TRUMPY KEES BROEKMAN ziet jarenlange harde training eindelijk met succes bekroond O1 Wim v. d. Voort maakte Nederlandse overwinning compleet NE wint altijd Heerenveen niet gelukkig 6 LEEUWARDER COURANT MAANDAG 2 FEBRUARI 1953 Europese schaatskampioenschappen te Hamar nder doodse stilte ging het rood-wit-blauw aan de eremast omhoog, toen Sven Laft- mann, scheidsrechter van het Europees kampioenschap in het hardrijden 1953 en vice-president van de I.S.U., de 25-jarige Kees Broekman de grote groene krans met de Nederlandse kleuren om de brede schouders legde: na zeven jaren van harde training, van diepe teleurstellingen en fraaie successen, was de man uit de Lier er in geslaagd voor de eerste maal in de geschiedenis van de schaatssport de Europese titel voor Nederland te veroveren. Het Wilhelmus klonk als overwinningslied over de baan en vulde de tribunes met zijn historische klanken, waarnaar de 16.000 toeschouwers met eerbied luisterden. Broekman stapte van het erepodium af om op de buitenbaan een extra ronde te rijden onder enthousiaste toejuichingen. JEDERLAND vierde Zaterdag en Zondag grootse triomphen op de baan te N Hamar. Op de 1500 meter veroverde Van der Voort de eerste plaats met Broekman als tweede. Op de 5000 meter was Broekman winnaar met Van der Voort als derde. Op de 10.000 meter veroverde Kees Broekman de eerste plaats en eindigde Anton Huiskes als tweede. En in het algemeen klassement werd Broekman kampioen, Van der Voort bezette de tweede plaats en Anton Huiskes werd vijfde. Uit deze opsomming bleek duidelijk hoe sterk dit drietal rijders heeft gereden. NOG nimmer is de strijd om de Europese titel in de na-oorlogse jaren zo open geweest als ditmaal, hetgeen duidelijk uit de stand na de eerste dag naar. voren kwam. Want wel had Wim van der Voort de leiding na twee afstanden, dank zij een goede 5Q0 meter en, de omstandigheden in aanmerking genomen, voortreffelijke 5000 meter, maar de verschillen met de Oostenrijker Hans Offen- berger, Kees Broekman (die gemakkelijk de 5000 meter won) en Ivar Martinsen waren zo klein, dat niet de 1500 meter, maar de 10.000 meter van de tweede dag de beslissing voor-het kampioenschap zou moeten brengen, He weersomstandigheden waren Zater- dag wel zeer ongunstig. Er stond een harde, nare wind over de breedte van de baan en er vielen voortdurend sneeuwvlokjes uit de grauwe wolken massa. De sneeuw zette zich vast op de baan. Een grote ploeg sneeuwruimers was aan het werk, maar de witte vlok ken bleven op het ijs kleven, waardoor het glijden moeilijk werd en de lichtere rijders ongetwijfeld 'voordeel hadden. De abnormale weersomstandigheden waren ook van invloed op het bezoek, dat op niet meer dan 5000 toeschouwers kon worden geschat. En door al die on gunstige factoren ontbrak de echte sfeer. Snelle tijden werden er natuurlijk niet gemaakt en de favorieten van het Noorse publiek stelden zodanig teleur, dat het enthousiasme buiten de baan ook al in de buurt van het nulpunt stond. Openingsceremonie Na de gebruikelijke openingsceremo nie, dit keer met veel rood-wit-blauw en met Hollandse boerinnetjes op de schaats, gevolgd door het Wilhelmus, werd begonnen met de 500 meter. Huiskes sloeg Carl Erik Asplund. De tijd van Huiskes, 46,9 sec., was een aan wijzing. dat er matige tijden zouden worden gemaakt. Salonen. een jeugdige blozende knaap uit Helsinki, kraste vlot en knap over het ijs en reed er een 44.4 seconden uit, een bravourstukje onder deze omstan digheden. Finn Hodt. die in de derde serie startte, slaagde er niet in onder, die tijd te komen. Sverre Haugli geraakte reeds op de eerste 100 meter tegen Wim van der Voort achter. De Noorse kampioen werd gemakkelijk door de Westlander geklopt in 45.4 seconden. Kees Broekman ont moette in de negende serie de Engels man Hearn. Met 46.8 verrichtte hij een zeer redelijke prestatie, bleef 0.1 sec. vóór Huiskes, noteerde dezelfde tijd als Haugli, maar deed twee volle seconden onder voor de Finn Hodt. Gerard Maarse ging te vroeg weg en de tweede en derde maal weigerde het pistool door de nattigheid. Na drie keer tevergeefs vertrokken te zijn. ging onze landgenoot, die alleen over de baan moest, op tijd weg. Verder dan 46.2 sec. kwam Maarse, die bovendien een slechte binnenbocht nam, echter niet. tempo, hetgeen zich op de tweede helft van de 5 km misschien zou kunnen wreken. Dreigend gevaar Broekman voelde het dreigende ge vaar en zorgde ervoor, dat het verschil i niet te groot werd, er op vertrouwend,! dat de .boemerang", voor hem bestemd, op Haugli terug zou vallen. En zo is het tenslotte ook gegaan! Haugli had een te j groot risico genomen en moest na 3000 meter (in 5 min. 20 sec. afgelegd) zijn rondetijden tot 45 sec. laten zakken, een tempo, dat Broekman uitstekend lag, maar dat de Noor in de laatste ronden i niet meer kon volgen. En met sec. verschil werd Haugli door Broekman, naar de tweede plaats verwezen. Een gevoelige afstraffing na het brutale be gin. Dat het voor Broekman overigens ook geen gemakkelijke rit was geweest bleek wel uit het telkens veranderen van het door Klaas Schenk aangegeven schema, dat schommelde tussen 8 min. 40 sec. en de 9 min. 5 sec. De laatste tijd kwam tenslotte uit de bus, ruim voldoende naar later zou blijken, voor een zeer fraaie zege van onze landgenoot op deze afstand. Anton Huiskes. trachtend winst ook in de eerste ronde te nemen, had vier slotronden van 46 sec., waardoor hy met de vijfde plaats op deze afstand genoegen moest nemen. Huiskes reed aan het einde van de dag en ongetwijfeld heeft deze handicap hem parten ge speeld. Want de temperatuur was inmid dels zo veel gestegen, dat men eerder van een koud regentje dan van sneeuw kon spreken. Gerard Maarse won royaal van Finn Hodt, maar zijn tijd van 9 min. 41.8 sec. was niet voldoende om zich te klas seren voor de 10.000 meter, waarop uit- sluitend de twaalf snelste 5000-rijders uitkwamen. Niet alleen Maarse en Finn j Hodt zouden niet in het sluitstuk van I dit kampioenschap kunnen meespelen, maar ook Asplund en de beide Finnen I Salonen en Salomaa werden uitgescha keld. Heftige strijd Het ijs gleed steeds minder goed en uit de aard der zaak werden de tij den naarmate de wedstrijden vorder den slechter. Degenen, die op de 5000 meter vroeg aan de start ver schenen, verkeerden dus in een gun stige positie. De rijders met een goede techniek waren in het nadeel tegen over de zwoegers en de sjouwers. De conditie sprak een heel ernstig woord je mee. En dat de drie Nederlandse rijders Kees Broekman, Wim van der Voort en Anton Huiskes zo uitste kend stond geklaseerd was voor een belangrijk deel te danken aan de voortreffelijke lichamelijke conditie waarin zij zich, dank zij de vele maan den van serieuze voorbereiding, bevonden. Holwell sloeg op de 5000 meter Roald Aas en Offenberger reed een uitstekende wedstrijd tegen Pajor. Met 9.11.7 werd de Oostenrijker het lichtbaken waarop de schema's van alle andere deelnemers werden afgesteld. Van der Voort no teerde 9 min. 12.8 sec., na een zeer regel matige rit. waarin hij het tempo voort durend om de 44 en 45 sec. per ronde liet draaien. En toen kwamen in de vierde serie Sverre Haugld en Kees Broekman tegenover elkaar: het hoogte punt van de eerste dag. De Noorse kampioen startte zeer snel. Offenberger had 65 sec. genoteerd over 600 meter, Sverre Haugli kwam op 62 sec. Vervol gens had de Oostenrijker 42, 44 43 en 45 sec. laten afdrukken, waar Haugli 42 42, 43 en 42 sec. tegenover stelde, een winst na 2200 meter van met minder dan 8 sec. Wat moest Kees Broekman doen? De tegenstander volgen in dit „dolzinnig" tempo of zijn eigen rhythme laten gelden, dat hem voor schreef niet te snel te openen? De af stand tussen Haugli, die soms met een hand los reed en de bochten als een zwoegend karrepaard, zwaar met het hoofd zwaaiend nam, werd met elke ronde groter en na 2000 meter schatten wij het verschil op circa 30 meter. De tactiek van Sverre Haugli was duidelijk: door een zeer snel begin wilde hij pro beren Broekman van zich af te schud den óf hem te forceren in een te hoog v. d. Voort ontembaar op 1500 m De eerste 300 meter van de 1500 m j werd in 29 sec. gereden, de volgende I ronde in 36 sec., vervolgens 37 sec. en een slotronde van 38.1 sec., totaaltïjd 2 min. 20.1 sec. De specialist op dit num- mer, Roald Aas, bleef 0.4 sec. boven die tijd en toen Offenberger, die na de eerste dag de tweede plaats had ingeno men in het klassement geslagen werd door Salomaa, zag het er naar uit, dat de titel of bij Van der .Voort of bij Broekman terecht zou komen. Aange zien het vrijwel vaststond dat Broekman de 10 km zou winnen werd in grote i spanning de rit tussen Van der Voort en Martinsen afgewacht. Immers, indien Van der Voort niet onder de tijd van Broekman zou kunnen eindigen, zou Broekman ook de 1500 meter winnen en met drie overwinningen op vier afstanden zou het in alle opzichten zeker zijn, dat Broekman kampioen werd. Maar Van der Voort zette de tanden extra op elkaar. Niet alleen wilde hij een faire sportieve strijd tegen zijn ploeggenoot leveren, maar boven dien vocht hij voor de eigen kans op de titel. Hij stond immers no. één na twee af standen en indien hij de 1500 meter met flink verschil zou winnen zou Broekman zich extra moeten inspannen om de 10 km met voldoende speling voor het ver overen van de titel te winnen. Van der Voort toonde aan. dat zijn vorm dit seizoen nog beter is dan het vorig jaar. Hij heeft zijn cadans hervonden. Het glijden ging hem gemakkelijk af, de Klassementen 500 meter: 1. Toivo Salonen 44.4, 2. Fin Hodt 44.8, 3. Ivar Martinsen 45.3, 4. Wimv. d. Voort 45.4, 5-Kaukko Salomaa 45.7, 6. Franz Offenber ger 46.1, 7. Gerard Maarse 46.2, 8. Ferenc Loerinc 46.8, 9. Kees Broekman 46.8, 12. Anton Huis kes 46.9. 5000 meter: 1. Kees Broekman 9.05.0, 2. Offenberger 9.11.7, 3. Wim van der Voort 9.12.8, 4. Sverre Hau gli 9.13.5, 5. Anton Huiskes 9.16.5 6. Holwell 9.19.9, 7. Martinsen 9.21.0, 8. Roald Aas 9.23.0, 9. Stroem 9.27.2, 10. Kornel Pajor 9.27.4, 14. Gerard Maarse 9.41.8. 1500 meter: 1. Wim van der Voort 2.19.5, 2. Kees Broekman 2.20.1, 3. Roald Aas 2.20.5, 4. Carl Erik Asplund 2.22.3, 5. Ivar Martinsen 2.22.4, 6. Sverre Haugli 2.22.7, 7. Arthur Mannsbarth 2.23.3, 8. Kaukko Salomaa 2.24.0, 9. Franz Offen berger 2.24.2, 10. Norman Hol well 2.24.3, 12. Anton Huiskes 2.25.0, 15. Gerard Maarse 2.26.2. 10.000 meter; 1. Kees Broekman 17.13.0, 2. Anton Huiskes 17.20.0, 3. Sverre' Haugli 17.38.7, 4. Ivar Martinsen 17.44.0, 5. Norman Holwell 17.47.4, 6. Kornel Pajor 17.48.8, 7. Wim van der Voort 17.50.2, 8. Arthur Mannbarth 17.50.7, 9. John Hearn 17.52.2, 10. Franz Offenberger 17.54.7, 11. Roald Aas 17.58.8, 12 Gunnar Stroem 18.22.8. Eindklassement: 1. en Europees kampioen Kees Broekman 199.650 pnt., 2. Wim van der Voort 200.690 pnt., 3. Ivar Martinsen (Noorw.) 202.067 pnt., 4. Sverre Haugli (Noorw.) 202.652 pnt., 5. Anton Huiskes (Ned.) 202.883 pnt., 6. Frans Offenberger (Oost.) 203.072 pnt., 7. Roald Aas (Noorw.) 204.273 pnt., 8. Norman Holwell (GB) 204.560 pnt., 9. Kornel Pajor (Zweden) 206.347 pnt., 10. Arthur ^Mannsbart (Oost.) 207.172 pnt. de leiding nemen. Hij noteerde 28.5 sec. voor de eerste 300 meter, vervolgens 36 sec. en 38.5 sec. waarmede hij met nog één ronde te rijden een volle seconde op Broekman achter lag. Maar Van der Voort had een tactische rit gereden en met een fantastisch snelle laatste ronde, waarin hij alle reserves uit zijn krachtig lichaam perste, wierp hij zich met beide armen los op de laatste honderd meter op de finish toe. De luidspreker kon digde aan: 2 min. 19.5 sec. Broekman was met 0.6 sec. overtroefd. De tijd van Van der Voort over de laatste 400 meter bedroeg 36.2 sec. en die van Broekman 38.1 sec. Na 3 afstanden had Van der Voort de leiding met 147.180 punten, Broekman bezette de tweede plaats met 148.000 punten precies. Vervolgens kwam Ivar Martinsen met 148.867 punten. Deze verschillen betekenden, dat Kees Broek man ten minste 16.4 seconde sneller moest zijn op de 10.000 meter, wilde hij Wim van der Voort van de eerste plaats kunnen verdringen. En voorts zou Ivar Martinsen ongeveer 35 sec. korter over de 10 km moeten doen wilde hij een kans maken onze landgenoot van de tweede plaats te verdringen. Heerenveen moest het ditmaal met twee invallers doen. Naast Jaap de Jong ontbrak ook Imke de Jong (militair). Heïda bezette nu de rechtsbackplaats. Molenaar, die Liemburg verving, Van -der Oord en Zwerver vormden de mid denlinie. Ondanks deze wijzigingen heeft Heerenveen een behoorlijke wedstrijd •gespeeld en voor het 17.000-koppige •publiek was de ontmoeting zeer attrac tief. De manier, waarop de Friezen de lei ding namen, was vrij gelukkig. Na een kwartier ontving de vrijstaande Engels •een pass van Hofma. Linksback Groen veranderde de baan van de bal en doel man Peters werd kansloos geslagen (01). Die voorsprong was op dat moment zeker geflatteerd. De aanvallen •van Enschede waren even talrijk, maar door te kort spel bleef de hard werkende defensie van Heerenveen de baas. Na de hervatting kreeg Heerenveen een overwicht. Peters moest een kun- •dige redding uitvoeren bij een schot van Abe Lenstra en ook overigens kregen de Friezen nu de betere kansen. Abe aan De beslissing Gezien de krachtsverhoudingen, was het duidelijk, dat Broekman zou kunnen slagen. Maar ook bestond er geen twijfel over dat Ivar Martinsen. de favoriet van het Noorse publiek, er nooit in zou slagen om 35 sec. sneller te zijn dan Van der Voort. Natuurlijk was de loting van de volgorde der zes koppels belang rijk. In het tweede paar reed Martinsen, in het derde Huiskes, in het vierde paar Kees Broekman (tegen Offenberger) en in het vijfde Van der Voort tegen Haugli. Onderling werd afgesproken dat zowel Broekman als Huiskes op een schema van 17 min. 17 sec. zouden rijden, waar toe ijs en weer wel aanleiding gaven. Het ijs was er niet slechter op geworden, ook al in verband met een lichte opkla ring. waardoor de temperatuur iets daalde. Ivar Martinsen begon goed, maar zakte na 5000 meter af met ronden van 43 sec. en eindigde op 17 min. 44 sec., 10 seconden boven zijn persoonlijk record. Anton Huiskes, nog wat stijf van zijn zware 5000 m., draaide zich eerst warm met ronden van gemiddeld 42 sec. (Advertentie I. M.) Evenals de vorige week tegen Vitesse, is Heerenveen ook tegen Enschede in de laatste minuten niet gelukkig geweest. Met de allerlaatste kopbal van de wedstrijd bereikte Enschede een gelijk spel, dat naar de krachtsverhoudingen evenwel verdiend was. Desondanks bleef het voor Heerenveen een ietwat sneu einde (22). FVC had het moeilijk FVC heeft de moeilijke uitwedstrijd tegen Hoogezand tot een goed einde ge bracht. Met een 10 zege verlieten de jongens uit Huizum het veld achter Instituut Hommes. Verdiend was de overwinning echter niet, omdat vooral in de tweede helft Hoogezand verreweg het beste van het spel had. De ene na de dndere aanval werd op het Friese doel ondernomen, maar doelman De Jong was in topvorm en aan hem is FVC dan ook grote dank verschuldigd. Telkens was het De Jong, die door zijn koel bloedig ingrijpen een doelpunt voor kwam, toen dat onvermijdelijk leek. Achtmaal heeft de doelverdediger FVC ten koste van een hoekschop redding moeten brengen. Hoogezand miste drie harer beste speler: Koster, Scholtens en doelman Aten. waardoor het in het be gin niet erg wilde vlotten. FVC nam dan ook direct het spel in handen en na een klein kwartier kwam ook al naar later bleek het beslissende doelpunt van de voet van Stelnstra (10). De Huizumers konden ondanks een over wicht in de eerste helft toch niet meer treffers fabriceren. Daardoor moesten zij in de tweede helft met de rug tegen de muur staande doelpunten voorkomen, wat is gelukt. De 5000 meter werden afgelegd in 8 min. 43 sec. Daarna noteerde Huiiskes, de man met een zuiver tempogevoel, ge regeld ronden van 41 sec.. Hij had de stijfheid onder het rijden van zich afge schud en dankzij zijn stralende conditie kon hij op de voortreffelijke totaaltiid van 17 min. 20 sec. komen. Hij sloeg zijn tegenstander Holwell met een halve baan. Waardig kampioen Broekman had een zeer snelle 5000 meter. Na 43 sec. en 40 sec. noteerde de Lierenaar zeven ronden van 41 sec. in successie en daarna vijf stnks van 42 sec. Over de helft van de afstand deed hij 8 min. 35 sec. en weer ging hij over op een tempo van 41 sec. per ronde, tot hij drie ronden voor het einde de arme Offenberger bijna had ingehaald. Met 11 tot 12 slagen over de rechte einden, prachtig uitgebalanceerd in een stijl, welke aan die van Andersen deed den ken, was hij over de baan gegaan. Broek man reed nog twee ronden van 42 en 43 sec., maar ziin slotronde van 40 sec. was weer fantastisch en een Europees kam pioen waardig. Op het bord der uitsla gen verschenen de trotse cijfers: 17 min. 13 sec., 7 seconden sneller dan Anton Huiskes. In de volgende serie moest Van der Voort, die tegen de kansloze Haugli •reed, bewijzen dat of hij dan wel Broek man de sterkste over de vier afstanden was. Hii mocht een tijd van 17 min. 29.4 sec. noteren om gelijk in het klassement •te eindigen. Het was duidelïik, dat Van •der Voort hierin niet zou slagen. Hij moest Sverre Haugli laten gaan. verloor steeds meer seconden aan Broekman.. Maar toch deed de tuinder uit het West- land het niet slecht en met 17 min. 50.2 sec. veroverde hij een zekere tweede plaats in het algemeen klassement, daar mede de triomf van Nederland volledig makend. (Advertentie L M.) f Recla Sludi Een album met Uw Voetbal favorieten met afbeeldingen van 56 eerste klasse elftallen, gratis bij inlevering van 24 omslagen van de Mars- of /Vttfs-Choeolade vóór 30 April a.s. bij de N.V. Mars-Chocolade fabrieken, Sloterkade 10-11, Amsterdam (W). Tot nadere aankondiging geeft Uw winkelier U voor 6 \Ts of 6 N's van de MARS- of NUTS-Chocolade gratis 1 stuk Mars-Chocolade. de ene kant en Frölioh aan de andere troffen nog eens de lat. Een kwartier voor het einde werd er weer gedoelpunt. Ensohede's midvoor Moddejonge Jr. •zwenkte naar rechts en Nijenhuis kreeg bij zijn harde, diagonale schot geen kans (11). In de volgende minuut hernam Heerenveen echter de voorsprong. Abe Lenstra drong door de gehele verdedi ging en passeerde Peters onhoudbaar (12). Die stand scheen gehandhaafd te blijven. Het fel opdringende Enschede kreeg evenwel in de laatste seconden de beloning voor de wilskracht. Uit een •hoekschop van Alberts kopte rechtshalf Moddejonge Sr. de bal uit een kluwen van spelers in het net (22). Er werd niet meer afgetrapt. Zwaagwesteinde en LSC deelden de buit Het was een slechte wedstrijd tussen Zwaagwesteinde en LSC. LSC verscheen met een vijftal invallers, allen juniores, die echter hun plaatsen dubbel en dwars waard waren en van wie Hartkamp Jr. zelfs twee goede doelpunten wis te scoren. LSC kwam in de eerste helft wel heel gelukkig aan een 20 voorsprong, door dat kort achter elkaar een der achterspe lers van Zwaagwesteinde een bal ongeluk kig op zijn schoen kreeg, waardoor deze van richting veranderde en doelman Schuurs het nakijken had. Dat was een geduchte tegenslag voor Zwaagwesteinde, doch moedig streed men verder en kort voor rust was het KI. Prins, die met een mooi schot de achter stand tot 12 wist te reduceren, waar mede ook de rust kwam. Na de rust moest Zwaagwesteinde tegen de straffe wind optomen en ging het spel steeds op en neer met beide partijen af wisselend in de aanval. Tot een kwartier voor het einde gebeurde er verder weinig dat het vermelden waard was, doch het laatste kwartier werd sensationeel. Eerst was het A. Kloetstra, die 'n fraaie voorzet gaf, waaruit KI. Prins ineens in schoot (22) waarop echter LSC direct een antwoord klaar had en Hartkamp Jr. door een mooi doelpunt LSC opnieuw aan deleiding hielp (23). Nu was het wee. de beurt aan Zwaagwesteinde en toen Tj. de Bruin zich meester van "t leer maakte, bracht hij de partijen andermaal op gelijke voet (33). Doch opnieuw kwam LSC terug en het was weer Hartkamp Jr., die Schuurs met een mooi en strak schot op nieuw liet vissen (34). Het was in de allerlaatste minuut van de wedstrijd, dat Tj. de Bruin zich in het bezit van de bal wist' te stellen en met mooi strak schot de eindstand op 4- bracht. (Advertentie I.M.J Dcukkmj. tisvna TUINEN 66 LEEUWARDEN OPG. 1892 V oetbaluitslagen EERSTE KLASSE A: G V A V—N E C EERSTE KLASSE B: Go AheadElinkwijk Vitesse—Be Quick EnschedeHeerenveen EERSTE KLASSE D: P S V—T E C NOORD TWEEDE KLASSE A: VelocitasG R C HoogezandF V C ZwaagwesteindeL S C TWEEDE KLASSE B: VeendamAppingedam 30 W V VAsser Boys 20 EmmenMuntendam 23 Eext—H S C 1—2 VIERDE KLASSE A: M K VBakhuizen 52 C A B—R E S 2—4 Hark. Boys snoept Workum beide punten af Hark.-Boys snoepten Workum belde puntjes af en nestelden zich door deze zege op de bovenste plaats! Ondanks storm- en regenvlagen heu- ben ze het in Workum aangedurfd om de wedstrijd Workum—Hark. Boys te laten doorgaan. De overige wedstrijden werden afgelast! Over bovengenoemd treffen valt wei nig fraais te vermelden. De Boys waren de eerste helft het meest in het offensief maar de windvlagen maakten zuiver plaatsen totaal onmogelijk. Na drie kwartier hard zwoegen, moest met 00 worden gedraaid. In de tweede halft waren 't de gastheren die de toon aangaven, maar doelpunten bleven uit. De gasten hadden toen geluk, toen midvoor Borger eindelijk een raak schot wist te lossen 01. In deze stand kwam geen verandering meer, hoe Wor kum ook trachtte om de balans in even wicht te brengen. Door deze zege gaan de Boys nu aan de kop. llllllllllllililHlIilliilllHI UIT ANDERE BLADEN Regionale of nationale M. L. S.? Het „Friesch Landbou wb 1 a d" (Fr. My. v. Landbouw) geeft commentaar op de opmerkingen, die in'het Voorlopig Verslag van de Eerste Kamer betreffende de stichting van een Middelbare Land bouwschool in Leeuwarden naar voren ge bracht zijn; deze opmerkingen wraakten n.l. het voorgenomen regionale karakter van de te stichten school (terwijl de Friese kwestie er ook nog met de haren bij ge- sleept werd) en drongen aan op een „lan delijke" instelling; het Fr. L. wijst er even wel op, dat de bestaande scholen in Gro ningen en Dordrecht ook lang niet vrij van regionale trekken zijn: „Regionale trekken zal men overigens niet alleen kunnen waarnemen in de samenstelling der M.L.S.-leerlingen naar hun herkomst. Hetzelfde verschijnsel doet zich, blijkens een enige jaren geleden ver schenen rapport, eveneens voor ten aan zien van de studenten aan onze Universi teiten. Waar de huisvestings- en reiskosten steeds een zeer belangrijke rol spelen in het uitgavencomplex ten behoeve van leerling en student, behoeft dit ook geens zins te verbazen. Juist daarom kan rustig vastgesteld worden, dat tal van M. L. S.- waardige Friese boerenzoons tegenwoordig genoegen moeten nemen met een R.L.W.S.- opleiding. Hierin verbetering te brengen is het eerste doel. dat ons hier in Fries land voor ogen staat bij ons streven om te geraken tot een M.L.S. te Leeuwarden. Daar komt dan nog een zeer belangrijk regionaal aspect bij, n.l. dit, dat het aan deze school te geven onderwijs gedeeltelijk afgestemd zal moeten zijn op de Friese landbouw. En deze heeft in zoverre een apart gezicht, dat de voortbrenging van edele producten centraal staat. Men denke slechts aan de rundveefokkerij, de zuivel en de belangrijke poter- en zaaizaadteelt. Op vele dezer terreinen bezit Friesland een voorsprong, welke men bezwaarlijk met een beroep op het nationale belang zal kunnen afremmen. Veeleer zal men er elders naar moeten streven ook dit peil te bereiken. Zijn daartoe M.L.S.-en nodig, welnu, de stichting daarvan mag om der wille van een gestage verhoging van de productiviteit van de Nederlandse land bouw, niet achterwege gelaten worden. Het Groninger standpunt mist deze nationale visie, is enkel conservatief te eigen be hoeve. Daarmede is niet gezegd, dat de totstandkoming van een M.L.S. te Leeu warden geen Fries belang is. Maar welk een gelukkige omstandigheid dat hierin het nationale Nederlandse belang hand in hand gaat met het Friese." Beginsel en materieel belang In „Doorbraak" (prot. chr. werk gemeenschap in PvdA) verzet mr. dr. A. A. van Rhijn zich tegen de dikwijls (zo onlangs nog in de Eerste Kamer) geuite beschuldigingen tegen het democratisch- socialisme, als zou dit uit een materialis tische levenshouding leven en meer op het ogenblikkelijk materieel belang zien dan op het beginsel; de schrijver acht dit een grof verwijt en een volkomen mistekening en ontkent, dat de confessionele partijen alleen „het beginsel" voor zich mogen op eisen, om de anderen als beginselloos voor tè stellen of de socialisten als onverbeter lijke optimisten te beschouwen: „De geestelijke opvattingen der 19de eeuw kenmerkten zich door een sterk op timistische kijk. Het invloedrijke libera lisme b.v. verwachtte wonderen van de uitbreiding van 't onderwijs. Ook de gods dienstige stromingen van die dagen waren door dit optimisme bevangen. De invloed der evolutieleer, de ontwikkeling der we tenschappen, de vooruitgang der techniek, enz., deden de plaats van de rede sterk overschatten. Het is begrijpelijk, dat het socialisme, dat in de 19de eeuw werd ge boren. aan de heersende geestesstromingen niet ontkwam. Het Historisch-Materïalis- me, dat daarbij de drijvende kracht vorm de, koesterde inderdaad de optimistische verwachting alsof veranderde maatschap pelijke en economische verhoudingen een andere en betere mens zouden doen ont staan. Maar op de 19de eeuw is de 20sle eeuw gevolgd. Twee wereldoorlogen o.a. zijn over ons heengegaan. De geest van optimisme heeft plaats gemaakt voor meer reële opvattingen. De reële opvattingen doen ons zien, dat wij op particulier initia tief en vrije economische krachten in de maatschappij geen al te grote verwachtin gen kunnen bouwen. Zij hebben tot ern stige misstanden geleid. Deze misstanden doen ons de hulp van de Overheid inroe pen om een betere en meer rechtvaardige orde te vestigen. Ongegrond optimist is niet de democratisch-socialist, maar juist de liberaal, die het mogelijk acht het ge voel van persoonlijke verantwoordelijk heid tot ontwikkeling te laten komen in een maatschappij, die zoveel onrecht be vat. Voor de kleine groep bevoorrechten mogen er ontwikkelingsmogelijkheden zijn, de grote massa zal zich haar verantwoor delijkheid pas goed bewust kunnen zijn. wanneer zij door een grotere invloed in het productieproces een ruimer aandeel in de vruchten der cultuur, een meer menswaar dig bestaan ontvangt." Gewestelijke geboortecijfers „De Verzekeringsbod e", over de geboortecijfers schrijvende, consta teert dat na een hoogtepunt in 1876 er een geleidelijke daling plaats greep met een voorlopig dieptepunt in 1919, waarna het cijfer weer rees om in 1937 met 19.8 p. m. wel zéér laag te vallen; het jaar 1946 toon de een toppunt (30.2 p. m.), maar sedert dien was er weer een daling op te merken tot op het toch nog relatief hoge niveau van 22.3 p.m. in 1951: „Uit de cijfers blijkt van een algemene daling sedert 1946, welke het sterkst tot uiting gekomen is in de provincies Gronin gen 38.5 pet.) en verder in Noord-Hol- lan 26.7 pet.) en in Zuid-Holland 27.9 pet.) De daling heeft zich het minst doen gevoelen in de beide zuidelijke gewesten van ons land en wel in Noord-Brabant 7.2 pet.) en in Limburg 0.4 pet.) Soms. zoals in Friesland, Drente, Overijsel. Gelderland, Zeeland, en Limburg,bereik ten de indexcijfers in 1950 een dieptepunt, dat in het jaar nadien weer door een, zij het lichte, stijging gevolgd werd. Hoezeer in deze jaren de verhoudingen verschoven zijn, blijkt, wanneer men 't aantal levend geboren kinderen in Noord-Holland, Zuid- Holland en Utrecht, de drie westelijke pro vincies van ons land. totaliseert. Dan be draagt dit cijfer in 1946: 48.1 pet. van het totaal voor geheel Nederland. Dat gemid delde daalt geleidelijk via 44.4 pet. in 1949 en 44.6 pet. in 1950 tot 43.8 pet. in 1951. In tegenstelling met de van ouds gevestigde „regels van de kunst" vindt men in 1946 de hoogste geboortecijfers in Gelderland. Utrecht en Zuid-Holland. Deze uitbarsting is van slechts korte duur geweest, want, al blijven de cijfers nog hoog, in 1947 komt de leiding weer in handen van Drente (29.0 p. m.). Noord-Brabant (30.6 p.m.) en Limburg (28.9 p.m.) En Zeeland (24.6 pjn.) Groningen (25.6 p.m.) en Noord-Holland (26.4 p.m.) geraken weer op de achter grond en onderaan de lijst."

Krantenbank Zeeland

Watersnood documentatie 1953 - kranten | 1953 | | pagina 4