de volgorde der zes koppels belang
rijk. In het tweede paar reed Martinsen,
in het derde Huiskes, in het vierde paar
Kees Broekman (tegen Offenberger) en
in het vijfde Van der Voort tegen Haugli.
Onderling werd afgesproken dat zowel
Broekman als Huiskes op een schema
van 17 min. 17 sec. zouden rijden, waar
toe ijs en weer wel aanleiding gaven.
Het ijs was er niet slechter op geworden,
ook al in verband met een lichte opkla
ring. waardoor de temperatuur iets
daalde. Ivar Martinsen begon goed,
maar zakte na 5000 meter af met ronden
van 43 sec. en eindigde op 17 min. 44
sec., 10 seconden boven zijn persoonlijk
record. Anton Huiskes, nog wat stijf van
zijn zware 5000 m., draaide zich eerst
warm met ronden van gemiddeld 42 sec.
(Advertentie I. M.)
Evenals de vorige week tegen Vitesse, is Heerenveen ook tegen Enschede in
de laatste minuten niet gelukkig geweest. Met de allerlaatste kopbal van de
wedstrijd bereikte Enschede een gelijk spel, dat naar de krachtsverhoudingen
evenwel verdiend was. Desondanks bleef het voor Heerenveen een ietwat sneu
einde (22).
FVC had het moeilijk
FVC heeft de moeilijke uitwedstrijd
tegen Hoogezand tot een goed einde ge
bracht. Met een 10 zege verlieten de
jongens uit Huizum het veld achter
Instituut Hommes. Verdiend was de
overwinning echter niet, omdat vooral in
de tweede helft Hoogezand verreweg het
beste van het spel had. De ene na de
dndere aanval werd op het Friese doel
ondernomen, maar doelman De Jong
was in topvorm en aan hem is FVC dan
ook grote dank verschuldigd. Telkens
was het De Jong, die door zijn koel
bloedig ingrijpen een doelpunt voor
kwam, toen dat onvermijdelijk leek.
Achtmaal heeft de doelverdediger FVC
ten koste van een hoekschop redding
moeten brengen. Hoogezand miste drie
harer beste speler: Koster, Scholtens en
doelman Aten. waardoor het in het be
gin niet erg wilde vlotten. FVC nam dan
ook direct het spel in handen en na een
klein kwartier kwam ook al naar
later bleek het beslissende doelpunt
van de voet van Stelnstra (10). De
Huizumers konden ondanks een over
wicht in de eerste helft toch niet meer
treffers fabriceren. Daardoor moesten zij
in de tweede helft met de rug tegen de
muur staande doelpunten voorkomen,
wat is gelukt.
De 5000 meter werden afgelegd in 8 min.
43 sec. Daarna noteerde Huiiskes, de
man met een zuiver tempogevoel, ge
regeld ronden van 41 sec.. Hij had de
stijfheid onder het rijden van zich afge
schud en dankzij zijn stralende conditie
kon hij op de voortreffelijke totaaltiid
van 17 min. 20 sec. komen. Hij sloeg zijn
tegenstander Holwell met een halve
baan.
Waardig kampioen
Broekman had een zeer snelle 5000
meter. Na 43 sec. en 40 sec. noteerde de
Lierenaar zeven ronden van 41 sec. in
successie en daarna vijf stnks van 42
sec. Over de helft van de afstand deed
hij 8 min. 35 sec. en weer ging hij over
op een tempo van 41 sec. per ronde, tot
hij drie ronden voor het einde de arme
Offenberger bijna had ingehaald. Met
11 tot 12 slagen over de rechte einden,
prachtig uitgebalanceerd in een stijl,
welke aan die van Andersen deed den
ken, was hij over de baan gegaan. Broek
man reed nog twee ronden van 42 en 43
sec., maar ziin slotronde van 40 sec. was
weer fantastisch en een Europees kam
pioen waardig. Op het bord der uitsla
gen verschenen de trotse cijfers: 17 min.
13 sec., 7 seconden sneller dan Anton
Huiskes.
In de volgende serie moest Van der
Voort, die tegen de kansloze Haugli
•reed, bewijzen dat of hij dan wel Broek
man de sterkste over de vier afstanden
was. Hii mocht een tijd van 17 min. 29.4
sec. noteren om gelijk in het klassement
•te eindigen. Het was duidelïik, dat Van
•der Voort hierin niet zou slagen. Hij
moest Sverre Haugli laten gaan. verloor
steeds meer seconden aan Broekman..
Maar toch deed de tuinder uit het West-
land het niet slecht en met 17 min. 50.2
sec. veroverde hij een zekere tweede
plaats in het algemeen klassement, daar
mede de triomf van Nederland volledig
makend.
(Advertentie L M.)
f Recla Sludi
Een album met Uw
Voetbal favorieten
met afbeeldingen van 56 eerste klasse
elftallen, gratis bij inlevering van 24 omslagen
van de Mars- of /Vttfs-Choeolade vóór
30 April a.s. bij de N.V. Mars-Chocolade
fabrieken, Sloterkade 10-11, Amsterdam (W).
Tot nadere aankondiging geeft Uw winkelier U voor 6 \Ts of 6 N's
van de MARS- of NUTS-Chocolade gratis 1 stuk Mars-Chocolade.
de ene kant en Frölioh aan de andere
troffen nog eens de lat. Een kwartier
voor het einde werd er weer gedoelpunt.
Ensohede's midvoor Moddejonge Jr.
•zwenkte naar rechts en Nijenhuis kreeg
bij zijn harde, diagonale schot geen kans
(11). In de volgende minuut hernam
Heerenveen echter de voorsprong. Abe
Lenstra drong door de gehele verdedi
ging en passeerde Peters onhoudbaar
(12). Die stand scheen gehandhaafd
te blijven. Het fel opdringende Enschede
kreeg evenwel in de laatste seconden de
beloning voor de wilskracht. Uit een
•hoekschop van Alberts kopte rechtshalf
Moddejonge Sr. de bal uit een kluwen
van spelers in het net (22). Er werd
niet meer afgetrapt.
Zwaagwesteinde en LSC
deelden de buit
Het was een slechte wedstrijd tussen
Zwaagwesteinde en LSC. LSC verscheen
met een vijftal invallers, allen juniores,
die echter hun plaatsen dubbel en dwars
waard waren en van wie Hartkamp Jr.
zelfs twee goede doelpunten wis te scoren.
LSC kwam in de eerste helft wel heel
gelukkig aan een 20 voorsprong, door
dat kort achter elkaar een der achterspe
lers van Zwaagwesteinde een bal ongeluk
kig op zijn schoen kreeg, waardoor deze
van richting veranderde en doelman
Schuurs het nakijken had.
Dat was een geduchte tegenslag voor
Zwaagwesteinde, doch moedig streed men
verder en kort voor rust was het KI.
Prins, die met een mooi schot de achter
stand tot 12 wist te reduceren, waar
mede ook de rust kwam.
Na de rust moest Zwaagwesteinde tegen
de straffe wind optomen en ging het spel
steeds op en neer met beide partijen af
wisselend in de aanval. Tot een kwartier
voor het einde gebeurde er verder weinig
dat het vermelden waard was, doch het
laatste kwartier werd sensationeel.
Eerst was het A. Kloetstra, die 'n fraaie
voorzet gaf, waaruit KI. Prins ineens in
schoot (22) waarop echter LSC direct
een antwoord klaar had en Hartkamp Jr.
door een mooi doelpunt LSC opnieuw aan
deleiding hielp (23). Nu was het wee.
de beurt aan Zwaagwesteinde en toen Tj.
de Bruin zich meester van "t leer maakte,
bracht hij de partijen andermaal op gelijke
voet (33). Doch opnieuw kwam LSC
terug en het was weer Hartkamp Jr., die
Schuurs met een mooi en strak schot op
nieuw liet vissen (34).
Het was in de allerlaatste minuut van
de wedstrijd, dat Tj. de Bruin zich in het
bezit van de bal wist' te stellen en met
mooi strak schot de eindstand op 4-
bracht.
(Advertentie I.M.J
Dcukkmj. tisvna
TUINEN 66 LEEUWARDEN OPG. 1892
V oetbaluitslagen
EERSTE KLASSE A:
G V A V—N E C
EERSTE KLASSE B:
Go AheadElinkwijk
Vitesse—Be Quick
EnschedeHeerenveen
EERSTE KLASSE D:
P S V—T E C
NOORD
TWEEDE KLASSE A:
VelocitasG R C
HoogezandF V C
ZwaagwesteindeL S C
TWEEDE KLASSE B:
VeendamAppingedam 30
W V VAsser Boys 20
EmmenMuntendam 23
Eext—H S C 1—2
VIERDE KLASSE A:
M K VBakhuizen 52
C A B—R E S 2—4
Hark. Boys snoept Workum
beide punten af
Hark.-Boys snoepten Workum belde
puntjes af en nestelden zich door deze
zege op de bovenste plaats!
Ondanks storm- en regenvlagen heu-
ben ze het in Workum aangedurfd om de
wedstrijd Workum—Hark. Boys te laten
doorgaan. De overige wedstrijden werden
afgelast!
Over bovengenoemd treffen valt wei
nig fraais te vermelden. De Boys waren
de eerste helft het meest in het offensief
maar de windvlagen maakten zuiver
plaatsen totaal onmogelijk.
Na drie kwartier hard zwoegen, moest
met 00 worden gedraaid.
In de tweede halft waren 't de gastheren
die de toon aangaven, maar doelpunten
bleven uit. De gasten hadden toen geluk,
toen midvoor Borger eindelijk een raak
schot wist te lossen 01. In deze stand
kwam geen verandering meer, hoe Wor
kum ook trachtte om de balans in even
wicht te brengen. Door deze zege gaan
de Boys nu aan de kop.
llllllllllllililHlIilliilllHI
UIT ANDERE
BLADEN
Regionale of nationale M. L. S.?
Het „Friesch Landbou wb 1 a d"
(Fr. My. v. Landbouw) geeft commentaar
op de opmerkingen, die in'het Voorlopig
Verslag van de Eerste Kamer betreffende
de stichting van een Middelbare Land
bouwschool in Leeuwarden naar voren ge
bracht zijn; deze opmerkingen wraakten
n.l. het voorgenomen regionale karakter
van de te stichten school (terwijl de Friese
kwestie er ook nog met de haren bij ge-
sleept werd) en drongen aan op een „lan
delijke" instelling; het Fr. L. wijst er even
wel op, dat de bestaande scholen in Gro
ningen en Dordrecht ook lang niet vrij van
regionale trekken zijn:
„Regionale trekken zal men overigens
niet alleen kunnen waarnemen in de
samenstelling der M.L.S.-leerlingen naar
hun herkomst. Hetzelfde verschijnsel doet
zich, blijkens een enige jaren geleden ver
schenen rapport, eveneens voor ten aan
zien van de studenten aan onze Universi
teiten. Waar de huisvestings- en reiskosten
steeds een zeer belangrijke rol spelen in
het uitgavencomplex ten behoeve van
leerling en student, behoeft dit ook geens
zins te verbazen. Juist daarom kan rustig
vastgesteld worden, dat tal van M. L. S.-
waardige Friese boerenzoons tegenwoordig
genoegen moeten nemen met een R.L.W.S.-
opleiding. Hierin verbetering te brengen
is het eerste doel. dat ons hier in Fries
land voor ogen staat bij ons streven om
te geraken tot een M.L.S. te Leeuwarden.
Daar komt dan nog een zeer belangrijk
regionaal aspect bij, n.l. dit, dat het aan
deze school te geven onderwijs gedeeltelijk
afgestemd zal moeten zijn op de Friese
landbouw. En deze heeft in zoverre een
apart gezicht, dat de voortbrenging van
edele producten centraal staat. Men denke
slechts aan de rundveefokkerij, de zuivel
en de belangrijke poter- en zaaizaadteelt.
Op vele dezer terreinen bezit Friesland een
voorsprong, welke men bezwaarlijk met
een beroep op het nationale belang zal
kunnen afremmen. Veeleer zal men er
elders naar moeten streven ook dit peil te
bereiken. Zijn daartoe M.L.S.-en nodig,
welnu, de stichting daarvan mag om der
wille van een gestage verhoging van de
productiviteit van de Nederlandse land
bouw, niet achterwege gelaten worden. Het
Groninger standpunt mist deze nationale
visie, is enkel conservatief te eigen be
hoeve. Daarmede is niet gezegd, dat de
totstandkoming van een M.L.S. te Leeu
warden geen Fries belang is. Maar welk
een gelukkige omstandigheid dat hierin
het nationale Nederlandse belang hand in
hand gaat met het Friese."
Beginsel en materieel belang
In „Doorbraak" (prot. chr. werk
gemeenschap in PvdA) verzet mr. dr. A.
A. van Rhijn zich tegen de dikwijls (zo
onlangs nog in de Eerste Kamer) geuite
beschuldigingen tegen het democratisch-
socialisme, als zou dit uit een materialis
tische levenshouding leven en meer op het
ogenblikkelijk materieel belang zien dan
op het beginsel; de schrijver acht dit een
grof verwijt en een volkomen mistekening
en ontkent, dat de confessionele partijen
alleen „het beginsel" voor zich mogen op
eisen, om de anderen als beginselloos voor
tè stellen of de socialisten als onverbeter
lijke optimisten te beschouwen:
„De geestelijke opvattingen der 19de
eeuw kenmerkten zich door een sterk op
timistische kijk. Het invloedrijke libera
lisme b.v. verwachtte wonderen van de
uitbreiding van 't onderwijs. Ook de gods
dienstige stromingen van die dagen waren
door dit optimisme bevangen. De invloed
der evolutieleer, de ontwikkeling der we
tenschappen, de vooruitgang der techniek,
enz., deden de plaats van de rede sterk
overschatten. Het is begrijpelijk, dat het
socialisme, dat in de 19de eeuw werd ge
boren. aan de heersende geestesstromingen
niet ontkwam. Het Historisch-Materïalis-
me, dat daarbij de drijvende kracht vorm
de, koesterde inderdaad de optimistische
verwachting alsof veranderde maatschap
pelijke en economische verhoudingen een
andere en betere mens zouden doen ont
staan. Maar op de 19de eeuw is de 20sle
eeuw gevolgd. Twee wereldoorlogen o.a.
zijn over ons heengegaan. De geest van
optimisme heeft plaats gemaakt voor meer
reële opvattingen. De reële opvattingen
doen ons zien, dat wij op particulier initia
tief en vrije economische krachten in de
maatschappij geen al te grote verwachtin
gen kunnen bouwen. Zij hebben tot ern
stige misstanden geleid. Deze misstanden
doen ons de hulp van de Overheid inroe
pen om een betere en meer rechtvaardige
orde te vestigen. Ongegrond optimist is
niet de democratisch-socialist, maar juist
de liberaal, die het mogelijk acht het ge
voel van persoonlijke verantwoordelijk
heid tot ontwikkeling te laten komen in
een maatschappij, die zoveel onrecht be
vat. Voor de kleine groep bevoorrechten
mogen er ontwikkelingsmogelijkheden zijn,
de grote massa zal zich haar verantwoor
delijkheid pas goed bewust kunnen zijn.
wanneer zij door een grotere invloed in het
productieproces een ruimer aandeel in de
vruchten der cultuur, een meer menswaar
dig bestaan ontvangt."
Gewestelijke geboortecijfers
„De Verzekeringsbod e",
over de geboortecijfers schrijvende, consta
teert dat na een hoogtepunt in 1876 er een
geleidelijke daling plaats greep met een
voorlopig dieptepunt in 1919, waarna het
cijfer weer rees om in 1937 met 19.8 p. m.
wel zéér laag te vallen; het jaar 1946 toon
de een toppunt (30.2 p. m.), maar sedert
dien was er weer een daling op te merken
tot op het toch nog relatief hoge niveau
van 22.3 p.m. in 1951:
„Uit de cijfers blijkt van een algemene
daling sedert 1946, welke het sterkst tot
uiting gekomen is in de provincies Gronin
gen 38.5 pet.) en verder in Noord-Hol-
lan 26.7 pet.) en in Zuid-Holland 27.9
pet.) De daling heeft zich het minst doen
gevoelen in de beide zuidelijke gewesten
van ons land en wel in Noord-Brabant
7.2 pet.) en in Limburg 0.4 pet.)
Soms. zoals in Friesland, Drente, Overijsel.
Gelderland, Zeeland, en Limburg,bereik
ten de indexcijfers in 1950 een dieptepunt,
dat in het jaar nadien weer door een, zij
het lichte, stijging gevolgd werd. Hoezeer
in deze jaren de verhoudingen verschoven
zijn, blijkt, wanneer men 't aantal levend
geboren kinderen in Noord-Holland, Zuid-
Holland en Utrecht, de drie westelijke pro
vincies van ons land. totaliseert. Dan be
draagt dit cijfer in 1946: 48.1 pet. van het
totaal voor geheel Nederland. Dat gemid
delde daalt geleidelijk via 44.4 pet. in 1949
en 44.6 pet. in 1950 tot 43.8 pet. in 1951. In
tegenstelling met de van ouds gevestigde
„regels van de kunst" vindt men in 1946
de hoogste geboortecijfers in Gelderland.
Utrecht en Zuid-Holland. Deze uitbarsting
is van slechts korte duur geweest, want,
al blijven de cijfers nog hoog, in 1947 komt
de leiding weer in handen van Drente
(29.0 p. m.). Noord-Brabant (30.6 p.m.) en
Limburg (28.9 p.m.) En Zeeland (24.6 pjn.)
Groningen (25.6 p.m.) en Noord-Holland
(26.4 p.m.) geraken weer op de achter
grond en onderaan de lijst."